Buitenland
kunnen sparen. Er is hier geen publiek voor de apostelen
van den petroleum. En zoo er al een zeker laagje
droesem in onze maatschappij bezonken ligt, dat met
petroleum wel aan 't branden zou kunnen gemaakt
worden, de lui uit dien droesem verstaan geen Fransch
en hebben ook meerendeels geen weet van de' sociale
kwalen, al lijden zij zeiven er aan en al zijn 't ook
die kwalen, waardoor Louise Michel vóór een dozijn
jaren deelnam aan de gruwelen der commune en
waarom zij nu hier en daar gaat spreken tegen
entree.
Wat zij gezegd heeft was niet nieuw en niet bijzonder5
't werd ook niet mooi, niet met effect gezegd en 't had j
dus beter maai* ongezegd kunnen blijven.
Dezer dagen verjaart weder een niet onbelangrijk
feit uit onze geschiedenis. Den 30 November 1832
vingen de Franschen onder maarschalk Gerard en de
prinsen van Nemours en Angouléme liet bombardement
aan van de Citadel van Antwerpen, die door een
SOOOtal Nederlanders onder den wakkeren generaal
Chassé zoo moedig en hardnekkig verdedigd werd, dat
het niet enkel den eerbied van den vijand, de Franschen,
maar de bewondering van geheel Europa verwierf.
Er zijn van de dappere verdedigers der Citadel nog
velen in levende bladen hebben dezer dagen liun j
best gedaan om de namen van eenigen op te zamelen.
Men heeft het plan gemaakt het feit- van het merk-
waardig bombardement te herinneren, o.a. door een
réunie van dragers der Citadel-medaille.
Door het hoofdbestuur der Vereeniging van gepen-
sionneerde onderofficieren en minderen van het Neder-
landsche Leger" is een beroep gedaan op de-kern der
Nederlandsche Natie om die goede Vereeniging met
haar edele bedoelingen en 't geen zij reeds gedaan
heeft om hulp te bieden aan verarmde wapenbroeders,
te steunen.
Gaarne voegen wij onzen aandrang bij dien van
het bestuur der gemelde Vereeniging om den steun te
verzoeken van alle belangstellenden. Men kan dit doel
bereiken door te worden beschermer of beschermvrouw
tegen bijdrage van minstens 10 per jaar of f 25 j
in eens; donateur of donatrice tegen 50 ets. a f '10
's jaars. De deelneming in de Vereeniging of schenking
van giften kan geschieden bij de heeren H. J, Steen
bergen, voorzitter, en L. Zeiler, secretaris, beiden te
Amsterdam.
Uit 's Hertogenboscli schrijft men, dat een der af-
gevaaiVligden voor dat district, de heer Mr. de Bruyn,
uithoofde van drukke beroepsbezigheden weldra zijn I
ontslag als lid van de Tweede Kamer zal nemen.
Voorstellen betrekkelijk het zeevaartkundig onderwijs
zullen nog door de Regeering in dit zittingjaar bij de
Tweede Kamer worden ingediend.
Naar aanleiding van de ook in het rapport der Kon. i
Academie van Wetenschappen behandelde bezwaren i
tegen de lijkverbranding is de Minister van Binnen- j
landsche Zaken in overleg getreden met den Min. van i
Justitie, die het advies cler procureurs-generaal bij de
gerechtshoven heeft ingewonnen.
De vraag of de wetgever het verkoopen van geheime j
geneesmiddelen moet tegengaan, maakt thans een onder- j
werp van onderzoek bij de geneeskundige ambtenaren uit.
De groote moeielijkheid bij de behandeling van dit onder- t
werp zal wel zijn de bepaling van het onderscheid,
wat men onder geheime geneesmiddelen al of niet te i
verstaan heeft.
Bij het Departement van Financiën is een voordracht
tot herziening van de wet op de personeele belasting-
gereed. Zij kan eerstdaags bij den Raad van State
gewacht worden.
Te Yeenendaal hebben twee bezembinders met messen 1
gevochten en heeft de eene den anderen een oor af
gesneden
Onder Oegstgeest heeft een onhandig jager een
knaap van 13 jaar door de beenen geschoten.
