ZIKIIIkZl lsnii r«i|i\\i. 1882. No. 28. Zaterdag 1 April. 85ste jaargang. .iAD Vergadering van den Gemeenteraad T E ZIERIKZEE gehouden den 28 Maart 1882. (Vervolg en slot.) De heer Boeije merkt op, dat het verzoek van Van der Jagt tweeledig isdat met het eerste dient gewacht te worden totdat de heer Diehl er is en dat met de beslissing van het tweede niet geheel aan het verlangen van den verzoeker zal worden voldaan. Het is daarom beter te wachten. De heer Houwer zegt, dat het voorstel van Burgem. en Weth. is gedaan op grond van de in het vorige jaar over dezelfde zaak gevoerde beraadslagingen. De heer Moens begrijpt niet wat er tegen het voorstel van Burgem. en Weth. kan zijn. Dit strekt niet om de diensten van den verzoeker onbeloond te laten, doch om de zaak aan te houden. De toelage wordt gevraagd over 1882; de werkzaamheden moeten dus nog voor het grootste gedeelte worden gedaan. Spr. acht de zaak niet urgent en is daarom voor het voorstel van Burgem. en Weth. De heer van Manen is eveneens voor dit voorstel, llij verzoekt, dat Burgem. en Weth., als deze zaak weder ter sprake komt, eene juiste opgave zullen doen van de verschillende inkomsten, die den adressant uit de gemeentekas heeft en van de wijziging, die sedert zijn aanstelling in zijne diensten is gebracht. Het voorstel van Burgem. en Weth., om de behan deling dezer zaak aan te houden, wordt aangenomen met 9 stemmen tegen 1, die van den heer Schneiders; b. de rekening en balans der gasfabriek over '1881. De Raad stelt deze stukken tot onderzoek en ver slag in handen eener Commissie, bestaande uit de H.H. Moens, van Kinschot en de Crane; c. de rekening over 1881 van de openbare brei en naaischool. De Voorzitter stelt deze stukken in handen van de zelfde Commissie, om daarover verslag uit te brengen d. een verzoekschrift van D. Tool en Co. te Hoorn, om ondersteuning van de door hen aangevraagde con cessie tot het aanleggen van een stoomtramlijn van Brouwershaven naar Rozendaal. De Voorzitter stelt namens Burgem. en Weth. voor, de behandeling hiervan aan te houden, omdat bij art. 7 van het reglement op de tramwegen in Zeeland is bepaald, dat Gedeputeerde Staten de stukken zenden aan de besturen der gemeenten, waarvoor de tramweg zal worden aangelegd, om die ter inzage van belang hebbenden te leggen en 'sRaads gevoelen in te win nen over de vraag of het in het algemeen belang wenschelijk is, vergunning te verleenen, en dat deze stukken nog niet ingekomen zijn. Nadat de heer Moens er de aandacht van Burgem. en Weth. op gevestigd had, dat bij de vorige aanvraag tot het aanleggen van een tramweg wel een besluit is genomen om met de betrokken gemeente- en polder besturen in gemeenschappelijk overleg te treden om trent dien aanleg, doch dat waarschijnlijk thans een nieuw besluit zal moeten worden genomen, wordt i y VI zyn als veel onnut, niet produceerend maar wel concumeerend volk kou afgescheept worden naar andere oorden, waar de omstandigheden hen tot werken zouden dwiugen, of waar de voorwaarden voor het levensonderhond lichter te vervullen zijn dan hier. Doch deze beschou wingen en verzuchtingen baten nu eenmaal niet. Emigratie van luilakken, ledigloopers en alleilei onnut volk stuit af op den onwil van t glos dier lui en op de kosten die er aan zouden verbonden zijn. Het meest practiscb is altoos de zaak te nemen gelijk zij is, liet m rekening te brengen zooals bet zich voordoet, 't verschijnsel gade te slaan met al de belangstelling, die het ongetwijfeld verdient. besloten de behandeling dezer zaak aan te houden tot eene volgende vergadering. e. een verzoekschrift van W. van den Berge, oesterhandelaar te Bruinisse, om de buitengronden of slikken van den val af, tot aan Flaauwers, waarvan de gemeente eigenares is, tegen eene matige huur in pacht te verkrijgen, tot het nemen van proeven met de oesterteelt door middel van pannen. Burgem. en Weth. deelen mede, dat de gemeente Zierikzee is eigenares van de door den adressant be doelde buitengronden: 1°. als gerechtigd tot het ambachtsheerlijk recht in het geheele Poortambacht en 2°. als gerechtigd tot het ambachtsheerlijk recht in de voormalige Ambachsheerlijkheden Rengerskerke en Zuidland, waaronder begrepen zijn de verdronken dorpen Zuidkerke, Brieskerke en St. Jakobskerke. In aanmerking nemende, dat het hier geldt eene proefneming, meenen zij, dat de te betalen som laag moet zijn, daar als de proef gelukt na afloop van den nu te bepalen tijd eene lioogere som kan worden bedongen. Zij stellen daarom voor, den verzoeker de opgegeven buitengronden in gebruik te geven voor den tijd van vijf jaren, ingaande den 1 Mei a.s., tegen betaling van f 35 in het jaar, met bepaling dat hij na afloop van dien tijd de voorkeur zal hebben voor eene latere verhuring en dat de gemeente tot geenerlei vrij waring gehouden zal zijn, terwijl de verzoeker zich zal moeten gedragen naar de bestaande wettelijke bepalingen op het gebruik van oevers of buitengronden van rivieren. De Voorzitter merkt op, dat Burgem. en Weth. oorspronkelijk meenden een. termijn van drie jaren voor te stellen, doch dat de adressant dien te kort achtte en heeft verzocht dien op 5 jaren te brengen. