ZIERÏKZEESCME COURANT. voor het arrondis- a4>., semeiit Zierikzee. 1881. No. 90. Woensdag 16 November. 84ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Binnenland. Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1,- Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER AD VERTENTIËN: Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contantbetaald, 25 ct. .Alle stukken, de redactie betrelfeiide, gelieve men uiteiTjk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKEiVSiAft'. Zierikzee, 15 Nov. Gisteren avond heeft de //Liberale Kiesvereeniging" alhier een vergadering ge houden, waarin behalve het stellen van een kandidaat voor het lidmaatschap van den Gemeenteraad, in de plaats van den heer van Nes van Meerkerk, die zijn ontslag genomen heeft wegens verandering van woon plaats, een hoogst belangrijk punt is behandeld. Eigen lijk waren er twee punten en wel voorstellen tot herziening van 't reglement der vereeniging. Het eerste was echter van ondergeschikt belang: het betrof de wijze van 1 oproeping der leden'. I)e heer G. A. de Looze had voorgeBteld, om ter bevordering van de opkomst der leden ter vergadering, voortaan behalve bij advertentie ook met citatie-biljetten de oproeping te doen geschieden. Het voorstel werd door het Bestuur overgenomen en met nlgemeene stemmen aangenomen. Als het doeltreffend mag blijken, zal de vereeniging er zeker veel bij winnen, immers in deze vergadering waren van de 70 leden niet meer dan 26 aanwezig. Zoo dit niet komt uit gemis aan belangstelling, dan komt het uit te weinige publiciteit en kan dus de door de vergadering goedgekeurde wijziging van 't reglement nut doen. Het tweede punt was het in de laatste vergadering aangekondigde voorstel van den heer Heijse tot wijzi ging van «art. 1 van 't reglement. Dit artikel bepaalt, zooals bekend is, dat de vereeniging zich zal bezig houden met het stellen van kandidaten voor de Tweede Kamer, de Prov. Stateu en den gemeenteraad en dat zij daartoe personen zal kiezen van wie men meent te weten dat zij de liberale beginselen zijn toegedaan. Het voorstel-Heijse strekte om dit zoo le wijzigen dat gekozen zouden kunnen worden personen van wie raen vertrouwen kan dat zij de liberale beginselen der vereeniging niet zouden benadeelen. In de toelichting van 't voorstel ontwikkelde de voorsteller dat ervaring, praetijk eu waarheidszin hem hadden geleerd dat het beter was de statuten te wijzigen dan, gelijk tot heden toe, bij eventuëele verkiezingen door transactie de beginselen der vereeniging minder te respecteeren. De ervaring toch leerde dat er voor vacatures in den gemeenteraad niet altoos geschikte personen te vinden waren, die de vereeniging met vertrouwen meende te kunnen aanbevelen als liberale kandidaten. Zij waren er wel, doch wilden vaak geen mandaat aannemen. Daartegenover stond dat soms mannen van talent en bekend met de bevolking en haar belangen, of specialiteiten in een of anderen tak van den open baren dienst werden aanbevolen, die de vereeniging dan steunde, ook omdat zij Van hen vertrouwde dat zij althans de liberale beginselen niet zouden be nadeelen. Zoo geraakte de vereeniging op onzuiver terrein. Wanneer nu door het aanbevelen van per sonen, wier liberale overtuiging minstens twijfelachtig was, doch die om bijzondere redenen of omstandigheden nog de beste der beschikbaren waren, toch feitelijk van de vlag werd afgeweken, was het beter de daardoor gewis feitelijk geworden maskerade maar na te laten en aan te nemen dat men naar omstandigheden zou kunnen behandelen, nltoos onder voorbehoud dat de liberale beginselen zooveel mogelijk op den voorgrond bleven. De Voorzitter mr. J. Moolenburgh, ontvouwde nu de meening van het Bestuur aangaande het voorstel. Zijn advies kwam hierop neer, dat de