gewijze uitschoot tot in het zenith. Behalve de blauw achtig witte stralen waren er ook roode, bloed kleurige en licht violette lichtbundels, die met afwisselende lengte en lichtsterkte aan den westelijken hemel speelden. Onderwijl vertoonde zich daartegenover een groote boog van witachtige lichtwolken. Deze boog strekte van het Noord-Oosten tot het Zuid-Westen en bereikte in 't midden ongeveer 60° hoogte en 10° breedte. De boog vertoonde zich slechts nu en dan in zijn geheel; doorgaans waren het lank werpige lichtwolken, die den boog aanduidden. Deze lichtwolken vertoonden 2ich nu meer dan minder helder, 't was of zij bij afwisseling de grootste intensiteit van licht overnamen. Deze lichtboog was gedurende bijna een uur waar te nemen en zelfs nog zichtbaar nadat het lichtverschijnsel in 't Westen reeds was overgegaan iu 't gewone matte avondlicht, dat de plaats der ondergegane zon aanduidt. Het geheele verschijnsel vormde een zeldzaam fraai schouwspel. Het verschijnsel werd door velen gezien. Natuurlijk ontbrak het daarbij niet aan een groote verscheidenheid van uitingen, van 't lief naïve af tot het plompe en aartsdomme toe. De meesten vonden 't een «rare lucht", anderen vonden het »maar erg", sommigen vonden 't akelig en griezelden op 't gezicht, terwijl enkele brammen 't «niemendal" vonden en weer anderen 't «gevaarlijk" achtten en vroegen «wat dat nu be- teekenen zou", en dei-gelijke halfgare en onbekookte glossen meer. Intusschen zullen er ook wel beschouwers geweest zijn, die 't zeldzaam schoon vonden, gelijk 't ook inderdaad was. Ten gevolge der nu reeds door onderscheiden staten aangenomen internationale postovereenkomst, doet zich het zonderlinge feit voor, dat brieven en gedrukte stukken uit België of uit Duitschland naar onze O.-I. koloniën verzonden, slechts half zooveel kosten als bij verzending uit Nederland. Terwijl toch die brieven en drukwerken uit België voor 25 en 5 centimes worden verzonden, kosten ze bij ons 25 en 5 centen, d. i. meer dan het dubbele. De Minister van Waterstaat enz., wien daarop door de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Rotterdam voorziening is gevraagd, heeft geantwoord dat onze posterij die meerdere kosten niet kan laten vallen. Zonderling is het toch, dat het buitenland dit wel kan, en dat wij van de voordeelen der internationale postovereenkomst juist voor onszelf geen gebruik maken. De toestand in Atjeh schijnt inderdaad op den duur onhoudbaar te worden en zoo de Indische doctrinairen het hoofd niet buigen en erkennen dat men te vroeg het militaire regime heeft losgelaten en het burgerlijk bestuur gedecreteerd niet ingevoerdwant dat hapert juist zoodat men weer tot het eerste zal moeten terug keeren, dan schijnt het te vreezen dat ontbinding onzer militaire macht aldaar en dus ook totaal verlies der verovering niet uit kan blijver- Ondanks het groot succes, dat tijdens de troonrede periode zoo wel is te pas gekomen en dan ook in den Haag nog al dienst heeft gedaan, al werd er ook geen tendenz aan toegekend, is volgens allerlei berichten de toestand inderdaad ernstig. Nu hebben weer drie officieven van het garnizoen in Atjeh ontslag uit den dienst gevraagd, omdat zij niet verkiezen machteloos en roemloos zich daar door de zoogenoemd bevriende, doch wezenlijk openlijk vijandige Atjehers te laten slachten. Er bestaat ook vrees voor bederf van de discipline, wanneer men voortgaat de soldaten tegen beter weten in met kleine troepjes tegen overmachtige benden vijanden uit te zenden, of hen onder den dienst dei- communicatie van de verschillende posten, aan zoo goed als zekeren ondergang bloot te stellen. Onder de feiten wordt o. a. gemeld dat de hoofdschout van der Zijl, die dezer dagen gesneuveld is met nog 40 ge sneuvelden en dooden van zijn troep, vóóraf den adsistent-resident gewaarschuwd heeft dat de vijand veel te talrijk was om zich met een kleinen troep te wagen op zulk een gevaarlijk transport, doch het mocht niet baten, v. d. Zijl moest uittrekken, hij werd door 800 a 900 Atjehers overvallen en sneuvelde, terwijl de zijnen werden gedood of vreeselijk verminkt. De desertie van soldaten uit onze bataljons, die toch grootendeels uit niet-Nederlanders bestaan, wordt onder zulk een beleid alleszins verklaarbaar. De gepensionneerde kapit. Kauffmann van het Ind. leger heeft aan de Tweede Kamer een aantal ver klaringen gezonden van Indische officieren en officieren van gezondheid, die allen de uitstekende wijze van zijn beheer der dwangarbeiders in Atjeh roemenook wordt geconstateerd, dat de dwangarbeiders nooit over mis handeling klaagden, ofschoon daartoe volop gelegenheid had bestaan, indien zij mishandeld waren geworden. Hbl Aan de eerste Kamer is door den dood ontvallen het lid de heer dr. E. C. Büchner, zitting hebbende voor N.