Buitenlandscli Overzicht. van Hoofdsfe, V der Staatsbegrooting-over 1880 (kosten lager onderwijs). Dan zal het er weer gaan spannen in de Kamer. Achter het crediet voor de schoolwet ziet men de rentebelasting. Er zijn er zelfs die den haast der Regeering toeschrijven aan den toeleg, om door het onderwijs een fait accompli te krijgen, om op de aanneming der rentebelasting te kunnen aan dringen. Wij vinden dit wel wat ver gezocht, en meenen dat den drang der feiten toch niet zal uitblijven. Het wetsontwerp tot herziening van de pensioenwet voor de landmacht, was niet zoo gelukkig als de kanalenwet en de hótelwet. Niet enkel viel het amen dement v. cl. Schriek, strekkende om ook de vroeger gepensioneerden in de lotsverbetering te doen deelen, maar art. 1 der Wet zelf werd verworpen, waarna de Miuister verzocht de verdere beraadslaging maar te schorsen. Hiermede is dit wetsontwerp wel als gevallen te beschouwen, en we vinden dit jammer. Wie toch weet het niet, dat tegenover de enkelen die door dit wets ontwerp een verhooging van inkomsten zouden ont vangen, die zij niet broodnoodig hadden, een groote schare staat van raenschen die met levendige belang stelling uitzien naar een beter geregeld pensioen. Het land dienen is schoon; maar dat de landsdienaar hoogstzelden zooveel kan overboeren dat hij zijn ouden dag zonder nijpende zorg kau doorleven en dat de pensioenen, vooral in de mindere rangen, mager zijn, dat weet ieder, en het is jammer dat daar niet eens ernstig aan gedacht wordt. Voor een paar kanonnen, die hoogstwaarschijnlijk over een jaar weder afgekeurd worden, of versleten zijn, heeft men tonnen gouds over; hoeveel oude trouwe laudstlienareu kan men daarmede gelukkig maken Landbouw. Eveu als elders zijn ook in deze gemeente de aal bessen- en kruisbessen-struiken zoo kaal gevreten door de rupsen, dat men niets ziet dan naakte takken beladen met halfrijpe bessen. Daar de bessen er niet beter op worden als de takken hun blad kwijt zijn, zal dit nog al eenige schade zijn voor eigenaars van boomgaarden en handelaars in bessenwijn. Kunst, Wetenschap en Letteren. In tegenwoordigheid van het hof is te Kopenhagen in den tuin van het kasteel Roseuburg een bronzen standbeeld van Hans Christiaan Andersen, den be roemden sprookjesschrijver ^onthuld. Het stelt An dersen voor, gezeten en bezig zijn werken voor te lezen. De deurwaarders hebben 't tegenwoordig vet in de artistenwereld. Pas is een kleinigheid verdiend aan Sara Bernhardt, die bovendien aan Perrin 300,000 frs. moet betalen, of nu is Coquelin aan de beurt om voor een gril te boeten uit zijn beurs. Hij was naar Londen gegaan, zoo men weet, omdat hij over hoop lag met Perrin. Te Londen had hij zich ver bonden voor een zeker aantaj voorstellingen in het //Gaiety Theatre", doch hij is na zijn verzoening met Perrin van daar weggeloopen en wordt nu door de Londensche directie aangesproken om 3000 pond st. schadevergoeding. Te Antwerpen zal de artiste Anna Mehlig in den echt treden met den heer Falk, een rijk koopman. Er heeft zich een commissie gevormd om te over leggen op welke wijze de nagedachtenis van J. J. Cremer waardig en gepast voor het volk in aan denken kan gehouden worden. De commissie bestaat uit de heeren Ising, Van der Star, Mulder, Vogel en Middelburg te 's Hage, en P. Rohusen, Van Gorkom, en De Veer te Amsterdam en A. C. Kru- semau te Haarlem. In den tuiu van de Theemskade nabij de Oleopatra- zuil te Londen is een standbeeld onthuld voor Robert Raihes, den stichter der Engelsche zondagsscholen. De kapel der grenadiers en jagers doet een kunstreis in het noorden; zij zal concerten geven te Almelo, Zwolle, Sneek, Deventer en Zutfen. Te Utrecht zal in April of Mei 1881 het 250jarig bestaan van het /Collegium Musicum Ultrajectinura" met luister door een tweedaagsch muziekfeest gevierd worden. Richard Holl zal een feest-ouverture compo- neeren; de 9e symfonie van Beethoven zal worden uitgevoerd. Een der laatste werken door de Universal-Bibliotheek van Philipp Reclam te Leipzig uitgegeven (no. 10511055) bevat onder den titel //Hollandische Novellen" een veertiental verhalen van Cremer. Daar onder zijn een viertal Betuwsche en Bella-Roel. Zij zijn vertaald door W. Lange, F. Schnettler en A. Steinbach. Nu het Friesch Genootschap het aanzienlijk huis in het begin dezer eeuw door den oud-grietman van Doniawerstal, jlir. P. J. J. v. Eisinga, te Leeu warden gesticht tegenover de Kanselarij, gekocht heeft en