dit goede vrachten afwerpen. Jaren lang is door sommige ouders geklaagd, dat nu wel voor de jongens goed onder wijs bestond, doch niet voor de meisjes en als er nu wat meer hoofdelijke omslag moet worden betaald in het voor- uitzigt dat ook de meisjes eene goade opleiding kunnen ontvangen, dan zal spreker zelf dir. met genoegen doen. Bovendien behoeft men zich van de hoogere kosten ook geen schrikbeeld te maken. Spr. zegt verder, dat hij het eens is mei den lieer van Nes. dat het programma niet verandert behoort te worden. Die he: onderwijs volgen wil, zooals het is, kan er gebruik van maken. Verlangt men het anders, dan kan er niet aan voldaan worden. Mogfc de Baad het noodig vinden later soms eene leerares aan te stellendan kan hij dat doen en die zal dan niet zoo bezwarend zijn om er zich nu reeds een schrikbeeld van te maken. De hcsi' rnn Més merkt op, tfclt hij niet gezegd heeft, dat h;j tegen het doen van meerdere uitgaven was, alleen dat hii tegen eepe verandering van het leerplan was. De heer van Manen zegt, dat het de vraag is of de Baad niet later do gevolgen van zijn beslissing zei moeten dragen. Als het blijkt dat er meerdere uitgaven te doen zijn, zal inen die niet moeten aanvaard'-.Als het. leerplan hetzelfde blijft, zal men dan niet komen tof. de oprigting cener Hoogere Burgerschool voor meisjes en is dat niet te be zwarend voor de gemeente? De heer Boeije zegt, dai: wanneer de bezwaren in zijn oog niet zoo groot wareniiij niet tegen het voorstel zou wezen, doch .hij meent dat de tijd leeren zal Jat men. de eerste schrede heeft gezet op een kostbaren weg. De heer Moolenburgh heeft gezegddat de Meisjesschool voldoende ia, doch niet allen zijn die meening toegedaan en nu vraagt hij is dit voorstel wel liet juiste middel van voorziening en ware het niet beter de Meisjesschool te verbeteren en er meer hulppersoneel te plaatsen. Als de schooi daardoor een voldoende school wordt, zou hij er voor zyn, doch hij is er tegen dat men de Hoogere Burgerschool wil open stellen voor de meisjes, met het oog op de gevolgen. Het spijt spr., dat zijne medeleden zijn bezwaren nic-t genoeg kunnen deelen. De heer van Manen zegt, dat uit den loop der discussie genoeg blijkt, dat de Baad niet wenscht vooruit te loepen op de meerdere kosten. Hij heeft daardoor zijn doel bereikt en gaat met hot voorste! van Burgem. en Weth. mode. Dit voorstel in stemming gebragt, wordt aangenomen met 9 stemmen tegen i die van dhr. .Boeije. De Voorzitter deelt mede, dat Burgem. en Weth. van dit besluit mededeeling aan den Minister van Binnenl. Zaken zullen doen en diens goedkeuring daarop zullen vragen, omdat de subsidie is verleend voor eene school voor jongens. De heer Moolenburgh maakt bedenking tegen den vorm. Hij acht liet pligtmatjg aan den Minister kennis te geven, desnoods met de bijvoeging, dat men vertrouwt dar de subsidie ook voc. het vervolg op de Bijks-begrooting za1 worden uitgetrokken. Hij van zich niet voorstellen, ca-l üe Minister buiten den Inspecteur om zal handelen eu deze zal gunstig adviseren, doch. men dient te onderscheiden tussclien regtsn en pligteu. De Voorzitter deelt mede, dat Burgem. en Weth. voor stellen dit denkbeeld te volgen. (De heer Boeije verlaat de vergadering.) De heer ?".wdeeg verklaart ziob daartegen; als er nu weder moet worden gevraagd wat eenmaal verkregen is, heeft het al den schijn, dat de Baad iets gedaan heeft dat niet rigtig was. Nadat de heer Moolenburgh nog had te kennen gegeven dat hij rdet inziet waarom aan win denkbeeld geen gevolg zou worden gegeven en dit nog nader Sik» ontwikkeld, zegt de heer Zuurdeeg, dat hef hem nog niet duidelijk gebleken isdat de subsidie alleen voor eene sohool voor jongens is verleend. Het voorstel om aan den .Minister van liet besluit mededeeling te doen, met bijvoeging dai de Baad vertrouwt dat do subsidie zal worden gecontinueerdwordt aange nomen met 7 stemmes tegen 9, die van de H.H. Ochtman en Zuurdeeg. De V. Titter brengt ter tafel, een voorstel van Burgem. en W st'ii. tot liet maken van twee ijzeren trapjes in de Oude Haven, één ongeveer vóór d» vin- van den heer fiidderhof bij den "uginuur en één vóór de woning van den heer Thee wis. De kosten zijn door den Gemeente- Bouw meester; geraamd voor het eerste op f 80, voor het andere op f 33. De Voorzitter zegt, da' het maken van die trapjes wenscheiijk wordt geacht met het oog op het te water geraken van personen, daar men niet anders dan aan de sleepkaai uit de haven kan geraken. De heer Zuurdeeg meent, dat als maker, van trapjes doelmatig is, men er ook een tussclien de le en 2e houten binnen brug, b.v. voor de woning van den heer Moolenburgh zou kunnen stellen. De heer Moolenburgh vindt dit denkbeeld goed, doch vond de plaatsing beter aan de andere zijde der haven. De heer van Manen deelt liet gevoelen der vorige sprekers en geeft in overweging, dat Burgem. en Weth. nader zuilen overleggen of het niet wenscheiijk zou zijn nog meerdere trapjes in de haven te plaa'sen. Als er meer worden genomen, zullen wclligt ook de kosten ver minderen. Hij stelt voordo zaak thans aan te houden. De Voorzitter zegt, dat Burgem. eu Weth. dit denkbeeld in overweging zullen, nemen, waarop wordt besloten deze zaak vooralsnog aan te hem te». Bij monde van den heer Houwer wordt namens de daartoe benoemde Commissie tersiag uitgebragt van haar onderzool" van de begrooring der gemeente en van de begrootingen der d.d. Schutte-: p en het Burgerlijk Armbestuur voor 1880. De Commissie heeft tegfen Ae gemeente-begrooting in haar geheel geene bedenkingen. Zij an«H evenwel de opmerkiu» dat de fins.nciëeie toestand der gemeente nietbijz gunstig is, zooals blijkt uit hot laag bedrag van de, voor Onv. (Jijg. cn uit de omstandigheid, dat en werken achterwege worden gelatenwaarvan de uitvoer wenscheiijk zou zijn geweest. Omtrent een paar artikelen van ungaaf zijn door de Commissie opmerkingen gemaakt. Tegen de begroetingen der d.d Schutterij en van het Burger!. Armbestuur heeft zij geene bedenkingen. De stuiken worden ter inzage van de leden ncdergelegd. De Voorzitter doet omvraag. De heer Houwer deelt mode, dat het gebleken is dat aan de bu'teuórug aanzienlijke reparation, die vroeger niet bekend waren en dus ia het bestek niet vermeld zijn, moeten geschieden en dat tor, de uitvoering moet wklea overgegaan, omdat zij voorziening vereischea. Voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter sluit de vergadering Snelpersdrukker® vaa Dakenman ie Zierikzee.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1879 | | pagina 8