Buitenland.
Onze Leestafel.
Burgerlijke Stand te Zierikzee.
Talrijk zijn reeds nu de offers die 'fc ijs en de
gladheid der straten op onderscheidene plaatsen heeft
geeischt. Te Nieuwe Wetering verdronk een vrouw,
moeder van drie kleine kinderen, bij haar poging om
een 7-jarigen ^waaghals, die door het ijs was gezakt,
te redden. Te Sittard is een bijna 80-jarig man bij
het naar huis gaan uit de kerk, door de gladheid dei-
straat gevallen, waarbij hij het nekbeen brak en eenige
oogenblikken later overleed.
Op de veemarkt te Amsterdam heeft een handelaar
uit Woerden een portefeuille verloren met f 10,000
aan bankpapier.
Te Nijmegen is een spoorweg-arbeider door een
zandtrein een been afgereden.
Dezer dagen kwam ecu onbekende omtrent midder
nacht in de herberg van zekeren Bondoe te Bergen
(België). Hij vroeg een flesch wijn en verzocht den
herbergier mede te drinken. Na een glas te hebben
gedronken ging ïtondoe een oogenblik naar buiten.
Toen hij terugkwam, dronk hij een tweede glas, doch
nauwelijks had hij dat geledigd*- of hij viel in een
diepen slaap, waarschijnlijk tengevolge van een slaap
drank, door den onbekende in den wijn gegoten. Toen
de kastelein wakker werd, was zijn klant, de flescli
wijn, zijn horloge, zijn portemonnaie, zijn jas en de
inhoud der lade van het buffet verdwenen.
Bij den landbouwer P. L. te Assen heeft, naar
men meldt, het paard, dat op stal stond, een koe
de tong afgebeten, omdat deze mee at van het voer
van 't paard.
Te Amsterdam is een kindje van ongeveer l1^ jaar
oud gestikt, doordien het een te groot stuk vleesch
in den mond had en dit wilde doorslikken.
Tegen de gebr. M., te Eenines, is een vervolging
ingesteld wegens het moedwillig mishandelen van de
persoon van W. L., landbouwer aldaar. De toestand
van de laatste is niet buiten gevaar.
HL et Oosten.
Er zijn zeer weinig tijdingen uit het Oosten ge
komen, sedert ons vorig artikeltje over deze zaak
maar als men de weinige berichten, die er gekomen
zijn, als waar mag aanmerken, dan ziju ze van veel
gewicht. De Emir zou name), zeer bepaalde stappen
gedaan hebben om tot een schikking te komen, waar
toe hij Euslands tusschenkorast zou hebben ingeroepen.
Verder zou het Bussische gezantschap dat te Kaboel
was, na een levendige wisseling van depêches, die stad
hebben verlaten, even wei niet als voorbereiding van
erger hatelijkheden, maar tengevolge van minnelijk
overleg met de Engelsche diplomateii. Is dit alles
zoo, dan is het van veel belang; want clan blijkt er
uit, dat of Busland den Emir geheel loslaat, zoodat
er aan een overleg van Engeland met Busland na
tuurlijk ten koste van Afghanistan te denken is, of
de Emir heeft grond ora tot een gevvenschte schikking
met Engeland te komen door officieel het Bussische
gezantschap te doen heengaan, waardoor dan eenigs-
zins de daad van het afwijzen der Engelsche gezanten
zou worden uitgewischt. Zoo zou er dan spoedig een
eind aan den oorlog kunnen komen, zonder belangrijke
schade voor de beide partijen.
Ondertusschen valt niet zeker uit te maken hoe
't met de stellingen van de legerafdeelingen der
Engelschen staat. In 't eene bericht leest men, dat
de troepen nu wel op Djellalabad aanrukken en in
het Zuiden op Kandahar, terwijl uit andere tijdingen
alleen blijkt, dat de Engelschen nog bezig zijn zich
van de bergpassen te verzekeren, die toegang tot het
land geven.
