WAARSCHUW MG. Één rïjaehtspretik uit vele van Prins von Bismarck. De COMMISSARIS VAN POLITIE te Zkrilczee j herinnert de ingezetenen dier gemeente nan 't voor- schrift va» de Arte. 8 en 10 der Wet ven Maart 1877 {BtU. No. 48} i waarbij op boete van f 3 tot f 75 •verboden. wordt vreemde munten (w- -.rtoe Belgische centen beitooren) ire betaling xe gevöB en waarschuwt hen tevens, dat elke over treding van dit verbod zal worden vervolgd. ZlEKlK.fc.EE. 26 Mei 1879. De Commissaris voornoemd, B R O E R S M A. Staathuishoudkundige ketterij is tegenwoordig in Duitschland aai! de. orde van den dag. Sedert den aanhangers der ware ieer in 1871 het hoofd op hoi $s geraakt door de bedwelming der overwinning, zijn allerlei ketters naar voren getreden; Prins von Bismarck is daarna wei i!e> grootste. Awat in den jongsten tijd in Duitschland op économisch gebied door de wet- gersads mach; «uw bereid oi oatworpen en dat bij de uitvoering waarschijnlijk een ware revolutie zal teweegbrengen, hangt aan elkaar van er, berust op ketterijen tegen de tot vóór weinige jaren algemeen en thans nog door zeer velea als onomstootelijk erkende ware leer. Prins Bismarck zelf treedt stout op met zijn ketterijen en paradoxen; hij doet hot met al het zelfvertrouwen dut zijn prestige hem ver oorlooft, wei bewust dat velen hem zullen toe juichen en door de echo's van hun applaus steuuen, terwijl zij die 't gimsch niet met hem eens zijn toch niet bij machte zullen wezen de omwenteling te kecreo, die jdj op r gebied van hendel, fabriekwezen, handwerken en landbouw ..--.•^teweegbrengen. Zoo is vermoedelijk de niet. verre aSSj dat men zal kannen .eggen: de ketters zijn de baas over de ware leer der économie. Trouwens om de baas ie zijn, daar is 't ook maar om te doen in den strijd om 't bestaan, bij bat streven naar wel vaart, naar rijkdom, naar geuot, of hoe mei: anders 't wezen der économie wil karakteriseeren. Ben der jongste ketterijen van den Rijks kanselier is deze: „de Duitsshe boerenstand is achteruitgegaan, bij moet voortgeholpen worden door invoerrechten op het graanook de bur- 1 gerstand klaagt, doch deze behoeft zie'h niet te verontrusten wegens de graanbelastiug,-want het brood zal daardoor niet duurder worden; er is geen verband tusschen de graanprijzen en de broodprijzen". Waarlijk men heeft in langen tijd zulk een paradox niet gehoord ais deze: ,.er is geen verband tusschen graanprijzen en broodprijzen". Het is immers zoo klaar ais de dag en we leerden het reeds ais kinderen, dat er wel ver band is tusschen die twee, een innig' noodzakelijk verbaad zelfs, om de eenvoudige reden, dat het grasp de grondstof is voor het brood en grond stof eo eind-product ia noodzakelijk verband met elkander staan! Eu toch, hoe is 't mogelijk dat de Rijks kanselier, die immers alles behalve idioot is, zulk een ketterij aan den man komt brengen, indien fan voor zijn meening althans niet éénigen grond heeft, als niet. minstens de schijn voor rienr ris? Bij nader bezien moet men dan ook erkennen dat een directe onmiddellijke werking en tegen werking krachtens het reehtstreekseh verband tusschen graan-- en broodprijzen zicfc niet laat constateereu. Wé! in do th'eorie, niet in de werkelijkheid. De feitelijke Icfep fier dingen is vaak gedurende een kotter of langer tijdperk iu staat van ketterij ten aanzien vau dé ware teer der wetenschap, n Zoo is 't wel een feit! dat een rijzing der graanprijzen onmiddellijk -den rijzing der brood prijzen ten gevolge heeft; maar het is niet tuinder een feit dat een diliug.der.graanprjjzeu niet onmiddellijk een datn'g der broodprijzen Veroorzaakt. Trouwens dit verschijnsel ia van algemeane bekendheid, het is de gfjose grieve der huis vaders, die de marktbcriditen in de kranten nagaan. 