-Holland. Hij was een der oud-liberalen van 4848 en had destijds grooten invloed bij de toenmalige grondwetsherziening. In 1883 zal te Amsterdam, te gelijk met de Inter nationale Koloniale en Uitvoerhandel Tentoonstelling, het zesde' congres gehouden worden van de Association littéraire internationale. De vorige congressen zijn gehouden te Rome, Weenen, Lissabon, Londen en Parijs. Op dat congres zal ook gehandeld worden over den tegenwoordigen wetteloozen staat van den letterkundigen eigendom in Nederland en Frankrijk over en weer. Door het vervallen van het handels- tractaat is ook voor de Franschen de letterkundige eigendom van hun werken hier te lande niet meer gewaarborgd. Men kan in Nederland Fransche boeken nadrukken zooveel men wil. Door het vervallen van het handelstractaat met Frankrijk is ook vervallen de wederzijdsche regeling der bevoegdheid van de consuls, zoodat op dit oogen- blik er wel consuls kunnen zijn, doch zonder eenige meerdere bevoegdheid dan ieder ander onderdaan van het eene land, in 't andere wonende. Dit is een punt dat ook zonder een nieuw handelstractaat voorziening eischt. De Staatscourant meldt, dat voor de kantons Zwolle en Kampen met één huis van bewaring kan worden volstaan. Naar men verneemt, is dit een teleurstelling voor de Kampenaars, die liever een eigen huis van bewaring hadden gehad, «enkel voor hen en hunne kinderen" en niet om 't met de Zwollenaars te deelen. Het Koninklijk gezin met de kleine Prinses is Zondag morgen weder uit den Haag naar het Loo vertrokken. De «Nijverheidsvereeniging" te Middelburg, zijnde een vereeniging voor visscherij, bouwen en grondbezit, deelt over het afgeloopen jaar 4 pCt. uit. In het wetsontwerp tot bekrachtiging van provinciale belastingen, dat dezer dagen zal behandeld worden, komen voor: Zuid-Holland 7 opcenten op de grond belasting en 3 op het personeel, voor dit jaar zijn de cijfers 9 en 4, dit is dus een vermindering. Noord-Holland 7 opcenten op de grondbelasting, 8 op de ongebouwde eigendommen en 3 op het personeel onveranderd. Gelderland 7 opc. gebouwde, 8 ongebouwde eigen dommen, 5y2 personeel, tegen respectievelijk S1/^, 6y2 en 4 over 4882; dus verhooging op al de cijfers. Zeeland 32 opc. op de grondbelasting en 24 op het personeel evenals in 4882. Utrecht 6 opc. grondbelasting en 6 personeelon veranderd. Friesland 47 opc. grondbelasting, 24 V2 personeel, tegen 44 grondbelasting en 23 personeel over 4882. Overijsel 40 opc. grondbelasting en 42 opc. personeel; onveranderd. Groningen 42 opc. grondbel. en 42 opc. personeel, tegen 44 op beide in 4882, dus beide verminderd met 2. Drente 36 opc. grondbelasting en 48 personeel; onveranderd. Limburg 46 opc. grondbelasting en 43 personeel; onveranderd. De wedrennen en weddingschappen te Nijmegen, Zaterdag gehouden, zijn door fraai weder begunstigd goed afgeloopen. Een paar rijtuigen van den wedstrijd met rijtuigen zijn verbrijzeld, een paard is op hol gegaan, doch persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. De Turksche Orde, die H. M. de Koningin van den Sultan heeft gekregen, is niet de Chefkat-Orde, zooals eerst gezegd is, maar het grootkruis der Osmanie-Orde. Zaterdag-avond heeft de Turksche gezant de eer gehad aan II. M. de onderscheidingsteekenen te mogen over handigen. De Osmaniëh-Orde is een wereldlijke orde, die eerst in 4861 is ingesteld door den toenmaligen Sultan Abdoel-Aziz. De naam is ontleend aan Osman, den eersten Turkschen Sultan, overleden in 4326. Behalve deze orde heeft Turkije er nog drie, als: de Orde van de Wassende of Halve Maan, ingesteld in 4799 door Selim III. Zij wordt uitsluitend aan vreemdelingen verleendde Orde van den Roem (Nisjani Iftisjar), ingesteld in 4831 door Mahmoed II, en de Medsjidiëh-Orde, in 4852 ingesteld door Abdoel-Medsjid. Benoemingen, Besluiten, enz. Z, M. heeft benoemd tot heemraad van den polder het Nieuweland G. C. Spaantot lid van het bestuur van het waterschap Stoppeldijk c. a. C. van Esbroeck tot gezworen van het waterschap Groot en Klein Baarzande, A. A. Becu Az.tot gezworen van den Adriaanpolder, C. Markusse Mz.tot dijkgraaf van den Bijleveldpolder, C. Polderdijk. Van 4 October af is het Rijks-telegraafkantoor te Bruinisse op Zon- en feestdagen geopend van 814 u. voorm. De dienst op werkdagen blijft onveranderd. Kunst, Wetenschap en Letteren. 