i ZIEKIkZliKSCIIi: COURANT. voor het airondis- seisient Zierikzee. 1881. No. 59. Zaterdag 30 Juli. 84ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Feuilleton. Binnenland. Schetsen uit de werken van Emile Zola. 10.— 10. IER. midd. 12 u, 12 12// 12,/ 12 12 12 12 12 12 12 12» 12» 12 12 12// 1 S T E I. Ziekzriee. Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden/ 1,Franco per post ƒ1, Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zeilden aan den uitgever H. LARENMAA. ZIERIKZEE, 29 Juli 18 8 1. Het festival van //Nut en Genoegen#, gisterenavond gegeven, is geheel naar wensch geslaagd. Er was veel publiek, het weder was overheerlijk, de muziek opgewekt en opwekkend, de verlichting kwistig, 't vuurwerk daverend, kortom, 't was zooals men het maar wenschen kon. Het Bestuur der Sociteit tot ,/Nut en Genoegen'' verdient ook dit jaar weer veel lof voor de vele be moeiingen, die het zich getroost en voor de goede regeling. Men had deze gelegenheid te baat genoten om te herdenken aan de gewichtige gebeurtenis van 26 Juli 1581. Daarop doelde een fraaie decoratie met de buste van Willem den Zwijger en een allegorische voorstelling van „de Dageraad der Vrijheid", die den ontwerper en uitvoerder eer aandoen. Daarop was ook eenigszins her fraaie program van 't concert berekend, dat gegeven werd door de kapel der dienstdoende schutterij, onder directie van den heer Ezerman, met medewerking van 't Mannenkoor „Luctor et Emergo". Het „Vlaggelied" van Verhulst, 't „Wilhelmus"'en 't „Wien Neerlands bloed", alle met begeleiding van koperinstruraenten, verwierven veel bijval. Namens het Bestuur der Sociteit heeft de heer G. A. de Looze ook in welgekozen en goedgesproken taal de nationaie strekking dezer feestviering doen uitkomen, 't welk luide toejuichingen van instemming uitlokte. De orde en de opgewekte geest lieten niets te wenschen over. Men is sinds eenigen tijd bezig met gedachten- wisselingen om te komen tot een soort van internationale conventie, regelende de rechten der visschers en de politie op de vischplaatsen. Deze zaak is nog niet verder gevorderd dan tot die algemeene gedachten wisseling. Toch schijnt zulk een regeling meer en meer noodig te worden. Zoo men weet staat bij ons een oorlogsscheepje op stapel dat voor den specialer, dienst van politie op de visch plaatsen onder onze kusten zal uitgerust worden. Onder wijl klagen onze visschers; doch de vreemde visschers niet minder. Inzonderheid klagen de Engelsche en Schot- sclie visschers over hun Hollandsche vakgenooten. Dezer dagen waren 't- de Schetlandsche visschers, die bij hun regeering ernstige klachten hebben ingeleverd over der. overlast van de Hollandsche visschers. Deze laatste, zeggen zij, komen met eeu vloot van honderd en meer zeilen op de Schetlandsche kust visschen en ontzien zich dan niet het tuig der eilanders te beschadigen en hen te verhinderen hun beroep uit te oefenen. Op den duur zal er een regeling moeten komen. Het aantal visschersvaartuigen op de Noordzee bedraagt eenige duizenden, het is geen wonder dat dit tot scherpe concurrentie en tot vijandige handelingen aanleiding geeft. De heer J. M. Kakebeeke te Goes is benoemd tot lid van de jury voor de te 's Hage te houden ten toonstelling van pluimgedierte. Den ln en 2n Augustus zullen te Vlissingen groote festiviteiten plaats hebben. De Kon. Hand boogschutter].] „Willem III" zal dan haar 30-jarig bestaan en de harmonie „Ons Genoegen" haar 10-jarig bestaan vieren. Er zullen rüuziekuitvoeringen, een optocht, een schietpartij, volksspelen, illuminatie enz. plaats hebben. Gezelschappen uit onderscheidene plaatsen hebben hun medewerking toegezegd. Te Groenendijk, gem. Hontenisse, gaat tegenwoordig meer om dan rechtuit. Zondag is aan een schuur tegen over de R.