ZIERIKZEESCHE COURANT.
voor het arromdfs- sement Zierikzcc.
1882. No. 42.
Zaterdag 3 Juni.
85ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
BLUSCH DEN GEEST NiET UIT.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG-AVOND
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden f 4,Franco per post ƒ1,
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 40 cent-
PR IJS DER ADVERTENTIEN:
Per gewone regel 10 cent. Huwelijks-, G eb oor te
en Doodberichten van 46 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 1-5 regels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever H. LAREXJUA
Zoo er één goede raadgeving is, die in onze
verlichte negentiende eeuw, vooral nu deze ten
einde spoedt, wel nu en dan als met de bazuin
van den aartsengel aan de wereld verdiende
verkondigd en gedurig herhaald te worden, het
is die, welke in de bovenstaande woorden
vervat is.
Helaas, menigmaal in onze dagen moet men
met angst vragen of niet de geest meer en meer
wordt uitgebluscht en of spreken van verlichting
en beschaving, van toenemende algemeene ont
wikkeling niet veeleer een scherpe persiflage
moet heeten dan iets kenmerkend waars van
het laatst der negentiende eeuw.
Daar is deze week door de gansche christen
heid de aaudacht weder, gelijk telken jare,
gevestigd op de legende of't legendarisch dogma
van de uitstorting des heiligen geestes; aan
staanden Zondag zal een groot deel der chris
telijke wereld 't feest vieren der H. Drievuldigheid,
en dan voornamelijk den derden term der tri
niteit, den Geest, verheerlijken. Ach! is 't niet,
of sinds de bekrompenheid der menschen den
geest tot een der drie goden gemaakt en ten
hemel verwezen heeft, de geest zelf van de
aarde is verdwenen?
Zie de ontzettende gruwelen, die de christe
lijke Russen, onder de schuts van een regeering,
die St. Joris in haar wapen voert, op de
ongelukkige Joodsche bevolking van het rijk
pleegt, 'tis of de vvoeste horden van den her
rezen Tamerlan door de satellieten van den
Czaar zijn ingehuurd om de vermolmde steun
pilaren van den Czarentroon te pleisteren met
van Jodenbloed doorweekte, heilige, christelijk
nationale Russische aarde!
Zie in 't groote rijk der Britten de in weelde
en overdaad badende heerschers de sympathie
der beschaafde wereld afvergen voor hun harde,
zeer harde maatregelen van bedwang tegen een
door overgeërfde, ingeroeste armoede, ellende
en geestelijke verwaarloozing grootendeels
de schuld der overheersehers zelf tot het
uiterste gebracht onderdeel der rijksbevolking,
de arme, diepgezonken Ieren
Zie hoe 't trotsehe Londen zijn koningin een
ontbijt voorzet, dat een ton gouds kost, terwijl
duizenden en nog eens duizenden arme Iersche
vrouwen en kinderen, jongelingen en mannen,
nagenoeg zonder kleeren aan 't lijf, uitgemergeld
van ellende, rammelend van honger, verbitterd
door leed, uitgeput door hopeloos zwoegen,
huizen in krotten en holen in den grond en
toch nog daar vervolgd en geëxploiteerd dooi
de deurwaarders, misschien ook van hen, die
onderwijl te Londen met de koningin aan 't
ontbijt zitten.
Merk op, hoe de lui van 't bijbelgenootschap,
ook te Londen, zich dezer dagen van vrome
zelfvoldoening in de handen gewreven hebben
op 't hooren der verbazende cijfers van 't aantal
exemplaren van 't Woord Gods door hun toe
doen ook dit afgeloopen jaar weder overal
verspreid tot in de steppen van Mongolië, be
halve in de achterbuurten van Londen, waar
honderdduizend ellendelingen huizen, die geen
letter lezen kunnen al is zij zoo duidelijk als
de St. Paulskerlt
Zie hoe iu België en Frankrijk een geregelde
veldtocht wordt geopend door de ontginuers
van onwetendheid en domheid tegen de pogingen
der regeering om door verbeterd volksonderwijs
't peil der algetneene ontwikkeling één krapje
kooger te brengen
Zie hoe iu Duitschland, met een ijzeren vol
harding, een betere zaak waardig, gepoogd
wordt om den loop der zaken op 't gebied van
handel en industrie om te keeren, den stroom
te dwingen naar de bron terug te gaan! Merk
op hoe 't in 1871 met zooveel schoone ver
wachtingen begroete verjongde Rijk nu reeds
oud is en wrak, bezwijkende onder den last
van 't militairisme, verstikt door den pestadem
der reactie op elk gebied! Zie hoe dnizendeü
Duitschers 't land hunner vaderen moeten ver
laten om elders brood te gaan zoeken.
Zie hoe in Amerika, onder een bevolking,
die in uiterlijk vertoon van godsdienstigheid
baars gelijke nog te vergeefs zoekt, de weelde
zoo schrikbarend toeneemt, dat zij slechts ge
ëvenaard wordt in haar gang door de schurkerij
en 't cynisme op stoffelijk en zedelijk gebied.
