ZIERIKZEESCHE COURANT. 1878. No. 55. Woensdag 17 Juli. 81ste jaargang. DE SOCIAAL-DEMOCRATIE. is ,50 ,50 i. De sociaal-democraten hebben in de jongste maanden zooveel stof tot gesprek en aan velen ook stof tot nadeuken gegeven, dat het niet ongepast kan geacht worden als wij er ook iets over zeggen. De snoode aanslagen van een Hödel en een Nobiling, zoo kort achter elkander, zijn dermate met de sociaal-democratie in verband gebracht, ofschoon evenmin geheel te recht als geheel te onrecht, dat een gewoon krantlezer, die met de sociale verschijnselen minder nauwkeurig' bekend is en van de ontwikkelings-gesckiedenis der staatkundige, kerkelijke en maatschappelijke partijen geen bijzonder werk gemaakt heeft, schier niet weet wat hij van die sociaal-demo cratie moet denken. Al licht zal hij haar voor iets afschuwelijks houden, voor zoo'n verschijnsel als volgens 't volksgeloof - de algemeene oplossing en ontbinding van de geheele wereld zullen voorafgaan. Met deze verklaarbare, zeer ongunstige stemming van 't groote weldenkende publiek ten aanzien van de sociaal-democratie wordt door de partijen van een geheel ander uiterste druk woeker gedreven. Evenals, wan neer ergens één dolle hond langs de straat doolt, al wat moed heeft, uittrekt tot de klop jacht en dan al licht alle in handen komende honden van dolheid verdenkt en doodslaat al wat maar houdseh of hondachtig lijkt, zoo gaat het sinds half Mei ook ten aanzien van al wat sociaal-democratisch is, of heet, of schijnt. De ijverigen, dat zijn doorgaans de meest be- vooroordeelden, slaan al dood wat voor de hand komt en zelfs een matige en bezadigde regeering loopt gevaar van met het onkruid ook de goede tarwe uit den grond te trekken. Men ziet dit thans in Duitschland. Wat meer licht is derhalve niet ongepast. We stellen ons, evenwel, nu niet voor om een streng wetenschappelijke studie over dit onderwerp te geven, noch ook een uitgewerkte geschiedenis van dit allermerkwaardigste ver schijnsel onzes tijds. Dat zon veel te veel ruimte vorderen; voor velen ook vrij droog zyn en al licht door 't streven naar beknopt heid tot oppervlakkigheid voeren. Wie grondig iets van de zaak wil weten, moet een der vele geschriften of verspreide opstellen in de beste tijdschriften over het onderwerp nalezen. Wij zullen hier niet meer dan een schets geven van 't geen de sociaal-democratie tegen woordig is en wat zij wil en hoe zij haar doel tracht te bereiken. De kenner der historie herkent in de sociaal- demooratie terstond een van die verschijnselen, zooals alle eeuwen, die verloopen zijn, er hebben opgeleverdeen van de natuurlijkste eu in vele opzichten weldadige uitingen van het leven der menschheid. De drift en het enthousiasme van den vurigen jongeling, de utopieën-jacht van den man, de levens-revue en de jeremiaden van den onde van dagen, de idealen der opti misten en de donkere buien der pessimisten, 't zijn alle zooveel teekenen van leven en ont wikkeling. Van geen anderen aard is het verschijnsel der sociaal-democratie. De wereld loopt met al haar gedoe, al baar drijven en droomen, werken en zwoegen. Zij loopt vóóruit of achteruit, naar hooger of in een kringloop; dit doet er voor 't oogenblik niet toe: zij loopt, zij leeft. De groote menigte der menscken evenwel gaat eenvoudig en inert met die beweging meê, 't zij uit domheid, 't zij uit overtuiging d. i. in dit geval uit onwe tendheid - zonder zich om 't hoe't waarom, 't waarheen te bekommeren. De machine loopt trouwens toch, al gaat ze ook wat tragerdit heeft ook zijn nut. Slechts weiuigeu nemen aan dien loop met zelfbewustheid deel, slechts weiuigeu