ZIERIKZEESCHE COERANT.
voor hot arroadis-
seiiient Zierikzee.
1882. No. 43.
Woensdag 7 Juni.
85ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
F e uille t o n.
JOZEF GARIBALDI.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND,
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden f 1,Franco per post 4,
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER ADVERT ENTIEN:
Per gewone regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever H. LAKEN9IAN.
Binnenland.
ZIERIKZEE, 6' Juni 1 88 2.
Programma van het 1ste Zomer-Concert in Parklust,
op Vrijdag 9 Juni a.s., 's avonds 8 ure precies.
1. Parade-Marsch, Werkman; 2. Ouverture, Relseik;
3. Fantaisie, Rodolphe4. a. Serenade. »Mein Stern!"
Fredijb. Lied. An die Heimath! Laade; 5. Volontair-
Marsch, Kom; 6. Fest-Ouverture, Hamm7. Cavatine
a. d. Oper Maria Stuart", Alberti; 8. Fantaisie
»Rigoletto", Verdi9. Polonaise, Relseik.
Onder de heeren van onze oorlogsschepen op wien
de jongste Turksche sterrenregen is neergekomen,
zijn ook de off. van gez. Ie kl. P. C. Buijze en de
off. van adm. Ie kl. J. J. v. d. Berge; beiden verkregen
het ridderkruis 4e kl. der Medjedié-orde.
Ongeveer de helft der oesterbanken in de Ooster-
Schelde is verpacht voor nagenoeg f 69000. De beste
perceelen moeten nog aan de beurt komen.
Mr. C. H. Gockinga, voorzitter van den Hoogen
Raad der Nederlanden, is te 's Gravenhage op straat
door een beroerte overvallen en weinige seconden
daarna, in een huis waar hij was binnengebracht,
overleden.
Ook zijn ambtsvoorganger is zoo plotseling, nagenoeg
onder gelijke omstandigheden, overleden.
Nu de post van burgemeester van den Haag vacant
is, houdt men zich daar en elders natuurlijk bezig
met gissingen en combinaties betreffende de opvolging.
Men noemde reeds onderscheiden personen, o. a. den
heer Patijn; doch deze zal hoogstwaarschijnlijk niet
benoemd worden, zegt een corr. van de Rott. Ct.
Dan werd genoemd de heer Six, voor wien veel kansen
zouden bestaan. Maar van andere zijde hoort men
weer, dat de heer Six zijn vroeger ambt van Com
missaris des Konings in Zeeland weer zou terugkrijgen,
terwijl jhr. van Karnebeek dan burgemeester der
Residentie zou worden. Dit zijn evenwel altemaal
maar geruchten, of menzegt's.
Aangaande den toestand van den heer Fokker,
thans verpleegd wordende in het St. Bartholomeus-
hospitaal te Londen, verneemt men dat die niet is
verbeterd. Men vreest dat het tot een amputatie zal
moeten komen.
Aan het politie-bureau te 's Gravenhage is aange
geven »als abusief bezorgd een zak waarin 8 koeie-
pooten en een dito waarin 2 boeken en een paar
bottines, een stuk papier waarin 30 ets., een linnen
halster met touw, een bellenboor, een portemonnaie
waarin f 1,55 en een penning, een bloedkoralen
kettinkje met gouden slotje, een portemonnaie waarin
ongeveer f 1 en spoorwegkaartjes, een parapluiestok
en een zwart hondje met witte borst". Men denkt
dat het een zak is van Eduard Basch.
De Nederlandsche Regeering heeft verklaard toe te
treden tot de overeenkomst betrekkelijk de internationale
wetgeving in zake het vervoer langs spoorwegen,
onder voorwaarde echter dat ook de andere Staten,
die aan de conferentiën te Bern hebben deelgenomen,
zich met de genomen besluiten vereenigen. Ook Italië
en Oostenrijk-Hongarije hebben verklaard toe te treden.
Door het Hoofdbestuur der Vereeniging tot afschaffing
van sterken drank is bepaald, dat de jaarlijksche
algemeene vergadering ter feestelijke herdenking van
het 40jarig bestaan van die Vereeniging zal bijeenkomen
te Haarlem op 12 en 13 September a.s.
