Benoemingen, Besluiten, enz. Z. M. heeft tot hoogleeraar in de faculteit der ge neeskunde aan de Rijks Universiteit te Groningen tot liet geven van onderwijs in de heelkunde benoemd dr. H. Ranke te Halle. Z. M. heeft op verzoek eervol ontslag verleend bij de d.d. schutterij te Middelburg aan dr. W. Kap- teyu als 2e luit.; en bij dezelfde schutterij benoemd tot 2e luit. H. P. den Bouwmeester, thans schutter. Z. M. heeft den heer H. Q. Janssen te St. Anna ter Muiden, met ingang van 15 April a.s., herbe noemd tot schoolopziener in het 5e schooldistrict van Zeeland. Z. M. heeft benoemd tot vice-president van den Raad van Nedevlandsch Indië, deu heer H. M. And ree Wil tens, thans lid in dien Raad, en tot lid in het voormelde hooge college, deu heer Mr. S. C. H. Ne- derburgh, laatstelijk resident van Cheribon, met be paling dat deze benoemingen zullen ingaan, nadat de heer O. van Rees 's lands dienst zal hebben verlaten. Z. M. heeft benoemd tot president van den Hoogen Raad der Nederlanden mr. C. H. Cockinga, thans vice-president; tot vice-president mr. F. B. Coninck Liefsting, thans raadsheer in dien Raad. In de algemeene vergadering van den Hoogen Raad van 30 Maart j.l. is tot lid van den Raad van Toezicht en Discipline voor de orde van advocaten benoemd de heer mr. J. G. Rochussen, ter vervanging van den heer mr. J. Kappeyne van de Coppello, Minister van Binnenlaudsche Zaken. De heer li. E. Beunke te Middelburg, civiel-inge nieur, is benoemd tot technisch ambtenaar bij de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen, standplaats te Zutphen. Kunst en Wetenschap. Prof. Karl Wiener, die door de Pransche Regeering naar Zuid-Amerika was gezonden tot het doen van wetenschappelijke onderzoekingen, is teruggekeerd en heeft verslag uitgebracht over zijn merkwaardige be- stijging van de Illimani. Vergezeld van twee Duitschers, deu ingenieur Grumkow en den heer von Ochfeld, gelukte het hem de zuidoostelijke spits van den kolossalen berg, dus een hoogte van ruim 6131 meter boven de oppervlakte der zee te bereiken. Met het recht, dat volgens oud gebruik den ontdekker toe komt, heeft prof. Wiener den door hem bestegen bergtop /,Le pic de Paris" genoemd. Van de zeven Indiaansche bedienden, die hem vergezelden, hielden het slechts drie tot het eiudetoevol; de vier overigen konden het, toen zij een hoogte van 6000 meter waren, niet verder brengen. Landbouw. Inhoud van Ceres No. 5. Een paar woorden over longziekte. Onze landbouw op de aanstaande wereldtentoonstelling te Parijs. Bemesting (vervolg). De zweep, enz. Te Bladel in Noord-Brabant heeft men den zoo zeer gevreesden erwten-kever ontdekt. Deze kever, die den geheelen erwten-oogst met totalen ondergahg dreigt, is 4 m.M. lang en 2 m.M. breed, zwart van kleur en op den rug geel gevlekt. Oppervlakkig be zien, schijnt de erwt geheel gaaf, behalve dat ergens een plekje is, dat er als een zweertje uitziet. Zoodra men op die plek de oppervlakte heeft afgeschaafd, kruipt de kever naar buiten en blijft de erwt als ledig hulsel achter. Daar die erwten iti Bladel waren geteeld, is het zeer waarschijnlijk dat er zich nog meer van deze kevers bevinden en is het dus zeer wenschelijk, dat middelen worden beraamd, om hen te verdelgen. Te Cardiff is een colorado-kever gevondenhij had een grooten aardappel tot woonplaats gekozen, en huisde daarin met een aantal eieren om zich heen. De aardappel was afkomstig uit een scheepslading, die in de haven te Cardiff was aangekomen. Ongelukken, Rampen, Misdaden, enz. Te Meppel i9 brand geweest in een pakhuis vol verfwaren en oliën. Aldaar is ook een baanwachter overreden en aan de bekomen kneuzingen gestorven. De moordenaar van den herbergier en diens huis houdster te IJzendijke heet Eduard Maertenshij zal door de Belgische justitie vervolgd worden, 't geen hem hoogstwaarschijnlijk niet zal meevallen, daar in België de doodstraf nog bestaat. Te Ku in re is een vijfjarig kind al spelende in het water gevallen en verdronken. Te Brussel heeft een vrouw een kind, dat zij moest verzorgen, dermate mishandeld dat het er van gestorven is. Daarna heeft de vrouw zich vergiftigd. Onder Kort rijk is een talrijke dievenbende gevangen genomen, die daar sinds lang de streek verontrust heeft. Te Almelo is een uit Hengelo komende trein, bij het rangeeren, op een verkeerd spoor geloopen. De machine en twee wagens zijn min