Terra di Lavoro, dus vrij ver van Home. Bovendien
en dit zal wel de voornaamste reden zijn, waarom
de Paus het verblijf in het klooster der Benedictijnen
niet zal verkiezen zijn de gemeensehaps-middelen
zeer slecht. Indien men den kt aan du audientiën en
al de zaken, welke een gedurig heen- en weertrekken
zouden vereischen, zoowel van den kant van de hoofden
der congregat.icu als van de vreemde vertegenwoordigers
bij het Yatikaan, zou dit verblijf vele bezwaren op
leveren". Castel-Gandolfo is intusscheu reeds vroeger
meermalen genoemd. Waarschijnlijk zal de staats
secretaris, kardinaal Franohi, den Paus vergezellen.
Zuid-Afrika.
Uit Kaapstad wordt d.d. 2 Juli gemeld dat de
algemeene amnestie voor de opstandelingen, met uit
zondering van de zonen van Sandilly en andere aan
voerders, op 28 Juni is uitgevaardigd. Edmund Sandilly,
Mantinzina en zeven andere hoofden werden den 30
Juni gevangeu genomen. Cetchwoyo heeft een zaak
gelastigde naar Sir Theophilius Shepstone afgevaardigd
om zich wegens de handelingen van de Zoeloes in de
betwiste streken te rechtvaardigen. Aan de Noordelijke
grenzen is alles rustig.
Het huis der Vertegenwoordigers heeft eenparig
besloten den opperbevelhebber van de keizerlijke en
koloniale troepen voor de door hem bewezen dieusten
tijdens den jongsten oorlog, dank te betuigen.
Binnen 14 dagen vertrekt generaal Thesiger naar
de Transvaal.
Er heerscbt groote oppositie tegen de pas ingevoerde
belasting op brandewijn.
Gemengd Buitenlandsch Nieuws.
Ouder de anecdoten, die omtrent het Berlijnsche
congres in omloop zijn, is de volgende niet onaardig.
Toen Lord Beaconsfield, onmiddellijk na het bekend
worden van de overeenkomst, waarbij Cyprus aan
Engeland werd afgestaan, //ziek" werd, d. i. een paar
dagen voor niemand te spreken was, zond Prins
Gortschakoff iemand der Kussische legatie om naar
den welstand van den Lord te informeeren. Mylord
was redelijk, dankte voor de belangstelling en antwoordde
op de vraag of hij ook medecineerde//Neen dat was
niet noodig; wat rust en stilte zou hem wel weer
genezen." De jonge attaché, die met het oog op den
goeden luim van Lord Beaconsfield zich wel een scherts
meende te mogen veroorloven, merkte daarna op
//Toch hebt gij, naar men zegt, wat Cyprischen wijn
genomen? Prins Gortschakoff noemt dit middel wat
kras, en meent dat men er voorzichtig mede zijn moet".
//Zoo, meent de Prins dat"? antwoordde Lord
Beaconsfield, „wees maar gerust, ik weet er alles van.
Breng hem mijn groet en zeg hem dat het Pro-Batum
(voor Batoum) was."
Toen Gambetta van den Prins van Wales in het
Hötel de Bristol afscheid nam, zeide de Prins: //Ik
dank u hartelijk voor de hulp, die gij aan de Engelsche
commissie op de tentoonstelling hebt verleend".
//Gij zijt al te goed monseigneur", antwoordde Gam
betta. //Zonder u zou de tentoonstelling niet ge
slaagd zijn."
Van Gambetta sprekende, noemde de Prins hem
een //homme vraiment supérieur."
De France zegt uit Spanje een brief te hebben
ontvangen over de oorzaak van den dood der Koningin,
over de gemoedsstemming van den Koning en den
toestand van het land, waarin bijzonderheden van zulk
een ernstigen aard voorkomen, dat zij er van afziet den
brief op te nemen, al komt die betrouwbaar voor.
De Koningin van Engeland heeft aan Beaconsfield
de orde van den Kouse'band geschonken. De plechtig
heid der opneming in de orde had Maandag ochtend
te Osborne plaats.