In Europa is de Oostersche kwestie weder wat op
gehelderd. Er zal nu iets komen van een schikking
tusschen Turkije en Griekenland.
Turkije wil wat loslaten en hoopt dat Griekenland
daarmede tevreden zal zijuzoo niet, dan zou het zich
tot de mogendheden wenden.
In het Parlement heeft de Engelsche regeeriug zich
een kleine nederlaag bespaard door intrekking van
haar voorstel om geldelijke toelage te geven aan de
opstandelingen in het Ehodopo-gebergte. liet is dus
niet gekomen tot deze formeele stijving van dien
opstand.
Ook schijnt de Engelsche regeering geen zin te hebben
een nieuwe leening voor Turkije te waarborgen.
Inmiddels schijnt de Sultan in het Aziatische ge
deelte van zijn llijk op nieuw in moeielijkheden le
zitten.
Men zegt, dat 40,000 ICurden, onder aanvoering
van den zoon van Bederhan (het hoofd dat zich onlangs
aan den Sultan onderwierp) in opstand zijn gekomen
en dat de tegen hen gezonden Turksche troepen de
opstandelingen te Saneb-Tscharnab, in Kurdistan,
hebben verslagen.
Zwitserland.
De Bondsraad heeft aan de cantonale regeeringen
een circulaire gericht over het recht van verblijf.
Daarin wordt onder auderen gezegd: //Is de Bonds
raad aan den eenen kant niet geneigd, het verblijf
van staatkundige vluchtelingen te beperken, van den
anderen kant is zij toch voornemens zich te verzetten
tegen alle pogingen van vluchtelingen, door woord
of daad, waardoor de vriendschappelijke betrekkingen
van Zwitserland met andere staten zouden kunnen
gestoord worden. Wij verzoeken u, daarna Le handelen
en ons door nauwkeurige berichten op de hoogte te
houden van den stand van zaken. Ten einde de
cantonale overlieden behulpzaam te zijn in het toezicht
op staatkundige vluchtelingen, die uit naburige landen
kunnen komen, zal van tijd tot tijd een opgave
worden gedaan van hen, aan wie wegens hunne
woelingen het verblijf in andere landen is ontzegd".
Zulk een lijst, de namen bevattende van 34 uit Berlijn
verwijderde sociaal-democraten, is reeds openbaar
gemaakt.
De Unie van Utrecht lokt gelukkig niet zulk een
stroom van letterkundige prullaria uit als de Waters
nood, 1813, 't Zilvereu kroningsfeest en dergelijke
nationale gedenkdiugen. 't Is of de geestdrift voor
de Unie bevroren is. Van 't oogenblik af, dat de
(nationale?) Utrechtsche commissie acte van haar ge
boorte heeft afgegeven, schijnt de natie gedacht te
hebbenzoo, nu is 't in orde, die heeren zullen
'l varken nu wel wasscheu. En daar was aanleiding
toe, wegens de reeks van heel en half nationale feest
vieringen, die de jongste tien jaar hebben opgeleverd.
Men kan niet volhouden met onze geheele chronologie
te repeteeren door middel van lichtjes en zangen en
boekjes en prenten. Alles wil wel eens zoo'n bui
hebben, maar als die vlaag dan over is, ontstaat er
groote stilte en rustige rust. En men keure 't af
of legge er zich bij neer in den grond kan 't het
gros der levenden niet zooveel scheien wat er zooal
gebeurd is, zoo lang geleden. Met enkele feiten gaat
het nog al, voor andere is maar geen geestdrift te
wekken in de natie. Onder deze schijnt de Unie van
Utrecht 'gerangschikt te raoeteu worden. Dit historisch
feit is anders wel van belang, maar 't zij de tijden
slecht zijn, 't zij er van het verschil in appreciatie
der Unie als grondslag onzer constitutioneele staats
inrichting ook iets tot de groote menigte is doorge
drongen, men hoort er weinig van. Een paar
eenigszins grondige studiën van het onderwerp zijn
er verschenen, doch hierbij schijnt het te blijven. De
feestprenten-industrie is er ook nog niet op gevallen,
de loterij-woede gelukkig ook niet. Anders hadden
we nu misschien ook al kans otn bij een Unie-boek
een kistje stinkadores, een naaimachine of een andere
heerlijkheid te winnen.
