ZÏERIKZEESCÏÏE COURANT. voor iel arrondis- xskx sement Zierikm. 1880. No. 88. Woensdag 20 October. 83ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden 1,— Franco per post 1,- Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER AD VERTE NTI EN Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever lï. LAIiE\5IAX. Binnenland. ZIERIKZEE, 19- Oct. 1 8 8 0. Vrijdag-avond j.l. werd een vergadering gehouden van de alhier iu het afgeloopen voorjaar gestichte //IJsvereeniging". De vergadering was voornamelijk belegd om het door het bestuur op de reeds in de eerste vergadering vastgestelde grondslagen ontworpen reglement in behandeling te brengen en de leden bekend te maken met den uitslag der pogingen door het bestuur aangewend om tegen den aanstaanden winter, als er namelijk ijs komt, de bereiking van het door de//IJsvereeniging" beoogde doelliet maken en onderhouden van goede ijsbanen en zoo mogelijk het organiseeren van ijsfeesten, voor te bereiden. Met het oog op een en ander was 't spijtig dat zoo weinige leden waren opgekomen. Die er waren toonden even wel des te beter het belang van zulk een vereeniging te begrijpen en tot bereiking van het doel krachtig te willen medewerken. Wij vertrouwen dat ook de niet ter vergadering aanwezige leden daarin niet achter zullen blijven, zoodra zij met het verhandelde zullen bekend geworden zijn. Voor een dergelijke zaak als een ijsclub of ijs- vereeniging geldt hetzelfde als voor een oorlog in tijd van vrede moet men zich op mogelijkéïi oorlog voorbereiden en zoo ook moet men voor de vorst er is, zorgen dat de noodige maatregelen voorbereid zijn om iets tot stand te brengen dat het algemeen ge noegen kan verhoogeti. Maar gelijk voor 't leger geld noodig is, zoo is dit ook onmisbaar voor het succes eener ijsvereeniging. Gelukkig is daarvoor niet zooveel noodig als voor 't leger. Maar geld is toch noodig, ja 'tis op dit oogenblik voor onze jonge «IJsvereeui- ging" 't ééne noodige; al 't andere komt dan van zelf, vooral als ev eens een vorstje komt, dat het bestuur de gelegenheid aanbiedt om 't publiek te doen zien wat er met een weinig goeden wil en wat geld kan gedaan worden. Wij twijfelen echter niet of vele belangstellenden zullen na met de plannen in kennis gesteld te zijn, die steunen, waartoe dezer dagen de gelegenheid zal worden gegeveu. De Middelt. Ct. meldt, dat het mond- en klauwzeer zich op Walcheren vertoond heeft. Bij de runderen van den landbouwer V. te St. Laurens heeft zich de ziekte voorgedaan. Door den veearts is de afzondering van het vee van andere runderen bevolen. Ook uit het Noorden des lands is gemeld dat de ziekte er zich sporadisch vertoont. Thans is het verslag openbaar gemaakt van de proeven door den heer C. J. Bottemanne te Bergen op Zoom, hoofdopziener der visscherij op de Schelde en Zeeuwsche stroomen, genomen met kunstmatige teelt van Californisclie zalm (salmo quinnat), Het doel van den heer Bottemanne was in de eerste plaats een zalmsoort in onze rivieren te kweeken, allereerst in de Maas, die door uiterlijk voorkomen genoeg van de bij ons voorkomende Rijnzalm (salmo salar) verschilt, dat de viaschers hem bij 't vangen dadelijk zullen herkennen als een vreemd soort, waardoor dan kan geconstateerd worden of de kunstmatige zalmteelt wezenlijke resultaten geeft of niet. Men mag vermoeden dat reeds herhaaldelijk door de visschers zalmen zijn gevangen afkomstig uit de kweekerijen, doch door bekrompenheid, onwil of onverschilligheid is daarvan nog weinig of niets gebleken. De Galifornische zalm is zoo kennelijk onderscheiden, dal