Te Amsterdam is een werkman gedood door den
val van een dakornament.
Benoemingen, Besluiten, enz.
Z. M. heeft benoemd tot kapitein bij het 6e reg.
Inf. o.a. den len luit. W. H. van Vliet Harsveldt
van het alg. depót van discipline.
Kunst, Wetenschap en Letteren.
Bij de firma Brill te Leiden is verschenen liet
le deel van een Nederlandsch-Chineesch Woordenboek,
dat door prof. J. Schlegel, leeraar in de Chineesche
Ilij zeide niets en toch barstte zij los.
't Is ook kort en goed niet om uit te houden!
Ik waarschuw u, dat ik nog eens op een mooien dag
er van door ga, en je zal laten zitten met je twee
uilskuikens van dochters Was ik in de wieg
gelegd voor zulk een kaal leven? Altoos een cent wel
tienmaal te moeten omkeeren, er geen paar bottines
van te kunnen afnemen, zelfs zijn vrienden niet eens op
betamelijke manier te kunnen ontvangen! En dat
's alles uw schuld! Neen, schud maar niet met
het hoofd, maak me maar niet nog meer van streek
Ja, uw schuld is 't! Gij hebt me bedrogen, meneer,
schandelijk bedrogen. Men trouwt geen vrouw als men
van zins is haar aan alles gebrek te laten lijden. Gij
bluftet van belang, ge praattet van een mooie toekomst
ge waart bevriend met de zoons van uw patroon, met
die gebroeders Bernheim, die u later zoo mooi voor
den gek gehouden hebben Wat durft ge zeggen,
dat zij u niet voor den gek hebben gehouden? Maar
ge moest thans hun associé wezen. Jij hebt hun
zaak gemaakt tot hetgeen ze op dit oogenblik is, een
der eerste huizen van Parijs, en jij bent hun kassier
gebleven, een ondergeschikte, een loondienaar
Neen, hou je mond maar, je bent een flauwe vent.
Ik heb achtduizend francs, mompelde de kassier.
Dat 's een mooie post.
Een mooie post na meer dan dertig jaar dienst!
hernam madam Josserand. Men mergelt u uit en jij
bent nog in je schik Weet je wat ik zou gedaan
hebben? nu, ik had het huis al wel twintig maal in
mijn zak gestoken. Dat was zoo gemakkelijk, ik had
dat al gezien toen ik met je trouwde, en ik heb je
er sedert altoos toe aangezet. Maar dan hadt je wakker
en slim moeten wezen en niet moeten indornmelen op
je krukje nis een plant in een pot.
Kom aan, viel meneer Josserand haar in de rede,
zul je me nu nog gaan verwijten dat ik eerlijk ben
geweest?
taal- en letterkunde aan de Universiteit te Leiden,
bewerkt wordt. De uitgever wordt krachtig gesteund
door het Rijk. Met nog drie deelen hoopt dr. Schlegel
de belangrijke uitgaaf te voltooien.
kien zegt, dat Jakob Kwast, die dezer dagen te 1
Berlijn met medewerking van Joachim een concert
gaf, tot leeraar aan de »Hochschu)e" aldaar zal j
worden benoemd.
Te Nordstetten zal eerstdaags op het graf van
Auerbacli een gedenksteen worden geplaatst met het
opschrift »Berthold Auerbach, geboren am 28 Februar i
18-12, gestorben am 8 Februar '1882". Volgens de
beschikking van den dichter werd de steen vervaardigd
van Schwarzwalder graniet.
F r a n k r ij b.
