ZIERIKZEESCIIE COURAMT.
J
1
u
1878. No. 18.
Woensdag 6 Maart, 81ste jaargang.!
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
voo!' het arrondis- sement Zierihzee.
i
BRIEVEN UIT HOLLAND.
Openbare Raadsvergadering
M
L>
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN,
Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1,
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER AD VERTE N TI EN
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever 51. LAÜENMAN.
XII.
M. de Red.
Daar we gewoon zijn slechts om de twee
jaren bij de verkiezingen de groote trom te
booren roeren en we in de meening verkeeren
dat deze tijdruimte juist zoo genomen is om
't beroerde water weer effen en glad te doen
worden, bevreemdt bet velen dat de simpele
aauvullings-verkiezing van deze dagen nog
zoozeer de hartstochten heeft kunnen opwekken
als ze gedaan heeft. Toch is dat zoo vreemd
niet. Bij de groote aftreding springt terstond
één persoon sterk op den voorgrond, do man,
die 't district vier jaren bediend heeft. Wil
men dien weêr, men schaart zich om hem,
doch acht men zijn herkiezing minder gewenseht,
men heeft dan van te voren reeds over een
eventueelen opvolger kunnen donken. Het laatste
geval komt zeer zelden voor. Die eens zit,
blijft gewoonlijk zitten tot hem 't zitten ver
moeit of tot de tegenpartij hem in een onbe
waakt oogenblik een been licht.
Thans echter kwam 't er op aan nieuwe
plaatsen te bezetten en daarvoor waren nieuwe
mannen noodig. En bij 't zoeken naar ge
schikte personen of bij 't beoordeelen van de
aanbiedingen der zich daartoe geschikt achtende
personen komen zoovele invloeden te pas of te
onpas, botsen de belangen van den een zóó
tegen die van den ander, en is vooral de
liefhebberij voor een zitplaats bij 't groot getal
kandidaten zóó sterk, dat 't wel niet anders
kan of er moet vinnig gestreden worden.
Te Rotterdam heeft men de attentie gehad
den heer Kerdijk kandidaat te stellen, een man
over wiens buitengewonen ijver waar 't geldt
verbetering zoeken in onderwijs-zakeu en sociale
toestanden, slechts één stem, die van lof, opgaat.
't Is een kostelijke gedachte van Rotterdams
energieke burgers te trachten dezen schoolman
af te vaardigen, 't Getuigt van een goeden
blik op de behoeften des tijds en van veel zelf
verloochening. Rotterdam telt behalve het
drietal, dat reeds in de kamer zitting heeft, een
reeks eminente personen in zijn midden, die
een zetel in 't voornaamste college des lands
eer zouden aandoen en men mag dus wezenlijk
de poging door Rotterdam gewaagd wel zeer
op prijs stellen, al is die dan ook mislukt.
„Rotterdam" toch stond in deze Rotterdam
in den weg en misgunde het de eer den uitmun
tenden schoolman een zetel aan te bieden.
't Heeft er alles van alsof de vereeniging
„Rotterdam" alleen met het oog op deze ver
kiezing en in 't bijzonder op Van Stolk's
kandidatuur, zich heeft geconstitueerd als kies-
vereenigiDg, een metamorphose, die haar alles
behave schitterend gelukt is, zij het dan ook
dat haar pogen zoo goed als geslaagd is.
Eerst liet ze de beginselen van baar kandidaat
rusten, alsof ze stilzwijgend aan de kiezers te
verstaan wilde geven dat Van Stolk een tegen
voeter van Kerdijk was. Later, toen dat niet
meer mogelijk was, en ieder die Van Stolk
kent, weet dat liij niet tegenover maar naast
Kerdijk staat en dat 't hier dus alleen om den
persoon te doen is maakte ze bekend dat
Van Stolk toch ook liberaal is!
De uitslag (838 st. voor Van Stolk, 815 st.
voor Kerdijk) bewijst dat bet grootste deel dei-
liberale kiezers de daad van Burgerplicht en
Grondwet niet heeft begrepen, of moedwillig
verijdeld ter wille van kleinsteedsehe belangen.
Op z'n ultramontaansch gesproken: Kerdijk is
een idéé, het idéé van degelijk volksonderwijs
en deze idéé, of liever de drager dezer idéé,
verdient vóór alle anderen een plaats op de
banken onzer vertegenwoordiging.
Nu hij eenmaal de man der werkelijk be
staande en erkende kiesvereenigingen was, bad
men, naar den eiseli van bet parlementair
stelsel, zich daarbij moeten neerleggen en hem
een schitterende meerderheid bezorgen.
Van Stolks stemmental is een bewijs dat
men zelfs met mysterieuse vcreenigingen nog
wat doen kan als men 't lokaal belang op den
voorgrond plaatst, o. a. ook door een kandidaat
te kiezen die bij de kiezers persoonlijk bekend is.
't Is tevens een bewijs van gebrek aan zuiver
constitutioneele begrippen niet vreemd echter
bij de kiezers in Nederland.
Als ik goed zie, zal de lieer Kerdijk niet
voor Rotterdam zitting nemen. De anti-revo
lutionairen, zoo ze al opkomen, zullen eer Van
Stolk dan hem, den gloeienden ijveraar voor
volksonderwijs, stemmen, 't Is te betreuren,
niet voor Kerdijk, die toch wel oen plaats zal
ontvangen, maar voor Rotterdam, dat thans de
gelegenheid laat passeeren door een flinke keuze
zich te doen gelden bij de aanstaande debatten.
