dit zittingjaar een wetsontwerp tot beteugeling van
het misbruik van sterken drank aanhangig te maken,
bevat tal van bepalingen tot bevordering van dat
doel. De bepalingen zijn deels repressief, deels preventief.
Repressief voor zoover er straf wordt bedreigd tegen
hen, die zich in kennelijken staat van dronkenschap
op den openbaren weg bevinden, en tegen kroeg
houders, die van hun beroep misbruik maken;
preventief, voor zoover uitdrukkelijk aan de gemeente
raden de bevoegdheid wordt toegekend niet alleen het
aantal plaatsen van drankverkoop te beperken, maar
ook te zorgen, dat geen 011 waardigen dat beroep,
waaraan een zoo groote verantwoordelijkheid verbonden
is, uitoefenen. Vad.
De Regeering heeft een wetsontwerp ingediend tot
bepaling eener vaste Indische bijdrage van jaarlijks
2 millioen plus de helft van het voordeelig saldo van
eiken dienst tot een minimun van 8 millioen.
Nabij Roozendaal is, door het verkeerd staan van
een wissel, een naar Breda vertrekkende trein op een
dood eind lijn geloopen. De locomotief viel in een
diepte, de machinist werd verpletterd tusschen zijn
machine en den tender, een conducteur brak een rib.
De stoker ontsnapte den dood door tijdig van de
locomotief te springen.
Omtrent het spoorwegongeluk te Roozendaal meldt
het Rolt. Nbl.
Even buiten het station Roozendaal, een minuut of
zes loopens van daar, bevindt zich een draaischijf,
uitsluitend in gebruik om locomotieven te keeren.
De machine van den sneltrein, die eergisteren-morgen
11.49 van Roozendaal naar Breda moest vertrekken,
was ook op die schijf omgekeerd en weer teniggestoomd
naar het station, waar zij aan den trein werd geschakeld,
om eenige oogenblikken later te vertrekken.
Intus9chcn had de wisselwachter Stoop den wissel
omgeworpen, ten einde den trein op de rails, naar
Breda te laten gaan. Hij meende dit althans, maar
de toestel, die door zorgelooze behandeling of minder
goede constructie niet gemakkelijk overgaat, was blijven
steken en de wachter had er niet aangedacht om naai
den uitslag om te zien. Het gevolg kan men zich
denkende trein liep langs dezelfde rails, die de
locomotief zooeven verlaten had en geraakte opnieuw
op de draaischijf en vandaar met donderende vaart op
een achter die schijf, een voet of vijf lager gelegen
weiland.
De tender volgde hem en toen een bagagewagen
die echter steken bleef en zoodoende de andere wagens
voor vallen behoede. De stoker, Opstal, die op de
machine van geen verder nut kon zijn, was op raad
van den machinist, zoodra deze het gevaar zag aan
komen, op den tender geklommen en kon van daar een
wijden maar niet gevaarlijken sprong wagen, zoodat
hij er met den schrik afkwam.
l)e machinist Charles Scheltjes echter wilde zijn
post niet verlaten. Uit de verklaringen van den stoker,
maar duidelijker nog uit den stand der mpchine blijkt,
dat hij al het mogelijke heeft gedaan om het onheil
te voorkomen. In een oogwenk had hij alles geremd
en vollen tegenstoom gegeven, zoodat de machine haar
erge tl val dan ook met een gillend gefluit begeleidde.
De trein was echter reeds in volle vaart en daar de
noodlottige wissel nauwelijks honderd schreden van
de draaischijf verwijderd is, had de machinist geen
tijd om deu trein tot staan te brengen. Hoogstens
vermocht hij de vaart zoo te stremmen, dat alleen de
locomotief en tender in de diepte vielen.
