COUEANT.
voor
smient
km.
1880. No. 15. Zaterdag 21 Februari. 83ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1,-
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Pel' gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 et.
voor ile uitgave in te zenden aan den uitgever II. EAKEIVMAAT.
Binnenland.
ZiEitiKZEE, 20 Febr. Gisteren werd de verjaardag
van Z. M. den Koning op de gebruikelijke wijze
herdacht. Van de openbare gebouwen en eenige
particuliere woningen wapperde de vlag, liet klokken
spel liet zich hooren en te drie ure werd door de
Dienstdoende Schutterij onder bevel van den Majoor—
Kommandant mr. M. J. I. Moens parade gehouden
op het Havenplein. De handgrepen en verschillende
bewegingen werden zeer goed uitgevoerd. Bij deze
gelegenheid werd aan den sergeant J. Verdoom Az.
het eereteeken voor vijftienjarigen schutterlijken dienst
uitgereikt onder een gepaste toespraak van den [com
mandant. Na afloop der parade maakte de schutterij
met de muziek een wandeling door de stad. Het
weder, ofschoon den ganschen dag onstuimig, was ge
durende de parade vrij goed.
's Avonds hield de sociteit //Ter eere van den
Koning/', bestaande, zoo men weet, onder voorzitter
schap van den sergeant-majoor M. L. Voorloop, uit
het kader en een groot getal leden der schutterij,
haar jaarlijksche feestelijke bijeenkomst in de Con
certzaal, die met smaak gedecoreerd was door de zorg
van den heer den Toom. Deze bijeenkomst, die ook
bijgewoond werd door den kommandant en verdere
officieren, benevens den oud-kommandant, den heer
H. G. Mulock Houwer, kenmerkte zich door een aan-
genameu, gezelligen toon en echte kameraadschap.
Menige feestdronk werd er ingsteld en met geestdrift
beaamd, en zoo bleef men hoogst genoeglijk eenige
uren bijeen.
Ditmaal is de verjaardag van Z. M. den Koning
in de Residentie weder met eenig vreugde betoon
gevierd. Er was parade en matinee musicale en 's avonds
illuminatie van de Rijks- en Stadsgebouwen en vuur
werk in de Maliebaan. Bij den Minister van Buiten-
landsche Zaken werd een luisterrijk gala-diner gegeven.
Om eens in 't licht te stellen welke verbazend
kostbare ladingen door onze mail-stoombooten ver
voerd worden, laten we hier volgen een lijstje van de
lading, die de //Conrad// dezer dagen te Amsterdam
heeft aangebracht: 17,298 balen koffie, 1714 kisten
thee, 1566 kranjangs suiker, 742 pakken tabak, 6794
blokken tin, 11,113 stuks huiden, 34 kisten kinabast,
18 balen cacao, 36 kisten foelie, 33 kisten en vaten
muskaatnoten en 3 vaten afval van noten, 143 kisten
parelinoerschelpen, 10 kisten indigo, 84 kisten gom-
copal, 6 kisten schildpad, 2629 bossen bindrotting
en 1 kist paradijsvogels.
Een ontzettende .vaarde, die zoo met één schip
wordt vervoerd
Tegen den stroom des tijds op te roeien gaat niet.
Onze scheepvaart en handel moeten dus mee. Maar
met reden mag men vragen, of zulk een opéénhooping
van waarde en zulk een concentratie en beperking
van arbeidskracht ook niet een hoogst bedenkelijker!
kant hebben? Voor de enkele groote handelaars geeft
deze opéénhooping van handelsverkeer zeker voordeel.
Zoo die massa echter eens verdeeld ware over een
aantal kleinere schepen, wat zouden dan tal van
menschen er ook iets aan verdienen, zonder dat de
handel er wezenlijk bij leed. Immers dan werd ook
de risico verdeeld over onderscheidene gevallen, terwijl
nu al die waarde op eenmaal kan verloren gaan, door
een klein abuis van den of ander, die een lichtje niet
ziet of een kaap niet opmerkt. Het komt ons voor
dat er vrij wat kleine schipbreuken zouden moeten
gebeurd zijn om ongeveer 't verlies te bewerken, dat
nu reeds door het vergaan van slechts enkele van
die kolossale ijzeren handels- en scheepvaart-monopo
listen veroorzaakt is.