treden actief op, de meesteu blijven lijdelijk. Maar die actief optreden zijn 't juist, die kleur en teekening bijzetten aau 't anders vrij onbeduidende verloop der ontrolling vau het raadselachtige tafereel dat geschiedenis heet. Van die weiuigeu zijn cr eenigeu profeten, helden, heilandenanderen weder gelden voor mousters, voor demonen, voor dorsckvlegels in de schrikkelijk machtige hand vau een schrik kelijke Godheid, die de menschheid grootbreugt met schoppen en trappen, met hongerlijden en geeselslagen en allerlei kwalen en rampen. De grens tusschen de wél- eu de wee-profeten is niet altoos gemakkelijk te trekken. Daar zijn er, die zich aanmatigen speciale Godsgezanten, procuratie-houders eu zaakbezorgers of strijders en beulen in dienst der godheid te zijn eu die nochtans, hun werkeu nagegaan, veeleer onder de demonen eu menscheuplagers geteld moesten worden. Eu ook zijn er, die zich boos gerncht op den hals halen en die gevloekt worden door de inerte stilzitters, maar die nochtans in hun bedoelingen zuiver en edel zijn, die 't goede en den vooruitgang, 't waarachtige heil der menschheid willen en bedoelen. Uit het brein van zulke mannen is ook 't verschijnsel geboren dat sociaal-democratie heet. Het is geenszins een nieuw verschijnsel. In tegendeel: bewegingen als door 't communisme, 't socialisme, 't babouvisme, 't fourriérisme, de internationale en nu het laatst door de sociaal democratie verwekt zijn, kwamen in alle eeuwen der geschreven historie voor. Het aangeboren gevoel of idéé van gelijkheid der mensehen en als tegenstelling daarvan het feit der tot dusver nooit weggenomen scherpe uitersten van ongelijkheid, ziedaar de aanleidingen van zulke verschijnselen. De menschheid wil vooruit en naar hooger; naar meer en alge- meener welzijn wordt zij als 't ware gedreven en getrokken. Strekking tot nivelleering heerscht er tegelijk met de aanleidingen tot afstooting en verwijdering. De manieren, waarop zij handelen, die zich geroepen achten het algemeen heil der menschheid te bewerken en haar idealen te verwezenlijken, verschillen zeer; zoozeer, dat menigmaal zij, die als heilanden optraden, later als geesels en plagers zijn beschouwd en niet altoos te onrechte, ofschoon geen enkele door hen veroorzaakte schok geheel zonder goede gevolgen geweest is. Een groote, een monster-dwaling komt het ons voor te zijn, dat al de bovengenoemde bewegingen en nog andere meer, waarvan de ont- wikkelings-gesehiedenis der menschheid spreekt, voor teekenen van algemeen verval, van achter uitgang en ontbinding gehouden worden. Het zijn integendeel hoogst natuurlijke ver schijnselen, uitingen van het streven naar al gemeene verbetering van den toestand, al zijn ook vaak bij groote bewegingen leiders en volgers gelijkelijk te veroordeelen wegens de schromelijke afdwalingen en ontaardingen van iets dat op zich zelf goed is, en al kunnen alle opgeworpen stellingen ook niet zonder veel uitzonderingen en voorbehoud als goed worden aangemerkt. Men zal dit erkennen als we een weinig uiteengezet hebben wat de sociaal-democratie wil. Verbetering, door grondige hervorming, van den toestand der maatschappij, zoo materieel als zedelijk, dat is het algemeene doel. Daartoe is noodig opheffing van de voornaamste heden- daagsehe staathuishoudkundige regelen en van eenige voorname staatswetten. Het individu alisme, dat alle kleinen en zwakken tot onder gang doemt, moet vervangen worden door een niet enkel in naam, maar ook wezenlijk maat schappelijk leven. Zoo moeten het koude eigen belang eu de persoonlijke baatzucht, die thans de wereld bekeerschen, overwonnen worden. Het