's Rijks Ethnogrnphisch Museum te Leiden zal een groote hervorming en uitbreiding ondergaan. De directeur dr. L. Serrurier heeft een circulaire betrekkelijk deze inrichting en haar belangen bekend gemaakt, waarin hij het een en ander mededeelt en met liet oog op de in 1883 te houden Internationale koloniale tentoon stelling te Amsterdam, de hoop uitdrukt dat het museum daardoor op uitnemende wijze zou kunnen verrijkt worden, wanneer namel. inzendingen, die daar hun dienst hebben gedaan, aan het museum worden afgestaan. Het museum te Leiden heeft groote aanwinst ge noten in de ethnografische voorwerpen, die tot dusver geplaatst waren bij de verzameling scheepsmodellen en voorwerpen in het Ministerie van Marine te 's Gra- venhage en in die, welke in groote hoeveelheid gevonden werden in het Koninklijk kabinet van zeldzaamheden aldaar. Met al die zaken er bij zal de collectie te Leiden 48000 nommers tellen. De heer Serrurier koestert de verwachting dat de voorwerpen betrekkelijk China en Japan in een afzonderlijk gebouw zullen geplaatst worden en de overige in de negen zalen van het bestaande gebouw. Door de benoeming van den heer J. D. E. Sohmeltz, vroeger bestuurder van het museum Godeffroy le Hamburg, tot conservator van bet Leidsclie museum, kan er meer aan de ordening, catalogiseering en conserveering gewerkt worden. Het valt in het oog dat de aanstaande tentoonstelling te Amsterdam de aanleiding kan worden tot een zeer belangrijke verrijking en groote uitbreiding van liet museum te Leiden, zoodat dit tot een hoogte zal kunnen worden gebracht, waardoor het onder de eerste musea van Europa zal kunnen meetellen. De Rederijkerskamer «Phoenix" te Delfzijl zal dezen winter openen met een eigenaardigen wedstrijd, n 1. een concours in het declameeren, uitsluitend voor dames, hetwelk in November zal gehouden worden. Als prijzen zullen geschonken worden prachtuitgaven van letter kundige werken. De Kamer zorgt voor vrij logies en verblijfkosten der mededingsters. De reiziger Stanley is te Brussel aangekomen en terstond door den koning in gehoor ontvangen. Het bekende en sedert Februari 4830 bestaan hebbende Engelscbe tijdschrift Fraser's Magazine houdt op te verschijnen. De uitgever Longman zal van 4 November af een nieuw tijdschrift doen uitkomen, dat het Long man's Magazine zal lieeten. Fraser's Magazine had indertijd een gevestigden naamColeridge, Carlyle, Thackeray en anderen waren toen medewerkers. Carlyle heeft er o. a. zijn «Sartor Resartus" in gepubliceerd. Volgens het Utr. Dagbl. heeft de onlangs overleden mr. R. K. baron van Tuijll van Serooskerken zijn bibliotheek vermaakt aan de universiteit te Utrecht. Gemengd Buitenlandscli Nieuws. Aangaande de beruchte zaak van den moord gepleegd op den heer Bernays en waaraan de gebroeders Armand en Leon Peltzer beschuldigd worden, verneemt men dat uit de acte van beschuldiging zou blijken, dat alleen haat de drijfveer geweest is, en wel een oude, ingekankerde wrok van Armand Peltzer tegen den vermoorde. Leon zou door Armand als werktuig- gebruikt zijn. Ook zou er in de acte van beschuldiging geen spoor van verdenking op mevr. de wed. Bernays te vinden zijn. De vreeselijke brand, die aan het station te Kaïro ontstond tijdens den feestelijken omgang van den Khedive door de stad, heeft een honderdtal spoorwagens vernield, beladen met ammunitie, wapens, levensmiddelen en medicijnen. Dooi- de ontploffing van kruit en bommen zijn onderscheiden soldaten van de Engelschen en ook een aantal Egyptenaren gedood of gewond. Al de bijgebouwen van het station zijn vernieldhet stations gebouw zelf niet. Over de ooi-zaak van den brand verdiept men zich in gissingende Engelschen willen liefst doen gelooven dat zelfontbranding van stoffen die onder de lading der wagens waren 't was dien dag 406° Fah. de oorzaak zal geweest zijn; maar uit het feit dat tijdens den brand 7 Arabieren op lieeter daad zijn betrapt, terwijl zij bezig waren nog meer wagens in brand te steken en ook met fakkels de omliggende huizen, laat zich toch vermoeden dat de brand zelf ook wel door zulke fanatieke lui kan gesticht zijn om den Engelschen afbreuk te doen. Die afbreuk is dan ook niet gering, daar alleen aan ammunitie en proviand voor 12 ton gouds is verloren gegaan. Men zal dit evenwel de Egyptenaren wel laten betalen. Volgens de Times heeft admiraal Seymour voor zijn persoon voor de onderscheiding waarmede hij en generaal Wolseley bedacht zijn, n.l. het pairschap, bedankt.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1882 | | pagina 2