Vestigden we onlangs de aandacht op hetgeen door
onderscheidene Fransehe bladen beweerd werd aan
gaande de aanleiding tot de ongeregeldheden in het
fabrieksdistrict Montceau-les-Mines, n.l. dat de legiti
misten en hun clericale medestanders de werklieden
tot verzet hadden uitgetart, ten einde als er eenmaal
iets was voorgevallen dat niet in den haak was, de
schuld op dé socialisten, ja op alle republikeinen te
kunnen werpen, thans heeft zich weder een geval
vuurgr.daan, waaruit blijkt hoe althans sommige heet
hoofden der legitimistische factie geen laagheid te laag
achten als zij maar bevorderlijk kan zijn aan het
doelverontrusting der gemoederen, die geëxploiteerd
kan worden tegen de Republiek. Voor eenige dagen
werd in de bladen verkondigd en in de legitimistische
organen uitgebazuind, hoe op zekeren avond bommen
waren geworpen door de ramen van het kasteel van
den legitimist Graaf cle la Roche St. André te Ro-
cheservière. Te vergeefs werd naar de daders van dit
gruwelstuk gezocht-, en nu werd luide uitgetrompet
dat de poütie-ambtenaren der Republiek niet naar
die daders zochten omdat het arme slachtoffer van
den snooden aanslag slechts een legitimist was. Het
geval werd zelfs geëxploiteerd in de Kamer, waar de
heer Bauclry d'Asson een interpellatie deswegen tot
den Minister van Binnenlandsche Zaken richtte en
dezen vroeg wat de Regeering dacht te doen om den
armen graaf de la Roche te beschermen.
De Minister hield zich bedaard en vroeg uitstel
voor het antwoord op de interpellatie tot 9 December.
Dat antwoord zal tegen of vóór dien tijd wel kunnen
gegeven worden door de justitie; want deze vervolgt
den heer de la Roche, omdat bij zelf de bommen
werper is. Hij moet namel. in zijn tuin een soort van
vuurwerk-bommen of groote zevenklappers hebben
afgestoken en daarna alarm gemaakt en verteld dat
anderen vervaarlijke bommen hadden geworpen.
Wat moet men denken van een zaak, die door
zulke middelen wordt gediend; wat van de treurige
vertegenwoordigers van het goddelijke recht, die tot
zulke middelen van reclame hun toevlucht nemen!
Gelijk de kinderen hebben vele Franschen maar
weinig noodig om zich vroolijk te maken. Men zou
dit althans zeggen als men opmerkt hoeveel drukte
er gemaakt wordt over het sluiten van dat zoogenoemde
traktaat tusschen den avonturier de Brazza en den
negervorst Makoko. Daarvan wordt thans verbazend
veel ophef'gemaakt, zoodat zelfs cle Kamer van afge
vaardigden en dé Senaat in optima forma dat befaamde
stuk. zullen goedkeuren. Toch moet cle zaak zoo on-
noozel zijn, dat zij aan het belachelijke grenst. Voor
'12 francs, zegt m,en, heeft de Brazza van het misschien
beschonken negerhoofd verkregen, dat deze iets deed
dat door kan gaan voor het zetten van zijn naam-
teekening-, doch de vorstelijke onderteekenaar moet
zelf niet geweten hebben wat men hem liet teekenen.
Als de Fransehe Kamers eenige woorden hechten aan
een op zoodanige manier verkregen traktaat, dan is
het maar min met hen gesteld.
De Engelschen lachen om deze chvaze en onbeduidende
zaak. Doch met meer ernst schijnen zij notitie te
nemen van het feit dat de Franschen zich een station
hebben weten te bezorgen aan de kust van de Roode Zee.
Ook de bemoeiingen der Franschen op Madagaskar
zijn de Engelschen niet naar den zin.
Egypte.
Hoe het met Arabi-Pacha zal loopen en wat defi
nitief het lot van Egypte zelf zal zijn, daarvan is nog
niets met eenigen grond van zekerheid te zeggen.
Aangaande het gevaar, ,dat Egyptes tegenwoordige
beheerschers uit het Zuiden dreigde, van den zooge
noemden valschen profeet, verneemt men dat dit veel
verminderd moet zijn, ja dat zelfs de profeet of-Mahdi
Zij stond op, trad op hem toe, met haar Lamartine
zwaaiende.