De machine ligt zuiver horizontaal, een manshoogte
in den grond gewoeld. Be tender, die volgde, bleef
reeds gedeeltelijk op de machine steken eu moest later
met den daaropvolgenden bagagewagen omgetrokken
worden, ten einde het lijk van den machinist te voorschijn
te halen, dat, geheel beklemd tusschen tenderen machine,
nagenoeg onkenbaar was. Het terugslaan van een
krukas had deu man een breede diepe wonde toegebracht;
verder was in den val de haard opengesprongen en
het vuur had de beenen van den ongelukkige letterlijk
verkoold. Eerst na twee uren gelukte het, den man
in dien deeruiswaardigen toestand te voorschijn te
halen.
liij was woonachtig te Aerscbot, waar hij eene vrouw
met vijf kinderen achterlaat, terwijl een zesde wordt
verwacht. Van middelbaren leeftijd, men zegt om en
nabij de vijfenveertig jaar, had hij den //Grand Central
Beige" reeds tal van jaren gediend eu zich doen kennen
als een trouwe, oppassende machinist, die op zijn
locomotief thuis was, steeds met een enkelen blik een
kritieken toestand overzag en nooit ziju zelfbeheersching
verloor.
Reeds eenmaal had hij bij een spoorwegongeluk
bijna het leven verloren, 't Was ongeveer vier jaar
geleden, toen dicht bij zijne woonplaats twee treinen
op elkander inrenden. J3ij die gelegenheid kwamen
de beide stokers der twee locomotieven en de eene
machinist oin het leven. Scheltjes zelf bleef toen niet
minder dan 24 uren onder het puin der verbrijzelde
wagens en toen men hem eindelijk vond, was hij
geheel met brandwonden overdekt door het kokende
water, dat uit den gesprongen ketel geloopen was.
Hij herstelde niettemin; hij zelf zeide altijd, dat men
hem weer //opgetakeld" had, hoewel hij aan beide
handen eenige vingers miste.
Zijn dood wordt door allen diep betreurd, zoowel
door zijn makkers als door zijn chefs. Door zijn
koelbloedigheid en zelfopoffering immers de weg,
dien hij den stoker aanwees, stond ook hem open
heeft hij het leven der passagiers gered. Indien hij
niet alle remkrachten had ingespannen, zou de machine
met volle vaart veel verder vooruitgeschoven zijn en
meerdere wagens in zijn val meegesleept hebben. Thans
bleef het bij het verlies van het leven van den machinist.
De materiëele schade is betrekkelijk gering: de machine
zal weer uitgegraven en hersteld kunnen worden,
terwijl tender en bagagewagen evenmin geheel verloren
zijn. De overige wagens bekwamen geen letsel en
konden een half uur later achter een nieuwe locomotief
de reis voortzetten. Alle reizigers bleven ongedeerd,
eene dame gevoelde pijn in den arm, doch daar zij
geneeskundige hulp weigerde, zal die kwetsuur wel niet
ernstig zijn.
De eenigen, die nog een weinig letsel bekwamen,
waren de beide conducteurs van den trein, Giels en
Standaard, beiden Belgen.
Heden (Dinsdag) of Donderdag wordt Z. K. H.
Prins Frederik Karei van Pruisen, vader van li. K. PI.
Prinses Hendrik, in de residentie verwacht.
De kinderen der Amalia-Bewaarschool te 's Herto
genbosch hebben H. M. de Koningin eenige voorwerpen
voor de luiermand aangeboden.
Bij de begrafenis van freule v. L. te Beetsterzwaag
is van de familiebetrekkingen, die het lijk volgden,
de aanzienlijke som van f 1085 ten voordeele der
alg. armen van Beetsterzwaag, Beets en Olterterp
ontvangen.
V Indêpendance Roumaine meldt, dat de vorst van
Rumenië op het paleis Controceni een groot diner
gegeven heeft ter eere van den heer Keun, onzen
zaakgelastigde te Bucharest. De heer R. 0. Keun,
Nederl: consul-generaal in Perzië en Arabië, woonde
ook dat feest bij.
