kunnen verkrijgen als hij zich verbonden bad niet meer tegen België noeli tegen Frankrijk te vechten, tot zoolang de eindschikking zon ge troffen zijn; doch hierin trad Chassé niet omdat hij niet vrij in zijn handelingen maar belemmerd was door de eigenaardige politiek van verzet quand méme, die men in den Haag volgde. De bezetting werd (lus krijgsgevangen naar Frankrijk gevoerd en keerde van daar in Mei 1833 terug. Slot volgt. Binnenland. Ook met de Biliton-kwestie heeft cle Tweede Kamer zich bemoeid. Gaarne gunde men den aandeelhouders in de Biliton-maatschappij de vele millioenen, die zij sedert de exploitatie vruchten is gaan afwerpen, genoten hebben; doch hun nu het monopolie te geven om dien goeden oogst uit het tin nog een menschenleeftijd langer te genieten, daar zag men tegenop. Vrij wat woorden zijn er over gewisseld, doch waar vrij wat millioenen te verdienen zijn, kan de betrokkene zich nog al wat laten welgevallen, en zoo zal 't met de Biliton-kwestie ook wel niets anders zijn dan woorden, woorden te eener zijde en tin, goud aan den anderen kant. Die aan den laatsten kant staan zijn er het beste aan toe. Naar men verneemt, zal door de centrale commissie binnenkort de definitieve vaststelling der verschillende onderstanden aan de nagelaten betrekkingen in zake de Adder" geschieden, opdat die met 1 Januari a.s. kunnen ingaan. De onlangs door baron van der Borch te Zevenbergen aan een Franschen landbouwer verkochte melkkoe (No. 306 van het Nederlandsch Rundveestamboek) heeft nu op een vee-tentoonstelling, gehouden door de Société d'agriculture de la Gironde te Bordeaux, een 2n prijs behaald. Aan het station te Wijlre is een meisje van de loopplank onder een in beweging zijnden trein geraakt. Zij had de tegenwoordigheid van geest, zich onbewe gelijk plat op den grond te leggen, met het gelukkig gevolg, dat, hoewel 15 wagens over haar heenreden, zij slechts, eenige onbeduidende kwetsuren bekwam. Benoemingen, Besluiten, enz. Het Gerechtshof te 's Gravenhage heeft benoemd tot deurwaarder bij de Arr. Rechtbank te Zierikzee, den heer W. Timmerman te Rotterdam. Benoemd tot ontv. der dir. bel. en acc. te Noord- welle c. a., de surnumerair J. van Lith. Door Z. M. is aan den heer jhr. C. A. Van Sijpe- steyn, bij Zijner Majesteits besluit van den Sen Sept. j.l.. No. 1, op zijn verzoek, op de meest eervolle wijze ontheven van het ambt van Gouverneur van Suriname, op diens nader verzoek, met ingang van den In Dec. 1.1., eervol ontslag verleend uit 's lands dienst, en is hem een pensipen van f 3000 's jaars, ten laste van het Xde hoofdstuk der Staatsbegrooting en een pensioen van f 3500 's jaars, ten laste van de Surinaamsche begrooting toegekend. Kunst, Wetenschap en Letteren. De onlangs als overleden vermelde Italiaansche ge leerde Palmieri was niet prof. Luigi Palmieri, die op het observatorium van den Vesuvius werkzaam is, maar een naamgenoot, Marino Palmieri, prof. in de natuurkunde aan de universiteit te Napels. Te 's Gravenhage is in hoogen ouderdom overleden de oud-hoogleeraar Muuriing, voorzitter van den Pro testantenbond. De firma Frederik Muller en Co. heeft uitgegeven en verspreid een catalogus van een belangrijke ver zameling kaarten en boeken betrekking hebbende op den Nederlandschen Waterstaat. Voor de mannen van het vak is in dezen schat van studiebronnen ongetwijfeld veel te vinden. De prijzen, die achter de werken staan, duiden aan voor hoeveel zij bij de firma Muller te koop zijn. Anthony Trollope is te Londen overleden. Buitenland Engfeland. Door het ovèrlijden van dr. Tait heeft de Kroon het hoogste kerkelijk ambt, dat van primaat van Engeland, te vergeven. Aan de waardigheid van.aarts bisschop van Canterbury zijn verbonden inkomsten tot een bedrag van'15,000 p. st., benevens het gebruik van de beide aartsbisschoppelijke paleizen te Lambeth en te Addington. Een halve eeuw geleden was het ambt nog vrij wat voordeeliger. In J 830 werd het op 32.000 p. st. 