Buitenlandsch Overzicht. ADVERTENTIES. Eon Landbouwers-Inspan, v Zonder de Oostersche kwestie, waarover men zoo lang kan redeneeren als men zelf maar wil, zou er al heel weinig stof zijn voor een overzicht. Men is overal eenigszius onder deti invloed der spanning en laat vele zaken rusten, die anders in de parlementen wel aanleiding tot gehaspel zouden kunnen geven, terwijl het Paasch-reces zoo wel elders als hier een oogenblik van rust is geweest der parlementaire werk zaamheid. In Frankrijk wordt schier al de aandacht getrokken door de tentoonstelling. De openingsplechtigheid zal binnen weinige uren plaats hebben. Het zal de eerste maal zijn dat de Republiek een dergelijk vredefeest viert, of wil menLliever een vreedzamen wereldstrijd bestuurt op het gebied van nijverheid, landbouw en kunst., Het behoeft dus juist niet de machtige hand vaii een alleenheerscher te zijn, die zoo iets groots tot stand brengt. Het volk zelf kan 't ook. Voor Mac-Mahon zal 't een aangename triomf zijn de hoofd persoon te zijn bij de opening van de tentoonstelling. Ous dunkt een schooner triomf dan 't zijn zou als de periode van 16 Mei nog niet afgedaan was. Zelfs kan hij het genoegen hebben, als 't dat is, van een soort vorstelijke praalvertooning. Immers de onder scheidene vreemde vorsten, die te Parijs zijn, zullen een plaats in den stoet hebben. Aan den rechterhand van den President zal Frans van Assises figureeren, een zeer groote nul onder de grooten der aarde, de man van de ex-koningin Isabella van Spanje en dus de vader van den tegenwoordigen koning. De prins van Assises heeft echter nimmer een andere rol gespeeld dan die van figurant. De Bonapartistische partij geraakte in den laatsten tijd wel eenigszins van streek en er dreigt zelfs een openlijke scheuring te ontstaan, die nog wel geen ontbinding zou zijn, maar toch het actief optreden der partij zeer zou kunnen vertragen. Er zijn n.l. tweederlei bonapartisten. Er zijn er die met Emile Ollivier, Dugué de la Fauconnerie en anderen zich plaatsen op het standpunt van het fait accompli ten aanzien van de Republiek. De val van de 16 Mei-mannen en de zegepraal der republikeinen, zeggen zij, is een gevolg van de uitspraak der natie door het algemeen stemrecht. Ook het keizerrijk was gegrond op het algemeen stemrecht en evenals dat toen bet er was, daarom geëerbiedigd moest worden, zoo moet nu de Républiek ook erkend worden als feit en komt geen verzet te pas. Aan de natie staat het alleen vrij om verandering in den staat van zaken te maken. De andere bonapartisten echter, aan wier hoofd een de Cassagnac en Eugenie staan, hebben een geheel andere opvatting. Zij droomen van een goddelijk recht van den man van 2 December en hun kracht ligt in de Ultramontaansche priesters. Wanneer dus de Cas sagnac zweert bij een plebisciet en de thans voltooide verkiezings-campagnes, waarin de republikeinen de overwinning behaalden, voor niets telt, dan doet hij dit, omdat hij er op rekent dat als te eeniger tijd de priesters maar eens onbelemmerd en naar hartelust met hemel eu hel op de kiezers wilden of konden werken, een plebiscietkeizerrijk of republiek wel zou beslist worden ten gunste van 't eerste. Uit Spanje is geeu nieuws. Uit Engeland ook niet veel als wij de Oostersche kwestie afzonderen. Alleen valt te melden dat de werkstaking in