ZÏEMKZEESCIirailMf: voor hot arrondis- seiiient Zierifaee. 1881. No. 32. Woensdag 27 April. 84ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Fe uille t o n. Schetsen uit de werken van Emile Zola. Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1,- Afzonderiijke nommers 6 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER AD VERTENTIËN: Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 16 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukke», de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever li. LA KEY51 AA'. Binnenland. ZIE RIK ZEE, 26 April 188 1. Zaterdag j.J. heeft de heer Marlet alhier in de afd. van de Zeeuwsche Maatschappij van Landbouw een voordracht gehouden over de behandeling en africhting van het paard. De voordracht was hoogst belangrijk en zal't onder werp in een volgende vergadering door den heer Marlet verder worden afgehandeld. Die vergadering zal dan op Schuddebeurs gehouden worden. Zondag-namiddag is van de reede alhier naar zee gegaan het stoomschip t,Amsterdam", kapil. Taat, van Rotterdam naar New-York, met ruim 900 landver huizers aan boord. De trek der landverhuizers is tegenwoordig druk. De Rolterdamsche Maatschappij laat elke week een boot varen en nu zijn reed9 al de plaatsen genomen tot Juli toe. Ook op de nieuwe lijn van Amsterdam gaat het druk. Gisteren avond heeft de Liberale Kiesvereeniging alhier een vergadering gehouden tot hel stellen van een kandidaat voor de vervulling der vacature in den Gemeenteraad, ontstaan door het overlijden van den heer v. Citters. Als kandidaten werden genoemd de heeren v. Kinschot, Borghstijn en W. A. de Jonge. De heer Borghstijn werd tot kandidaat gekozen, doch daar hij, nog staande de vergadering door 't bestuur gepolst, voor de onderscheiding bedankte, had een nieuwe stemming plaats en alsnu werd de heer van Kinschot tot kandidaat gekozen. Ook had in deze vergadering de aftreding plaats van het bestuurslid, den heer Heijse, die, volgens 't reglement niet terstond herkiesbaar zijnde, vervangen werd door den heer R. Koole. Volgens een schrijver uit Brussel aan het Vaderland zou de heer van Lansberge, die thans als afgetreden Gouv.-Generaal van Ned.-Indië op de thuisreis is, weder als Nederlandsch gezant te Brussel geplaatst worden en zou de tegenwoordige gezant, de heer Gericke van Herwijueu, zich uit liet diplomatiek leven terugtrekken. Indien 's IConings machtiging wordt verleend, zal in de maand Mei a.s. een buitengewone vergadering der Provinciale Staten van Zeeland worden gehouden, ter behandeling der aanvragen om subsidie voor de tramlijnen in de voormalige vierde en vijfde districten van Zeeland. Door de Zeeuwsche Maatschappij tot bevordering van landbouw en veeteelt, nfdeeiing Huist, zal op Donderdag 28 Juni a.s. te Axel een tentoonstelling gehouden worden van paarden en ander vee en van pluimgedierte. Te Vlissingen werden in tegenwoordigheid van den hoofd-ingenieur der marine, den heer A. J. H. Beeloo en den luitenant ter zee le klasse den heer Beucker Audreae, op de werf der Koninklijke Maatschappij de Schelde, de kielen gelegd van een stoomschip van composite bouw ten dienste der Indische Civiele Marine, hetwelk den naam van „Zwaluw" zal voeren, alsmede van eene sleepboot voor de Bataviasche havenwerken, beide voor rekening van het departement van koloniën. Denzelfden dag werden te water gelaten twee ijzeren lichterscheepjes, gebouwd voor rekening eener firma te Parijs en bestemd voor üakker in Afrika. Een stoomsleepboot voor dezelfde firma wordt binnen weinige dagen te water gelaten. De motieven waarom de minister Vissering zijn rentewet heeft ingetrokken, zijn het lïbl. nog niet zeer duidelijk. De zaak stond voor het ontwerp niet hopeloos; integendeel is de onderstelling niet gewaagd, dat de voordracht, hoe onvolmaakt en bedorven ook, ten slolte toch ware aangenomen, om het beginsel, dat bij art. 1 met groote meerderheid is goedgekeurd, evenals de toepassing, door den minister daarvoor gekozen. Al het overige was van ondergeschikten aard en kon, als het thans minder juist of volledig werd geregeld, na eenige jaren van ervaring worden verbeterd en aan gevuld. Indien intusschen de naaste aanleiding tot de intrekking van het ontwerp hierin gelegen i9, dat ook bij den minister Vissering de overtuiging is onl9taan omtrent de noodzakelijkheid eener algemeene inkomsten- belnsting, bij één enkele wet in te voeren, dan zou liet Ebl. zich er zeer over verheugen. Elke parliëele belasting der inkomsten het is duidelijk genoeg gebleken leidt tot groote moeielijklieclenmen lean wel de inkomsten naar de verschillende bronnen treffen, maar behoorde dat dan tegelijkertijd te doen. De min. had dit voorbeeld ook thans behooren te volgen door het ontwerp der bedrijfsbelasting tegelijk in te dienen, of althans de invoering der rentewet uit te stellen totdat een betere bedrijfsbelasting het patent kon ver vangen. //Hij heeft dit niet gedaan, schrijft het Ebl. maar het geheele ontwerp teruggenomen. Wij hopen, dat dit niet zal zijn een voorbode van zijn aftreden, maar slechts een terugtred, om weldra, krachtiger gewapend, terug te