ZIERIKZEESCHE COURANT.
voor het arrondis-
sement Zirrikzer.
1878. No. 52.
Zaterdag 6 Juli.
81ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Binnenland,
Wat is er van het Smeekschrift?
in.
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN,
Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1,-
Afzondorlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER AD VERTE NT I EN
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever LAKEiYMAN.
De toon van het adres, dat door de con-
scientie-klavierspelers voor de volgzame ouder-
teekenaars is ontworpen, is hinderlijk pedant.
Men ruikt dit als 't ware als men 't stuk
doorleest. Men kon hiermede echter vrede
hebben, gedachtig aan het spreekwoord, dat
elk vogeltje zingt zooals 't gebekt is, zoo b.v.
al de adressanten of hun overgroote meerderheid
gemoedelijke, ietwat zwaar op de hand zijnde
dominés waren. Doch dit is 't geval niet. Van
wie wordt het adres gezegd uit te gaan Niet
van dr. Kuyper cum suis; ware dit zoo, dan
was 't in de beste orde en we zouden op den
toon niet zoo vallen als nu. In het stuk zelf wordt
aangeduid wie de adressanten zijn, n.l. niet
veel rijken (er staat „rijkere" of de variant
daarvan „met goederen bedeelden") ook de
armen niet, maar wel die breede schare van
kleine meusebjes, ambachtsknechts, neringdoe-
nertjes en luitjes, die door zekere partij zoo
speculatief „'t volk achter de kiezers" worden
genoemd. De Standaard heeft daarenboven
nog tot op deze oogenblikken herhaaldelijk de
noodige toelichtingen gegeven omtrent de cate
gorie der adressanten. Het zijn niet de „ge
leerden" en ook niet de intellectueel meest
ontwikkelden; evenmin zijn't de „kroeghouders,
slijters en nog erger" lieden, of de „pratte en
praalzieke" winkeliers. Deze allen zijn niet
de lieden van wie de leiders der beweging de
namen verwachtten, toen zij de zaak op 't touw
zetten. Sinds lang is wat men noemt de bour->
geoisie bij de vrome gereformeerde democraten
in een kwaad blaadje. Of daarom de eminente
leiders en bewerkers der schare, de herders der
kudde, wel geïdentificeerd willen wezen met
het gros hunner schapen, laten we voor 't
oogenblik aan zijn plaats, al hebben wij redenen
om van een tegenovergesteld gevoelen te zijn.
Genoeg, al die „ouders of voogden of verzorgers
van kinderen, die in de schooljaren vallen, of
ook ingezetenen, die in de Christelijke opvoeding
van de volksjeugd zeer ernstig belang stellen",
en die „in dit plechtig oogenblik" komen
„pleiten voor die kinderen onzes volks", en
dan in een climax nog eens en óók en bovenal
komen pleiten, dat zijn die menigte burgers,
die in den regel hoegenaamd niets van wetten
en wettenmakerij, van koninklijke macht en
parlementair staatsleven afweten; die goede,
doch zeer afhankelijke menscbjes, die niet weten
wat grieven zijn, doch die wel gegriefd willen
worden om allerlei redenende een, omdat zijn
vrouw schoonmaakster of baker of huisbewaar
ster is bij dien of dien mijnheer, de ander,
omdat hij de schoenen lapt voor dominé, de
derde en zeer velen verder, omdat mijnheer of
mevrouw A., B. of 0. 't schoolgeld voor de
kinderen betaalt.
Doeh dit zou altemaal niet hinderen, als 't
gevraagde eenig3zins in verhouding stond tot
de behoeften en het besef der vragers, als de
beweging natuurlijk of althans eenigszins spon
taan was; immers de geringe burgertjes en
kleihe luitjes zijn goeh haar minder dan de
groote lui en de menschen uit „de kringen
onzer intelligentie en geleerdheid"op welke de
Standaard zoo smalend neerziet, ofschoon ze in
ieder ander geval voor de kern der natie door
gaan. Het ergerlijke zit vooral hierin, dat de
weinige aanstokers van 't adres-vuur laten
adresseeren over hoogst gewichtige en spliute-
rige zaken, door een klasse van lieden, die vast
zelf geen adressen zouden gaan opmaken en
exploiteeren, als men ze in hun doen liet;
mensehen die zeker niet „naar den Koning"
zouden gaan om een school met den Bijbel,
misschien wel uit zeker ingeschapen en lang
niet zoo dom besef, dat „daar de Koning1 toch
niets aan doen kan". Dat is ergerlijk en 't
wordt dit in hooge mate als men den aange
slagen toon wèl overweegt. Men Iaat die
lieden tot den Koning gaan met allerlei, mis
schien wel niet gehuichelde, maar toch zeker
zuiver subjectieve betuigingen van de hoogst
gewichtige geestelijke, tijdelijke en eeuwige be
langen, die op 't spel zouden staan als zeker
wetsontwerp tot wet wieüd, doch waarvan niets
hoegenaamd gebleken is, en waarin een con
stitutioneel Vorst als wij hebben, zeer zeker
zich nimmer partij zal stellen. Als men 't
adres zoo doorleest, zou men kunnen zeggen
dat de onderteekenaars eigenlijk de eenige ware
menschen, ongetwijfeld, met uitsluiting van alle
anderen, de eenige ware christenen zijn in den
lande. Als men hun inzichten niet volgde en
hun wenken niet waarnam, dan was 't gedaan
met 't land, allereerst met 't arme, dierbare
kroost, dat toch gedoopt is. Ja, 'tgaat zoover
dat de ondergeteekende schare zelfs nederig ge
noeg is om zich op te werpen voor zaakbezor
gers Gods. Wat is anders de zin van deze
alinea van 't adres: „Sire, zal dat goed voor
nw land en volk, zal dat goed voor de nationale
toekomst, of (waarom het niet uitgesproken?)