de visscher of handelaar, die er exemplaren van in handen krijgt, 't terstond opmerkt. Zaterdag-morgen tusschen elf en halftwnalf uur zijn de ijverige pogingen, sedert negen dagen onafgebroken aangewend door de justitie en politie om den degen stok van I)e Jongh in handen te krijgen, met een gunstigen uitslag bekroond. De stok is door den duiker van de firma Bickers Co. te Rotterdam ge vonden, op een plaats ongeveer 3 a 400 meter ver wijderd van de door De J. aangewezen plek. Van buiten is er niets bijzonders aan den stok te zien 't i9 een gewone gedoomde stok, zonder knop of haak en aan het boveneind alleen van een gevlochten riempje voorzien. Het lemmer is omstreeks 44 cM. langover een lengte van 20 cM. glad en verder in een gegroefde punt uitloopende. De inspecteur Dubel heeft steeds het oog op het zoeken naar den stok gehouden. Er is proces-verbaal van de gewichtige vondst opgemaakt; de stok is ter griffie van de Rechtbank in bewaring geuomen. De sergeant Musquetier is bij het Instructie-bataljon te Kampen aangekomen en onder de leerlingen van den hoofdcursus opgenomen. Vermoedelijk zal het nu niet geheel en uitsluitend aan hem liggen als hij binnen korten tijd officier wordt. De schrijver der //Residentie-brieven/' in het ZeeuwscU Dagbl. weet te vertellen dat aan Musquetier de keuze gegeven was tusschen de broederorde van den Ned. Leeuw met bevordering tot plaatselijk adjudant, dus officier, en plaatsing op den hoofdcursus en dat hij dit laatste heeft gekozen om zijn carrière niet uitsluitend aan 't ontdekken van den moordenaar te danken te hebben. Dat is een goed beginsel en pleit met het weigeren van geldelijke belooning voor het karakter van den heer Musquetier. Wij vinden echter dat het nu al wèl is en we vinden het voor 't gevoel onaangenaam dat er zulk een overdreven relief gegeven is aan een handeling, die, ofschoon ongetwijfeld zeer te pas komende aan de justitie, toch voor zeer verschillende beoordeeling vatbaar is en voor den man zelf zijn levenlang vast nooit zoete herinneringen kan nalaten, al getuigt zij ook van een sterk ontwikkeld plichts gevoel. Volgens de Tielsche Ct. is de schrijver van den dreigenden brief aan den sergeant Musquetier te Zalt- Bommel ontdekt en gearresteerd. Het moet een ge wezen onderofficier van liet Indische leger zijn, die met de Jongh tegelijk uit Indië was gekomen. De man zou naar den Haag gebracht worden. Te Delft is het volgende voorgevallen Tijdens ds. L. van der Valk van de Chr, Ger. Gem. aldaar zich Donderdag 1.1. te Gorinchem bevond, ontving zijn echtgenoot thuis een brief met het post merk Delft, van ongeveer den volgenden inhoud //M. H.Ik heb f 25,000 noodig en die moet u mij geven, als u die mij niet geeft vermoord ik een van je kinderen, stuur mij door je meid, die ik ken het geld, het moet in een envelop zitten met een zwart bandje, ze moet er mee loopen Vrijdag-avond tusschen 7 en 8 uur van je huis tot aan de Nieiuv- straal dan de Hippolyte-buurt tot aan den sigai en- winkel van Deenik, dan de Choorstraat tot aan liet einde en dezelfde weg terug, als je het aan de politie aangeeft dan vermoorden wij jou, als wc je kind van daag niet krijgen dau krijgen wij het toch morgen. We haten je ook erg7'. De brief is in handen der justitie gesteld. Er is wel geen twijfel of we hebben hier te doen met een uit de grap uitgegeven tweede editie van den beruchten Haagschen brief. Er is blijkbaar plagiaat in 'op te merken. Maar als 't ook al een grap is, dan is 't lang geen onschuldige maar een hoogst gevaarlijke en o. i. ook zeer schuldige en strafbare