de katoen-districten een vreedzaam verloop schijnt te zullen hebben en spoedig zal eindigen. Verleden week is te Manchester het tiende jaarlijksche congres van de coöperatieve vereenigingen geopend, onder voorzitterschap van lord Ripon. In zijn rede sprak hij ten gunste van het participatie-stelsel bij de coöperatieve vereenigingen. Hij zag in die ver eenigingen wel geen panacee, maar toch een krachtig raiddel om arbeid en kapitaal te verzoenen en te ver eenigen. Uit Denemarken wordt bericht dat men daar op dit oogenblik bezoek heeft van Maarschalk von Moltke. Of deze ook soms een of andere zending te vervullen heeft met het oog op een mogelijken oorlog, valt raoeielijk te zeggen. Voor Denemarken is 't maar te wenschen van neen. Geen land is ooit zoo slecht weg gekomen met zijn allianties als Denemarken, en het zou bezwaarlijk uit te maken zijn wie het al met grooter valschheid behandeld heeft, Engeland of Duitschland. Doch als de toestanden het medebrengen dat Dene marken in het een of ander betrokken wordt, dan kan het ook al weinig tot verzet uitvoeren. De Paus heeft dezer dagen weder eens van zich doen hooren. Hij heeft een uitvoerige encycliek tot de bisschoppen gericht, waarin zoo iets als een program is ontwikkeld. Wat dit program inhoudt, kan ieder wel raden, die het Pausdom kent. De feitelijk machtelooze eischt voor zich de almacht. Hij, Itali- aanscli burger zoo goed als ieder ander, eischt sou- vereiniteit voor zijn persoon als ware hij buiten en boven de wet, hoewel geen sterveling in zulk een positie verkeert noch verkeeren kan. Hij, een mensch, en als zoodanig niets meer dan een ander, pretendeert de representant Gods te zijn en wil dan wel zoo nederig zijn zich met een gezag te bekleeden als alleen aan God zou toekomen, indien bij de godheid sprake daarvan kon zijn. Hij, de zich noemende opperpriester van den godsdienst dor liefde bij uitnemendheid, geeft hier een encycliek overvloeiende van mooie woorden, maar niet minder van uitingen van onverzoenlijke!! haat tegen de geheele moderne of hedendaagsche maatschappij. Het is inderdaad moeielijk te begrijpen hoe men in Italië, met zulke stukken in handen, nog de illuzie hebben kan dat Leo XIII verzoening en vrede zoekt. Ja, hij wil die, maar op de oude conditie, n.l. van slaafsche onderwerping en algeheele vernietiging van elks persoonlijk gevoel, wil en zijn. Zoo is zelfs de duivel te vriend te houden. Hoe de geestelijkheid in Italië de verzoeningsgezindheid onder liet volk aan kweekt, kan men afmeten naar den geest die ademt uit de volgende eedsformule, die de nieuwe leden van een der vele katholieke vereenigingen daar te lande moeten uitspreken bij hun aanwerving. Die eed luidt aldus: //^oor God den Vader, voor den Zoon, voor den Heiligen Geest, voor de onbevlekte maagd Maria en voor geheel het hemelsche Hof, zweer ik mij de rechterhand te willen laten verbranden, mij de keel te willen laten afsnijden, of den hongerdood te willen sterven te midden der afgrijselijkste folteringen, liever dan verraad of bedrog te plegen jegens de eerwaarde vaders die ons leiden, of jegens de geliefde broeders, medeleden van de vereeniging, tot welke ik op dit oogenblik verlang toe te treden. Ik bid God mij te verwijzen tot de eeuwigdurende straffen, zoo ik mijn eed schend. Verder zweer ik, stiptelijk de