daarin een museum van Friesche oudheden wil oprichten, hebben heeren Gedeputeerden, naar aanleiding van een verzoek van het Genootschap aan de Provinciale Staten voorgesteld, om daaraau in bruikleen af te staan alle aau de provincie in eigendom toebehoorende oudheidkundige voorwerpen, thans bewaard in het Friesch kabinet van oudheden, zoomede die, welke de provincie later bij schenking mocht ontvangen; en om aan dat Genootschap eeue vaste jaarlijksche bijdrage te verleenen van f 500, onder voorwaarde, dat daarvan voor aankoop van oudheidkundige voorwerpen ten behoeve van het museum minstens f 275 moet worden besteed, en dat bij opheffing of ontbinding van het genootschap de tot het museum behoorende voorwerpen, zoowel de nu aanwezige als de later te verkrijgene, titulo gratuito in eigendom overgaan aan de provincie. De Zweedsche schrijfster Mathilde Lundström, als schrijfster bekend onder den pseudoniem Mattis, heeft een belangwekkend avontuur gehad in Spanje, waar zij thans een reis doet. Onlangs werd zij bij Saragossa door bandieten aangevallen, doch zij weerde zich zoo dapper dat de schurken onverrichter zake moesten aftrekken. De vaderlandsche vrouweuver- eeniging to Saragossa heeft haar, wegens haar held haftig gedrag, een kostbare gouden medaille geschonken. Volgens Daily News heeft Sara Bernhardt contracten gesloten om voorstellingen te geven in Zweden, Rus land, Holland, Portugal en Spanje, behalve dat zij in 1881 de Engelsche hoofdsteden zal bezoeken en een kunstreis naar Amerika doen. Ongelukken, Rampen, Misdaden, enz. Op 't- meer Minnetonka in Minnesota is een stoom boot in de lucht gevlogen door het springen van den ketel. Echte Yankees roepen bij zulk een gelegenheid altoos zegevierend uit: L)e Amerikanen zijn een groote natie! Te Zuidzande is de hofstede van lzaak Kotvis door door den bliksem getroffen; de schuur is totaal af gebrand; docli al het vee op een kalf na is gered. Aan het hoofdstation te Amsterdam is een man, door te vroeg uit den trein te springen, de oorzaak geweest, dat zijn vrouw, die hem nasprong, onder den trein raakte en beide beenen verloor. Te Venlo werd iemand wegen9 verdenking van diefstal, door zijn patroon ontslagen zijn broeder loofde daarop 100 Mark belooning uit aan hem, die den weggezonden iets ten laste zou kunnen leggen. Eenige vroegere kameraads van den dief werden daardoor verlokt, om overtuigende bewijzen te leveren, die den dief in de gevangenis zullen brengen. Bij Dokkum zijn Zaterdag-avond eenige werklieden, van hunne werkzaamheden van buiten huiswaarts keerende, door een bliksemslag zoodanig getroffen, dat twee hunner tegen den grond werden geslagen en de overige eenigszins werden geraakt. Met groote moeite zijn de twee getroffenen naar een herberg ge transporteerd, alwaar zij bijgekomen zijn en vervolgens naar huis zijn gebracht. Behalve dat zij erg versuft waren, hebben zij geen lichamelijk letsel bekomen. Een goed gekleed jongmensch sprak bij den Square du Temple te Parijs een jong meisje toe en noodigde haar uit met hem mee te gaan naar een naburig koffiehuis. Het jonge meisje verzocht hem zijn weg te gaan, hij nam haar bij den arm, zij dreigde om hulp te roepen. Plotseling viel hij voor het meisje op de knieën en zeide: //Ga niet heen, ontvlucht mij niet; ik heb 5000 mijl afgelegd om u te komen halen, om u mijn kroon aan te bieden. Kom, wij gaan de kroon koopen, die uw hoofd als keizerin zal sieren, want ik ben de mikado van Japan." Terwijl hij sprak, kwam een bloedverwant van het jonge mensch hem halen; de arme jougen had ten gevolge van een schrik het verstand verloren. Het Duke's Theatre in Holborn (Londen), dat 2100 menschen kon bevatten, is afgebrand. Zaterdag namiddag 5 uur zag men rook uit het gebouw opstijgen, en hoewel dadelijk brandspuiten werden gezonden, was de schouwburg te 7 ure van binnen geheel af gebrand. De oorzaak is onbekend: de schouwburg was in 1866 geopend entegen brandschade verzekerd. Laat ons de in liet vorig nommer afgebroken be schouwingen voortzetten. Een verschijnsel, dat zeer merkwaardig is en waar mede rekening moet worden gehouden, is, dat sind3 de sociale denkbeelden van den nieuweren tijd meer en meer veld winnen, er een stilzwijgend verbond, een zekere solidariteit is ontstaan tusschen de bezittende klasse en het clerical isme. Met bezittende klasse be doelen we hier de oud-adellijke fainiliën, den nieuw bakken adel en de geld-aristocratie. Deze allen zijn altoos bang