'Bakten de mens&es allen, hun eigen brood, liefst na in hun £getr molen 't graan tot meel gemaakt te heb'en, dan zon or eeu onmiddellijke werking eu- terugwerking kunnen plaats hebb- nr. ha;, dv/e doorgaan" °n daarvan is de me ut rgst ingewikkelde inrichting der aatscin.oj lAer wel de oor zaak. Zou au Prins V;P er eo weten om bij rijzende g^anprijzen de brood prijzen aan dan invloed dkervan te onttrekken? Graan was weleer de standaard der volks voeding. Het is dit shi's lang niet meer bij de volken, die zich hoofdzakelijk roet aard appelen voeden' gelijk de ikitscbers, wij Neder landers, de Beigen, de Ejanscaeu ook al meer eo meer, geheel Europa ijageïroeg. Het brood is "eeu bijzaak. Ware het, gelijk in den onden tijd, hoofdzaak, we gelopven dat dan op dit cogeablik het brood nog veel duurder in geldsom uitgedrukt althans zou zijn dan 't nu is, want zeker wordt er naar verhouding van de verbazend toegehomeu bevolkingen in Europa niet zooveel mee/ graan geproduceerd als in vroegere eeuwen.' Daardoor kan het gebeuren, en we zieu kit ook in de-meeste jaren werkelijk, dat een goed geslaagde aard appeloogst op de broodprijzen weinig invloed urtoefent en ook in een minder goed aardappel jas:' de broodprijzen tvc-img variëeren. Gebrek lijden of betrekkelijk overvloed hebben, hangt vee! meer samen met den aardappel dan met het graan. Wat echter bij da kwestie van vee! meer belang is, dat is niet zoozeer de eenigszins vicieuswerkendegecomv.iieeerdeiuriehtirig, waar door 't graan van den akker in den vorm van brood op de tafel der verbruikers gebracht wordt, maar wet dat sinds eenige jaren de be trekkelijk beperkte graanproduetie van Europa te doen heeft gekregen met de betrekkelijk onbeperkte graanproductie van Amerika. Op menig dorp dat ergeus in Europa te midden der korenvelden ligt, eet men brood van Ameri- kaarrsch graan afkomstig. Wanneer dus tegen woordig üe Duitsche beer niet vooruitgaat, omdat de graneu te g -fkoop zijn, dau komt dit omdat de Amerikaansche boer zijn concur rent is geworden. Nu meent von Bismarck den boer te helpeu door het vreemde graan met inkomend recht te bezwaren. In hoever hij daar 'odt den boer voordeel zal kunnen be zorgen toch altoos maar tijdelijk! of, waar 't toch op neërkoir.t, wat meer geld uit de steden in den zak der boeren zal kunnen spelen, laat zich niet zoo gemakkelijk beslissen. Dat hangt af vau de positie van dien boer is deze groudeigenaar dakomt hem dat voor deel in den zak zoolang' hst stelsel het houdt is hij pachter, dan gaat bet voordeel naar de kas van den grondeigenaar, want dan zal de kunstmatig verhoogde graanprijs noodwendig verhoogiug dev pachten ten gevolge hebben. Dat het brood wel duurder zal worden binnen den Chineesehen muur van Duitschland lijdt geen twijfel, en wordt de boer ook al bevoor deeld, do broodetera inj de steden zullen zich moeten gaan bekrimpen want die moeten die verhoogde inkomsten ain den graanproducent bezorgen. Doch dit bekrimpen behoeft cok bij hooger broodprijzen nog niet noodwendig te volgen dit hangt nog if van de werking van het nieuwe