De Celebes Ct. bevat eeucorrespoudentie van Sumatra's
Westkust, waarin o. n. het volgende voorkomt:
//Ik moet uw aandacht vestigen op een scheuring
in den boezem der clericalen, sedert de pogingen om
hier een theocratie te vestigen, eu sedert hun 't geluk
te beurt viel, geloofsgenooten te vinden o. a. in den
Gouverneur-Generaal, den Directeur van Onderwijs,
den Kominandnnt dezer Kust en in zeker blad. Op
allerlei wijze weten zij censuur uit te oefenen,
zoodat hier ambtenaren eu officieren en hun minderen
bijna niets anders te lezen krijgen dan de Séatidaard,
de Tijd en andere clericale werken, zoomede kleurloozë
geschriften; deze laatste om de theocratie niet ontijdig
te verraden. De clericale geest in de officiëele wereld
is zeer opmerkelijk. Toen hij aldus buiten zijn natuurlijk
element trad, verhief zich ook als reactie 't Indisch
Katholicisme, dat thans wel niet formeel, maar toch
feitelijk zich afscheidt van de uilheemsche clericalen.
In Zweden wordt tegenwoordig een geheel nieuw
soort garen gemaakt uit houtvezels. Te Norkjöping
is een geheele fabriek voor dat fabrikaat. Het hout
garen wordt geroemd als minstens even fijn en veel
sterker en goedkooper dan het fijnste en beste En-
gelsche garen. We hebben dus eerlang te wachten
in houten hemden gekleed te worden.
Benoemingen, Besluiten, enz.
De hertog van Saksen-Meiiiingen heeft aan C. van
Wiekera, gemeentebeambte op het tooneel van den
Amsterdamscheu stads-schouwburg, verleend de gouden
medaille van verdiensten en aan den adj.-onderofficier
B. J. van der Roer van het le bal. 7e regt. inf., het
kruis vau verdiensten der Saxische-Ernestinische
huisorde, een en ander tot erkenning der goede diensten
aan den troep der Meiningers bewezen, tijdens de
voor stellingen te Amsterdam.
Kunst, Wetenschap en Letteren.
Eenige' vrienden en vereerders van den onlangs
overleden schilder Te Genipt hebben op diens gral
op de Oosterbegraafplaats le Amsterdam een eenvou-
digeu gedenksteen geplaatst. Namens mevr. de wed.
AlbregtEngelman werd door een der aanwezigen
een lauwerkrans op den steen gelegd. Te Gerapt was
een boezemvriend van Albregt; thans ziju hun graven
dicht bij elkaar.
Vrijdag-avond hebben de Meidingers de reeks
hunner voorstellingen te Amsterdam besloten met de
,/Bloedbiuiloft" van Lindner. De correspondent van
Het Vaderland merkt op, //dat de schouwburg zoo
vol was als stellig nooit het geval was, wanneer de
Nederlandsche kunst feestvierde". //Het hedendnagsche
materialisme, zegt hij, heeft gedurende de laatste weken
op liet Leidsche plein een schitterenden triomf behaald.
Niet de geest, maar de stof heeft in die dagen Amstels
burgerij weten te beheerschen".
Is dit oordeel scherp, is het hard, is er een billijke
veroordeeling van den smaak van het beschaafde
Nederlandsche publiek in gelogen? Teil deele ja, ten
deele neen.
Men va 11e ons volk niet te hard. Dat wii als klein
volk met al wat vreemd is hoog wegloopen, kan
zoowel gunstig als ongunstig uitgelegd worden. Het
is waar, de Meidingers gaven meer voor 't oog dan
voor 't oor; hun tooneelmatig vertoon was uitnemend
schoon, hun spel niet boven het middelmatige, hun
beste artisten staan lager dan de weinige beste die
wij bezitten. Maar ons beschaafd publiek is uog te
kort onder den gezegenden invloed geweest van de
herleving der tooneelspeelkunst bij ons, om zoo goed
den schijn van 't wezen te kunnen schiften.