of meer beschadigd. De volgende trein naar Hengelo kon niet op tijd ver trekken. Er werd een reserve-machine ontboden. De vindingrijkheid der dieven houdt met de toe nemende waakzaamheid der politie gelijken tred daar voor getuigt weder het volgende: Sedert geruime» tijd werden uit de goederen-stations in Duitschland pakketten vermist, die op zoo geheimzinnige wijze verdweuen, dat de wakers ten einde raad waren. Eindelijk zijn echter de dieven gevouden. Het waven, twee personen, waarvan de een in mand of kist werd geborgen, die als bestelgoed door zijn makker aan het station werd bezorgd. Zoodra de goederen-loods wegens etenstijd der beambten gesloten werd, kwam de levende waar uit zijn schuilhoek en pakte dan al wat voor de hand lag in de plaats die hij ledig had gelaten, waarna hij zich op de een of andere wijze uit de loods ver wijderde. De Spoorweg-maatschappij verzond dan het gestolene naar het opgegeven adres, waar de dieven liet in ontvangst namen. Zonder gevaar was deze list niet. Een der dieven bekende eens bijna het leven te hebben verloren, daar men hem op het hoofd plaatste. Op het punt oiri te stikken kwam er echter gelegenheid de kist te verlaten. De stoker van de sleepboot /Werkendam No. 9" is te IJmuiden overboord geslagen en verdronken. Door een trein is tusschen Rozendaal en Wouw een man overreden, die zich voor den trein had neergelegd. De dood was het onmiddellijk gevolg. Volgens de Köln. Zeitung is het meisje, dat zich onlangs in de Seine wilde verdrinken, maar door een badknecht werd gered, de dochter van den Russischen ambassadeur, Prins Orloff. tiaar redder kreeg voor- loopig een belooning van 500 francs. Buitenland. Het Oosten. Nog steeds houdt de crisis aan, die nu al zoovele weken de algemeene aandacht gespannen houdt. Hoe 't afloopen zal laat zich nog niet beslissen. Aan de jongste teekenen zou men echter meenen te zien dat de Engelsche drift of weer wat gaat bekoelen of toch zoo heel erg nog niet geweest is. Nu lord Salisbury, de nieuwe Minister van Buitenlandsche Zaken, in een vrij duidelijke nota heeft uiteengezet wat Engeland zegt te willen, is velen een pak van het hart, omdat zich nu laat veronderstellen dat Rusland, nog ter elfder ure, de gelegenheid zal waarnemen om toch maar vrede te hebben met een congres. De Russische pers is ook minder vinnig, ofschoon nog gansch niet toegevende. Omtrent den tocht van generaal Ignatief naar Weenen geeft de Russische pers deze opheldering dat het doel enkel was op vertrouwelijke wijze Oostenrijks eigenlijke bedoelingen te polsen. Hierin nu zou de diplomaat volkomen geslaagd zijn, zoodat men te St. Petersburg nu precies weet wat men te Weenen wil. 't Zou ons vreemd voorkomen als men dat daar niet al vóór lang geweten heeftmaar in de politieke verwikkelingen moeten alle zaken in de eerste plaats een vorm hebben; een netten vorm zouden we haast zeggen, als we niet wisten hoe trouweloos slinks en schurkachtig er in de staatkunde vaak wordt gehandeld. Bijzonderheden en herhalingen betreffende Enge- lands wapeningen, geruchten van Oostenrijksche wa pening, walgelijke bijzonderheden aangaande den nog steeds woedenden strijd der opgestane Grieken in Thessalië, ziedaar wat de op zichzelf magere kolommen over de Oostersche zaken vult. Ook Roemenië gaat thans een hoogen toon aanslaan tegen Rusland wegens de voor het vorstendom zoo nadeelige bepalingen van het vredes-tractaat van San Stefano. Het is wel te veronderstellen dat hier Engeland achter zit, dat natuurlijk met genoegen de ergernis tegen den vrede ziet vergrooteu. Wanneer Rusland echter door den geheelen oorlog de tractaten van 1856 toont te niet gedaan te hebben, dan zal het Roemenië al zeer weinig baten of het voor zich daartegen protesteert en zich op die bepalingen van 1856 beroept om te bewijzen dat de annexatie van Bessarabië een zaak van Europeesch belang is. Rusland zal zich daar weinig van aantrekken. Voor taan zal Roemenië meer dan ooit slechts bij de gratie Ruslands als zelfstandige staat voortduren, d. w. z. het zal nog minder zelfstandig zijn dan vóór den oorlog. Allerzonderlingst is te midden van al de verwik kelingen de positie van den Sultan. Wie had ooit kunnen denken dat de opvolger van den profeet tot zulk een vernedering zou hebben kunnen komen. De Turken zijn fatalisten, zij zullen zich derhalve wel bij de niet te veranderen feiten