ZIEMKZEESCHE COIIEWI.
voor het «roadis-
sement Zierikaee.
1880. No. 37.
Woensdag 12 Mei.
83ste jaargang.
NIEU WS- en ADVEKTENTIE-BLiAD
Binnenland.
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden 1,Franco per post. 1,
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER AD VERTEN TIEN:
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte
en Doodberichten van 16 regels 00 cent.
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald. 25 ct
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKEAitSAA'.
ZIERIKZEE, 11 Mei 1 8 8 0.
Gisteren gaf de gemengde zangvereeniging //Oefening
kweekt Kunst" een huishoudelijk concert tot besluit
der winfceroefeningen. Het program: Psalm 42 van
Mendelssohn Bartholdy; Barcarolle voor twee steramen
van Kücken; Duet uit Psalm 95 voor twee sopranen
van Mendelssohn Baitholdy en eindelijk het le deel
van Haydn's Scliöpfung, ziedaar zwaarte genoeg voor
de krachten van een gemengd gezelschap met beschei
den elementen. Alles in aanmerking genomen, slaagde
de uitvoering zeer wel. De twee duetten voldeden
zeer en werden ook allerliefst gezongen. De avond
wa9 een ware voldoening voor den directeur, den heer
Ezerman, die door zijn bezielenden ijver zulke resultaten
weet te verkrijgen. Hij zelf gaf ook nog een piano
solo, waarvan we niet behoeven te zeggen dat zij prachtig
werd uitgevoerd; men weet wat de heer Ezerman op
dat instrument vermag.
Een net en geanimeerd bal besloot de soiree, die
zeer talrijk bezocht was en zeker aangename herinne
ringen zal nalaten en den lust gaande houden om steeds
voort Ie gaan op den wel eindeloozen, maar toch altoos
aantrekkelijke» weg der Kunst door Oefening.
Van onzen geachten afgevaardigde, den heer J. J.
van Kerkwijk, ontvingen we 't volgend schrijven:
//In het nommer uwer courant van 8 Mei j.l. deelt
U mede, dat ik tegen het wetsontwerp tot bescherming
van nuttige vogels heb gestemd, omdat er tegelijk
ook geen grondige herziening der jachtwet bijkwam.
Om geheel andere redenen, dan opgeeft, heb ik
tegengestemd; daar ik evenwel geen enkel wooid over
genoemd wetsontwerp li.eb gesproken, vermeen ik van
mijne zijde U geen aanleiding te hebben gegeven
tol het verspreiden dier onwaarheid".
Onwaarheid! Nu, 't ware te wenschen, dat er in
de Kamer geen groot er onwaarheid vH waar te riemen
dan die, welke gelegen kan zijn in de door ons ge
waagde veronderstelling, dat de heer van Kerkwijk
tegengestemd zou hebben op gronden ongeveer als
die, welke door den heer Gratema in het breede zijn
aangevoerd. De antecedenten gaven oti9 aanleiding
tot die veronderstelling. Overigens is 't waar, dat
de heer van Kerkwijk niet ovtr dit wetsontwerp ge
sproken, maar alleen tegengestemd heeft. Het blijkt
nu, dat de heer v. Kerkwijk //oin geheel andere redenen"
tegengestemd heeft, dan wij zoo veronderstelden.
Het ligt voor de hand, dat men bij de beoordeeling
van een ongemotiveerd uitgebrachte stem, de motieven
gist.' Daarin kan men zich vergissen, en wij erkennen
gaarne ons vergist te hebben. Een //Onwaarheid" is
't geen we zeiden vooral om den vorm waarin
we het zeiden niet te noemen. Wij willen wel
biechten, hoe onze gedachtengang geweest is. We
zijn evenals de lieer van Kerkwijk tegenstanders van
de in onze jachtwet gehandhaafde middeleeuwsche
beginselen de vogelen wet kon den broederen Nimrods
al weder een wapen te meer in de hand geven tot
handhaving van hun monopolie, dus zullen de heeren
Gratema, van Kerkwijk e. a. m. dit wetje niet willen,
omdat ze indertijd 't meerdere, 'i radicale, ook niet
gekregen hebben.
