Binnenland. bij het feest van verleden weekeen geest drift zoo groot dat een all-Burschenschafter bij zijn semester-salamander (toast) in den salamander stikte en dood de zaal werd uitgedragen. Het ambtenarenheir juicht met eenparige stem 't keizerlijk woord toe dat hun het stemrecht ontneemt en hen ver plicht in alle gevallen de regeeringspolitiek bij de verkiezingen te steunen; 't gepeupel is blij, dat het ongehinderd: weg met de Joden! mag roepen. Heel het Duitsche schepsel ziet met opgestoken hoofde op naar do voorzienigheid die te Berlijn troont en haar succursale heeft te Varzin. Ondertusschen staan we aan den vooravond van het eeuwfeest der groote re volutie, die al deze dingen heeft te niet gedaan, al was Pruisen toen ook nog zoo hardleerse!]. ZIERIKZEE, 2 4 Januari 1 88 2. Wie zich Zondag 22 Januari, uitgelokt door het fraaie weder, naar buiten begaf om een wandeling te doen, kon zich verheugen in het gezicht van duizenden bloeiende madeliefjes, die als met den almanak in de war, de kopjes uit het gras staken. Met groot leedwezen vernamen wij gisteren de treurige tijding, dat onze vroegere stadgenoot, de heer F. C. Jacobi, leeraar aan de akademie voor beeldende kunsten te Rotterdam, na een korte doch hevige ziekte overleden is. Zijn droeve weduwe en kind verliezen in hem hun verzorger, zijn ouders hun trots, de kunst een veelbelovend beoefenaar, de school een leermeester van wien allen die hem kenden groote verwachting koesterden, wegens zijn genialen aanleg en de groote hoogte die hij reeds bereikt had in zijn ontwikkeling als kunstenaar. De heer Jacobi was alhier geboren en had zijn eerste opleiding genoten aan de hoogere burgerschool. Zijn afsterven op zoo jeugdigen leeftijd, hij was slechts 26 jaar, zal door velen met innige deelneming zijn vernomen. Te Colijnsplaat is Donderdag-avond de schuur van den landbouwer L. K. afgebrand, met een twintigtal paarden en ander vee, alsmede een grooten voorraad gedorsclit en ongedorscht graan en landbouwgereed schappen. Men vermoedt dat de brand is aangestoken, daar K. eenige uren te voren een brandbrief had ge vonden waarin hem geld werd afgeperst en welken brief hij aan de autoriteiten had gegeven. Te Hontenisse moet voor 2 leden van den gemeen teraad een herstemming plaats hebben tusschen de heeren B. J. van Remortel Nz., A. van Damme, J. J. Heyman en J. Menu. Den 2 Februari zal te Zwolle het monument op het graf van den heer W. J. Schuttevaer worden onthuld, ter gelegenheid van de algemeene vergadering der Schippersvereeniging, waarvan Schuttevaer de stichter was en die zijn naam draagt. De heer Seret treedt wegens zijn benoeming tot kapitein af als lid der Tweede Kamer. Ilij is natuurlijk terstond herkiesbaar. Naar aanleiding van de deputatie der vijf Limburgsche afgevaardigden naar den Minister Six, om dezen terug te doen komen op de benoeming van den heer v. d. Kamp, zegt »K. Lembour" in de Volksvriend van Roermond: »Que vouliez vous qu'ils fissent a eux cinq, contre Six?" Binnen weinige weken zal aan de Marinewerf te Amsterdam, het schroefstoomschip 'le kl. »van Speyk" zoover gereed zijn, dat het te water kan worden ge laten. Hiermede is dan de 5e der 7 oorlogbodems (type-Atjeh) gereed, die de kern van onze oorlogsvloot zullen uitmaken, om onzen invloed buitengaats te handhaven. Zij munten boven alle anderen uit, zoo wel wat zeewaardigheid als bewapening betreft. De «van Speyk" zal als vlaggeschip dienst doen. Den heer Justus van Maurik is door een commissie, bestaande uit de heeren Martin Calisch, E. v. Essen en F. A. L. v. d. Plas, namens een aantal effecten handelaars een prachtig geschenk aangeboden, be staande uit een keurige coupe en twee sierlijke kannen op gedreven schaal, alles in cuivre poli. Op de coupe is een opschrift, vermeldende dat eenige effectenlui als blijk van sympathie met de beschouwingen van «Klaas Komijn op de Beurs", door den heer van Maurik geschreven, hem dit geschenk aanbieden. Hbl Uit de Sneeksche stembus kwamen verscheiden briefjes waarop stond geschreven »Ik stem niet, als protest tegen het drijven van zekere partij". Blijkbaar van Irenische zijde afkomstig schrijft de Standaard, en, eenmaal die treurige gedachte opgevat hebbende, gaat zij voort: »Dit toont wat bitterheid er in het hart van som mige