BIJVOEGSEL
BIJ DE
VERGADERING VAN DEN GEMEENTERAAD
ZIE 11 IK ZEE,
I860. No. 78» ZiSitorciSLfg S Qctofow. R&sf.A i^o
mmmiuE wsiii
gehouden den 29 December 1879
Voorzitter Mr. J. Mauritsz GanderheijdenBurgemeester.
Afwezig zijn de II.II. Mr. MoolenburghZuurdeeg en
Dr. Goemans, volgens kennisgeving verhinderd, en de
heeren Jhr. Mr. Scliuurbeque Boeje en van Nes van
Meerkerk.
De notulen van het verhandelde in de vorige vergadering
worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen:
1°. vier brieven van de Gedeputeerde Staten, a. berig-
tende de goedkeuring van het raadsbesluit van 29 Nov. 1.1.
tot af- en overschrijving van en op een post der gemeente-
begrooting; b. houdende terug-zending van het goedgekeurd
eerste suppletoir kohier van den hoofdelijken omslag over
1879; c. houdende goedkeuring van liet raadsbesluit van
29 November 1.1. tot medewerking door de gemeente aan
den .afkoop van tienden; d. tot terugzending- der goedge
keurde rekening der gemeente over 1878.
Voor kennisgeving aangenomen:
2°. een brief van de Regenten van het Burgerweeshuis,
houdende toezending- van een voorstel tot wijziging der
begrooting van het Weeshuis voor 1879.
Gesteld in handen van de II.H. Houwer, Pilaar en
de Looze tot onderzoek en verslag.
In handen van dezelfde Commissie wordt nog gesteld,
den ingekomen geloofsbrief en de verdere stukken van
Jhr. Mr. L. van Cittevs, in de plaats van den heer A.
Giljam benoemd tot lid van den Raad.
De vergadering wordt daarop voor cenige oogenblikken
geschorst.
Na de heropening deelt de heer Houwer namens de
Commissie mede:
1°. dat hij haar tegen het voorstel tot wijziging der
begrooting- van het Burgerweeshuis, zooals het ingediend
is, geene bedenkingen bestaan, waarom zij adviseert de
voorgedragen wijzigingen goed te keuren.
Dienovereenkomstig wordt besloten;
2°. dat zij den geloofsbrief en de verder door Jhr. Mr.
L. van Citters ingezonden stukken heeft nagezien en in
orde bevonden en daarom voorstelt den gekozene toe te laten.
Alzoo besloten»
De Voorzitter deelt mede, dat verder zijn ingekomen:
I. een verzoekschrift van Mej. D. L. van der Velden
om afschrijving van hoofdelijken omslag over 1879 wegens
vertrek uit de gemeente.
Op voorstel van Burgem. en Weth. wordt afschrijving
verleend voor <4 maanden, ten bedrage van f 3,78;
II. kennisgevingen van de Heeren Dr. II. M. de Bruijn
de Neve Moll, Dr. J. IC. de Bruijne en J. H, C. Heijse,
dat zj hunne herbenoemingen hebben aangenomen, respec
tively!?; als lid der Plaatselijke Schoolcommissie, als lid der
Commissie van Toezig-t op het Middelbaar Onderwjs en
als Regent van het Burgerijk Armbestuur.
Aangenomen voor kennisgeving.
Eveneens wordt voor kennisgeving aangenomen de me-
dedeeling- van den Voorzitter, dat bij de aanbesteding van
de uitgave van liet gemeenteblad voor 1880de minste
inschrijving is geweest van de firma Ochtman, Pieterse en
van Dishoeck, aan wie het werk is gegund voor de vol
gende prijzen
voor een heel vel f 7,90
half 4,10,
kwart 2,
achtste '1,
bladzjden, waarin tabel werk voorkomt, voor het dubbel
dier prjzen.
Voor eene uitslaande tabel8,
de gemeenterekening per vel. 14,
omslagen1
alles gerekend naar eene oplaag van 50 exemplaren.