Men vergunue ons de vrijheid bij 't nalezen der
Kamerverslagen dergelijke gissingen te maken: zijn
ze soms mis, a la bonne heure. Wordt een stem
gemotiveerd, dan blijft er voor zulke gissingen minder
ruimte, en zijn vergissingen als de door ons begane
zeker te vermijden; waarmede we nochtans niet willen
zeggen, dat ieder Kamerlid verplicht zou zijn altoos
zijn stem te motiveeren. Geschiedt dit echter niet,
dan zal ook de zaak welke 't geldt, in den regel wel
niet de moeite waard zijn er over te vallen, als de
ware beweegredenen niet juist worden geraden.
Bij de commissie tot ondersteuning der behoeftige
weduwe Wesdorp te Middelburg is een gift groot
50 ontvangen van H. K. H. priifses Marianne.
Thans i9 verschenen het hoogstbelnngrijk //Rapport
van Likwidateuren der Afrikaansche Handelsvereniging
aan hare schuldeischers".
Zooals het met meer dergelijke zaken gegaan is, zal
het in de uilkomst waarschijnlijk ook met de Afri
kaansche het geval blijken te zijn, n.l. dat de ramp
nog grooter had kunnen zijn, en dat door verstandige
maatregelen niet slechts veel is gered, maar ook een
handelsonderneming, die op zichzelf goed is en bij
goed beheer zelfs schoon en zeer winstgevend kan zijn,
zal behouden blijven; kunnen behouden blijven althans.
Men herinnert zicli dat indertijd de heeren Hendrik
Muller Sz., Mr. J. C. Reepmaker en W. C. Schalkwijk
benoemd zijn tot commissarissen van likwidatie. Deze
heeren hebben, en naar het blijkt terecht, hun man
daat zoo opgevat, dat zij aan het likwideeren zijn
gegaan door continuatie der zaken, met inkrimping
en zuivering van den toestand zooveel doenlijk.
Wij zullen hier geen overzicht van het uitvoerig
rapport geven, doch stippen arken aan, dat de likwi
dateuren tot deze slotsom komen likwidatie der Afrik.
Hanilelsv. door uilkeering aan de schuldeischers van
17hunner vorderingen, oprichting eener nieuwe
vereeniging, die de zaak der gevallene zal overnemen
op dien voet dat de crediteuren voor elke f 1000
hunner vordering ontvangen f 25 aan contanten plus
een aandeel ad f 150 in die nieuwe zaak. De crediteuren
voor kleinere bedragen dan 1000 zouden die 17,5%
in contanten ontvangen.
Likwidateuren achten het in het belang van credi
teuren en van den Rotterdamschen handel tevens
en. uit hun rapport schijnt dit overtuigend te blijken
dat hun plan worde aangenomen en uitgevoerd. Schier
op elke bladzijde van het rapport blijkt dat de onder
neming op zichzelf levensvatbaarheid heeft gehad en
deze nog heeft, doch dat de geheele ramp het gevolg
is geweest van een wanbeheer, waarmede reeds bij de
opiicliting der zaak begonnen is en dat de directeuren
vervolgens misschien aanvankelijk uit valsche
schaamte later uit noodzakelijkheid, hebben voort
gezet en verergerd, waarbij nog de noodlottige, hope-
looze pogingen der wisselruiterij iu 't groot gekomen
is, die ten laatste het wankelbare gebouw heeft doen
vallen.
Binnenkort zal nu een algemeene vergadering van
crediteuren worden gehouden, in welke litt accoord,
gelijk het door de likwidateuren mogelijk wordt geacht,
zal worden aangeboden.
De nieuwe vennootschap, die dan uit de oude zal
ontstaan, zal handelen met een kapitaal van circa
13,000 aandeden, ieder groot 150.
Aan obligatie-houders wor.lt tevens verzocht aan de
commissie van likwidatie opgaaf te doen van de nommers
eu hei jaartal hunner stukken, ten einde hun de coucept-
overeenkomst te kunnen toezeuden.
Naar men verneemt bestaat het voornemen on: te
Ylissingen twee kanonnen van 12 c.M. te plaatsen,
ten ein le saluutschoten te kunnen afvuren .ter eere
van vorsten en vorstinnen, die bij het reizen gebruik
maken van de lijn Vlissingeu-Qiteensboro. Aldus zegt
de N. Roti. Ct.: Een paar kanonnen aldaar te plaatsen
tot dat doel zou zeker goedkooper uitkomen dan
daarvoor expresselijk een oorlogsvaartuig naar Ylissin
gen te moeten zenden. Als er echter alleen maar
kanongebulder moet gemaakt worden, kan men met
een paar oude gladloopers, zes- of twaalfponders, nog
veel goedkooper en evengoed het doel bereiken.