eigenbelang verdwijnt in het goed begrepen en gehandhaafd algemeen belang. Toch wil de sociaal-democratie geen gewelddadige of kunstmatige invoering der gelijkheid van de individu's, zoóals het communisme~~drlPwij. De sociaal-democraten willen dat ieder zal arbeideu naar vermogéu en zal beloond worden naai den aard en de hoeveelheid van het werk zijner handen. Waar 't individualisme en het onge breidelde eigenbelang heerschen, daar heeft dit alles in schijn ook wel plaats, maar in de werkelijkheid geschiedt bet niet, vvaut terwijl de een volop geniet zonder iets hoegenaamd uit te voereu, lijden vele anderen gebrek onder zwaar werken eu nijpende zorg. Om echter ieder loon naar verdienste te doen genieten is noodig opheffing van het persoonlijk eigendoms recht, allereerst van 't erfrecht. Het eigendoms recht strekt niet verder dau tot de werkelijk verdiende genietbare zakenalle werktuigen, gereedschappen, ook de grond en de gebouwen, kortom 't geheele kapitaal wordt gemeenschap pelijk bezit en komt onder staatsbeheer. Het geld is vrij wel overtollig omdat niemand zich daardoor iets kan verschaffen hoven hetgeen hem wegens persoonlijke verdiensten als vrucht van zijn arbeid wordt toebedeeld uit den maat- schappelijken voorraad genietbare zaken. Het erfrecht vervalt; volgens de sociaal-democraten is het volstrekt geen recht dat B. iets krijgt omdat A. overleden is. Dat de levenden erven van de doodeu, blijft iu 't algemeen natuurlijk bestaanmaar dat een bepaald persoon van een ander persoon erft en dat de anderen worden uitgesloten, dat is niet recht. Keeds Saint-Simon beschreef het erfrecht als door de wet beschermd geweld. „Gij laat erven tot iu den 12° graad", zeide hij, „waarom ook niet tot in den 13", 14° en iigraad? En waarom niet b.v. tot in den 10", 5" of naderen graad Inderdaad een netelige vraag, op welke reeds vele rechts geleerde pennen stomp zijn gebeten. Do sociaal-democratische staat is dus bezitter en hoogste administrateur en exploiteur van den grond, van de werkplaatsen, werktuigen, in één woord van alles wat tot de voortbren ging dient. De producten worden verdeeld in uatura en naar ieders verdiensten. De uitreiking geschiedt door staatsbeambten, magazijnmees ters, op certificaten of bons, uitgereikt dooi de werkmeesters. Ondeelbare genietingen, b.v. van muziek en alle sehoone kuusten, van fraaie letteren en wetenschappen worden genietbaar gesteld voor de bevoegden eu meest ontwikkelden. De opvoeding en het onderwijs der kinderen moet geheel vau staatswege geschieden, echter uiet op Spartaansellen voet, noch op dien dei- socialisten van vóór eeu veertig, vijftig jaar, maar met inachtneming van het verschil iu aanleg en vatbaarheid. Ook hier moet het zijn elk naar zijn krachten en talenten, en niet gelijk bij de Spartanen een minimum voor allen zonder onderscheid. De sociaal-democratie wil gelijkstelling dei- geslachten, derhalve geheele en radicale her vorming der wettelijke bepalingen aangaande het huwelijk. Oudertusscbeu wordt 't zooge noemde „vrije huwelijk" iu den horribelen vorm, dien men daar gewoonlijk aau toeschrijft, geens zins door de eminente mannen der partij ge predikt. Het behoeft echter niet gezegd te worden dat door veleu 't zoogenoemde „vrije huwelijk", behoudens staatszorg voor de kin deren, nog verre wordt verkozen boven den vaak zoo schandelijken slavenstaat, waarin beide geslachten door de geijkte begriopen en bestaande wetten worden gebracht en gehouden. Opheffing van 't familie-leven is niet het doel. Integendeel, de sociaal-democratie wil

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1878 | | pagina 1