zal dat goed voor God zijn, indien men in
Nederland, op den klassieken bodem der ge
wetens-vrijheid, voortaan, de rijkere uitgezonderd,
geen „school met den Bijbel" meer voor zijn
kinderen zal kunnen hebben?" Men ziet de
kolossale fout in den logischen bouw van dezen
zin; daardoor treden dan tocb die lui op, als
moesten ze de belangen van liet Opperwezen
behartigen, behalve die nog van land en volk
en nationale toekomst.
En al die bombast, gekroond met de welbe
kende anti-revolutionaire oranjerie, wordt in
den mond gelegd van de lieden, die consta-
teeren dat „nu merkbaar in alle rangen en
standen, de liefde voor wat hoog en heilig is,
daalt". Die sehare achter de kiezers weet 't
zooveel beter als 't geheele kiezers-corps en de
daardoor gekozenen, en ook beter dan de
„kringen onzer intelligentie en geleerdheid".
Gelukkig dat de aap in 't adres zelf uit de
mouw komt.
„In wat voege of manier alsdan voor dege
lijker volksontwikkeling door een deugdelijke
schoolwet zal te zorgen zijn, ligt buiten den
kring onzer overweging." Waarlijk dat is
jammer genoeg. Maar dan zijn die adressanten
ook te eenemale onbevoegd om te verwerpen
wat door de kern der natie en door de regee
ring des Konings wordt ontworpen en overwogen.
Dan komt die hoogo toon ook al zeer weinig
te pas, dan is dat pedant, ergerlijk pedaut.
Slot volgt.
Oud-Vossemeer, 3 Juli. Gisteren morgen werden
de bewoners gewekt door het luiden der klok. Een
begin van brand, tengevolge van het broeien van het
hooi, werd ontdekt op eene hofstededoor haastig
toegeschoten hulp en door het gebruik der beide
brandspuiten werd de schuur evenwel behouden.
De Commissie voor het leerling-apothekers-examen,
die onder voorzitterschap van den geneeskundigen
Inspecteur voor Zeeland, dr. Fokker, den 8 Juli en
volgende dagen te Middelburg zitting zal houden, is
samengesteld als volgt
LedenP. M. de Ligny en J. J. van der Harst,
beiden apothekers te Middelburg.
Plaatsverv. leden: G. C. van Neder veen, apotheker
te Middelburg, en J. B .van Kalmthout Pz., apotheker
te Goes.
Aan een particuliere correspondentie van een der
passagiers van de //Voorwaarts" ontleent het Rotterd.
Nieuwsbl. de volgende bijzonderheden omtrent de aan
varing met de //Khedive."
//Het was 's avonds kwart voor achten, bij helder
weer; de passagiers zaten juist beneden in het salon
aan tafel, toen de schok gevoeld werd. Ieder spoedde
zich naar boven en in een paar minuten was het
voorschip vol water geloopen. Gelukkig geschiedde de
aanvaring een half uurtje van den wal af, zoodat de
kapitein nog gelegenheid had onmiddellijk op het strand
aan te sturen en het schip daar vast te zetten. De
eerste boot werd daarop uitgezet, waarin 2 familiën,
de eene met 6, de andere met 5 kinderen plaats namen,
die terstond aan boord van de //Khedive" opgenomen
en daar zeer liefderijk ontvangeu werden. De overige
passagiers werden aau land gebracht en moesten den
nacht onder den blooten hemel doorbrengen. Gelukkig
is een groot gedeelte van ons goed gered."
De houding van de passagiers en bemanning, tijdeus
het ongeval moet, zegt het R. N., merkwaardig kalm
zijn geweest.
Vrijdag namiddag zou ten stadhuize te Arasterdam
vergaderen de hoofdcommissie voor het nationaal hulde
blijk aan Z. K. H. Prins Hendrik.
In deze bijeenkomst zal van gedachten worden ge
wisseld over den aard van het aan te bieden geschenk
(waarvoor thans ruim f 60,000 is ingekomen), alsmede
over de ornamentatie van het album, waarvan de ver
vaardiging aan een voorname boekbinderij te Weenen
is opgedragen.
Breda heeft een treffend verlies geleden door het
overlijden van den heer jhr. mr. P. Six, rentmeester
der domeinen, ridder van den Gouden Leeuw van
Nassau enz. Hij mocht den ouderdom van 73 jareu
bereiken, doch was nog tot in de laatste dagen van
zijn leven ijverig werkzaam in verschillende betrekkingen.
Dok de wetenschap, vooral die op het gebied der
natuur, verliest in den waardigen, humanen man een
harer strenge beoefenaars.
Te Amsterdam is de eerste Araerikaansche tram
wagen met impériale in gebruik gesteld.
De processiën naar Kevelaar zijn op Pruisisch grond
gebied verboden.