Irenischen huist. Een hunner, een predikant, kweekeling van de Doetinchemsche gestichten, ver klaarde van achteren ronduit, dat hij niet voor Oppedijk gestemd had. Zoo worden de geesten open baar! Ons volk leert thans zijn vrienden kennen." Ach, die Irenischen kosten de zuivere anti-revolutio- naren, de echte Christenen bij uitnemendheid, wat hoofdbrekenBittere, valsche broeders, die zich niet willen laten drijven! Z. M. de koning ontving Zaterdag-voormiddag te 10 ure en corps den president en de leden van de Eerste Kamer, die allen in gala-costuum ter audiëntie verschenen. Het gehoor duurde omstreeks een uur, tijdens hetwelk Z. M. zich met onderscheidene Vertegen woordigers onderhield. De audiëntie kan volgens het D. v. Z.-Hals een terugkeer worden beschouwd tot een vroegere gewoonte der Eerste Kamer, tot aan het einde van het presidium van den heer Philipse gevolgd, om aan het geëerbiedigde hoofd van den Staat jaarlijks, meest na Nieuwjaar, haar hulde te komen aanbieden. Door den inspecteur van politie is tegen den kastelein E. v. A. te Zeist proces-verbaal opgemaakt, omdat hij aan drie kinderen beneden de '16 jaren sterken drank had toegediend, waardoor deze beschonken zijn geworden. Een van de twee personen uit het huis van ver zekering te Utrecht ontvluchtis de Arnhemmer Creveld, van wien de Arnh. Ct. mededeelt, dat hij gegijzeld was wegens eene schuld van f 30,000. »De kosten der gijzeling, zegt zij, zijn door de vereeniging betaald, voor wie de gijzeling plaats had, in het ver trouwen waarschijnlijk, dat op die wijze de schuld zou worden afgelost, maar nu de Staat den gijzelaar laat ontvluchten, is dit geld voor niets uitgegeven. De vraag zal nu rijzen, of de Staat verplicht is de betaalde kosten terug te gevenof zou men het force majeure moeten noemen, dat een gevangene door on voldoende bewaking uit zijne gevangenis ontsnapt? Op het weder opsluiten van den ontvluchte zal niet veel kans bestaan, daar hij zich wel wachten zal in het land te blijven en voor uitlevering geen termen bestaan." De Reporter ontving het volgende schrijven uit Amsterdam »De hooge waardigheid, die wijlen Prins Frederik bij de Nederlandsche Vrijmetselaren bekleedde, is tot heden nog niet met een opvolger vervuld. Mogelijk interesseert het uw lezers dat als zoodanig genoenid wordt een uwer stadgenooten, namelijk jhr. J. M. Baud, voorz. meester der loge, in uw stad gevestigd en ook in qualiteit algemeen bijzonder gunstig ge roemd, 't welk u zeker wel 't best bekend zal zijn. Daar ik er nog geen woord van las in de Reporter en evenmin durf instaan voor het juiste aangaande de waarschijnlijke benoeming van genoemden heer tot Grootmeester Nationaal van Nederlands Groot-Oosten, zoo zou het toch zonderling mogen heeten, dat buiten- landsche magonnieke bladen daarvan melding maken, zonder dat zij dienaangaande uit goede bron zijn in gelicht. Het te Parijs verschijnend blad Chaine d' Union noemde als zoodanig in November des vorigen jaars den heer Lenting, maar voorts, dat na het overlijden van dezen hooggeachten heer, de voorloopige candidaten- lijst gewijzigd is geworden als volgt: jhr. J. M. Baud Gr. Meester Nationaal, J. T. Noordziek adj. Gr. M. en nog eenige namen van groot-officieren. De heer Nagaoka, gezant van Z. M. den Keizer van Japan, heeft aan den gep. vice-admiraal De Casem- broot, lid van de Tweede Kamer, de onderscheidings teekenen van ridder '1e kl. der orde van de Rijzende Zon overhandigd, hem door den Vorst geschonken. De zittingen der commissie voor de spoorweg-enquête zijn gedurende de loopende bijeenkomst van de Tweede Kamer geschorst. Met weet dat dezer dagen is gemeld, dat de ex-president der Transvaal, de heer Burgers, vóór zijn overlijden een uitgebreide memorie heeft opgesteld met een bepaling in zijn uitersten wil, dat dit stuk pas na zijn dood mocht openbaar gemaakt worden. Dit is thans geschied. De Kaapsche bladen hebben het stuk in zijn geheel gepubliceerd. De IV. Rott. Ct. deelt er een gedeelte uit mede en daaruit gaat veel licht op over Burgers houding na zijn heengaan uit Pretoria en tevens over de zaak der annexatie. Het stuk ademt een fleren mannelijken geest en stelt helder in het licht, dat Burgers geen verraad heeft gepleegd tegen de Transvaal, maar dat hij integendeel heelt