vereeniging, voor zoover betrof kandidaturen voor de Tweede Kamer of voor Prov. Staten, steeds wel geschikte personeu zal kunnen vinden, geheel de liberale beginselen toe gedaan, dat dus 'ten aanzien van dit deel van den werkkring der vereeniging het beginsel wel geformuleerd kan blijven alsj in art. 1 geschiedtdat echter met betrekking tot de verkiezingen voor den gemeenteraad het bestuur met het voorstel-Heijse kon medegaan, ja dit wat dat punt betrof zelfs overnam. De Voor zitter stelde mitsdien voor, art. 1 dus te wijzigen dat voor Tweede Kamer en Prov. Staten-verkiezingen de strenge eiseh van art. 1 zou behouden blijven, doch dat voor kandidaten voor den gemeenteraad ook desnoods personeu zouden kunnen aanbevolen worden, van wie men nu juist niet de belijdenis der liberale leer zou kunnen vorderen, doch van wie men mocht vertrouwen, dat zij de liberale beginselen en instellingen niet zouden benadeelen. De heer Heijse trok nu zijn voorstel in, daar hij dat van het bestuur nog ge lukkiger geformuleerd achtte dan 't zijne ei» het even goed 't voorgestelde doel kon bereiken. Er ontstond thans een niet onbelangrijk debat. De lieereu Zuurdeeg en Olivier waren van meening, dat de Vereeniging met het door haar in art. 1 uit gedrukte beginsel niet mocht transïgeeren. Beiden erkenden dat dit wel eens had plaats gehad, ook dat het te betreuren was dat erkend liberale en hoogst gewilde mannen doorgaans bedanken voor een kan didatuur voor den gemeenteraad, doch zij meenden dat de Vereeniging daarom nu niet tot wetsregel moest verheffen, wat eigenlijk in strijd met haar be ginsel was. De heer Zuurdeeg meende bovendien dat de Vereeniging in twijfelachtige gevallen, als er geen bepaald liberale kandidaat te vinden was, zich liever moest onthouden van het stellen van kandidaten dan kandidaten te stellen, die toch eigenlijk niet de hare konden zijn; hij stelde daarom een motie voor, strekkende om over te gaan tot de orde vau den dag. Daar echter in deze motie ook was uitgedrukt een afkeurend oordeel over het voorstel, dat in behandeling was gesteld, zoo moest nu eerst het voorstel zelf besproken worden. Dit geschiedde en na een bij wijlen door geestige zetten gekruid debat over het voorstel werd de motie-Zuurdeeg in stemming gebracht en verworpen. Het voorstel zelf werd daarna aan genomen met 19 tegen 7 stemmen. Alsnu werd aan de orde gesteld het kiezen van een kandidaat voor de bestaande vacature in den Raad. Had men vroeger wel eens een grostal van voor gestelde personen; tbaus was dit getal niet groot. Er werden verscheidene personeu genoemd, van wie andere aanwezige leden wisten, dat zij geen kandi datuur zouden aannemen. Men verkreeg ten slotte deze lijstmr. J. Mauritsz Ganderheijden, burgemeester M. C. de Crane jr., kassier; en mr. J. C. van der Lek de Clercq, notaris. Bij de bespreking dezer voorloopige kandidaten bleek niet onduidelijk, dat de vergadering reeds nu in de gelegenheid gesteld werd om, al3 zij dit wilde, de wijziging van art. 1 in praetijk te brengen. Bij de eerste stemming werd echter geen resultaat ver kregen, en moest alzoo eene tweede vrije stemming plaats hebben, die ook tot geen resultaat leidde. Bij de nu volgende' herstemming lusschen de heeren mr. J. C. van der Lek de Clercq en mr. J. Mauritsz Ganderheijden, verkreeg laatstgenoemde de meerderheid van stemmen en werd deze lieer aldus geproclameerd tot kandidaat der Liberale Kiesvereeniging voor de bestaande vacature in den Gemeenteraad. Volgens Het Zuiden wordt ter vervanging van het aftredend lid der Tweede Kamer, jhr. J. L. de Jonge, de aandacht gevestigd op mr. P. C. 