Als een bewijs dat Nederland niet protectionistisch
en uitsluitend wil handelen op het gebied der nijver
heid mag wel gelden wat nu gebeurd is bij de be
steding van den bouw van het centraal-station te
Amsterdam. Dit werk is gegund aan den minsten
inschrijver, de firma Philip Holzmann en Co. te Frank
fort voor f 1.275,000. De Regeering heeft dus geen
termen gevonden in het betrekkelijk gering verschil in
aannemingssom tusschen den hoogsten buitenlandschen
en op één na den laagsten inschrijver uit ons eigen
land den heer F. K. Ozinga te Amsterdam, die voor
1.288,000 had ingeschreven om de Nederlandsche
nijverheid met dat belangrijke werk te begunstigen.
Er moeten toch wel gegronde redenen bestaan, om
daar er toch iemand begunstigd moet worden dit den
buitenlander te doen. Mogelijk heeft de Frankfortsche
firma 't wel aan 't thans in Duitschland heerschende
protectie-stelsel te danken en heeft men hier gezegd
dat is een Duitsch inschrijver, die moet natuurlijk
begunstigd worden, want dat stelsel is daar geldig;
onze vrije industrie kan 't wel zonder protectie stellen.
Zonder protectie ja; maar ook zonder werk?
Aan de Weener Presse is uit Rotterdam bericht,
dat het Internationaal Instituut voor het Volkenrecht"
zich bezig houclt met het onderzoeken van de vraag
of en in hoeverre de emigratie der Joden uit Rusland
een onderwerp van internationaal recht is, en dat
prof. T. M. C. Asser, lid van genoemd Instituut,
weldra zijn advies over deze vragen zal openbaar
maken.
Een vrijwilliger uit Yerseke, in garnizoen te Bergen
op Zoom, heeft, uit spijt dat hij geteekend had, getracht-
zich dood te schieten. De kogel ging de borst in door
het schouderbeen, doch trof het hart niet. Hij verkeert
niet in levensgevaar.
I.
Een der grootste mannen der eeuw, ongetwijfeld
de meest populaire held der eeuw, Jozef Garibaldi, is
verleden week, nog onverwachts, heengegaan uit het
land der levenden en verzameld tot de groote mannen
wier onvergankelijke beelden het pantheon der historie
opluisteren. Vurig, onovertroffen patriot; stoutmoedig
kamper voor vrijheid en recht; najager van groote
ideeën tot dolzinnigheid toe; populair als nooit een
man van 't zwaard wassympathiek als nimmer een
in rood, de kleur des bloeds, gedost volksleidereigen
zinnig en onhandelbaar als alle groote genieën, inzon
derheid op politiek en sociaal gebied; rusteloos en
onvermoeid als geen zoon onzer zoo koortsig wei-kende
en zwoegende negentiende eeuw, is er nog meer
noodig om hem te schetsen als een der belangrijkste,
aantrekkelijkste figuren, die de nieuwere wereldge
schiedenis heeft opgeleverd?
Vergood en op de handen gedragen door zijn volk,
voor zoover dit niet gekromd en ontzenuwd daar neer
lag onder het logge juk eener ingeroest verdorven
geestelijkheid, gevloekt en verwenscht door diezelfde
leenheeren van het gebied des gewetens, zijn leven
wijdend aan de bevrijding van zijn land uit de ketenen
van wereldlijke en geestelijke dienstbaarheid, mocht
hij het zeldzaam voorrecht smaken, zijn werk grooten-
deels voleindigd, zijn ideaal nagenoeg geheel verwezenlijkt
te zien. Cavour, Garibaldi, Victor Emmanuel, dat
zullen wel de drie hoofdfiguren zijn en blijven wanneer
ooit dichter, schilder of beeldhouwer zal pogen de
apotheose van het jonge eenige Italië te scheppen.
Wij kennen geen soldaat zoo vergood door zijn
krijgsmakkers en die, als hij, toch niet naar 't purper
heeft gestreefd, als zoo menig ander, die ook een
grooten naam te danken had aan schitterende, met
ongewoon succes beki'oonde wapenfeiten. Belangloosheid,
eerlijkheid, oprechtheid, wie zag ooit die drie deugden
zoo vereenigd in de ziel van een kind des fortuins.