Eerlijk! hoe meent ge dat?. Wees dan eerst
eerlijk jegens mijik ga toch voor, dunkt -me. En ik
zeg 't nog eens meneer, 't is niet eerlijk, een jong
meisje aan te halen onder 't voorkomen, dat je eenmaal
rijk wilt worden, en dan in te dommelen, terwijl je
op eens anders duiten past! Ik ben mooi leelijkbeliandekl.-
Och! was 't maar over te doen, en had ik je familie
maar gekend.
Zij liep driftig op en neer. Ondanks zijn begeerte om
den vrecle te bewaren, bon hij een begin van ongeduld
niet inhouden.
Je moest naar bed gaan, Eleonore, zeide hij.
Het is over éénen en ik verzeker je, dat er haast bij
dit werk is Mijn familie heeft je niets gedaan.
Laat die er buiten.
Nou, waarom dat? Uw familie is niet heiliger
dan een andere, denk ik Iedereen te Clermont
weet, dat uw vader, na zijn zaakwaarnemerskantoor
verkocht te hebben, zich heeft laten ruïneeren door
een bonne. Ge had uw dochters al lang kunnen uit
gehuwelijkt hebben, als hij die larie niet nageloopen
had, en toen was hij al in de zeventig. Dat 's er ook
een die me bedrogen heeft
Meneer Josserand verbleekte. Met trillende en allengs
in' kracht toenemende stem, antwoordde hij:
Hoor eens, laat ons elkaar niet langer onze familie
naar den kop gooien Uw vader heeft mij nooit
uw bruidschat betaald, de dertig duizend francs, die
hij beloofd had.
Wat zeg je daar? dertig duizend francs?
Jawel, houdje maar niet verwonderd. En is mijn
vader ongelukkig geweest, cle uwe heeft zich ten onzen
opzichte schandelijk gedragen. Nooit heb ik goed gezien
hoe 't met zijn nalatenschap gegaan is, daar is grof
mede geknoeid, om te maken dat uw zwager cle
kostschool in de straat des Fossés Saint Victor zou.
op zijn laatste beenen liep en woldra door de Egyp
tische troepen zou gevangen, gedood of althans vver
dreven zijn.
(iemengd Buitenlandscli Nieuws.
De zaak Peltzer zal dezer dagen eindelijk in
openbare behandeling komen. De zeer uitvoerige acte
van beschuldiging, door den procureur-generaal Van
Maldeghem, van het Hof van Brussel opgemaakt, is
thans bekend gewórden. Eenige groote bladen geven
daarvan niin of meer groote uittreksels. Ons ontbreekt
de ruimte dit ook te doen, en we vinden het ook
niet nooclig, daar uit dit uitvoerig relaas letterlijk
niets nieuws blijkt. Al wat er instaat was reeds door
de indertijd broksgewijze gepubliceerde bijzonderheden
bekend.
Ondertusschen is wel het voornaamste dat in deze
treurige zaak, met recht een monster-proces genoemd,
alweder gelijk in zoovele groote crimineele processen,
een vrouw de spil is waar alles om draait. Die vrouw
is mevr. Bernays geb. de Pecher. Of zij' echter iets
van den zoo uitermate listig beraamden en slim uit-
gevoerclen moord geweten- heeft vóór dat alles volvoerd
was, is uit de acte van beschuldiging niet op te maken.
De moordenaar' Léon Peltzer is niet cle held van
den roman; hij ploegde den moord slechts om zijn
broeder Armand een dienst te bewijzen. Dit werpt
een sombere schaduw te meer op zijn karakter.
De Allgem. Zeitung heeft een telegram uit Suez
ontvangen, volgens hetwelk de moordenaars van prof.
Palmer zouden zijn gevat en aan den Britschen consul
te Suez uitgeleverd zijn. Zoo men zich herinnert was
prof. Palmer bij cle Engelsclie militaire commissie,
die onder cle Becloeienen gegaan was om kameelen te
koopen, doch die door dezen vermoord zijn. De lijken
der officieren had men toen later gevonden, doch niet
dat van prof. Palmer.
In cle hoofdkerk van Saint-Denis bij Parijs heeft
een stoute diefstal plaats gehad. Door insluiping en
braak in cle kerk gekomen, hebben de dieven een
BStal kostbare voorwerpen "gestolen van wel '100000 frs.
waarde.
