STATEN-GENERAAL.
Buitenlandsch Overzicht.
De Événement deelt eenige bijzonderheden mede
omtrent een talrijke bende zakkenrollers, welke te
Londen haar hoofdkwartier heeft en welker leden,
meest reeds herhaalde malen veroordeeld, bij beurten
in de verschillende landen van Europa strooptochten
ondernemen. Ook te Parijs waren eenigen hunner reeds
gevateen zestal echter, voor eenigen tijd aldaar aan
gekomen, hadden zich nog aan de dienaren der ge
rechtigheid weten te onttrekken. Zondag 1.1. brachten
zij hun eerste bezoek aan de tentoonstelling met een
jonge vrouw, die reeds twee jaren prachtige kamers
in de Chaussée d'Antin bewoont en in de Parijsche
//beau monde" bekend was onder den naarcrvan Emma
Parker. Deze schoone dame heeft zelfs verleden winter
een reeks van feesten gegeven, welke door tal van
bekende personen uit de financiëele en artistieke wereld
werden bijgewoond. Zij placht in den regel uit te
gaan met een livreibediende, zekeren Jackson, doch
ditmaal had deze de livrei uitgetogen en zich als heer
bij het gezelschap gevoegd. Dit wekte de aandacht
van een politie-agent, die de vreemdelingen in het
oog hield en volgde naar een sierlijke villa in de
Avenue d'Eylau, waar dienzelfden avond de politie
huiszoeking deed. Men had niet misgetast en de leden
van het gezelschap werden in hechtenis genomen. Een
hunner, zekere Eorster, verklaarde toen, dat hij nog
een tiental makkers wachtte om een grooten slag te
slaan in de juweelen-galerij der tentoonstelling. Zijn
bende, zeide hij, hield zich met kleine diefstallen niet
op en ging tot geen operatie over, welke niet voor
het minst een honderdduizend fr. opbracht. Deze
heeren zijn thans in de gevangenis van Mazas; de
schoone Emma Parker is in Lazare opgesloten.
TWEEDE KAMEK.
Het wetsontwerp op het recht van successie in de
rechte lijn is door de Kamer met 48 tegen 32 stemmen
aangenomen. Als men de lijst der stemming nagaat,
kan het geen vraag meer zijn of er van deze wet een
politieke, in casu een partij-zaak gemaakt is. Zeer
zeker was dit het gevalals één eenig man, op anderhalf
of twee na, stemde de rechterzijde tegen, en als één
eenig man, op anderhalf of twee na, stemde de linker
zijde voor. Men moet verder onze Kamer de eer
geveii dat zij een lichaam is vol echt politieke mannen.
Of blijkt dit niet hieruit dat bij de dagen-lange discussie
over dit wetsontwerp de daarin betrokken principieele
kwestiën nagenoeg onaangeroerd zijn gelaten en men
zich daarentegen tot vervelens toe heeft verledigd met
gepraat voor en tegen en over den eed? Velen van
oppositie gingen gaarne met den heer v. d. Hoeven
mee, die verklaard had dat hij tegen zou stemmen als
die eed er niet uitgenomen werd.
Enfin, het wetsontwerp is nu aangenomen. De
toekomst zal leeren of de schatkist er noemenswaardig
voordeel van zal trekken.
Zeer te wenschen ware 't oudertusschen dat er eens
een grondige herziening van ons geheele belasting
wezen mocht komen. Dat het in vele opzichten niet
deugt, daarover zijn wel allen het eens en dat liet
niet bij machte is onze financiën in orde te houden
zonder Indische baten, wordt ook meer en meer bewezen.
Het voorloopig verslag van het wetsontwerp op het
auteursrecht, ter vervanging van de wet van 1817, is
verschenen. Uit dat verslag is als naar gewoonte al
te lezen wat men wil. De betrokken belangen eischen
echter zeer dringend voorziening en men mag zich
over deze anders zoo neutrale zaak wel een politiek
steekspel getroosten, als de nieuwe wet er toch maar komt.
Het wetsontwerp betrekkelijk de contracten met de
Indische spoorweg-maatschappij is nagenoeg met alge-
meene stemmen verworpen, zonder echter de Regeering
veel leed te berokkenen.
Het wetsontwerp betrekkelijk het immigratie-fonds
voor Suriname is aangenomen.
In den Haag zegt men dat de Regeering bezig is
met in het wetsontwerp op het lager onderwijs ver
anderingen te brengen, naar aanleiding van een en
ander dat over dit ontwerp door de algemeene kritiek
is in 't midden gebracht. Het is niet zeer waar
schijnlijk dat er van de behandeling dezer brandende
van lieverlede haast aan 't smeulen rakende
vraag in dit zittingjaar iets zal komen.'
Uit het voorloopig verslag over de wetsvoordracht
tot wijziging der wet op de militaire pensioenen is
op te maken dat de meerderheid niet met dit stuk is
ingenomen.
Benoemingen, Besluiten, enz.