-Kath. kerk aldaar aangeplakt gevonden een schriftelijke bedreiging tegen den pastoor Smulders en den onderwijzer Goedhart, betrekking hebbende op eeu door lie heeren geïnde erfenis van eeu aldaar overleden juf vrouw, die haar vermogen niet aan erfgenamen maar aan de kerk en zoo dit niet kon, aan een paar tusschen- personen vermaakt had. Of de erfgenamen op deze manier de hun ontgane erfenis ooit zullen machtig worden, valt te betwijfelen. Ook is er in datzelfde dorp brand geweest. I)e heer C. van der Hooft te Ter Neuzen heeft voor f 7325 aangenomen het uitvoeren van werken tot verbetering van den Nol bij Maalhoek door rijsbe- kleeding, steenglooiing enz., alles behoorende tot den Kruis-polder. Van 24 Augustus tot 3 September zullen in een gedeelte der provincie Overijsel groote manoeuvres gehouden worden door een troepenmacht, samengesteld uit de drie wapens, met de noodige toevoeging van genietroepen, ambulance, ordonnancen, veldtelegrnaf en maréchaussee. Op 26 Juli, de derde eeuwdag der afzwering van Philips II, waren in vele plaatsen des lands de vlaggen uitgestoken. Aan het ruiterstandbeeld van Willem den Zwijger, voor het Kou. paleis in de residentie, was een fraaie krans gehecht. l)e Synode der Ned. Herv. Kerk, die thans te 's Hage vergaderd is, heeft aan Z. M. per telegram een feestelijken groet gebracht naar aanleiding van datzelfde feit. Te 's Gravenhage heeft zich een comité gevormd bestaande uit de heereti vice-admiraal jhr. de Casera- broot, Van Hogendorp en Jeeckel, om zoo mogelijk nog op den aanstaanden 5 Augustus, zijnde de eeuw dag van den slag op Doggersbank, door eenige feestelijkheid bij de Nederlaudsche Marine aan dat belangrijke wapenfeit te doen gedenken en om tegen 1882 een meer duurzame herinnering daaraan voor te bereiden. De heeren Kievits, Grein en Rutgers van Rozen burg hebben in een nader adres van de Eerste Kamer getracht het betoog te wederleggen van den Minister van Waterstaat in zijn memorie van antwoord omtrent het Rijnvaartkanaal, waarin hij het onhoud bare aantoonde van hunne bewering, als zou een verbetering van den vaarweg tusschen Amsterdam en Rotterdam over Gouda meer in 't belang zijn van den Rijuhandel, dan de uitvoering van door de re geering voorgestane verbetering van de Keulsche vaart. riOEEIX DE BANNELING. Uit ,/le Ventre de Paris». Auguste, geef me 't vet, riep Quenu. En toen hij den schotel had aangevat liet hij het spekvet jzachtjes in den pot glijden, 't vloeibaar makende met het eind van den lepel. Het vet smolt, een dikke wasem steeg van 't fornuis op. - En wat gaven ze hun te eten? vroeg de kleine Pauline vol belangstelling. Zij kregen rijst vol met wormen en vleescli ;>y;dat stonk, antwoordde Elorent met gedempte stem. Z\] moesten eerst de wormen er uithalen eer zij de .rijst konden eten. Als 't vleescli gebraden en heel gaar was, dan ging dat uog; maar gekookt stonk het zoo lerg, dat men er dikwijls kramp in den buik van kreeg. Dan zat ik liever op droog brood, zei 't kind, 'na eenig nadenken. Leon, die klaar was met hakken, bracht nu 't wor9t- vleesch op een schotel op de vierkante tafel. Mouton, .die met de oogen op Elorent gericht was blijven zitten, naar 