Z1ERIKZEESEHE COURANT.
voor het arrondin-
stwnt Zierikee.
1880. No. 102. Zaterdag 25 December. 88ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Binnenland.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden/ 1,Franco per post 1,-
Afzonderlijke nomraers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER AD VERTENTIEN:
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct#
Alle stukken, <ie redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LA IK EX MAN.
ZIERIKZEE, 24 Dec. 188 0.
Door het Engelsche Gouvernement is aan schipper
J. van der Klooster en onderhoorigen te Burghsluis
een som van 19 toegekend, als gratificatie voor de
redding der equipage van het op 26 October j.l. ge
strande Eng. schooner8chip //Miss Thornton", kapt.
W. Lane.
Den 21 dezer herdacht de heer G. J. Sevenhuisen
te Brouwershaven zijn 25jarige ambtsvervulling als
secretaris der gemeente Duivendijke. In een plechtige
zitting van den gemeenteraad werd hem door den
burgemeester namens de gemeente een fraaie fauteuil
en een inktkoker aangeboden, terwijl hy nog vele blijken
van waardeering ondervind.
Dordrecht heeft een zijner verdienstelijkste burgers
door den dood verloren, n.l. jhr. E. J. v. d. Santheuvel.
Zijn lijk is met groote plechtigheid grafwaarts gebracht.
Men zag in den stoet o. a. het //Kon. Dordrechtsch
Fanfarencorps", 't welk door den overledene was op
gericht. Het voerde een treurmarsch uit. De lijkkist
was bedekt met een twaalftal kransen.
Maandag is te Amsterdam liet Panorama, opgericht
door de Panorama-maatschappij aldaar, in tegen
woordigheid van talrijke autoriteiten en vele genoodigden,
waaronder bijzonder werd opgemerkt de burgemeester
ven Purmerend, de heer Hasselaar, en zijn zuster,
mej. Kenau Hasselaar, plechtig geopend met een
toespraak van den voorzitter der Maatschappij, dr.
G. F. Westerman. Daarna werd het Panorama
bezichtigd, voorstellende liet beleg van Haarlem op
20 Dec. 1572, op liet oogenblik, dat de Haarlemmers
een uitval wagen. Het kunstwerk van den heer Tetar
van Elven werd algemeen bewonderd. Het fraaie
gebouw is naar het plan van den architect, den heer
Gosschalk opgetrokken. Behalve het panorama en
een diorama vindt men er een kunstzaal in, waar
reeds een marmeren buste, voorstellende een Amster-
damsch weesje, was tentoongesteld. Die buste van
den heer Stracké werd niet minder dan het overige
geprezen.
De aanhoudende zware regens, in ons land en elders
gevallen, hebben de rivieren verbazend doen zwellen,
zoodat op vele punten de waterstand ongekend hoog
en de communicatie gestremd is. Te Maastricht stond
liet water Dinsdag zoo hoog als 't sedert 8 Februari
1850 niet meer gezien is. Men duchtte ook de door
braak van den scheidingsmuur tusschen de Maas en
het Luikscho kanaalwaardoor enorme schade zou
kunnen aangericht worden.
Hier iti 't naburige Dreischor wordt het overvloedige
water ook met zekere belangstelling gadegeslagen. Dé
polder Dreischor ligt nu eenigermate als een zeer groote
put rondom in droge polders. Nu is 't wel mogelijk dat
de voorstanders van een sluis toch zullen volhouden
dat zulk een suatieraiddel wel voldoende zou zijn, als
't er maar was, doch de voorstanders van een stoom
gemaal kunnen dit vele water als koren op litiu
molen beschouwen en er op wijzen, dat juist onder
zulke omstandigheden de goede diensten van een
stoomgemaal het meest in 't oog moeten vallen. Toen liet
nu zoo dag aan dag regende, dachten we onwillekeurig:
ziezoo, het regent stemmen voor een stoomgemaal in
Dreischor.
Dinsdag heeft de Commissaris des Konings, jhr. mr.