De Min. van Oorlog heeft benoemd tot magazijn
meester en chef over de voeding bij het Rijks-hospitaal te
Utrecht den sergeant G. Romeijn.
Benoemd tot deurwaarder der dir. bel. te Domburg
enz. de comm. 2e kl. J. J. van de Velde Olivier te
"West-Kappelle.
Bij kon. besluit van 16 Eebruari j.l. is een besluit
van B. en W. van Roermond, van 8 Eebr. te voren,
tot schorsing van den hoofdonderwijzer der tweede
openbare school aldaar P. J. vau de Kamp, geschorst.
Daar, tengevolge van vertraagde inzending der ge
vraagde inlichtingen, het onderzoek der zaak niet
zoover gevorderd is, dat voor 1 Juni e.k. eene be
slissing genomen kan worden, is bij een nieuw kon.
besluit de termijn van schorsing van het bovenbe
doeld besluit van B. en W. van Roermond verlengd
tot 1 Sept. 1878.
Landbouw.
Inhoud van Ceres No, Ï2. Adres van het Hoofd
bestuur der Ilollandsche Maatschappij van Landbouw
aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, naar
aanleiding der Algemeene Vergadering dier Maat
schappij op 24- April j.l. Een Duitsch oordeel
over de bemesting in onze Veenkoloniën, (slot).
Verslag der commissie van enquête omtrent de be
smettelijke longziekte onder het rundvee, (vervolg), enz.
Op de buitenplaats Rusthoek onder Loosduinen is
thans het gedenkteeken geplaatst dat daar is opge
richt ter eere van wijlen den heer Gevers Deijnoot,
Voorzitter der Holl. Maatschappij van Landbouw.
Het gedenkteeken bestaat uit een naald op een voet
stuk met dit opschrift: „De Hollandsche Maatschappij
van Landbouw, aan Jhr. Mr. Dirk Rudolph Gevers
Deijnoot, geboren 1 April 1807, overleden op Rust
hoek 3 April 1877, secretaris en mede-oprichter der
Maatschappij."
Kunst en Wetenschap.
De heer A. de Bruijne, kommandant van de //Willem
Barendsz", heeft uit Bergen in Noorwegen brieven ge
zonden aan het hoofdcomité te 's Gravenhage. Het
eerste schrijven is vaii den 12, het tweede en dat
tevens het laatst vaarwel bevat, van 1617 Mei.
De kommandant schrijft o. a. dat hij met zijn equi
page de dagen van oponthoud daar te Bergen heeft
gebruikt voor het in orde brengen der laatste toebe
reidselen, hetgeen door de drukte voor 't vertrek uit
Amsterdam was verhinderd. Ook heeft hij zich zeer
ten nutte gemaakt de aanwijzingen en mededeeliugen,
die hem nog gedaan zijn door de officieren van het
Zweedsche hydrografische oorlogsschip //Voringen," dat
ook juist te Bergen lag, bepaaldelijk wat betreft
dreggen, dieplooden enz.
De gezondheids-toestand van het volk is uitstekend,
de stemming aan boord zeer goed en de heer de
Bruijne schijnt met allen zeer tevreden te zijn en de
beste verwachtingen van de onderneming te hebben.
Het schip voldoet over 't algemeen zeer wel. Alleen
had men nog moeite om het een goeden stuurlast te
geven. Ook heeft men het tuig eenigszins vereen
voudigd. Een ontdekt gebrek aan de uitloozingspijp,
die lek was, had men verholpen.
De heer de Bruijne spreekt met veel lof over onzen
Consul te Bergen, den heer Jacob Kramer, dien hij
een uiterst flink en bereidvaardig man noemt. Van
hem ontving de heer de Bruijne nog een tal van
aanwijzingen en kaarten betreffende de Noorweegsche
kusten. Ook de Zweedsche regeering heeft zich zeer
belangstellend betoond in de onderneming.
Zaterdag 18 Mei, 's morgens 10 ure, zou de //Willem
Barendsz" Bergen verlaten en hooger op gaan. Zeer
waarschijnlijk zouden dan geen berichten meer van
de expeditie te wachten zijn voor de thuiskomst.
De door Duitschland met de Nederlandsche regee
ring aangeknoopte onderhandelingen over een onderling
letterkundig traktaat vorderen goed, zoodat er uitzicht
bestaat op het tot stand komen van zoodanig traktaat.
De jaarlijksche algemeene vergadering van de Maat
schappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden,
zal gehouden worden op 20 Juni a.s.
Rechtszaken.
De weesvader uit Middelburg, P. A., die onlangs
het ongeluk had een der kinderen van het gesticht
met een geweerschot te treffen, is deswege door de
arr. recht, te Middelburg veroordeeld tot twee geld
boeten ieder van ƒ50 en in de kosten van het geding.
Het gerechtshof te 's Gravenhage heeft de löjarige
A. B. van Cortgene veroordeeld tot 45 dagen celstraf,
wegens het ontvreemden van gouden sieraden aan een
rondreizend koopmau in gouden- en zilveren werken.
