/IFBIkXKKSCIll COlfiAM. voor het arrondis- sesuent Zierikzee. 1881. No. 28. Zaterdag 9 April. 84ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD F e u i 11 e t o n. Binnenland. Schetsen uit de werken van Emile Zola. Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1, Afzonderlijke nommérs 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald. 25 ct. Alle stukken, de redactie betteffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKENMAX. ZIERIKZEE, 8 April 18 8 1. Over bet weer kan men lang en breed redeneeren, zonder veel verstandigs te zeggen. De slotsom is toch altoos, dat men het moet nemen zooals 't valt en er niets aan kan veranderen. Ook kan men zich troosten met de overtuiging, dat het weer, hoe;,took zij, altoos wel ergens goed voor zal wezen. Dit neemt niet weg, dat het aanhoudende geblaas 'en geronk van dien killen N.-Oo9ter ver van aangenaam is voor het gevoel; 't is wat overdreven frisch. Voor de waterschapsbesturen en de anti-stoomge- malers is 't een kolfje naar de hand. De eerste zien met genoegen de polders goed drogen; de laatster) zeggenziet gij wel, als 't maar N.-O. wind is, dan heb je geeii stoom noodig, om 't water kwijt te raken. Wij zijn 't ondertusschen niet alleen, die klagen over schraal en koud weer. Iti de meeste N. en N.-O. streken is het nog streng koud. De Bothnische golf is nog vol zwaar en sterk ijsde Oostzee krielt nog van drijvende ijsmassa's. Men vreest, dat het wel Mei zal wezen vóór daar 't ijs opgeruimd zal zijn. Daarenboven is het ook thans op vele plaatsen, die vrij wat zuidelijker liggen dan wij, nog kouder dan hier. Men is 't niet eens omtrent de kansen op spoedige verandering. Terwijl sommigen malsch weer verwachten, op grond dat bij de dag- en nachtevening de wind Z. geweest is, beweren anderen, dat de N.-O. wind af en aan zal blijven doorstaan tot na St.-Jan omdat het bij de evening N.-O. wind geweest is. Het is een geluk dat de vroegbloeiers onder de boomen nog niet wakker waren, toen die buitengewone koude is ingevallen, anders zou er veel bloeisel ver loren zijn gegaan. Wij vernemen zelfs van perzik- booraen, die na goed den winter doorgekomen te zijn, dezer dagen wel twee a drie decimeter in 't lot bevroren zijn. Van deze en dergelijke fijne vrucht zal vermoedelijk dit jaar weinig terechtkomen. De wintertarwe kriiript en bruint onder de kou en op sommige weilanden is ook die eigenaardige bruine tint waar te nemen, die een gevolg is van schrale kou. Men is overal druk bezig met nnrdappelen zetlen. De hoveniers treffen het bitter slecht, daar er hoe genaamd geen vooruitgang in 't gezaaide volt waar te nemen. De lange droogte, gepaard raet fallen wind, heeft op onderscheidene plaatsen weer aanleiding gegeven tot min of meer ernstige heide- en hoschbrauden. In den regel krijgen de locomotieven de schuld van deze branden doch als alles zoo droog en dor is, behoeft er soms slechts een klein vonkje uit pijp of sigaar op den grond te vallen om begin van brand te ver oorzaken. In de Nut9vergadering van Dinsdag-avond j.l.