Men mag al met cijfers kunnen bewijzen, dat de
hoeveelheid en de waarde des Indischen handels niet
achteruitgaat, maar de verspreiding van het voordeel
daarvan over zooveel handen als naar werk smachten,
gaat toch wel sterk achteruit. Als een handelsvloot
wordt vervangen door een klein getal groole beurt
schepen, dat is in menig opzicht een kwaad voordeel,
een schadelijke bezuiniging. Handel, scheepvaart assu
rantie, 't is een soort van spel, doch door de groote
opéénhooping, die men thans ziet, is 't alles een
hazardspel, althans een zeer grof spel geworden en
dat geefi op den duur niet de zekerste winsten, terwijl
slechts betrekkelijk weinigen er pleizier van hebben.
Aan de nagedachtenis van den beroemden natuur
onderzoeker Johannes Swaminerdam, in 1680 te Am
sterdam overleden, werd Dinsdag op eenvoudige wijze
hulde gebracht. In de Walekerk werd, op tie plaats
waar hij begraven ligt, een gedeukteeken onthuld;
prof. Stokvis voerde daar, namens zich zelf en prof.
Hartiug het woord, die een redevoering had opgesteld,
maar verhinderd was haar zelf te komen uitspreken.
Aan het einde zijner redevoering deelde de spreker
raetle, dat het Genootschap voor Genees-, Heel- en
Natuurkunde te Amsterdam, besloten had een Swam-
merdam-medaille in te stellen, die om de 10 jaren
zal worden uitgereikt, liet eerst in September 1880.
De gedenksteen draagt op een wit marmeren acliild
liet opschrift: Joannes Swammerdam Arnstellodamensis
Indefessus Scrutator Naturae. Na de plechtigheid in
de kerk werd het huis op de Oude Schans, waarin
Swammerdam gewoond heeft, bezichtigd, waar een
gedenksteen iu den gevel is geplaatst met liet opschrift
Jan Swammerdam zijn onderzoek der natuur blijft een
voorbeeld van alle tijden 16371680, 17 Februari
1880. Des avonds vereenigdeu zich verscheidene deel
nemers aan deze hulde aan een diner in Art is.
Te Hellevoetsluis heeft men tijdens den jongsten
winter zeer gebruid gezeten met watergebrek. De
regenbakken waren ledig, de weinige putten uitgeput
of onbruikbaar. Toen heeft men zich beholpen met
gesmolten ijs. Dat ijssraelten is vervolgens door de
marine gedaan op groote schaal in de regenbakken
waarin men stoom leidde.
H. K. H. Prinses Hendrik is uit Engeland, alwaar
zij eenige weken de gast is geweest van den Hertog
en de Hertogin van Conaaught, teruggekeerd.
De grootste spoorwegbruggen en viaducten van de
wereld zijn de Parkersburgbrug, in YVest-Virginië,
die 7045 voet, en de St. Cliarlesbrug in Missouri,
die 6536 voet lang is. Daarna volgen nog vier
Amerikaansche bruggen van ruim of bijna 5000 voet.
Daarna volgt de brug over den Moerdijk van ruim
4000 voet, die over den Rijn bij Mainz, 3380 voet,
en een aantal bruggen van de grootte ongeveer van die
over de Lek bij Kuilenburg, 2185 voet. Thans wordt
echter de grootste ijzeren brug, over den Firth of Forht
bij Queensferry, iu Schotland gebouwd; deze zal met
inbegrip der land-viaducten ongeveer 33,000 voet
lang worden.
In de gemeente Ferwerderadeel heeft een jongeling,
die Zaterdag j.l., zijnde zijn twintigste verjaardag,
loten moest voor de militie, het hoogste nommer uit
het glas gevischt.