Het hof veroordeelde tot een jaar gevangenisstraf
H. J. van A. uit Vlissingen, wegens diefstal met
behulp van een valschen sleutel.
Ongelukken, Rampen, Misdaden, enz.
Te 's Iiage is een man met een met turf beladen
wagen in het water en onder het voertuig geraakt
en voor dood opgehaald.
Den 20 Mei is op de Schelde bij Bath met spele
varen per zeilboot verdronken de Jieer v. P. uit Ant
werpen.
Met een vriend was hij uit zeilen en de boot door
het ruwe weder omgeslagen. De andere had hem
nog bij den arm vastgehouden en aldus een zandplaat
bereikt, waar hij echter slechts het lijk bleek gered
te hebben.
In een fabriek te Tilburg is een 14jarige arbeiders
jongen door de machine verpletterd.
In een papier-fabriek te Zaandam heeft een werkman
een hand verloren tusschen de machine.
Bij het station Zutfen heeft een wisselwachter onder
een trein een been verloren.
Het stoomschip //Voorwaarts" is bij Penang door
een Engelsch stoomschip aangevaren, zoodat het op
strand is gezet moeten worden. De passagiers en de
mail zijn gered, het schip zal vermoedelijk weg zijn.
De //Madura" is nu van Batavia naar Penang vertrokken
om de passagiers enz. van de //Voorwaarts" naar
Nederland te brengen.
Te Rotterdam is een negenjarig jongetje ernstig
gewond door steenen van een omvallenden schoorsteen.
Onder - Onstwedde is een boerenwoning afgebrand.
Te Thourout is een kind van een jaar in den
kokenden sopketel gevallen en doodelijk gebrand.
Te Neuwied is een man van omstreeks 40 jaar in
den Rijn gesprongen met de woorden: '//Eaust, ich
komme auch," Hij verdronk.
Donderdag nacht is een bokkingrookerij te Harder
wijk verbrand.
Te Sehijndel ontvreemde een jeugdig daglooner
eenige guldens bij den landbouwer, waar hij werkzaam
was. De arbeider bekende en werd onder het raadhuis
gevangen gezet. Toen men, een paar uur later, hem
daar eten bracht, zag men den jongen dood op den
vloer liggen. Zijn buikriem, waaraan de ongelukkige
zich had opgehangen, was gebroken.
De Oostersche zaken afzonderende, is het gewichtigste
buitenlandsch nieuws dat de aandacht verdient ditmaal
de afstemming van het wetsvoorstel tegen de socialisten
in Duitschland.
Halsoverhoofd heeft de Regeering, na den moord
aanslag door Hödel gepleegd dit wetsontwerp in den
Rijksdag gebracht, waarschijnlijk vertrouwende dat het
onder den indruk van het oogenblik wel vlug afge
hamerd zou worden. Zij heeft misgerekend. Tot eer
der anders nog al gedweeë Rijks-vertegenwoordigers
moet gezegd worden dal zij ditmaal te wakker waren
om zich als werktuigen voor de Pruisische reactionaire
politiek te laten gebruiken. Het wetsontwerp werd
gedood door de verwerping van art. 1 met 251 tegen
57 stemmen; de Voorzitter, de heer Hofman, verklaarde
toen dat de Regeering het voorstel intrekt.
Met de Engelsche Daily News noemen wij deze
poging tot onderdrukking van het socialisme door een
wet een fout. Al kon het socialisme door wetten
onderdrukt worden, dan zouden daarmede de moord
aanslagen op den Vorst nog niet worden belet of
onmogelijk gemaakt. Iiet was zeer onhandig den
moordaanslag van Hödel als memorie van toelichting
te bezigen. Er waren ook wel andere voorwendsels te
vinden geweest om tegen het socialisme uit den hoek
te komen. Bovendien treft de hoog-hoofsche richting
om tot de heerschappij der streng orthodoxe partij te
geraken zeer ongunstig samen met het feit dat ook
de orthodoxie, het zich noemende christendom bij uit
nemendheid, de hulp der sociaal-democraten heeft in
den arm genomen.
De blikslager Hödel was nog al zoo'n christen-
socialist. But what 's a name? heeft reeds Shakespere
uitgeroepen. Bedachten ook vrome Duitsche Rijks
bestuurders dit maar altoos
Het is inderdaad een treurig verschijnsel dat de
Duitsche Rijks-regeering er zoo op uit is de vrije
uiting der denkbeelden, kortom de vrijheid der natie
te smoren. De tegenwoordige en met den dag toe
nemende reactie, waarvan allerlei vromerige lieden uit
de hooge omgeving des ouden Keizers de ziel schijnen
te zijn, rijmt al zeer slecht met de, nog zoo weinig
jaren geleden, door de Duitsche natie betoonde trouw
en opoffereude vaderlandsliefde.
't Is nog de oude geschiedenis. Toen na 1813, de
Pruisische monarchie en tal van kleine monarchietjes,
door den ontwaakten volksgeest waren gered en hersteld,
werd die geest heel spoedig onderdrukt en thans gaat
het alweder dien weg op.