nederleggenmaar waar 'fc op die wijs met Turkijes bestaan als staat heen moet is een raadsel. Om den wille van den //Welstand" mocht de Sultan haast wenschen dat hij maar liever geheel buiten Europa gezet was. Nu zal het treurig overschot van de vroegere grootheid der Osmanen al zeer spoedig op nieuw een twist appel tusschen de Europeesclie machten zijn. Als 't congres doorgaat zal het daar nog slimmer op worden. Zooveel schijnt nu al zeker dat als 't tot oorlog komt, de Turken gedwongen zullen worden met de Russen gemeene zaak te maken tegen den vijand, die dan va^t den titel zal krijgen van vijand van het Russisch-Turksehe vaderland. Men meldde eergisteren uit Sira dat ingeval van oorlog Rusland de Tur'ksche oorlogsschepen zal opeischen om tegen de Engelsche vloot te ageereu. Aldus schreven we gisteren om de echo te geven van 't geen uit de groote bladen van 't buitenland klonk. Heden is de beurt weer aan Rusland om de horens op te steken. Het heet nu dal Ruslands 11waardigheid" niet toelaat dat het geheele vredes- tractaat als 't ware ter goedkeuring aan een congres wordt voorgelegd. Rusland heeft zijn eigen oorlog gevoerd, zijn eigen vrede gesloten en in zijn evenzeer eigen vredes-tractaat de internationale belangen niet geschonden. Ofschoon het bereid is om over elk wezenlijk Europeesch belang met de betrokken mo gendheden te redekavelen of van gedachten te wisselen, zoo gaat het volstrekt niet aan het reeds geratificeerde vredes-tractaat nog eens aan het fiat of het veto van een in de lucht zwevend congres te onderwerpen. Zoo is 't ook inderdaad. Rusland heeft, gelijk we reeds weken geleden voorzagen, Europa en Engeland in 't bijzonder, voor een voldongen feit gesteld het zou dwaas zijn 't eenmaal gewonnen gewicht weder prijs te geven. Met zekere wel te verklaren schamperheid merkt een officieus Russisch orgaan op //dat Engeland wel zeer bescheiden is met zoo maar voor zich al de voor- deelen van een grooten bloedige» oorlog te vorderen, terwijl het zelf geen hand heeft uitgestoken." Men gevoelt ook wel dat dit niet zou aangaan. Niet van belang ontbloot is hetgeen wordt verteld als door vorst von Bismarck kortelings gezegd over de kwestie, n.l. dat een congres zonder Engeland niet zal gehouden worden en dat als Engeland het niet weet te vinden, er van een congres ook niets zal komen. Dat is echt politieke logica en wil zooveel zeggen als dit: Engeland schijnt een congres te be- geeren naar zijn eigen zin en in zijn eigen belang: komt nu dit congres door de houding van Rusland niet tot stand, a la bonue heure Te Berlijn telt men Engeland blijkbaar ook niet voor zoo geducht als 't zichzelf uitgeeft te zijn. Een deel der Duilsche en Oostenrijksche pers draait ondertusschen al meer en meer naar 't geen ook wij sinds lang als de meest waarschijnlijke ontknooping der crisis hebben aangezien, n.l. een minnelijk overleg tot verdeeling van Turkije onder Rusland, Oostenrijk en Engeland. Rusland zou dan in beginsel Konstan- tinopel krijgen, al wordt er nu voorloopig in het balkan- schiereiland nog wat staatje gespeeldBosnië en Herzegovvina zouden voor Oostenrijk zijn, terwijl Engeland dan met Egypte kan gaan strijken, natuurlijk te beginnen met een soort beschermheerschap over den Khedive, doch om dezen zoodra mogelijk op stal te zetten en door een Engelsch gouverneur te vervangen. KUNST. In ons vorig nummer ontbrak ons de plaatsruimte om gewag te maken van liet derde en laatste concert, gegeven door onzen muziek-directeur den heer D. H. Ezerman. Het verdiende toch wel der vermelding evenals de beide vorige concerten. Extra-geëngageerd trad in dit concert de heer Geul uit Dordrecht op, bekend als specialiteit op de cello. Bleek het in dit concert ook, wat trouwens niet onbekend is, dat de cello een ondankbaar instru ment is voor vlugge passages, de heer Geul bewees ook dat er tonen aan kunnen ontlokt worden, klagend en weemoedig, maar krachtig, aangrijpend en roerend niet minder. De uitvoering van de Sonate van Ru binstein was sommige oogenblikken minder geluk kig; zijn fijne, roerend eenvoudige voordracht van Schuberts Lied //Du bist die Ruh'" had het volle recht op 't daverend applaus dat er aan ten deel viel. Van een orchest is eenheid van uitvoering eerst na laugdurig en veelvuldig samenwerken te vergen,

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1878 | | pagina 2