Z w e n d e 1 a r ij i u g r a n e n. Van de dagen
van wijlen Jozef Israels af, die als groot-vizier van
Pharao de toenmalige Fellahs van Egypte zoo handig
wist te scheren, tot op onze dagen toe, is de industrie
der accapnreurs, opkoopers of zwendelaars bekend en
vindt zij telkens beoefenaars, als de omstandigheden
er maar gunstig voor zijn. Tegenwoordig spreekt
men echter niet meer zoo van benden opkoopers;
men noemt die lui nu een //consortium van bankiers//
of een //Consortium van handelaars//, en 't vak is
geenszins in verachting, zooals 't vroeger was, toen
het volk wel eens opkoopers heeft doodgeslagen, als
zij bekend werden, 't geen echter niet altoos geschiedde,
want niemand zet een bordje aan zijn deur met het
opschrift: //Opkooper van al 't graan, dat maar te
grijpen is.// Aan de vreemde bewegingen op de markt
bemerkt men, dat er meer omgaat dan rechtuit, en
aan de soms vreeselijk hoog oploopende prijzen voelt
men het in zijn beurs. Waar eigenlijk de wind van
daan komt en wie er achter zitten, komt men meestal
eerst later of nooit te weten. Een enkele maal komt
aan 't licht, dat b.v. een lid der Eerste Kamer ook
wel meedoet aan een consortium, gelijk b.v. Pinckoffs
in de koffie en waarin niet al.
Op dit oogenblik is er een merkwaardig verschil
tusschen de graanmarkten in Europa eu die in Amerika.
In Amerika groote, ongewone duurte. Sedert Aug.
1879 is de middelprijs van 110 a 112 cent per
bushel opgeloopen lot 145 a 147 cent verleden week,
dat is meer dan 30 hooger. De markt is zelfs
reeds 163 ct. geweest. Deze prijzen zijn aanzienlijk
hooger dan de Europeesche markt.
Vreemd verschijnsel! Nog vreemder als men daarbij
opmurkr, dat de Europeesche graanmarkt zoo rustig
blijft, alsof zij met de Amerikaansche niets te maken
had, terwijl nochtans Europa zoo verbazend veel graan
uit Amerika heeft betrokken en wellicht nog meer
zal betrekken. Is de Amerikaansche voorraad dan
zoo verminderd, dat daar gebrek gaat komen? Geenszins;
de voorraad is er nog overgroot en het verre Westen
zit nog vol.
Het geheim bestaat in een thans te New-York
oppermachtig heerschcnd consortium, dat wil zeggen:
er is een bende zwendelaars, rijke zwendelaars wel te
verstaan, die gepoogd hebben al het Amerikaansche
graan in hun ra ach. t te krijgen, wien dit voor een
aanzienlijk deel reeds gelukt is en die zoo de markt
in Europa willen dwingen, ten einde uit de kunst
matig opgedreven prijzen eenige millioenen voor zich
te halen, of te rooven liever gezegd.
Zal die toeleg gelukken? Vermoedelijk niet. Het
schijnt, dat Europa voor 't oogenblik tamelijk wel
voorzien is en vooreerst geen gebrek zal hebben. In
Amerika daarentegen wordt tegen 't voorjaar een
nieuwe groole aanvoer naar de markt te Chicago en
New-York verwacht en dan, meent men, zal 't con
sortium niet bij machte zijn om de zelf eerst zoo
opgedreven prijzen te handhaven en evenmin om dien
grooten aanvoer aan te slaan, zoodat het kaartenhuis
der zwendelarij dan wel plotseling in elkaar zal vallen.
Wij hopen dit van harte. De bestemming van het
graau toch is niet om te dienen als voorwerp van
speculatie op een wijze, die niets anders is dan zwendel,
afzetterij en roof, maar het dient om gegeten te worden.
Als een merkwaardig' getuigenis hoe het bij ons
met de tractementen van ambtenaren gesteld is, ver
dient opmerking wat in het orgaan van «Eigen Hulp"
wordt medegedeeld door den heer A. J. van Pesch,
lid der commissie van rapporteurs voor een staats-
weduwenfonds. «Ik hen zegt de heer van Pesch
in de gelegenheid geweest de traktementen der onge
veer '12,000 burgerlijke rijks-ambtenaren te overzien,
en het is mij daarbij opgevallen hoe overgroot het
getal is van hen wier inkomen nog geen ƒ500 'sjaars
bedraagt. Het gemiddelde tractement is natuurlijk
hooger en bedraagt f 983 per hoofd en van de ge
huwden afzonderlijk f 990, dus niet noemenswaard meer.
«Daar zoo velen een inkomen hebben beneden het
gemiddelde, zijn er ook een .groot aantal, waarvan dit
hooger is dan de genoemde cijfers. Natuurlijk is het
verre van mij te beweren, dat van de laatsten het