's jaars geraamd, behalve genoemde paleizen met daarbij behoorende bezittingen. Twee jaren vroeger stierf aartsbisschop Manners-Sutton, die het ambt 24 jaren lang bekleed had en vier zonen achter liet, die ieder in 't bezit waren van 3 of 4 prebenden, waartoe de vaderlijke aartsbisschop zijn zoons zelf benoemd had. Het «charité bien ordonnée" enz., ook op andere familiebetrekkingen toepassende, schonk de goede bisschop den echtgenoot zijner zuster een viertal kerspelen. Tegenwoordig, zijn, dank zij de Reform-act van 1832, dergelijke uitingen van goedheid niet meer mogelijk. Gemengd Buitenlandscli Nieuws. Twee geweldige branden hebben verleden week de stad Londen geteisterd. De eerste vernielde het fraaie druk bezochte Alhambra-theater op Leicester-square en veroorzaakte een schade van 2 miliioen, terwijl er een paar spuitgasten doodelijk bij gewond werden. Het Alhambra-theater was een origineel gebouw in Moorschen stijl met hoogen koepel en twee minarets, de fraaie gevel is blijven staan. Inwendig was de zaal ook een der schoonste van Europa, met ruime loges en galerijen en het breedste en ruimste tooneel dat bekend is. Men zag er niet zelden balletten met 500 dansers en danseressen, terwijl de machinerieën en ZIERIKZEE, '13 December 188 2. Van den dezer dagen in 72jarigen ouderdom overleden oud-koopvaardijkapitein, F. C. Jaski, wordt o.a. in een onzer bladen gezegd, dat hij was een man van kennis en «voortvarendheid" en de «vraagbaak" dei- meeste reeders. Aardige woordspelingen met het oog op het vak, waarin de waardige Jaski zich zooveel jaren eervol heeft onderscheiden. Te Vucht is een zeer hoog staand gedeelte van een muur der in aanbouw zijnde nieuwe R.-K. kerk ingestort, waarbij zes werklieden, die op een stelling aan den arbeid waren, zijn verpletterd en vier anderen zwaar gewond, zoodat vermoedelijk slechts één van hen er het leven af zal brengen. Te Valburg is in bijna negentigjarigen ouderdom overleden de heer F. Faber. In 1815 woonde hij als off. van gezondheid den slag van Waterloo bij en was sedert 1820 geneesheer te Dodewaard en Valburg. Volgens den Prov. Almanak van Limburg over 1883 zijn er in die provincie 71 kloosters, nl. 46 voor vrouwen en 25 voor mannen. Het zijn: Minderbroeders 7, Sociteit Jezus (Jezuïeten) 5, Redemptoristen' 3, Tertiaristen 10, Ursulinen 14, Zusters van Liefde 10, Broeders onbevl. ontv. v. Maria 3, Carmeliiessen 2, Arme Kind Jezus 3, Franciscaner 2, Brigittmen 1, Conventueelen 1, Redemptoristinnen 1, Dames van het II. hart 1, Zusters van Barmhartig heid 1, Byoeders van de Goddel. voorzienigheid 2, Carmelietetf 1, Clarrissen '1 en Dominicanen 1. Sedert het vorige jaar zijn er 3 kloosters bijgekomen. Op'dit gebied gaat Limburg vooruit. Met den vredestoestand in Atjeli gaat het naar omstandigheden redelijk welwij zijn niet meer zoo telkens de verliezende partij en nu en dan verliezen de Atjehsche vrienden het ook eens. Bij een vriend schappelijke ontmoeting sneuvelde de kapitein Botter, doch de Atjehsche vrienden werden bij die gelegenheid toch afgewezen met hun overdreven vreedzame mani festaties. Men zegt dat er onlangs een order is gegeven, dat als de onzen als zij op patrouille zijn en aange vallen worden, niet meer eerst den controleur behoeven te gaan roepen om te surveilleeren, dat zij den Atjehers geen zeer doen; maar dat de aangevallen patrouilles de kampongs mogen ingaan en desnoods zelfs terug schieten. Het is niet onwaarschijnlijk dat het verleden week in de Tweede Kamer gevallen votum van rehabilitatie van den generaal van der Heyden van eenigen invloed zal zijn op de gedragslijn der Indische regeering in Atjeh en dat men daar eindelijk den termijn der zoetsappigheid maar zal afsluiten. Misschien is 't dan nog niet te laat. De zonderlinge houding van het lid der Tweede Kamer mr. J. W. J. de Vos van Steen wijk, in de zaak van den generaal van der Heyden, heeft terecht bevreemding verwekt. Deze bevreemding gaat echter in verbaasdheid over als men in aanmerking neemt wat de heer de Vos in een brief aan zijn medelid mr. de Savornin Lobman in 't Dagblad van Zuid-Holl. en 's Gravenh. over generaal v. d. Heyden schrijft. «De generaal v. d. Ileyden is een veel te groot man, heeft den lande veel te uitstekende diensten bewezen, dan dat de i-egeering zou willen, dat hij, afgetreden zijnde, in het minst wegens vroegere daden, welke ook, werde bemoeielijkt. Zijn goede trouw, zijn vaderlandsliefde, zijn zelfopofferende moed verheffen hem zoo hoog, dat de verdenking van kwaadwillig opzet hem niet kan bereiken! Vergelijkt men hiermede nu wat de heer de Vos alzoo in zijn lange, treurig lange verhandeling over den generaal en diens