In onderscheidene streken van Spanje heerscht groot
gebrek onder de_arbeidende klasse. Op sommige plaatsen
heeft clit reeds aanleiding gegeven tot grove ongeregeld
heden, zoo b.v. te Xeres, ■waar" de uitgehongerde
menigte cle bakkerswinkels plunderde. Herhaald mis
gewas en gebrek aan werk wegens ltwijning van
handel en industrie zijn cle oorzaken van dezen treu-
rigen toestand.
De advokaten van Arabi-Pacha krijgen voor hun
moeite om 't proces zoo lang mogelijk aan den gang
te zien vóór zij er iets in te doen krijgen, 5 pond
per dag.
De Keizerin van Oostenrijk zal einde December weer
gaan jagen in Engeland en daar twee maanden blijven.
lierk- en JSoiiool nieuws.
Beroepen te Herkingen de cand. II. J. L. Poort te
Rotterdam.
Bedankt voor 's Heer-Abts- en Sinoutskerke door
ds. L. A. F. Creutzberg te Oosterland.
Aangenomen het beroep naar de Waalsche gemeente
te Rotterdam door ds. Luti te Middelburg; dat naar
Heinkenszand door ds. J. C. IJ. Bussing de Vries te
Zuidzancledat naar Bieselinge door den cancl. J. C.
Sikkel te Utrecht.
De Gemeenteraad van Middelburg heeft aan den
heer J. Ross urn Du Chattel, op verzoek, tegen '1 Jan.
1883, eervol ontslag verleend als leeraar aan de
middelbare school voor meisjes alclaar.
Geslaagd voor 't examen voor de posterijen de heer
A. Knaap alhier.
WELDADIGHEID.
DIAKENEN der Hervormde Gemeente alhier
geven ónder hartelijke dankbetuiging kennis, dat
door hen in de voormiddag-godsdienstoefening in de
Kleine Kerk op Zondag 26 dezer is gecollecteerd, ten
behoeve hunner Armen, een muntbiljet van tien gulden.
Zierikzee 27 November '1882.
Diakenen voornoemd
VAN KINSCHOT, Voorzitter.
H. LAKENMAN, Secretaris.
houden, die kale jakhals, die ons nu niet eens meer
groet Wij zijn bestolen alsof we in een bosch
door roovers overvallen waren.
Wit van kwaadheid stikte madam Josserand schier
over dit onverklaarbare verzet van haar man.
Zeg geen kwaad van papa! Hij is veertig jaar
lang een eer' voor 't onderwijs geweest. Praat in de
buurt van het Panthéon maar eens van 't instituut
Bachelard en wat mijn zuster en mijn zwager aangaat,
die zijn wat zij zijn, zij hebben my bestolen, dat weet
ikmaar het past u niet clat te zeggen, ik zal het
niet duiden, verstaat gij? Zeg ik Wat tegen U
van uw zuster van de Andelys, die met een/officier/
is weggeloopen. O! 't is zoo netjes aan uw tent!
Een officier, clie haar getrouwd heeft, madam
Dan heb je nog oom Bachelard, je broeder, e/n zedeloos
mensch
Maar je wordt gek, mijnheer! Ilitis rijk, en
verdient net zoo veel als hij wil in clet commissie
handel, hij heeft Bertha een bruidschat/beloofd
Ge ontziet niets!
O. Ja, Bertha een bruidschat belyfdWat wedt
ge, dat hij geen stuiver zal geven, f dat wij voor
niet zijn walgelijke hebbelijkheden zuil/geduld hebben.
Ik schaam mij als hij hier komt. Ec?'burgerman, een
doordraaier, die gebruik maakt van omstandigheden,
die sinds vijftien jaar, nu hij ziet,/at wij tegen zijn
fortuin opzien, mij eiken ZatenB' lllea neemt om
twee uren op zijn kantoor te om zijn boeken
by te houdenDat haalt hem e1 rijksdaalder uit
Wij moeten-nog te weten kom/hoe zijn geschenken
er uit zien.
Wordt vervolgd.)