Het platte Amsterdamsch tot vertolking van stukken
in slecht Hollandsch uit licht Fransch of Duilsch
vertaald, dat zoo veel jaren door op de planken onzer
schouwburgen voor kunst is uitgevent, heeft het publiek
niet opgevoed. Onze armoedige, vaak bespottelijke
tooiieelinrichtiiig, decoratief en kleedij waren evenmin
in staat om bij dat publiek aanleiding te geven tot
voorliefde voor het nationaal tooneel. En wat gaven
die Meidingers toch niet veel schoons te zien! Geen
wonder dat heel Amsterdam er door is ingepakt.
Men heeft deu Meidingers bij het afscheid veel
bewijzen van sympathie geschonken. Zoo ontvingen
zij van eenige kunstvrienden als souvenir twee staal
gravures, zijnde „de Nachtwacht" en dc //Schutters
maaltijd", alsmede de collectie etsen van Unger, naar
schilderijen van het Trippenhuis. Elk der leden
ontving een ets van Greive, voorstellende den Amster-
damschen schouwburg op het Leidsche plein.
Thans is de troep te Dusseldorf, waar de voorstel
lingen den 15 met //Julius Caesar" worden geopend.
Terwijl Amsterdam zijn vreemde gasten heeft gehad,
is het Rotterdamsch Tooneelgezelschap op een kunst
reis naar Londen. Dat is een stout bestaan; niet
omdat onze artisten in een enkel opzicht minder
zonden zijn dan de Engelsche, of ook minder dan
b.v. de over 't paard getilde leden der //Comédie
frangaise", maar om de moeielijkheid der reclame.
Daarvoor deugen wij Hollanders niet. De kunstreis
is ondernomen zoo stil als een snoepreisje, zoodat de
meesten hier in 't land er niets van wisten voor zij
het in den vorm van een bericht uit Londen vernamen.
Nu moesten de HolJandsche artisten te Londen 't van
den grond af ophalen om wat toeloop te krijgen in
die wereldstad, waar zooveel kan omgaan, wat men
daar zelf niet weet. De Engelsche pers deed geen
mond open. Alleen de Globe erbarmde zich over de
vreemdelingen en nam er notitie vau. Het oordeel
was gunstig.
Ook de Manchester Guardian sprak met lof over
de Dutch Plays. Maar als te Londen geen luide
reclame, geen wild alarm kan gemaakt worden, dan
wordt men ook niet opgemerkt., De opkomst was bij
de eerste voorstellingen onbeduidend; later iets beter,
doch 't resultaat voor de kas zal poover zijn, 't welk
zeer jammer is.
Het bovenstaande was reeds geschreven, toen we
lazen dat de Times en het Athenaeum't eerste het
voornaamste blad uit de City, het tweede een weten
schappelijk blad, toch meer de aandacht aan de voor
stellingen der Nederlandsche tooneelisten hebben gewijd,
dan uit hun aanvankelijk schrijven was op te maken.
Beide organen zwaaien lof toe aan onze artisten zij
meenen dat de Engelsche tooneelisten zelfs vrij wat
van de Hollanders kunnen leeren, inzonderheid wat
betreft het samenspel, het bewaren van 't verband
van het spel der artisten onderling, waardoor het
ensemble zoozeer wordt verhoogd. Met name worden
geroemd mevr. Beersmans om haar sciiooue buigzame
stem en fraaie mimiek en de lieeren W. van Zuylen
en J. Haspels en Faassen.
Moge deze aanbeveling van de eerste Engelsche
bladen onzen landgenooteii nog wat volle zalen bezorgen.
Ongelukken, Rampen, Misdaden enz.
Te Rotterdam is een knaapje van B1/^ jaar uit een
raam der tweede verdieping op straat gevallen, zonder
zich ernstig te bezeeren.
Te Batavia is het kantoor van den heer Rusman,
scheepsleveraucier, bestolen. De dieven hebben de
brandkast medegenomen en dat alles is geschied terwijl
op 15 pas afstands een schildwacht stond en op 60
pas afstands, vink vóór het kantoor, een politie-wachtpost
van 13 man gevestigd is. Later bleek echter dat het
politie—hoofd zelf met zijn volk den diefstal gepleegd
heeft. De opengebroken brandkast is op aanwijzing
eener vrouw in een kali (vaart) teruggevonden.