gedragingen heeft gezegd, dan moet men wel tot het besluit komen, dat de heer de Vos zulk een behoefte had om te spreken dat hij 't desnoods tegen zijn eigen overtuiging in wilde doen, of, dat hij door de in het bovenstaande opgesloten arrière pensée den generaal in den vorm van een overdreven 'kompliment nog een speldeprik toe heeft willen geven. Als bijlagen van het Biliton-verslag heeft de Com missie het rapport van den Minister van Koloniën De Brauw aan den Koning, met de Koninklijke goedkeu- en den brief van den Minister aan den Gouverneur- Generaal daaraan toegevoegd. Dit rapport zou een goede nota voor een advocaat van de Biliton-maat schappij contra het Gouvernement zijn, maar tevergeefs zal men er in zoeken wat in die nota een rapport van een Minister van Nederland zou doen zien. Het slot de reden behelzende waarom de Min. den Koning op de hoogte stelt van de zaak en 's Mi nisters instemming met de suppletoire overeenkomst luidt aldus: Baar het Opperbestuur steeds in deze zaak is betrokken geweest en de oorspronkelijke overeenkomst zoowel als haar wijziging in 1864 op Uwer Majesteits machtiging zijn tot stand gekomenkomt het mij voor dat ook de nu gesloten overeenkomst aan Uwer Majesteits goedkeuring moet onderworpen worden. Bij mij bestaat tegen het verleenen van die goed keuring geen bedenking. Tegenover de verlenging, welke aan de Biliton-maatschappij is toegestaan, zijn aan merkelijke voordeelen voor het Rijk en de bevolking bedongen. Ik heb daarom de eer, met aanbieding' van de Indische stukken, Uwe Majesteit eerbiedig in over weging te geven de bedoelde goedkeuring te verleenen." De hoofdzaak in. het rapport is de uiteenzetting van het in den grond onjuiste standpunt, dat de Biliton-maatschappij een zeker recht had op verlenging. In 1861 werd door den Minister van Koloniën aan den Gouverneur-Generaal geschreven: «bij het weder- opvatten van de onderhandelingen met den gemachtigde der Billiton-maatschappij, zou van Regeeringswege aan dezen toezegging kunnen gegeven worden dat het Indisch bestuur geneigd zal worden bevonden om in nadeie onderhandeling te treden betreffende de ver lenging der consessie, nadat gedurende een tijdvak van 10 jaren ondervinding zal zijn opgedaan omtrent de werking dei' in art. 2 en 14 der oorspronkelijke concessie gebrachte wijzigingen, welke onderhandelingen alsdan zullen gevoerd worden op de grondslagen, met wijziging van het genoemde Kon. besluit, bij de wet nader vast te stellen." De toezegging van bereid te zullen zijn om in nadere onderhandelingen betreffende de verlenging der con cessie te treden, wordt nu allengs in het rapport geconverteerd in een bepaalde toezegging van ver lenging. De ervaring, die men eerst wilde opdoen en die juist, toen zij verkregen was, legen de "verlen ging pleitte, wordt in de nota een argument voor de ver lenging; terwijl de ongunstige omstandigheden, die men in 1860 eerst te boven was, in dit jaar aan de Maatschappij een argument opleverden om verlenging te vragen, wordt door de Regeering over het hoofd gezien dat de meer dan bijzonder gunstige omstan digheden in 1882 een argument voor de Regeering moeten zijn om niet reeds nu tot een verlenging over te gaan. Wij herhaleneen treurigen indruk maakt het rapport van den Minister, die het staatsbelang voor alles te beschermen had. Vad. Het uitvoeren van verdedigingswerken aan den oever van de calamiteuse Kleine Huissens- en Eendrachts- polders is bij herbesteding aangenomen door den heer D. De Jong Az. te Ter Neuzen voor f 29,475. De raming bedroeg f 27,285. Het besluit der Ged. Staten tot niet-toelating van den heer Risseeuw als Raadslid is door den Koning gehandhaafd en het beroep ongegrond verklaard. Een kon. besluit van 7 Dec. machtigt den minister van financiën tot uitgifte van f i0.000,000 aan schatkist-promessen, met een looptijd van niet langer dan drie maanden. Drie boeren uit Hommerts (Friesland), die van de markt terugkwamen, hielden onderling een harddraverij. Een kwam met zijn wagen tegen een boom terecht, waardoor alles kort en klein vloog, een ander reed tegen een telegraafpaal aan en leed veel schade en de derde kwam het eerst in 't dorp, maar zonder zijn varken, dat onder het rijden van zijn wagen gevallen was.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1882 | | pagina 2