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt het voorstel van Burgem. en Weth. aangenomen. Namens Burgem. en Weth. stelt de Voorzitter voor, aan P. Berrevoets en aan M. Hendrikse te Kerkwerve, op hun mondeling verzoek, tot weder- opzeggens toe, vergunning te verleenenom ieder eene vaste inrichting voor de visscherij te houden, op de buitengronden van Flaauwers, tegen betaling aan de gemeente eener jaarlijksche vergoeding van 4,50 elk, ingaande '1 Mei 1882. Alzoo besloten. Namens Burgem. en Weth. deelt de Voorzitter mede, dat bij art. 119 van het onlangs vastgestelde reglement op de wegen en voetpaden in Zeeland is bepaald, dat Burgem. en Weth. binnen zes maanden na de invoering van dit reglement aan den Raad de noodige voorstellen doen omtrent het al dan niet regelen van den onderhoudsplicht van wegen, die op de aanpalende landgebruikers als zoodanig rusten, dat zij geen termen hebben gevonden om dien onderhouds plicht te regelen en daarom voorstellen, dat de Raad zal besluiten niet tot die regeling over te gaan. Op voorstel van den heer Moens wordt de behan deling hiervan aangehouden en worden de stukken ter inzage van de leden gelegd. De Voorzitter geeft kennis, dat het kohier van den lioofdelijken omslag voor '1882 door Burgem. en Weth. is opgemaakt en in de volgende vergadering in behan deling komt en sluit vervolgens na omvraag de ver gadering. Snelpersdrukkerij van H. Lakenman te Zierikzee. raad der Amslercl. Ct. vernemen, dan kunnen zich twee gevallen voordoen die voor de hand liggen en nog een derde dat niet zoo dadelijk in het oog valt. De menschen die 't hier naar hun stand goed hebben, zullen de uitnoodigiugcn en opwek kingen van het comité voor landverhuizing naar de Transvaal voor kennisgeving aannemen; zij zullen ook weinig of geen acht slaan op de mededeelingen van Amerikaansche oude gasten, en ze zullen hier blijven. Waarom zouden zij zich ook verplaatsenDe mensehen die niet werken willen of niet werken kunnen, zullen van zelf hier blijven. Dit zijn de twee gevallen, die voor de hand ADVERTENTIEN: ent. Huwelijks-, Geboorte- en van 16 reg°ls 00 cent. 5 regels, mits contant betaald, 25 ct. den uitgever H. LAKENMAN, •h nu is nog een derde geval moge- ïen een groot aantal flinke, krachtige ame menschen zijn, nog ongehuwd ren in een gezin geraakt, voor wie 1 van landverhuizing een soort van rdt in de toekomst, i menschen op hun omgeving, dan getwijfeld ontwaren dat er, zoodra deren geraken en de zorgen dus toe hun illuzies weinig of niets kan a 't gewone lot: armoede en hope- n ook hun deel zal zijn, gelijk 't van hun familie en bekenden. Zou van een uitweg naar een jong, var arbeid en talent behoorlijk be niet een zeer goede zaak zijn comité, dat er raad op wist om bruikbare mensehen weg te helpen me jonge maatschappij, niet voor •en zijn? Wij meenen van ja. nkel zou dat een zegen zijn voor maar ook voor het geheele land. t de kwestie in de oude kwestie tdsliefde, der gehechtheid aan isehen grond, aan „de plek waar p stond, waar eens ons graf zal hoezeer wij ook gesteld zijn op poëzie heeft toch alleen zin, als <e wieg en daaromtrent zoo kwaad lis men zoo eenigszins kan nagaan, sstaande" graf zal bereiken zonder a doorgang van avmengesticht, alimentatie. Hongerende vader- van heel vveing waarde en 3eft daar ook niets aan. Alleen opvatting der staathuishoudkunde net een middeleeuwsche politiek ibeeld doen komen van beperking iug der emigratie, gelijk men Duitschland ziet. ook hier do vraag ruim op te feit der landverhuizing te nemen Wat zegt dat feit? Dit om noemen dat vóór een eeuw and van wilden was en dat het no voorraadschuur voor meer dan ild mag genoemd wordeu De vordt meer en meer in staat de oude lar te overstroomen met haar allerlei aard, krachtig te iuflueu- prijzen der levensbehoeften in .reld, ja de vreeselijke crisis te ver- cu op te lossen, die anders nu reeds ond-Europa tot een poel van ellende zou ge maakt hebben, die niet te vergelijken zou zijn bij den toestand die nu is, hoeveel deze ook te wenscken overlaat. De theorie van beperking der landverhuizing door moreele redenen, als b.v, de argumentatie der Amst. Ct. of door stoffelijke middelen, als die der avcreektsche Duitsche staathuishoudkundige politiek, bewijst reeds hierdoor mank te gaan, dat de enorme I vooruitgang van de Vereeuigde Staten een niet te loochenen feit is. Hadden de mensehen in Europa nu ecu eeuw lang de leer der hokvast heid en van 't kleven aan moederspappot of het te hooi en te gras hechten aan het vaderland opgevolgd, dan zon het er nu treurig uitzien.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1882 | | pagina 5