Zie hoe daar scharen van vrome dames, met
kousenbanden aan de beenen van f 1000 'tstuk,
want ze zijn gesierd met naamletters en harten
in diamanten, smaragden en saffieren, zich
verdringen om den laatsten groet op te vangen
van een Guiteau, een laatsten lonk te genieten
van dien pedanten ellendeling met bebloede
handen. En aanschouw hoe diezelfde godsdien- I
stige scharen zich haasten om in haar vrienden
album een plaats in te ruimen voor 't portret
van Jesse James, den ellendigen struikroover,
die in 20 jaar tijcis meer dan 52 moorden
heeft gepleegd op onschuldige reizigers, die hij
bij den weg beloerde als een hyena zijn prooi,
tot hij nu dezer dagen door een van zijn eigen
bende verraderlijk werd neergeschoten, om 't
op zijn struikrooverskap gezette bloedgeld te
verdienenHoor hoe een geestelijke een lijkrede
uitspreekt bij de begrafenis van dien ellendeling,
hem betreurende als een der edelen van ons
geslacht, terwijl de weduwen en weezen zijner
onschuldige slachtoffers misschien in vergetel
heid armoede lijden en dezer dagen op nieuw
hunne verliezen beweenden.
Blusch den geest niet uit! Waarlijk er 'be
hoort veel optimisme, veel geestkracht toe om
niet mistroostig uit te roepende geest is
naar de goden verjaagd, op de aarde is hij
niet meer!
En toch, hij is daar wel. Toch mogen we
niet vragen of de dagen van voorheen niet
beter waren dan de dagen van thans, want
dat zou niet uit wijsheid zijn, nu evenmiu als
in de dagen van den wijze der oudheid.
Neen, laat geen der vrienden van licht, voor
uitgang, ontwikkeling, veredeling, door mismoe
digheid wegens de in zoo menig opzicht sombere
teekenen des tijdsden geest uitblusschen
vreezende dat alles illuzie was en dat de toe
komst is aan hen, die achterwaarts streven.
Al de donkere partijen op het groote tafereel
van het heden kunnen ons doen inachtnemen,
dat, nog niet alles licht is en klaarheid, dat
wel de donkere slagschaduwen zich te scherper
afteekenen naarmate het licht op de verlichte
partijen toeneemt, inaar dat toch het licht zelf
niet taant, niet ten ondergang neigt.
Neen, niet 7000, maar zeventig maal zeven
duizend zijn er overgebleven in alle landen,
die de knie niet gebogen hebben voor den
Baiil van godsdienstliuiehelarij, cynisme, over
dreven weeldezucht en dom materialisme, maar
die 't geloof hebben behouden aan de wezen
lijkheid van al wat waarachtig goed en schoon
en waar is. Na de donkere wolken, die den
hemel bedekken, na de sombere buien, die
den horizon verdonkeren, zal 't licht heller en
klaarder van glans weder opdagen om, zij 't
niet meer ons, dan een jonger geslacht dat
van de desilluzies dezer eeuw geleerd heeft
iets wijzer te worden, met zijn weldoende en
ontwikkelende tooverkracht te beschijnen.
Binnenland.
ZIERIKZEE, 2 Juni 488 2.
De paardenmarkt van Donderdag 4 Juni, begunstigd
door zeer fraai weder, was vrij druk bezocht. Er waren
442 paarden aan de.lijn, van welke ruim een vijfde
is verkocht. Er waren onderscheidene zeer mooie,
geldige dieren onder. De verloting van paarden en
voorwerpen van nut voor den landbouwer, door de
zorgen van 't Bestuur der Sociteit »Tot Nut en
Genoegen" aan dezen marktdag verbonden, slaagde
volkomen. Zij had plaats in de zaal der sociteit »Ons
Genoegen" en werd opgeluisterd door de muziek van
de Harmonie »Kunst en Eer."
De gemeenteraad van Steenbergen heeft zich tot
den Min. van Waterst. enz gewend met verzoek
om spoedig te doen overgaan tot de afdamming van
het Slaak, in verband met de ontworpen stoomtram-
lijn van Brouwershaven, langs Zierikzee, Zijpe, St.
Philipsland, Steenbergen, Oud-Gastel naar Rozendaal.
In een ingezonden stuk in het Dagbl. van Z.-ll.
en 's Gr. wordt een nieuw middel aan de hand ge
daan ter oplossing van de in ons parlementaire staats
leven gedurig voorkomende moeielijkheden. Ja de uit
denker van dat middel koestert de illuzie, dat die
moeielijkheden daardoor voor goed voorkomen zouden
worden. Hij raadt aan, altoos een ministerie uit de
minderheden te benoemen, zooals hij zegt uit erkende
voorstanders van de richting der minderheden, zoodat
de meerderheid in de Kamer altijd oppositie is. Dat
zou, volgens hem, drieërlei voordeel opleveren: 4°. de
Kamers zouden geen wetten meer afstemmen, opdat
een ministerie uit de meerderheid aan het roer kotne,
waardoor veel tijd bespaard en minder hartstochten
losgelaten zouden worden in de Kamers2°. de minder
heden zouden, wanneer de regeering altijd uit haar
werd samengesteld, daarin een waarborg hebben tegen
onderdrukking; 3°. men zou daardoor tamelijk zeker
zijn, dat wanneer de liberalen de meerderheid uitmaken
der Kamers, tot geen doldriftige, onberaden en ontijdige
maatregelen wordt overgegaan, en dat, wanneer die
meerderheid soms eens reactionnair mocht worden, vrij
heid en vooruitgang door de regeering zal worden ge
handhaafd en gehuldigd.
Illuzie en niets meer.
Wij vreezen dat die verwachtingen op alle punten
zouden worden beschaamd. Doch reeds de grond van
het denkbeeld is een illuzie. Een kabinet moet toch
altoos een zeker geheel vormen; de eisch der homo-