voorschriften van deze vereeniging te zullen nalevenmijn broeders zoo noodig bij te staantegen allen en alles de heilige zaak, die ik omhelsde, te verdedigengeen liberaal te sparen, wanneer het oogenblik zal gekomen zijn al ware hij mijn vader; ja, tot den laatsten droppel bloed te vergieten van die ellendigen, zonder aanzien van leeftijd, kunne of stand. Ik zweer, kortom, een onverzoenlijken haat tegen al de vijanden van ons heilig rooinsch-katholiek geloof, het éénige ware.'' En dan gelooft men dat er aau verzoenende politiek gedacht wordt De Schali van Perzië komt Europa weder eens een bezoek brengen. Nu, zijn verhongerde onderdanen zijn te zwak van keel om hem na te schreeuwen. Te Parijs en te Londen zal men zich dan weder kunnen koesteren in den glans der diamanten van zijn gewaad. Buitenland. Het Oosten. Ofschoon de kansen op het behoud des vredes tus- schen Engeland en Rusland niet verminderd zijn sedert ons laatste artikel, de verwikkelingen in het Oosten zijn zoo mogelijk nog verergerd. Het is van den beginne af blijkbaar Ruslands be doeling geweest in de geheele zaak van den oorlog zooveel mogelijk Griekenland en het Grieksche element in Turkije te ignoreeren. De Grieken zijn op den achtergrond gehouden en waar zij zich wilden doen hooren doodgezwegenslechts het Slavische element heeft wat te beteekenen. Dit is voor de Grieken op den duur onduldbaar geworden. Na te vergeefs be proefd te hebben om met Engeland te mogen meegaan of althans Engelands steun te verwerven, ten einde als 't op grenswijziging aankwam of bij de verdeeling van den Turkschen buit ook iets te bekomen, hebben zij zelf het initiatief genomen en in den vorm van een opstand of ongeregelden oorlog de Turken aan hun grenzen aangegrepen. Dit heeft een niet al te heftig verzet door middel van een divisie Turksche geregelde troepen ten gevolge gehad. Doch nu kwam Engeland weder kalmeerend tusschen beide om zoowel Turken als Grieken van een eigenlijken openlijken oorlog terug te houden. Onder dit alles geraakten de half wilde stammen ten noorden en noordoosten van de Grieksche grenzen in groote beweging. Er waren daar vele oorspronkelijke Bulgaren, die den Islam hebben omhelsd en dezen geraakten nu in de klem tusschen de Grieken, Turken en Russen. Daar is een woedende opstand uit voortgekomen, waarvan het niet recht duidelijk is of hij tegen het Turksche gou vernement dat hen in den steek liet of tegen de Russen gericht is. Genoeg, een der jongste berichten luidt dat die opstandelingen, dat is die Turksche Bulgaren of Bulgaarsche Muzelmannen, den Russen 1000 man gevangenen en 4 kanonnen hebben afgenomen. Zoo kon de Czaar wel eens gedwongen worden den veld tocht weder te hervatten en dan zal hij geeu halt kunnen houden vóór het geheele Turksche schier-eiland onderworpen is. Niet van belang ontbloot is het feit dat de opper bevelhebber Grootvorst Nikolaas, het komraando zal overgeven aan generaal Totleben, die hem dus als generalissimus zal opvolgen. Door schitterende be kwaamheden heeft de Grootvorst in dezen oorlog niet uitgeblonken en het kan dus zeer wel zijn, dat de Czaar op alle eventualiteiten wil voorbereid zijn en een opperbevelhebber hebben die hem meer vertrouwen inboezemt dan zijn zwaar vergulde broeder. Onder tusschen gaan, zegt men, cn Russen cn Turken voort met zich in den omtrek