Statistiek van Blinden en Doofstommen
in de Staten van Europa.
Volgens de tabel in de Gotha'sche Mittheilungen
en die de wetenschap dankt aan doctor G. Meijer,
directeur van het koninklijk Beiersch bureau van
statistiek, zijn de jongste cijfers van het getal der
blinden en dat der doofstommen in de verschillende
Staten van Europa, deze:
Blinden
Duitsche Kijk35048 of 8,79 op de 10000 personen.
Groot-Brittannië en Ierland: 31159 of 9,85 op
de 10000.
Deneraarken: 1465 of 7,86 °/000.
Noorwegen2320 of 13,63 %00.
Zweden 3359 of 8,06 °/000.
Finland: 3891 of 22,46 °/000.
Cisleithanië of eigenlijk Oostenrijk11329 of
5,55 o/000.
Transleithanië of Hongarije: 18523 of 12,01 %0o*
Zwitserland: 2032 of 7,61 %oo«
Nederland: 1593 of 4,46 %00.
België: 3675 of 8,11 %00.
Frankrijk: 30214 of 8,37 %00.
Spanje: 17379 of 11,26 %00.
Italië: 26826 of 10,16 %00.
In de Mittheilungen wordt liet zeur groote getal
van blinden in Finland, u.l. 22,46 per 10000 inwo
ners of nagenoeg 5 op de 200, toegeschreven aan
de berookte hutten, waarin de bevolking zich ophoudt
en die vele maanden van 't jaar nacht en dag vol
rook en vol meuschen zijn. Het groote verschil
tusschen Cisleithanië en Hongarije, als 5 12, kan
veroorzaakt worden door liet fijne stof en den hellen
zonneglans in de puszta of Hongaarsche vlaktezoo
moet de schittering ook wel eenig aandeel hebben
in het groot getal blinden in Spanje en Italië. Ten
aanzien van Noorwegen is geen verklaring gegeven.
Op 't zoo slecht ziende Finland na is de percents
gewijze verhouding in Noorwegen het ongunstigst.
Nederland maakt de beste figuur in deze tabel,
daar bij ons niet meer dan 4,46 per 10000 menschen
blind zijn, dat is 1 op de 2222. Uit deze tabel
blijkt dat in geheel Europa (voor zoover de Staten
hier genoemd zijn) 188813 blinden zijn geteld.
De cijfers der doofstommen zijn
Duitsche Kijk: 38,489 of 9,66 per 10000 personen.
Groot-Brittannië en Ierland: 18152 of 5,74 %00.
Deneraarken 1156 of 6,20 °/000.
Noorwegen 1569 of 9,22 °/000.
Zweden 4266 of 10,23 %00.
Cisleithanië of Oostenrijk 19701 of 9,66 %00.
Hongarije: 20699 of 13,43 %00.
Zwitserland: 6544 of 24,52 °/000.
Nederland: 1159 of 3,35 %00.
België 1989 of 4,39 %00.
Frankrijk: 22610 of 6.26 %00.
Spanje: 10905 of 6,96 %00.
Italië: 19385 of 7,34 %00.
Nog erger dan Finland voor de oogen is, blijkt
Zwitserland voor de ooren te zijn. Daar zijn de
meeste doofstommen, 24,52 op de 10000 of nagenoeg
1 op de 400 zielen. Misschien tellen onder deze
ongelukkigen ook de crétins mede, die er velen in
eenige dalen van de Alpen leven en die vaak idioot
of ook wel doofstom zijn.
In 't geheel tellen de opgegeven Staten 166664
doofstommen.
Het gelukkigst is ook in dit opzicht weder Neder
land, dat niet enkel de minste blinden, maar ook de
minste doofstommen telt. De Oostindisch-dooven
tellen vast niet mede, dan was 't getal veel grooter.
Frankrijk staat, wat het getal dér blinden betreft,
nagenoeg midden op de lijst. Wat aangaat de doof
stommen is het beter bedeeld; slechts Nederland,
België, Groot-Brittannië en Denemarken vertoonen
een gunstiger cijfer.