't scheen, zeer verrast door de historie, moest een beetje achteruit gaan en deed dit, ofschoon zeer onwillig. Toen ging zij weer in elkaar gedoken zitten spinnen met den neus over 't gekapt. Ondertusschen scheen Lisa haar verbazing en walging uiet te kunnen verbergendie rijst vol met wormen en het vleescli dat stonk, schenen haar haast ongelooflijk vieze dingen toe, zoowaar, een schande voor wie ze gegeten had. En op haar kalm gezicht en haar dikken hals kwam als een wolk van afschuw van dien man, die eens gevoed was met zulke onreine dingen. Neen, een plaats van lust was 't niet, hernam hij, terwijl hij, zonder op Pauline te letten, half in gedachten naar den dampenden pot keek. Eiken dag nieuwe plagerijen, een eeuwigdurende vernedering, een verkrachting van alle gerechtigheid, een versmading van de menschlievendheid, die de gevangenen wanhopig maakte en hen langzamerhand deed verkwijnen in een ziekelijke wraakkoorts. 't Was een beestenleven, altoos onder de zweep, die boven de schouders opge heven werd. Die ellendelingen wilden den man dooden Dat kan men niet vergeten, neen, dat is niet mogelijk. Dat lijden zal eenmaal wraak schreeuwen. Hij was zacht gaan spreken en 't vroolijk snerken van 't spek in den pot klonk boven zijn stem uit. Maar Lisa luisterde naar hem, verschrikt over de uit drukking van wraaklust, die zijn gelaat plotseling had aangenomen. Zij hield hem voor een huichelaar en dacht dat zijn zachte voorkomen maar geveinsd was. De doffe toon van Florent vermaakte Pauline onge meen. Zij schoof heen en weer op neefs knie, verrukt van de geschiedenis. Eu toen? En toen de man? murmelde zij. Florent zag Paulientje aan en scheen zich weder te bezinnen, hij vond zijn droevigen glimlach weer terug. De man, hernam hij, wilde niet op het eiland blijven. Hij had maar één enkele gedachteheengaan, de zee overstekeu om de kust te bereiken, die men bij mooi weer als een witte streep kon zien aan den horizon. Maar dat was niet gemakkelijk. Men moest een vlot maken. Daar er reeds gevangenen ontsnapt waren, had men al de boomen van het eiland omgehakt opdat de anderen geen hout zouden kunnen vinden. Het geheele eiland was kaal en zoo naakt, zoo dor onder de heete zon, dat het verblijf er nog gevaarlijker en afgrijselijker werd. Toen kwam de man met twee van zijn kameraden op 't denkbeeld zich te bedienen van de boomstammen hunner hutten. Op een avond gingen zij dan weg van 't eiland op eenige balken, die zij met dorre takken bij elkaar gebonden hadden. De wind dreef hen naar de kust. Het begon weer dag te worden toen hun vlot op een zandbank strandde en dat wel zoo hard, dat de boomstammen losraakten en wegdreven op de baren. Het scheelde weinig of de drie ongelukkigeu waren in dat zand blijven steken zij zakten er tot hun midden in, een zonk zelfs nog tot aan de kin en de twee anderen moesten hem er uittrekken. Eindelijk bereikten zij een rots, waarop nauwelijks plaats was om op te zitten. Toen de zon opkwam bemerkten zij recht over hen de kust, een streep van grijze klippen, die dien geheelen kant van den horizon besloeg. Twee van hen, die konden zwem men, besloten naar die klippen te gaan. Zij wilden nog liever dadelijk verdrinken dan langzaam op die rots van honger] te stervenZij beloofden hun kameraad dat zij hem zouden komen halen als zij 't land bereikten en een boot gevonden hadden. O Ja, daar heb je 'tl riep de kleine Pauline,

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1881 | | pagina 1