van het roode spook en uit vrees voor 't roode, maken zij gemeene zaak met het zwarte. Voor die allen is de godsdienst een politie—instelling, die haar nut heeft. Sinds eeuigen tijd ziet men dan ook de aloude adellijke familiën van Europa, zij die zich vroeger, wat het artikel godsdienst betreft, lieten bedienen door een soort lakei in 't zwart, de slippen der soutane grijpen om zich op de been te houden. Zij wier vaderen een lijfabt hielden gelijk ze een huishond hielden, ziet men in deemoedige houding met een waskaars iu de hand in optochten meedoen, die een middel zijn om de schare iu rij en gelid, d. i. in den band te houden. Ware er wat meer vertrouwen op de rechtmatigheid hunner positie en de eerlijkheid der schare bij die lui, ze zouden zich niet verbroedereu met, noch ondergeschikt maken aan den eersten den beste in een tabbaard gehuld en met een uitgestreken gelaat. Zij beseffen niet, dat ook zij slechts werktuigen zijn, niets meer, dat hun fortuin wordt ingepalmd zonder genade zoodra de speciaal daarop gedresseerde roofvogels slechts vat kunnen krijgen en dat ze, uit gediend hebbende, worden verworpen, of zoodra een wemYwg in de zaken komt en het clericalisme zich schikt aan de zijde van het roode radicalisme, van de commune of zoo iets. Reeds thans ziet men het clericalisme alom de godin der vrijheid het hof maken. Wat auders ziet men bij ons? Nemen niet God betere het! de absolutisten pursang het beroep op de vrijheid elk oogenblik in den mond? Vrijheid voor hen ora de handen te roeren, natuurlijk. Wat ziet men in Duitschland? wat in Italië? Wat in België? Wat in Frankrijk? Gebrek aan vertrouwen maakt de bezittende klasse clericaal—achlighet brengt vele liberalen aan het wankelen. Niets natuurlijker dan ook dan dat men de fijnste Fran9che dames zich thans ziet afslooven om lieden te cajoieeren, voor wie ze anders zeker den neus zouden optrekken. De houding van den senaat bewijst almede dat er geen vertrouwen is onder de bezittende klasse. Men is blijkbaar bang, dat de regeering der Republiek den radicalen weg der rooden zal opdwalen. Toch bestaat daarvoor nog weinig gevaar. Het gevaar is niet grooter dan dat, 't welk op een gegeven oogenblik kan ont staan al9 de zwarten eens een kansje wagen met de rooden. De uitersten grenzen ook hier dicht aan eikaar: zij die de wereld willen zaligen door brutalen hartstocht bot te vieren, staan vaak hand in hand met hen, die de wereld willen beheerschen door een God, die alleen in hun mond leeft. Wat Europa een grooten stap vooruit zou brengen, op dit oogenblik zou 't zijn, dat Frankrijk 't voor beeld van België volgde en de diplomatieke betrekkingen met het Vatikaan afbrak en dat zoo mogelijk ook Duitschland dit deed. Zoo kon men in vele opzichten op zuiverder grond komen. Gebrek aan zelfvertrouwen i3 het groote gebrek. Had 't Duitsche Rijk dit niet dan zou het het vraagstuk van den culturkampf afdoen als een nationale zaak: uu laat het zich meeslepen in de dwaling, dat hetgeen Duitsch maar een Vatikaansch vraagstuk is. Heeft België zelfvertrouwen, dan zal 't voortaan de bisschoppen niet anders beschouwen en behandelen dan als Belgische onderdanen, gehouden aan wet en recht van België. Bezit de Fransche Republiek zelfvertrouwen, zij passé haar wetten toe roet al de consequentie, die de toestand van 't oogen blik eischt. Maar er is nog zooveel verdorvens in Frankrijk. En er is nog zoo weinig vertrouwen onder de ge matigden en onder de onafzienbare scharen van den middelstand. Men verzwakt eenigen doen 't willens, velen onwillens de positie der Regeering door bij elke gelegenheid zich ang9tig te betoonen voor mogelijke vernieuwing der commune. Alsof die mogelijk ware En men ziet dagelijks, en bij elke gelegenheid, dat Belleville rustig blijft en dat het gemeen niet bijten wil als enkele vermomde legitimisten, bonapartisten en clericalisten een balletje opgooien om een tumultje aan den gang te helpen Als men wil is het aannemen van 't amendement Bozerian een amnestie uitgezonderd voor de brand stichters en moordenaars niet zoo bedenkelijk als het schijnt. De illuzie eener groote verzoening op 14 Juli n.s. wordt er wel door weggenomenmaar desnoods blijft 't nu nog aan de Regeering om de nog levende medeplichtigen aan den 2 December en die van 14 Mei tot verantwoording te roepenonder de eersten zijn vrij wat moordenaars, en onder de laat9ten zijn

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1880 | | pagina 2