systeem m zjjn geheel. Het is n,i. mogelijk dat de betrekkelijke prijzen vaa arbeid en levensmiddelen zoo aanmerkelijk gewijzigd worden, dat 't hooger bedrag in geld dat voor het brood zal moeien betaald worden, niet tot beperking van verbruik behoeft te dwingen. De prijzen der dingen op zichzelf beteekeoeu immers niets, maar alleen de betrekkelijke prijzen der dingen onderling. Ben voorbeeld: Of ie Amsterdam het brood 20 ets. of 25 of 30 kost, dat, is den diamantslijper tamelijk onverschillig, want zijn positie als werkman, verkooper van arbeid, is gunstig in verhouding tot de be- Staaede gemiddelde prijzen der eerste levens middelen. Kon den Rijks-kanselier gelukken der- Duitschen arbeider over 't algemeen in zulk een gunstige stelling te brengen, dan zou hij zyu doei ongetwijfeld bereiken, hij zou meer populair worden dan ooit en Duitschland zou spoedig overvloeien van melk en honig. Dat is echter de vraag. De gunstige positie der diamantwerkers is enkel een gevolg van het monopolie, van den ouden gildegeest in dat *ak streng gehandhaafd, var het protectionisme door de uitoefenaars van het val: zelf toegepast. Maar ais op die wijze gehandeld werd irr veis vakken van arbeid dau zou de uitzondering regel worden en alles zou onder iioogere cijfert: weldra weer genivelleerd zijn. De oude verhoudingen keerden dus vermoedelijk weer terug en het voordeel was maar zeer tijdelijk geweest. Nu is het op goede gronden te betwijfelen of bet Bismarck ooit zal gelukken zulk een algemeens verbetering vau verhouding tusschen den prijs van arbeid en dien v: levensgenot teweeg te brengen dat het Duitsche volk, glo baal genoméh, er zooveel beter aan toe zal zijn dan thans. Daartoe zou noodig zijn dat Duitschland zich, geheel geïsoleerd, toch in allen deele van alles zou kunnen voorzien. Men kan zich een staat denken die 'oldtet met. het protectionisme, zie N.-Amerika-X maar dan zijn twee dingen noodig: consequente en volstrekt algemeens protectie, en een be trekkelijk dunne bevolking, .-zodat er voor het verkrijgen der eerste levensbehoeften niet naar den vreemde behoeft gegaan -dsn. Duitsch land nu staat in dit opzicin v el ongunstiger positie dan b.v. Frankrijk en -t zou Frankrijk, 't misschien maar hoogst bezWas lijk lang kunnen houden met znib een systeem. Met fioord- Amerika kan Duitschland zmh in de verste verte niet nieten. Derhalve, gelijk we reeds zeiden, 't laat-zich niet zoo bepaald beslissen in hoever von Bis marck met zijn nieuw systeem althans dea schijn van geslaagd te zijn zal verkrijgenmaar of hij op den duur den Stroom zal kunnen tegen houden en naar zijn zin leiden uitsluitend ten voordeele zijner ianrlgenooten, dat betwijfelen wij zeer. Binnenland. ZIERI-KZEE, 2? Mëi 1 8 7 9. Te Sfc'.-Phiiipslaiid is tot lid van den gemeenteraad gekozen de heer J. Mol Az. Door de kiesvereeniging //de Grondwet" le Middel burg ia kandidaat gesteld voor het lidmaatschap der Prov. Staten de heer tar. G-. N. de Stoppeiaar. Men meldt aan de Middelb. CL> dat de nieuwe verhoogde steiger aan den kop van den westelijken havendam te Breakers thans voltooid is en daardoor aan het verlangen vaa iiet publiek is voldaan, daar nu bij een waterstand, wanneer de stoomboot niet kan aankomen, aan gemeitleu steiger behoorlijk kan gelost en geladen worden. De Regeering heeft het ontwerp kanaiea-wet in getrokken.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1879 | | pagina 1