-i9 de heer J. Sanders uit Middelburg opgetreden met een voorlezing over handenarbeid, of zooals 't met een leelijk woord hier en daar genoemd wordt, huisvlijt. Ingevolge een besluit der algemeene vergadering der Maatschappij, in Augustus 1880 te Amsterdam ge houden, zal dezen zomer le Amsterdam een cursus gehouden worden met het doel, onderwijzers te doeu kennis maken met deu aard en de methode van het onderwijs, dat noodig is om de jeugd te kunnen leiden bij deze nuttige spelende oefening van hand en oog; van smaak en oordeel. De heer Sanders maakte nu door zijn lezing de leden van het Departement bekend met de geschiedenis der zaak en stelde het auditorium in de gelegenheid, uit een aantal door hem medegebrachte en tentoon gestelde voorwerpen te zien, wat het kind alzoo kan leeren vervaardigen en hoe Veelzijdig nuttig die handen arbeid is. Het doel is niet opleiding voor een ambacht, de bedoelde handenarbeid komt niet ten prejudice van de ambachtsschool, noch van den winkel; kinderen van alle standen, ook zij die wel nimmer zich met eigenlijken handenarbeid zullen moeten onderhouden, allen kunnen nut van de tegelijk prettige en leerzame oefeningen in handigheid trekken. Het is te hopen, dat het Departementale bestuur moge slagen in de pogingen om ook hier een ge legenheid te scheppen, waar 'de handenarbeid -onder wezen werdt. Wat de heer Sanders mededeelde en vertoonde verwierf zeker de algemeene belangstelling. De ver gadering bevestigde, dit door het applaus, waarmede het de woorden van den Voorzitter begroette toen deze den heer Sanders dank zegde voor de nette en heldere uiteenzetting der zaak van den handenarbeid, voor 't oogenblik hier nog nieuw, doch waarvan 't verwachten is, dal zij opgang zal maken en nut stichten. Tot slot van dezen leesavoiul en tevens van tie wintervergaderingen vergastte de Voorzitter, de heer J. H. C. Heijse, 't auditorium op een bijdrage, die te beschouwen \va9 p.ls een vervolg of aanhangsel van zijn lezing over Zola. Het wa9 't betoog, dat het zoo genoemde naturalisme of realisme in de letterkunde volstrekt niet nieuw is, gelijk trouwens Zola zelf be tuigt. Reeds voor ruim een eeuw waren er zeer origineele beoefenaars van dat genre. Als voorbeeld hiervan droeg Spr. eenige fragmenten voor, vertaald uit een werkje in 't plat-Duitsch, zooals dat in 't Hnnoversche gesproken wordt en dat veel gelijkt op de taal, waarin Frits Reuter geschreven heeft. Het boekje handelt over den dorpsprediker Jobst Sackmann, een zeer origineele figuur, humorist van nature en naturalist met opzet om daardoor des le beter ver staanbaar te wezen voor zijn hoorders. Dat er veel aardigs en aantrekkelijks lag iu de manier vnn den eerwaarden Sackmann was nu ook af te leiden uit den ongedwongen hartigen lach, die zoo menige zijner geestige zetten en plastische vallen den hoorders afdwong. Naar wij vernemen is de onlangs door het Beheer der grintwegen in Schouwen uitgeschreven geldleening groot f 1500, gegund tegen een jaarlijksche rente van 43/*% aan de Sloomreederij//Schouwen en Duiveland" te Schiedam. Het voor ongeveer 25 jaar door baron van Brieneu in het Voorhout te 's Hage gebouwde paleis, i9 thans ingericht tot een hotel van den eersten rang. Het //Hotel des Indes", zooals 't heet, zal met 1 Mei geopend worden en een der weelderigste hotels van 't land zijn. Door den Bey van Tunis is benoemd tot officier der orde- van Nichan-Iftihnr, behalve een aantal andere officieren van 'l eskader dat thans in de Midilellnndsche zee kritist, ook de offie. van gez. le kl. M. C. Buijze. Een handelaar in granen en erwten te Breda, de heer v. B., had de leverancie aangenomen vnn granen en erwten voor het leger over 1881, tot een bedrag van' f'75,000 a f 80,^000. De- partij erwten, die de heer v. B. zond, werd tot drie malen toe door de commissie van de keuring der levensmiddelen, als niet beantwoordende aan het monster, afgekeurd. DE