A. P. C. van Karnebeek, vergezeld van mr. Polman
Kruseman, commies ter provinciale griffie, een officieel
bezoek gebracht aan de gemeente Vlissiugen. Na teu
raadliuize aan autoriteiten enz. audiëntie verleend te
hebben, gebruikte de Commissaris het dejeuner ten
huize van den burgemeester, den heer A. Smit, waarna
een bezoek werd gebracht aan de inrichtingen van
openbaar eu bijzonder onderwijs, het gasthuis en liet
weeshuis.
Door een aantal neringdoende ingezetenen van
Middelburg is een van 137 handteekeningen voorzien
adres aan den Minister van Oorlog gezonden om te
verzoeken, dat het garnizoen niet uit Middelburg
worde weggenomen.
Dinsdag hebben Ii.H. M.M. de Koning en de
Koningin een bezoek gebracht aan de Koningin van
Zweden, die zich, zooals men weet, in liet Amstel-hotel
bevindt, waar zij door dr. Mezger behandeld is en
dat zij binnenkort geheel hersteld weder zal verlaten.
De Kroonprins van Zweden, die zijn moeder was komen
bezoeken, wachtte het koninklijk paar aan het Centraal
station af.
Te Bergen op Zoom zal de politie gereorganiseerd
en het personeel uitgebreid worden.
Cornells Stuart vierde dezer dagen zijn vijftigjarige
dienstvervulling als tamboer bij de D.D. Schutterij te
Amersfoort. Sedert 22 December 1830, toen hij als
vrijwilliger en tamboer bij de mobile schutterij uittrok,
tot lieden heeft hij onafgebroken de trom geroerd,
als 't noodig was natuurlijk Hij is drager van
't metalen kruis en van 't eereteeken voor langdurigen
schutterlijken dienst.
Men herinnert zich dat eenige dagen geleden de
heer Rijketis te Warffum een gedrukten brandbrief
heeft thuis gekregen en wel uit 's Grnvenliage. Thans
verneemt men uit het D. v. Z.-H. en 's Gr. dat deze
brandbrief eigenlijk niets anders was dan een traktaatje,
met het opschrift: //Bereid uw huis, want gij zult
sterven". Het moet dus een streek zijn van een dier
beunhazen, op 't gebied van zonde en bekeering, die
hun patiënten liefst aanpakken met bangmakerij voor
den dood. 't Moet er toch wel erg dreigend uitgezien
hebbenhoe kan anders door een ontwikkelde een
reclame voor de dweperij voor een brandbrief aangezien
worden
In liet Noorden staat de tram nog bloot nan booze
tegenwerking van de zijde van zekere personen, denkelijk
zij, die zich door den nieuwen concurrent benadeeld
achten. Bij Veenwoude het ft men getracht den naar
Dokkum gaanden tram te doen ontsporendoor een
dwars over den weg gelegden boom. Op een ander
punt had men grint en zand op de rails opgehoopt
om een ontsporing te weeg te brengen, doch de voerman
bemerkte nog intijds liet gevaar en wist de rails weer
vrij te maken. Toch moest de wagen een eind verder
wel derailleeren door nieuwe beletselen, die men daar
in den weg gelegd had. Gelukkig werd niemand door
den schok gedeerd.
Armenzorg. Naar aanleiding van een bericht
aangaande Je Vereeniging tot het bezoeken der armen
te Middelburg, in de N. Rott. Courantgeeft dit blad
eenige opmerkingen ten beste, die, ofschoon niet nieuw
meer, voor menigeen nog wel nieuw mogen lieeten en
alleszins behartiging waardig zijn.
De bedoelde vereeniging werd geleid door de over
weging, dat het houden van nieuvvjnarscolleclen, liet
uitreiken van soepkaarten enz. enz., weinig aanbeveling
verdienen.
Bij de gevers, gedreven door de zucht tot persoonlijk
optreden, persoonlijke begiftiging, openbaart zich nog
zoo weinig lust tot samenwerkiug; bij gevers en be
giftigden bestaat nog zooveel neiging voor liet diaconie
stelsel met zijn winterbedeelinkjes door kleine giften,
enz., dat er niet genoeg tegen die oude sleur kan te
velde getrokken worden.