gezwegen om de zaak der Boeren niet te compromitteeren, 't welk hij zeker had kunnen doen als hij alles had wereldkundig gemaakt wat hij wist ten laste der Boeren. Geldelijk voordeel heeft Burgers ook geenszins uit de omwenteling getrokkenwel is hij daardoor zoo goed als geruïneerd. Op Atjeh is nabij den Kraton een gewoon trans port door een tiental vijanden aangevallen en de be dekking van vier man gedeeltelijk afgemaakt. De aanvallers zijn ontkomen. Het valt niet te ontkennen, dat dit weder een teleurstelling is, vooral omdat in de laatste maanden de benden verliepen. Ook een Atjehsche kampong verder hét land in is aangevallen door kwaadwilligen, die er voor een 400 gulden aan waarde geroofd hebben. Het is niet te verwonderen dat velen daarbij het geduld verliezen. En toch is de eenige weg op den duur zoover te komen, dat de bevolking zelve dien toestand helpt onmogelijk maken, voor ons het geduld te bewaren. Op Samalangan zijn een paar kampongs in brand geschoten als straf voor het uitleveren van de moor denaars van den stuurman, die daar met twee matrozen aan den wal vermoord is. Volgens den gouverneur heeft die tuchtiging een goeden indruk gemaakt, welke echter niet verhinderd werd, dat op Telok Semawe gebouwen van de leger-leverantie in brand gestoken zijn. Ook daar zal dus getuchtigd moeten worden door de marine. Op de suikerfabriek Toelangan in Sidoardjo heeft een amokpartij plaats gehad. Een Javaansche baas van de fabriek heeft met een kris of kapmes eerst een Inlandsch kind gescalpeerdvervolgens drong hij de woning van den Europeeschen opzichter, den heer Kochs, binnen en zocht in de slaapkamer van de vrouw des huizes de baboe, op wie hij het gemunt had de man koesterde een onbeantwoorde liefde voor die baboe, de jongere zuster van zijn vrouw. De huisvrouw werd wakker, gilde »orang amok" en daarop bracht de amokmaker haar verscheiden steken toe, waardoor zij doodelijk gewond werd. De baboe, die het kind van haar meester trachtte te verdedigen, werd gewond aan het oor; het kind aan de hand. Weer naar buiten gesneld, moesten het de schoonvader, de moeder en de zuster van den amokmaker ontgelden. Volgens latere berichten zijn vier der gewonden, onder dezen ook mevrouw Kochs, aan de wonden overleden. De moordenaar trachtte zichzelf den hals af te snijden, wat hem echter niet gelukte. In de sociteit »de Harmonie" te Solo is een inzameling gehouden ten voordeele van den bootsman Keijzer, die de giek met schipbreukelingen van de «Koning der Nederlanden" te Ceylon heeft aangebracht. Deze gelden, ten bedrage van f 286, zullen aan de Maatschappij «Nederland" worden toegezonden, ten einde aan dien bootsman te worden overhandigd. Benoemingen, Besluiten, enz. Z. M. heeft zijn adjudant in buitengewonen dienst, den luit.-gen. K. van der Heijden, op diens verzoek, met ingang van '1 Februari, op de meest eervolle wijze en onder dankbetuiging voor de vele en gewichtige diensten door hem aan Z. M. en aan den lande bewezen, uit den militairen dienst ontslagen, met toekenning van pensioen. Bij Kon. besluit is bepaald, dat de standplaats van het kantoor van registratie en domeinen te Sluis met '1 Mei 1882 zal zijn Oostburg. Z. M. heeft benoemd in den Militieraad voor Zeeland tot voorz. mr. J. J. Pompe van Meerdervoort, lid der Prov. Statentot zijn plaatsvervanger W. A. Graaf van Lijnden, lid der Prov. Statentot lid D. A. Dronkers, wethouder van Middelburgtot zijn plaats vervanger mr. A. J. van Eckelen, wethouder van Middelburg. Z. M. heeft benoemd tot ontvanger der directe, belastingen, invoerr. en accijnzen te Sluis c.a. P. H. de Haan, surnumerair in de inspectie Rotterdam. Door Z. M. is C. J. van de Watering, surnu merair der directe belastingen, invoerrechten en accijnzen in de Inspectie Rotterdam, benoemd tot ontvanger der zelfde middelen te Gen dringen. Het hulpkantoor te Borsele is opengesteld voor den dienst der Rijks-postspaarbank. De Minister van Koloniën brengt ter kennis van belanghebbenden, dat op Maandag den 5n Juni '1882 en volgende dagen, des voormiddags om 9 ure, in het pharmaceutisch laboratorium aan de Hoogt te Utrecht zal worden afgenomen het vergelijkend examen voor hen die van Rijkswege wenschen te worden op-

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1882 | | pagina 2