Van een verscheuring der Unie in den vorm van
een scheurkalender hebben we gelukkig ook nog niet
gehoord.
Onder al deze omstandigheden is er misschien wel
een plaatsje voor het boekje, waarvan we een exem
plaar ontvingen en welks titel luidt//De Unie van
Utrecht. Beknopt medegedeeld voor kinderen, door
E. Heusy, oud-onderwijzer, thans binnenvader in liet
Grootburger Weeshuis te Kampen", aldaar uitgegeven
bij Laurens van Hulst en verkrijgbaar voor 15 ct.,
25 ex. 3, 100 exempl. f 10.
De lieer Heusy heeft waarlijk geen lichte taak aan
vaard, het opstellen van zulk een boekje over zulk
een onderwerp. Hij schrijft iets op een der voorste
blaadjes, dat hij noemt //Voorwoord, Voorrede noch
Voorbericht". Hij zal ons toestemmen dat 'fc toch
zoo iets is, en daarin drukt hij de hoop uit, dat het
boekje voor kinderen goed en voor de ouders niet
kwaad zal zijn.
We hebben 't geschriftje niet zonder genoegen
gelezen, ofschoon door de blijkbaar opzettelijke zorg
om alle verschil van opvatting en appreciatie ter zijde
te laten, de kleur van 't geheel wel wat flauw is ge
worden. Van Unie-vergoding is geen sprake, en ofschoon
wij de daad van 23 Januari 1579, voor een hoogst
gewichtige houden, vinden we 't maar goed, dat men
zich als schrijver niet te veel illusiën maakt om dit aan
kinderen smakelijk te maken.
We meenen dat het boekje meer waarde heeft voor
de groote menigte der onontwikkelde burgers dan
voor de schooljeugd, die o. i. maar moeielijk 't ge
wicht van een dergelijke zuiver politieke handeling
als de Unie kan beseffen. liet boekje is eenvoudig
en in aangenamen toon geschreven. Voorin staat de
Hollandsche maagd, gelijk ze vroeger op muntstukken
stond. Zou de jeugd, dat boek met de sloten ziende,
waarop de maagd steunt en waarbij 't devies //Hac
nitimur liane tuemur" behoort, ^iet allicht gaan denken,
dat dit een oude uitgave van de Unie was Zou
Jt niet aardiger geweest zijn, als daarvoor in de plaats
liever een afbeelding van 'fc ontworpen monument
was gezet, dat te Utrecht zal opgericht worden, als
de middelen er voor gevonden kunnen worden? On
langs gaf Eigen Haard zoodanige afbeelding.
De geringe prijs maakt, dat 't goede boekje in veel
handen kan komen.
Met liet begin van 1S79 houdt het tijdschrift Het
Familiebladdat nu sedert 12 jaren onder de redactie
van George Kepper verscheen, op te bestaanook
het bekende S'tuiversmagazijn van Beliufante zal dan
niet meer verschijnen. Beide tijdschriften hebben als
zoodanig 'l tijdelijke met het eeuwige verwisseld,
en zullen gezamenlijk opgaan in een nieuwe krant
Het Familieblad. Wekelijksch Stuiversmagazijn, hoofd
redacteur George Kepper, te verschijnen bij dezelfde
uitgevers. In hek //Voorwoord" geeft de redactie uit
voerig de aanleiding tot deze groote verandering op.