van KonstantinopeT te versterkenzich te begraven noemde men dat in de krijgskunde van de vorige eeuw. De Eugelsche vloot blijft nog steeds op haar post. De crisis houdt dus nog aan. Gortschakoff is nog ziek en Bismarck is nog niet beter. tterk- en Sehoolnieuws. Drietal te Goes voor de vacature Vliegenthart de d.d. Ris Lambers te Barneveld, Rignalda te 's Gre- velduin Kapelle en Locher te Heilo. Benoemd tot hulponderwijzer te Vlaardingen de heer H. Scholten, hoofdonderwijzer te Oud-Sabbingetot hulponderwijzer te Rotterdam de heer A. Vree, hulp- onderw. ts Oud-Sabbinge en tot hulponderwijzer aan de bijz. school te Middelburg de heer D. de Rijcke, hulponderw. aan een dergel. school te Goes. Toegelaten voor 't Engelsch de heer W. P. J. Junius van Hemert te Ouwerkerkvoor 't Fransch de heeren J. de Korue te Hansweert en H. S. Loran te Wissen- kerke; als hoofdonderwijzer de heer P. J. Houmes te Middelburg. ZKHTIJOINGHN. BINNENGEKOMEN. ZIERIKZEE. 28 April. //Phönix", kapt. Larsen, van Lubeck (Jaatst van Antwerpen) naar Dordrecht. 30 u //Marys", kapt. W. Finch, van Nevv-Castle naar Zierikzee. UITGEZEILD. 80 April. //Ann Walters", kapt. S. Walters, van Zierikzee naar Noorwegen. Wij ondergeteekenden, Commissarissen der Onderlinge Brandwaarborg-Maatschappij on der Directie van de Heeren DE JONG Co., gevestigd te Amsterdam, hebben het genoegen aan alle daarbij belanghebbenden te berichten, dat gisteren en heden door voornoemde Heeren Directeuren aan ons is ge daan Rekening en Verantwoording hunner gehoudene Administratie over het jaar 1877, welke door ons in volledige orde bevonden zijnde, met onze volkomene goedkeuring is bekrachtigd. Wij ontvingen daarbij in tegenwoordigheid van eeuige Heeren Correspondenten en Deelgenooten een nauwkeurig overzicht van den stand der Maatschappij en mochten ons op nieuw van haren bloei en vooruitgang overtuigen. Amsterdam, 26 April 1878. Commissarissen buiten de Stad L. G. A. GRAAF VAN LIMBURG STIRUM. Mr. C. IT. B. BOOT. Commissarissen binnen de Stad Mr. J. MESSCITERT VAN VOLLENHOVEN. Mr. P. J. TEDING VAN BERKHOUT. Zijnde de IToog-Wel-Geb. ITeer IT. W. BARON VAN AYLVA VAN PALLANDT VAN WAARDEN- BURG EN NEERIJNEN verhinderd geweest de Vergadering bij te wonen. Ter deelneming in bovengenoemde Maatschappij en lot het bekomen van inlichtingen, kan men zich vervoegen ten kantore van den Makelaar H. J. BERG te ZierikzeeCorrespondent voor de eilanden Schouwen en Duiveland. De Notaris Mr. J. MOOLENBURGH te Zierikzeezal, ten verzoeke van zijn principaal, op de hofstede van den lieer G. FLOHIL, onder Oosterlaud, op Woens dag clert 1 Mei 1^7^ 's voor middags te 10 ure, publiek presenteeren te verkoopen bestaande in: 4 PAARDEN, zijnde 1 bruin MERRIE- PAARD met VEULEN, oud 7 jaren, 1 bruine MERRIE, oud 17 jaren, 1 zwarte RUIN van 2 jaren en 1 DITO van 1 jaar, 5 MELKKOEIEN, 1 tweejarige VAARS, 2 LOOP VARKENS, 1 KARNHOND, 50 HOEN DERS, 2 BOERENWAGENS, 1 DRIELING WAGEN, 1 PERWETKAR, 1 ARRESLEDE, 2 PLOEGEN, 2 BAKSLEDEN, 4 diverse EGGEN, I KOEBAK met goot en puts, 1 WINDMOLEN, 1 WAN, 2 ZEEFTEN, 1 SNIJMACHINE en meerdere BOUW- en MELKGEREEDSCITAPPEN. Voorts 400 bossen TARWESTROO, 250 bossen ROGGESTROO, eenig HOOI, een MESTPUT en eene partij COMPOST en 't geen meer zal worden geveild.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1878 | | pagina 3