't Hooft, advocaat en procureur te 's Hertogenbosch. Op ile jachttentoonstelling te Kleef is een zilveren medaille toegekend aan den heer C. van Heemstede Obelt, scheepsbouwmeester te Amsterdam, voor zijn //practisch ingerichte en voortreffelijk gebouwde booten voor de jacht op waterwild". Wij hebben niets tegen de jacht op waterwild, vinden eenden- of ganzenbout een heel aangename versnapering eu trekken ons zelfs iets aan van de eer door onzen landgenoot behaald. Maar wat is jacht op waterwild? Als men nu de laatste weken en verleden najaar zelfs vele weken lang, hier op SchouwenDuiveland zich wel eens op de zeedijken en langs inlagen, schorren en platen heeft bevonden, dan heeft men daar kunnen zien hoe gezelschappen Engelsche jagers daar bezig waren om alle vogels dood le schieten die maar te betrappen waren. Zij deden dit met onver- moeiden ijver, mist, regen, weer eu wind Irotseerende, zelfs den orkaan, van 14 October niet ontziendevan den vroegen morgen tot den avond waren zij bezig, niet met jagen maar met schieten, en zij schoten, zooals gezegd is, al wat vleugels had. Noch de meeuw, noch de zeelieve, noch de zwarte als een torpedoboot in 't verborgen zwemmende meerkoet was voor hun moorddadig lood veilig. De langbeenige dake, de vroolijke gruto, de jolige klute, kortom geen onzer schor- en strandvogels vond genade in hunne oogen. Meermalen vroegen wij ons nf, of dat toch wel goed was dat zoo een paar vreemde lui permissie kunnen krijgen om onze waterpartijen zoo leeg te schieten, dat het er eenzaam en dood i3 nis op een ondergeloopen kerkhof, terwijl onze eigen arme drommels zelfs geen mossel, ja geen kreukeltje mogen rapen langs de zeedijken? Toen die lui hier voor 't eerst kwamen, dachten wij dat het jagers waren, die op wilde ganzen of eenden uitkwamen, eu wij hadden een soort pleizier in heil, dat zij voor hun jachtliefhebberij zooveel overhadden; doch sedert liet is gebleken dat het geen jagers maar enkel doodschieters van onschadelijke ja zelfs nuttige vogels zijn, denken wij anders over hen, en zouden wij liever zien dat zij maar niet weer kwamen, anders staat het te vreezen, dat zij liet ge vogelte geheel zullen uitroeien. En dat gevogelte behoort toch zoo eigenaardig bij onze slikken, schorren, dijken en stranden, terwijl de eieren in den voortijd voor menigeen een niet onaardige verdienste opleveren. De gebr. M. te Nijmegen, die ook door het Hof te 's Hage zijn vrijgesproken, nadat zij op de bekende minder gebruikelijke manier een schuld hadden weten binnen te krijgen van een slechten betuier te Zierikzee, hebben thans het bedrag dier schuld aan de algeraeene armen vau Nijmegen geschonken. Uit Bergen op Zoom wordt gemeld, dat door tusschenkomst van een drietal heeren een som van f 70000 is bijeengebracht voor de exploitatie van een stoomtram naar Tholen. De werkzaamheden zullen nu spoedig een aanvang nemen. Deze zaak is reeds geruimen tijd hangende geweest en zal dus nu tot uitvoering komen. Is Tholen eenmaal door een vlug vervoermiddel met het spoorwegnet verbonden, dan zal het doortrekken van de lijn door het eiland slechts een vraag van tijd zijn. Misschien is er dan ook te denken aan een verbinding met Duiveland en Schouwen, door middel van een stoomboot in het veer Stavenisse- Vianen. De gemeenteraad van Veere heeft den groolen toren aldaar in eigendom overgedragen aan den Staat. Tot lieden waren alle nasporingen naar den vcr- moedelijken dader van den moord te Veere vruchteloos. Men vermoedde de laatste dagen dat hij zich nog in dc gemeente ophield en heeft eenige ledigstaaude gebouwen doorzocht, doch zonder gevolg. Met de processen-verbaal naar aanleiding van de nieuwe drankwet gaat het druk, veel drukker dan met die wegens overtreding der vogelenwet of van die op den kinderarbeid. Te Amsterdam zijn reeds meer dan 200 personen bekeurd wegens den kenne-

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1881 | | pagina 1