De Raad gaat over tot het benoemen der vaste Oom-
missiën voor 1880, bedoeld bj art. 54 der gemeentewet.
Tengevolge der gehouden stemmingen zullen zj zijn
zamengesteld als volgt:
Commissie belast met het ontwerpen en herzien van de
plaatseljke verordeningen tegen welker overtreding straf
is bedreigd, de II.H. Mi's. Moolenburgh en van Manen;
Commissie van fabricage, de II.H. Ochtman, van Nes
van Meerkerk en do Looze;
Commissie voor de gasfabriek en straatverlichtingde
H.H. Ochtman, Pilaar en Dr. Goemans;
Commissie voor de uitgraving en aflevering van zelkasch
de H.H. Ochtman en van Nes van Meerkerk;
Commissarissen over de vischmarkt, de H.H. Mulock
Houwer en Zuurdeeg.
Vóór de benoeming van Commissarissen over de visch
markt gaf de heer Schneijders den Raad te kennen, dat
hj voor de betrekking van Commissaris, thans door hem
bekleed, gaarne buiten aanmerking wensehte te blijven.
Met algemeene stemmen wordt herbenoemd tot Regent
5 cl.
II AN.
im niet
'an een
lij onl-
n, aan
epaalde
lebt ge
j tloor-
ït hem
s niet,
wijl ik
Uw
en be
ll hem
e zaak
Denk
i, dat
bij u
'1 geld
ander
ireoht,
laar ik
zoon
i buis
eling,
mijn
s van
dat
door
alles
■I ge-
ud ik
zend.
>eurt,
toch
n.
□litre
krijg
•rief-
311 u
ders
'dfde
n in
een
ulië
ie n
van
veil
?en
"j'. v
posteljon, och neearriveren enz. enz. Ook zijn er
uitdrukkingen in, die wellicht eenig licht zouden
kunnen geven. Als men den stijl nagaat, denkt men
onwillekeurig aan een vertaling van een Fratisclieii
militairen dienstbrief, 't Is alles zoo positief en
duidelijk als een instructie van een officier voor een
omcier. Zelfs wordt haar gang, loop of wandeling,
in dien brief „haar marsch" genoemd, 't Zij verre
van ons een smet te willen werpen op de militairen
van ons Indische leger; maar we meenen toch dat
alle hier te lande vertoevende officieren van 't
Indische leger ook wel eens mogen gissen of ze niet
sommige eigenaardigheden in dat wreecle cynische
schrijven kunnen „snappen//, j
ze aan 't eind is zal ze wel iemand onlmoeteri die
haar vraagt of ze uw dienstmeid is, aan deze geeft ze
t pakket, dan is alles goed. Ze moet echter niet
verzuimen door te loopen lot 't einde, dus niet stil
blijven staan. Zij gaat juist orn S uur van huis, dan
is ze tegen half vier aan de hoef kade en begint haar
marsch. Ge zult er niemand iets van zeggen, want
als ik bemoeilijkt word, dan dood ik uw zoon dadelijk.
Poog niet iets te ontdekken, want ge kunt niets
snappen, en 't in kennis stellen aan de politie, zou
uw zoon dooden, omdat ilc dan 't geld niet onbe-
moeielijkt zou krijgen. Ge kunt me ook niet verrassen
want ik de politie zaken dadelijk.
Dengeue die ik zend om 't pakket te halen is
lit,
nd
r langemeld
,'uldeu, te
rek in het
Maleisch van twee personen te hebben afgeluisterd.
Wat daarvan waar is, zal vermoedelijk wel reeds bij
de justitie bekend zijn.
In do lieden middag ontvangen N. Bred. Ct. lezen
wij het volgende:
Zoo even vernemen wij, dat te Boosendaal door
de maréchaussee een persoon is aangehouden, wieii9
uiterlijk overeenkomt met liet signalement van den
persoon, die den moord bedreven heeft.
Deze persoon moet aan een landbouwer in boven
genoemde gemeente gevraagd hebben (toen de moord
gepleegd en nog niet algemeen bekend was) of hij