komen, een reader pour mieux sauter. In dat geval zouden wij ons over het besluit verheugen, omdat het kans zou geven op een betere regeling. Men zou dan nieuwe reden hebben van dankbaarheid tegenover den minister, die, inziende dat hij niet het juiste pad heeft ingeslagen, liever omkeert dan verkeerd uit te komen. Maar indien moedeloosheid de aanleiding 19 van de intrekking, indien dus de •uelasiir/gÈicrr^.mis.g- vnnr onbepaalde» tijd wordt uitgesteld, dan zouden wij de intrekking zeer betreuren". Benoemingen, Besluiten, enz. Bij het dezer dagen gehouden examen voor ambtenaren bij de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen zijn o. a. bevorderd de heeren H. W. le Sage ten Broek en A. J. J. le Sage ten Broek, en zijn beiden met ingang van 1 Mei geplaatst aan het Hoofdbureau te Utrecht. Na te Hellevoetsluis afgelegd examen is de machinist 2e klasse bij de Marine W. de Waardt, bevorderd tot machinist le kl. DE BRUILOFTSPARTIJ UIT „L'ASSOMMOIR". IV. Nu verklaarde iedereen, dat hij al sinds lang 't onweer gevoeld had. Toen men de kerk uitkwam had meneer Madinier wel gezien waar dat op uit zou draaien. Lorilleux vertelde, dat hij van 's morgens drie ure af niet meer had kunnen slapen wegens zijn eksteroogen. 't Kon ook wel niet anders; 'twas nu al drie dagen waarlijk al te heet geweest. O, 't zal misschien nog wel overdrijven, herhaalde Coupeau, die aan de deur met een onrustig gelaat nnnr de lucht stond te kijken. We wachten alleen nog maar op mijn zuster; als zij kwam konden we toch wsl vertrekken. Werkelijk had madam Lorilleux niet op den tijd gepast. Madam Lerat was bij haar aangeloopen om ze af te halen maar daar zij haar had aangetroffen terwijl ze bezig was haar korset aan te doen, waren ze samen aan het kakelen geraakt. De groote weduwe voegde er aan 't oor van Coupenu zachtjes bij Ik heb ze laten zitten. Zij heeft het land! Je zult eens zien wat een kop f Eu de bruiloft moest nog een kwartier geduld oefenen, op en neer trippelende in de gelagkamer van den waard, nu geduwd, dan gestooteu in 't gedrang van de mannen, die een slokje kwamen drinken aan de toonbank. Nu en dan gingen Boche of madam Enuconnier of Bibi—la—Grillade eens even naar voren om op den rand van het trottoir den neus in de lucht te steken, 't Dreef maar in 't geheel niet over; het werd donker, langs den grond gierende windvlagen joegen 't witte stof dwarrelend in de hoogte. Bij den eersten donderslag maakte juffrouw Remanjou een kruis. Aller blikken wendden zich angstig naar de wijzerplaat boven den spiegel: 't wa9 al 10 minuten over half twee. Ga je gang riep Coupeau. Daar gaan de engeltjes al aan 't schreien. Een regenvlaag veegde den weg schoon, waarop vluchtende vrouwen liepen met beide handen de rokken opbeurende. Onder die eerste bui kwam eindelijk madam Lorilleux aan, ademloos, woedend, vechtend op den stoep tegen haar parapluie, die niet toe wilde. Heb ik van mijn leven stamelde ze. Dat snapte me juist aan de deur. Ik' wilde alweer naar boven gaan en me uitkleeden. Ik had daar waarachtig goed aan gedaanNou! dat 's een mooie bruiloft! Ik heb 't wel gezeid, ik wou alles uitstellen tot aan staanden Zaterdag. En nu regent het omdat men niet naar mij geluisterd heeft! Des te beterI Des te beter, laat de lucht bersten voor mijn part! Coupeau trachtte haar tot bedaren te brengen. Maar ze wilde niets van hem weten. Hij zou haar kleed niet betalen als 't bedorven was. Zij had een zwart zijden kleed aan, waar ze schier in stikte; het lijf was te nauw, het trok op al de knoopsgaten en schrijnde haar aan de schouders; en de rok, die heel glad geknipt was, spande haar zoo stijf om de dijen, dat ze slechts met heel kleine stapjes kon loopen. De dames van 't gezelschap keken haar wezenlijk met medelijden aan en beten zich op de lippen om haar toilet, 't Was of ze Cervaise niet eens zag, die naast moeder Coupeau zat. Zij riep Lorilleux en vroeg om zijn zakdoek; toen ging ze in een hoek van de kamer en veegde zorgvuldig elk drupje regen weg, dat op de zijde gevallen was. Inmiddels had de regen plotseling opgehouden. Het werd nog donkerder, bijna nacht, een loodkleurige nacht door breede bliksemstralen doorkliefd. Bibi-la- Grillade riep lachend, dat 't vast nog pastoors zou gaan regenen. Toen barstte 't onweer opnieuw met buitengewone hevigheid los. Een half uur lang regende het of 't met bakken uit de lucht gegooid werd en het bliksemde onophoudelijk. Yoor de deur slaande keken de mannen in den grijzen sluier van den stort regen naar de volle goten en hoe 't water als 't ware dampend opstoof uit de plassen. De vrouwen waren verschrikt gaan zitten met de handen voor de oogen. Er werd weinig gepraat, want men was een beetje benauwd. Een gewaagde aardigheid van Boche over 't onweder, hij zei dat St.-Petrus daarboven niesde deed niemand lachen. Maar toen men slechts nu en dan een slag meer hoorde uit de verte, werd het ge zelschap opnieuw ongeduldig, men was boos tegeu 't onweer, vloekte en balde de vuisten tegen de wolken. Er viel nu een eindelooze stofregen uit de aschgvauwe lucht

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1881 | | pagina 1