Hoe zij kan zeggen, dat het nieuwe weekblad meer
zal geven dan vroeger de beide tijdschriften samen,
vatten we niet. Doch dit komt er ook niet op aan
als het blad gelukken wil, gelooven we, dat er wel
goeds mee gesticht kan worden. We vreezen echter
dat liet in den stroom, den nog altoos wassenden
stroom van speciale kranten zal verdrinken. Alle
tijdschriften lezen, kan 'fc publiek nietal deed het
er meer zijn best voor dan nu 't geval is, zou 't toch
niet gaan maar alle kranten lezen kan evenmin, zelfs
twee of drie, dat is eigenlijk al wat veel. Dit doet
ons vreezen dat Het Familieblad geen abonnés genoeg
zal krijgen om wezenlijk wat degelijks en iets meer
dan een advertentieblad van teer, holloway-pillen en
airy's-gedokler te wezen. Dit belet ons niet om
't blad succes toe te wenschen. De redactie is in
goede handen. Het eerste hoofdartikel wil ons echter
niet bevallen, 't is een stuk van Agatha //Een maat
schappelijk Vraagstuk" en handelt over de litteratuur
van de //vrouwelijke emancipatie" 't komt o. i. zoo
wat neer op nul na raison que ?ious et nos amis
ofschoon 't dit in Busken Huet gispt.
Schoolnieu w s.
Benoemd tot hulponderwijzer aan de bijz. school
alhier de heer L. van Bevereu van Dinteloord.
Maandag 16 Dec. is te Delft overleden de nestor
der Nederlaudsche onderwijzers, de oudste tevens van
Delft's ingezetenen, de heer Pieter van der Schaft Sr.,
rustend hoofdonderwijzer te Delft, die den ouderdom
van ruim 98 jaar bereikt had en tot voor weinige
weken nog in 't genot van al ziju vermogens en van
een uitstekende gezondheid geweest is.
Den II Mei 1780 te Schiedam geboren, genoot hij
aldaar zijn opleiding, tegelijk met P. J. Prinsen, bij
den onderwijzer Gerrit Verboon. In 1799 was hij
onder de mannen, die uittrokken tegen de Engelschen
en Bussen, die een inval in N. Holland gedaan
hadden. Na ongeveer een jaar als bijzonder onder
wijzer te Schiedam te zijn werkzaam geweest, werd
hij in 1801 als hoofdonderwijzer eener stadsschool te
Delft aangesteld, welke betrekkiug hij bijna 70 jaar
lang vervuld heeft, tot hij in 1870 werd gepensioneerd
met volle jaarwedde als pensioen, alsmede het genot
zijner woning, terwijl hem tevens het eere-lidmaatschap
der Plaatselijke Schoolcommissie werd opgedragen.
In zijn tijd was de heer v. d. Schaft een sieraad van
zijn stand, terwijl hij destijds ook als docent aan de
toenmaals te Delft gevestigde militaire academie en
aan het gymnasium zeer verdienstelijk is werkzaam
geweest. Allen die den waardigen man gekend
hebben, en onder hen zijn grijsaards van 7080 jaar,
als zijn oud-leerlingen, hebben hem steeds hoogelijk
gewaardeerd om zijn ijver, zijn nauwgezette plichts
betrachting, zijn opgewekten aard, zijn warme liefde
voor de jeugd. Zijn assche ruste in vrede
De afd. Vlissingen van //Volksonderwijs" heeft in
haar jongste vergadering besloten tot opheffing der
afdeeling, aangezien door het tot stand komen der
nieuwe wet op 't onderwijs wel niet alle wenschen
vervuld, maar toch de hoofdredenen van bestaan van
//Volksonderwijs" vervallen zijn.
VAN 13—20 Dec. 1878.
Geboren:
Een zoon vau J. E. de Kok en C. van der Meer.
Gehuwd:
C. Wijt, vvedn. en C. v. d. Berge, wed.
Overleden:
E. den Herder, oud 30 d., d.
J. M. Phaff, oud 30 j., jd.
L. Slager, oud 33 j., vrouw van L. van der Valk.
J. Dekker, oud 2 d., z,
Als levenloos aangegeven:
Eene dochter van C. Hack en H. C. Kloet.