Het spreekt van zelf dat de armen zich weinig
rekenschap geven van den invloed, dien bedeelingen
op hun moreel gehalte, hun geestkracht en op het
voortwoekeren van het pauperisme uitoefenen. Zij
trachten te krijgen wat zij kunnen, en het is hun vrij
onverschillig in welken geest hun gegeven wordt, als
zij er maar niet bij te kort komen. Aan hen mag men
geen hooge eischeu stellen. Zij hebben met armoede
te worstelen, en zij trachten zoo spoedig en zoo
gemakkelijk mogelijk die armoede te bestrijden. Maar
van de meer gegoeden mag men meer verwachten. De
armen kunnen uit hun lnilpeloozen toestand worden
opgericht als de rijken daartoe in de eerste plaats mede
werken. Zij moeten, waar zij de toestanden niet kennen,
ook erkennen dat geven op zichzelf zonder te letten
op de omstandigheden, eer kwaad doet dan goed.
De meeste gegoede lieden hebben wel geld over
ten behoeve van armen en door het lot misdeelden,
maar weinigen hebben tijd en lust om zich persoonlijk
ernstig met' armenzorg op te houden,
Dit is niet te verwonderen. Armenzorg vereischt
veel studie en moeite, veel toewijding en tijd. Dat
brengt velen er toe zich maar met liet geven van giften
en gaven er van af te helpen. Men vindt het afwijzen
van armen hardvochtig, en kan niet gelooven, dat het
afschepen met enkele dubbeltjes of kwartjes vaak reel
hardvochtiger is, niet om het afschepen, maar om den
demoraliseerenden invloed, dien de gift op den arme
kan uitoefenen.
Onze geheele armenzorg is, dank zij de publieke
opinie, niet veel meer dan een uitdeeling van kleine
gifteu op groote schaal. De inkomsten van vele armen
bestaan uit allerlei bedeelinkjes van verschillende
particulieren en genootschappen, die van elkander
niets welen. De. gevers werken dit niet alleen in de
hand, maar eischeu zelfs, dat hun voorbeeld navolging
vinde. Zij zullen u verwijten dat ge niets geeft, eu
zich diets maken dat ge hardvochtig zijt, zonder uw
beweegredenen te kennen zij zullen zich tevreden stellen
als gij iets geeft, al i9 dat iets ook nog zoo weinig en
geheel onvoldoende. In de plaats van fiksche hulp aan
gezinnen, die ze liet meest verdienen, is daardoor van
lieverlede gekomen een reeks kleiue tegemoetkomingen,
die nooit voldoende zijn om in de behoefte te voorzien,
en er alleen toe bijdragen om een aantal huisgezinnen
in een chronisclien staat van armoede te laten, waaruit
zij zich zelden of nooit kunnen opheffen.
Wat heeft nu het stelsellooze ondersteunen aan
de armen uitgewerkt? Dat zij voor andere hulp nau
welijks nog vatbaar zijn. Komt men nu met flinken
afdoende» steun, dan wordt de bedoeling door de
meeste begiftigden slecht begrepeu, en in plaats van
waardeering en bevrediging vindt men ontevredenheid,
wispelturigheid en verkwisting.
De toestand kan verbeterd worden, maar iaugzaam
en alleen door de medewerking van liet gevend publiek.
Dit liandele met meer overleg en toone zich niet meer
afkeerig van aaneensluiting.
Een allerdolst geval heeft zich, volgens de N. R. Ct.f
te Rosmalen voorgedaan. Daar hebben n.l. twee jongens
van 10 en 12 jaar de openbare school in de kom der
gemeente geheel leeggeplunderd, 's Avonds 11 ure zijn
ze de school ingegaan, staken licht aan, pakten alle
aanwezige boeken, leien, schriften, kaarten enz., na
er eerst een inventaris van gemaakt te hebben, op
een handwagen, en verlieten tusschen 2 en 3 ure
't gebouw, met hun buit den weg naar 's Hertogeubosch
opkarrende. Om half zes werden zij staande gehouden
door iemand, waarop zij den wagen van den dijk