ROTTGON-MACÖUARTS, natuurlijke en sociale historie eener familie onder het tweede Xeizerryk. i,De Fortuin der Ro u g on 9." (Ie werk van de-reöke. XIII. Sterven, sterven, die gedachte bracht Silvare in verrukking. Daar bracht men hem dus lang9 dien langen witten' weg, die vnn Saint-Roure afdaalt naar Plassans. Had hij dat geweten, dan had hij zich nog meer gehaast. Sterven op dien steen, achter in die enge gang, in die lucht waar hij nog Miette's adem meeixie te ontwaren, zulk een troost in zijn smart had hij nooit gehoopt. De hemel was toch wel goed. Onbestemd glimlachend wachtte hij. Ondertusschen had Mourgue de pistolen gezien. Tot dusver had hij zich dom laten medesleuren. Maar nu greep de schrik hem aan en met sidderende stem herhaalde hij Ik ben van PoujoU, ik ben van Poujolsl Hij liet zich op den grond vallen, hij kroop nau de voeten van den gendarme, hij smeekte, en verbeeldde zich va9t, dat men hem voor een ander hield. Wat kan dat mij schelen of jij van Poujols bent, bromde Rengade. En daar de ellendige, al sidderende, schreiende van angst, niet'begrijpende waarom hij moest sterven, zijn bevende handen opstak, zijn arme kromgewerkte en vereelte arbeidershanden, en in zijn patois zeide, dat hij niets gedaan had, dat men hem vergiffenis moest schenken, werd de eenoogige ongeduldig omdat hij hem den tromp van 't pistool niet tegen het hoofd kon zetten, zoo bewoog hij zich. Zul je zwijgenriep hij. Toeu begon Mourgue, dol van schrik en niet willende sterven, te brullen als een dier, als een varken dat men keelt. Zul je zwijgen, kinkel! herhaalde de gendarme. En hij schoot hem door de hersens. Als een klomp rolde de boer neer. Zijn lijk buitelde tegen een hoop planken, waar het in elkander gekrompen bleef liggen. Door den ruk was 't touw gebroken, dat hem aan zijn metgezel verbond. Silvère viel op de knieën voorden grafsteen. - Uit overmaat van wraaklust had Rengade Mourgue 't eerst gedood. Hij speelde met het andere pistool, hij hief 't langzaam op, den doodstrijd van Silvère genietende. Deze zag hem rustig aan, doch het gezicht van deu eenoogige, wiens andere oog hem als 't ware doorboorde, walgde hem. llij wendde den blik af als vreesde hij als een lafaard te zullen sterven als .hij dien man bleef aanzien. Maar zoo als hij de oogen opsloeg bemerkte hij het hoofd van Justin bovenden rand van den muur, op de plek waar Miette altoos kwam afspringen. Justin was aan de Romensche poort onder de menigte, toen de gendarme de twee gevangenen had weggebracht. Hij had het op een loopeu gezet, om 't Jas-Meiffren doorloopende, bij de executie te kunnen wezen, 't Idéé dat hij van al de deugnieten van de voorstad de eenige zou zijn, die het drama zou zien als van een balkon, deed hem zich zoo haasten, dat hij wel tweemaal viel. Hoe hard hij. echter liep, kwam hij te laat voor het eerste schot. Als een wanhopige klom hij in den moerbei boom. Toen hij zag dat Silvère nog over was, glimlachte hij. Van de soldaten had hij vernomen, dat zijn nicht dood was, de moord van den wagenmaker voltooide zijn vreugde. Hij wachtte op het schot mét dien wellust, dien hij smaakte in het lijden van.onderen, maar ver tienvoudigd door 't afgrijselijke van 't tooneel, en gemengd met een uitgezochteu afschrik. Toen Silvère dat hoofd herkende, daar alleen boven den muur uitkomende, dien onreinen lummel, met dat bleeke en blijde gelaat, met de haren half overeind

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1881 | | pagina 1