Toen Napoleon I zijn vaderland redde uit het gevaar
der anarchie, stond zijn eigenbelang daarbij onmis
kenbaar op den voorgrondtoen Garibaldi geheel Italië
aan zijn voeten zag en een wenk van hem voldoende
zou geweest zijn om de vulkaan van het roode radi
calisme te doen uitbarsten van den Montcenis af tot
den Etna toe, groette hij ridderlijk den ridderlijken
koning der Piemonteezen en liet hem de gewonnen
kroon van 't jonge Italië. Dat was gewis het schit
terendste moment uit zijn aan glansrijke plekken zoo
rijk leven.
Gelijk nu jaar aan jaar de Italiaansche patriotten
ter beevaart gaan naar de heilige plaatsen waar voor
de bevrijding van Italië gestreden is, zoo zal - hopen
we - tot in lengte van dagen het dankbare Italiaan
sche volk in dichte scharen ter beevaart trekken naar
de plek waar men het gebeente van den held zal ter
ruste leggen. Vergeten worden zal Garibaldi nooit.
Wij doen onzen lezers zeker geen ondienst met in
den vorm van een feuilleton een kort overzicht van
het leven van den merkwaardigen man te geven.
Giuseppe Garibaldi werd den 4 Juli 1807 te Nizza
geboren. Zijn kindsheid wijdde hij aan degelijke studie,
waarvoor de lust hem zijn geheele leven door, ook
onder al de wisselingen van zijn avontuurlijke loopbaan,
is bijgebleven, zoodat hij zelfs, ofschoon een man van
de daad gelijk weinigen, en wiens leven zelf een tot
aan 't fabelachtige grenzende roman uitmaakte, nog
tijd, lust en talent had om romans te schrijven.
Zijn jongelingsjaren bracht hij als zeeman door.
Tijdens de Juli-revolulie en toen ook in Italië door
het optreden van Mazzini de zucht naar vrijheid een
werkzame revolutionaire partij deed ontstaan, was hij
kapitein van een koopvaardijschip. Met Mazzini en de
anderen van dien tijd nam hij deel aan de woelingen
van '1833, doch moest in het volgende jaar de wijk
nemen naar buitenslands. Nu zwierf hij twee jaar op
Fransche schepen rond en belandde in 1836 in Zuid-
Amerika, waar hij eerst in dienst trad van de republiek
Rio Grande do Sul en later in dien van Montvideo
overging. Door de organisatie der marine van die stad
verwierf hij den titel van admiraal. Hij bewees er
vele diensten in de voor 't overige vrij onvruchtbare
oorlogen, die jarenlang Zuid-Amerika teisterden. Toen
echter 'tjaar 1848 gekomen was, dat alom in Europa
de vrijheidsbeweging zag ontstaan, snelde hij naar
Europa terug. Met een klein getal dapperen, waaronder
er waren die hem vervolgens steeds zijn bijgebleven,
en vergezeld van zijn vrouw Annita, die hij in Mon
tevideo gehuwd had en die een vrouw was met veel
geestkracht, kwam hij in Italië aan om Karei Albert
zijn diensten aan te bieden. De aarzelende Piemontees
nam die echter niet aan, waarom hij naar het tegen
de Oostenrijkers opgestane Lombardije ging. Daar
werd hij bevelhebber van de vrijwilligers, doch hij
kon weinig uitvoeren en ging daarom na het sluiten
van den wapenstilstand van 9 Augustus naar 't Zuiden.
In 1849 was hij te Rome, dat Pius IX verjaagd en
de republiek had uitgeroepen. Den 30 April bestreed
hij met voordeel de Franschen voor de poorten der
stad en den 9en en 19en Mei de Napolitanen bij
Palestrina en Yelletri. Tijdens het beleg en bombar
dement van Rome door de Franschen onder generaal
Oudinot, vocht hij dapper mede met de verdedigers
en na den val der stad verliet hij deze met 3000