grap. Laat ons aannemen dat de briefschrijver nu juist geen vriend van den heer V. is, dan heeft hij zeker in onbezonnenheid toch niet bedacht welk een ontsteltenis en augst hij in eeu rustig gezin teweeg zou brengen als daar die brief ontvangen werd. Het is te hopen dat de schrijver uitgevonden worde. Men zal hem dan aardigheden van die soort voor 't vervolg wel afleeren. Zelfs zou 't wel mogelijk zijn, dat de justitie de zaak niet als een grap opnam, maar hem er cenige jaren voor liet brommen. Daar zou weinig tegen in te brengen zijnwant ook als een grap verzonnen is het een zeer boosaardige daad, die strenge straf verdient. In den Nieuwen Waterweg zijn belangwekkende proeven genomen met een werktuig om den bodera van de geul om te woelen, opdat het zand dan door de eb naar zee kan gevoerd worden. Onder toezicht van den hoofdingenieur J. van der Toorn te 's Hage zijn deze proeven genomen. Het werktuig is eeu soort van egge, samengesteld van zware eiken ribben en van evenredige ijzeren pennen voorzien. Aan twee trossen werd de werkstoomboot //Cruquius'' voor deze monster- egge gespannen en zoo de tocht gedaan. De resultaten moeten niet onbelangrijk zijn en zelfs aanmerkelijk genoeg om met een zwaardere raderstoomboot als trekker de proeven nog aanvankelijk voor den tijd van acht weken voort te zetten. liet denkbeeld dat bij deze proef ten grondslag ligt laat zich wel aanzien. Als het zand in staat van beroering en de rivier om zoo te zeggen kunstmatig troebel gemaakt wordt, kan de eb meer stoffen af voeren dan in gewone omstandigheden bij stil water, daar de bezinking dan veel spoediger geschiedt, vooral op den zoom van den kentering der getijden. Mocht door deze eggen het vraagstuk van den Waterweg opgelost kunnen worden, dan was er zeker geen 30 miilioen noodig om te verbaggeven. Het Hoog Militair Gerechtshof heeft uitspraak gedaan iu de bekende zaak der 8 machinisten van de marine. Al kan men niet zeggen dat voor die jonge lieden de dreigende donderberg een klein muisje gebaard heeft, zoo is er voor hen toch veel van 't verschrikkelijke dat er eerst dreigde afgegaan. De degradatie is weggevallen, de luitenant, die in de zaak was betrokken, is niet in allen deele in het gelijk gesteld en misplaatste dienslijver of zoo iets bij hem geconstateerd. Van de 8 machinisten is een veroordeeld tot 14 dagen provoost-arrest met verlies van soldij; een tot 6 weken detentie; twee tot 4; twee tot 3 en twee tot 2 weken detentie. Voorwaar nog erg genoeg en een bewijs te meer hoe gevaarlijk een wapen de krijgstucht is in handen van onhandigen en onna- denkenden. Uit dit geval is ook alweer gebleken dat de verhouding tusschen de mannen van den stoom en die van de sabel op onze oorlogsschepen wel iets te weuschen overlaat. Dat iemand 2]/2 eeuw na zijn dood nog verhuist, gebeurt zeker niet dagelijks, toch is dit met den in 1618 overleden Amsterdamschen dichter Gerbrand Adriaanz. Brederode 't geval geweest. Vroeger hadden de heeren dr. Jau ten Brink en Alherdink Thyrn als zijn woning opgegeven een huis in de Warmoesstraat. Thans heeft de heer J. Ter Gouw uit de oude archieven 't bewijs opgedolven, dat Brederode in de lvalverstraat heeft gewoond, in 't tegenwoordige huis no. 124, bewoond door den boekhandelaar van der Land. Het Bestuur der Kweekschool voor Zeevaart te Leiden zal op Woensdag 27 dezer in genoemde inrichting een keuring doen plaats hebben van jongens tusschen 1en 16 jaar, die een verbintenis iu 's Rijks zeedienst wenschen aan te gaan.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1880 | | pagina 1