//Een groot vraagleeken" omireut den politieleen
toestand verschijnt aan den horizon zegt de Figaro
naar aanleiding van een zinsnede in een redevoering
van den Minister v. Lijnden, in de Tweede Kamer-
bij de behandeling van de Luxemburgsche conventie
uitgesproken.
Daar sommige leden niet veel gewicht aan het
eindigen van het financieel geschil hechteu, wees
de Minister er op, dat dit verkeerd was ingezien.
//Kan er niet een oogenblik komen waarop men
het zeer zou betreuren, dat de schikking niet is tot
stand gekomen? Yelen zien er nog bezwaar in dat
de Kronen van Nederland en Luxemburg op één
hoofd zijn vereenigd; maar als eens iu het geenszins
ondenkbaar geval die vereeniging niet meer plaats
had, en de Nederlandsche Regeering stond tegen
over een onafhankelijk Luxemburg onder een anderen
Vorst, of wel tegenover een mogendheid, waarbij
Luxemburg zou zijn ingelijfd alle zaken zijn
mogelijk zou men het dan niet betreuren, dat
deze zaak niet uit de wereld was"?
Deze opmerking van den Minister Van Lijnden
was volkomen juist, en geen lid der Kamer ontkende
de mogelijkheid der onderstelde gevallen.
Het Fransche blad, dat de woorden van de Re
geering niet precies vertaalt, maar toch hoofdzakelijk
juist weergeeft, ziet echter iets heel vreemds in die
woorden en vermoedt, dat er heel wat achter zit.
Vooral omdat, nadat //de afgevaardigde" Van 1 ijudeii
zooah de Figaro onzen Minister van Buiten-
landsche Zaken noemt - die //étrnnges paroles" had
gesproken, niemand een nadere verklaring heeft ge
vraagd, wat zeer wonderlijk wordt genoemd. //Iedereen
wist dus precies wat er bedoeld werd", zegt onze
buiteülandsche belangstellende.
Zeker, ieder wist precies, wat er bedoeld werd.
Maar wat er overigens achter kon steken, begrijpen
wij niet. De Regeering gewaagde alleen van de
mogelijkheid van andere omstandigheden, een mo
gelijkheid die niemand kon tegenspreken.
Dat een Frnnsch blad, als het woord //Luxemburg"
genoemd wordt, de ooien spitst, i3 na het gebeurde
in 1875 en 1876 niet te verwonderen. Doeh des te
meer juichen wij het toe, dat de Reg. en de Ka mei-
het denkbeeld eener diplomatieke vertegenwoordiging
geheel hebben uitgesloten, vooral nu wij zien, dat op
Luxemburg in het buitenland nog altijd de bijzondere
aandacht gevestigd is en men in het buitenland niet
algemeen precies op de hoogte van onzen polilieken
toestand is, getuige hel feit, dat een groot Fransch
blad niet weet wie de premier van het tegenwoordig
Nederlandsche Kabinet is. Vad.
De heer Murad-Effendi, gezant van Turkije bij ons
hof, heeft van het gezelschap //Doctrina" le Leiden,
alwaar hij een lezing had gehouden, ais aandenken
ontvangen een prachtig album met etsen naar schil
derstukken van Frans Hals.
Zaterdag is te Amsterdam de eerste publieke speel
tuin voor de schooljeugd in bezit genomen door een
vierhonderd tal knapen en meisjes. Het terrein was
voor die gelegenheid feestelijk versierd. Voor de groole
sleden zijn dergelijke inrichtingen een weldaad. De
jeugd moet plaats en ruimte hebben om zich te bewegen,
de open lucht te genieten, te spelen en te ravotten,
zonder de rustige voorbijgangers te hinderen, in ver
zoeking te komen van bnlddadigheden en om vrij te
zijn van 't gevaar van overreden te worden, enz. Zelfs
in kleine plaatsen zou men wel eens wenschen dat
hel kleine levenslustige volkje een vrij terrein bezat,
waardoor de volwassenen veilig langs de straat kouden
gaan en de jeugd zich vrij kon vermaken.