De bevolking van Saksen.
Het koninkrijk Saksen, tegenwoordig naar even
redigheid even bevolkt als België, zoo niet nog iets
meer, vertoont den snelsten aanwas van bevolking
van alle Europeesche Staten.
In 1834 had dit koninkrijk 1.595,668 inwoners.
In 1861 telde men er 2.225,240.
In 1864 bereikte de bevolking het cijfer van
2.337,192.
In 1867 was het 2.423,586.
In 1871 2.556,244 en in 1875 was het geklommen
tot 2.760,586, hetwelk een aanwas van 2% per jaar
bedraagt over de laatste periode.
Het land dankt den aanwas niet geheel aan het
groote getal der geboorten boven dat der sterfgevallen
de immigratie draagt er voor een groot deel toe bij,
daar Saksen een der nijverste landen van de wereld
is. De steden groeien er nog veel sneller aan dan
de bevolking over het geheele land gerekend.
De groote steden zijnDresden, de hoofdstad
Leipzig, de handelstadChemnitz, de stad der industrie.
Van 18341875 heeft de aanwas dezer drie groote
steden bedragen in ronde getallen
Dresden had in 1834 66000 inwoners; in 1861
128000; in 1864 146000; in 1867 156000; in 1871
177000 en in 1875 197000. Leipzig had 45000
inwoners in 1834; 78000 in 1861; 85000 in 1864;
91000 in 1867, 107000 in 1871 en 127000 in 1875.
Chemnitz telde in 1834 21000; in 1861 46000; in
1864 55000; in 1867 59000; in 1871 68000 en
in 1875 78000 inwoners.
Deze drie steden hebben tal van voorsteden, die
er eigenlijk aan vast zijn gegroeid en die men er bij
zou moeten rekenen om het juiste cijfer der bevolking
te verkrijgen. Dresden heeft 30 van die voorsteden,
Leipzig 23, Chemnitz 18. Deze voorsteden mede-
gerekend, had Dresden in ronde getallen in 1871
204000 en in 1875 244000 inwoners, zijnde een
toeneming van 4,87 Leipzig had in 1871 een
bevolking van 173000 zielen, die in 1875 tot 213000
was gestegen, 't welk de kolossale toeneming met
5,79 aanwijst. Chemnitz had 98000 inwoners in
1871 en 114000 in 1875, zijnde 4,05%.
Aus allen Welttheilen.
De Schach van Perzië.
Aan een levensbeschrijving van een in gezelschap
van den Schach reizend geneneraal, een Oostenrijker
van geboorte, ontlrcuen wij du volgende bijzonderheden:
Tot op zijn 12u jaar was Nassr-Eddin Mirza onder
toezicht van zijn vader gebleven, die hem eene goede
opvoeding gaf. Zooals de gewoonte in Perzië is,
werd aan den Kroonprins het bestuur van de provincie
Adherbeidschan opgedragenhij bleef daar tot aan
den dood zijns vaders, die 14 jaar met succes had
geregeerd. Het land had in dien tijd bijna onafge
broken vrede gehad, de Staatskas was goed gevuld en
er heerschte welvaart. De jonge Schach kwam dus
onder gunstige omstandigheden op het kussen. Zijn
streven was hervormingen in te voeren en Perzië op
Europeesche leest te schoeien. Hij koos tot eersten
Minister Hirza Mussein Khan, een man, die zijn
inzichten volkomen begreep en hem in de uitvoering
zijner plannen trouw ter zijde stond. Zoo werd de
administratie geheel veranderd, posterijen werden op
gericht, een arsenaal en een militaire academie ge
bouwd; uit Europa werden militaire instructeurs
ontboden, straatwegen en telegrafen werden aangelegd
en zoodoende kwam Perzië direct in verbinding met
Kusland, Turkije en Indië; ook het muntwezen werd
hervormd en Perzië heeft thans geen schulden en geen
papieren geld.
De Schach van Perzië is 47 jaar oud, maar ziet er
veel jonger uit; hij is van middelbare lengte, maar
welgemaakt; de gelaatstrekken zijn scherp en fijn. Hij
houdt van vermaak en is hartstochtelijk, maar vooral
een liefhebber van de jacht. In den vriendschappe-
lijken omgang schijnt hij zijn rang te vergeten. Toen
hij op 18jarigen leeftijd den troon beklom, wist hij
nog weinig van Europeesche toestandende toenmalige
lijfarts dr. Polak wist de weetgierigheid van den
jeugdigen Vorst te prikkelen. Behalve Perzisch,
Turksch en Arabisch spreekt de Schach zeer goed
Fransch; hij is goed thuis in de aardrijkskunde en
in de politiek van Europa en leest veel geïllustreerde
tijdschriften. Ook de tegenwoordige lijfarts dr. Tholozan,
die den Schach op reis vergezelt, droeg veel zorg
voor de ontwikkeling van zijn meester. In zijn vrijen
tijd houdt de Schach zich onledig met teekenen
en photographeerennu en dan noodigt hij gasten
aan zijn tafel; dan wordt er muziek gemaakt en ge
danst. De Schach is wel eeuvoudig, maar bij plechtige
gelegenheden en audiënties houdt hij er van Oostersche
pracht ten toon te spreiden en zich in een rijk met
paarlen en diamanten getooide uniform te laten zien,
vooral wanneer vreemde gezanten worden ontvangen.
De Schach is zachtzinnig van aard en een vijand van
dweepzucht. Van proselytenmakers heeft hij een
afkeer. Hij is een uitmuntend ruiter, schutter en jager.
Gedurende zijn 6 maanden lange afwezigheid nam
de Kroonprins te Thereau zijn plaats in. De om
geving van den Schach bestaat behalve uit den groot
vizier, uit drie hooggeplaatste ambtenaren en eenige
jongere lieden, die Europa hebben doorgereisd. Zijn
secretaris Mirza Ali Khan bezocht reeds vroeger ver
schillende hoven van Europa.
Volgens een der Bonapartistische bladen zou de
Schach, van Parijs sprekende, hebben gezegd: „Qa
manque de souverain", (Petersburg trok hem weinig
aan, de moordaanslag op Keizer Wilhelm had hem
het verblijf te Berlijn onaangenaam gemaakt) en om
die reden aan Weenen de voorkeur doen geven. De
République frangaise merkt op, dat de Schach niettemin
tweemaal Parijs bezocht onder de Kepubüek en nooit
onder het Keizerrijk.
Kerk- en Sehoolnieuws.
Beroepen te Dreischor ds. J. H. Tijl te Bahr en
Lathum (Geld.)te Wemeldinge ds. A. H. de Klerck
te Nederlangbroek.
Bedankt voor Goes door ds. Creutzberg te Wou
denberg; voor Barneveld door ds. Kromsigt te Cortgene.
Benoemd tot hulponderwijzer te Vlissingen de heer
L. C. van de Woestijne van Middelburg.
Bij beschikking van Z. Exc. den Minister van
Binnenlandsche Zaken is aan twintig kvveekelingeu
plaatsing op de Kijks-kweekschool te Middelburg ver
leend onder genot der jaarlijksche toelage. Van deze
jongelieden zijn uit Zeeland de volgendeA. Haringx,
leerling der Oefenschool te Zierikzee, A. Verschuur
van Goes, I. de Bruijne en C. J. Cornells van Groede,
J. E. v. d. Slikke van Poortvliet, P. L. Engelvaart
van Tholen en W. Carels te Cadzand.
Toegelaten als apothekers-leerling zijn nog de heeren
W. Birza, geb te LoppersumH. Pekelharing, geb.
te Zaandam; M. Stam Dz., geb. te Zaandijk; A. P.
A. J. Piron, geb. te BrusselJ. Dekker Jz., geb. te
Zaandam; W. van Eeden Jr., geb. te Amersfoort;
J. J. Bots, geb. te Hoorn T. Plet, geb. te Leeuwar
den en P. J. L. Metz, geb. te Amsterdam.
Te Delft is na korte ongesteldheid overleden dr. L.
Cohen Stuart, directeur der polytechnische school.