Te Amsterdam is de kwestie van geheel
anderen aard. Noch in Van Hierop, noch in
zijn concurrent Van Tienhoven treedt eenig
beginsel zoo sterk op den voorgrond als in
Kerdijk dat van 't onderwijs. Beiden zijn mannen
van erkende bekwaamhedende eerste, met
een rijk, doch onrustig parlementair verleden,
de ander geplaatst in een werkkring' waardoor
't hem, al is hij nog jong, gegeven was, een
krachligen greep in 't huishonden der hoofdstad
te doen, omstandigheden die voor ieder in
't bijzonder haar ongunstige zijde hebben. Vele
liberalen toch zien in Van Nierop den tegen-
werker, den plaaggeest zijner medestanders,
terwijl de anderen voor niet nog zooveel Van
Tienhoven uit Amsterdam zouden zien heengaan,
ook niet om 't lidmaatschap der kamer te kop
pelen aan zijn wethoudersambt, nu daar sedert
kort op zijn initiatief de inkomsten-belasting
geregeld is.
't Is duidelijk dat hier zoö'.vcl ais te Rotterdam
alleen de vraag loopt over den persoon des
kandidaats en volstrekt niet over eenig' in
't oog springend verschil in liberale denkwijze
en dat derhalve des Standaards beweringen
alsof de liberale partijen eigen kandidaten ge
steld hebben, geheel bezijden de waarheid is.
Laat de Standaard zich in de banden wrijven
bij die ontdekking, voorwaar als of Kerdijk of
Van Stolk tegenover Kenchenius en óf Van Tien-
hoven öf Van Nierop tegenover Van Lennep
stond, de Standaard zou 't moeten aanzien,
hoe de gansche liberale partij zouder aarzelen
of eenig leedgevoel op den liberalen kandi
daat stemde.
Opmerkelijk mag bet heeten dat de roomschen
zich te Rotterdam geheel van stemming ont
bonden hebben, thans, nu 't district met
Schiedam vergroot is, dat zooveel clerioale elemen
ten in zich bevat en dat zoo jammerde toen
het van Delft afgescheurd en bij 't verloren
Rotterdam gevoegd werd. Als de partij ooit
een schoone gelegenheid had om te zien wat
ze kon uitrichten, dan was 't thans wel, nu bij
de liberale partij twee kandidaten om de eer
der overwinning streden. Men had er Heringa
eens aan kunnen wagen
De Raad van Rotterdam verkeert in een
moeielijke positie. Verleden jaar decreteerde hij
dat er trams zouden komentot heden is dat
vervoermiddel te Rotterdam totaal onbekend.
Onderhandelingen werden daarop geopend,
plannen vastgesteld, een uitvoerder deed zich
op, docli de Raad krabbelde terug, maakte
zwarigheden en verwierp ten slotte de beraamde
plannen, terwijl thans ook de oudernemer ver
klaard heeft geheel af te zien van den eventueelen
aanleg van paardensporen.
Men ziet met groote belangstelling- uit naai
de wijze op welke de Raad zich nu van zijn
plicht kwijten zal.
V. 2 Maart 1878. V.—
gehouden te ZIERIKZEE den 2 Maart 1878.
Voorzitter Mr. J. Mauritsz Ganderheijden, Burgemeester.
Afwezig zijn bij de opening der vergadering de HM. Mr.
Fokker, Mr. Moolenburgli, Mr. Schneiders van Greijffens-
werth, Jhr. de Jonge, Zuurdeeg en Jlir. Mr. Boeije.
De notulen van liet verhandelde in de vorige twee zit
tingen worden gelezen. Die van 13 Februari worden met
een kleine aauvulling, zijnde het gevolg van eene opmer
king van den heer Zuurdeeg, goedgekeurd. Die van 27
Februari 1.1. worden onveranderd vastgesteld.
Jhr. Mr. Boeije en de heer Zuurdeeg zijn ondertusschen
ter vergadering gekomen.
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen
1°. een brief van de Gedep. Staten, waarbij zij medc-
deelen, dat alvorens te beslissen op het besluit van dei
Raad van den 13 Februari 1.1.. tot wijziging der gemeenic -
begrooting voor '1877, vooraf aan hunne goedkeuring behooi
te worden onderworpen het door den Raad genomen be
sluit tot verkoop der inschrijving op het Groothoek de
2°/0 Nationale Schuld.
In afwachting daarvan wordt de beslissing op het eers
aangehaald besluit verdaagd.
Aan de begrooting was bij gemelde wijziging een pos
voor verkoop van inschrijving op het Grootboek--
f 8700,tot een bedrag van f 5500,toegevoegd.
De Voorzitter zegt, dat Burgem. en Weth. voorn 1
waren het nemen van dit besluit voor te stellen nad\
gewijzigde begrooting was goedgekeurd, zooals vroeger ge
schiedde, doch dat zij thans voorstellen aan den wensc
van Gedep. Staten te voldoen en als nu tot verkoop t
besluiten.
Mr. Moons merkt op, dat de Raad door de wijziging'dc t
begrooting reeds besloten heeft tot verkoop van kapitaï
op het Grootboek. In gevallen als deze, is men vroeg®
altijd gewoon geweest eerst de goedkeuring op de
zigde begrooting af te wachten, terwijl de Raad dll
nog een .afzonderlijk besluit tot verkoop van inschrijft'
nam, hetwelk bij liet Grootboek diende. Gedep. State
wenschen.nu echter vooraf een besluit tot verkoop, waiól
aan Burgem. en Wetli. voorstellen te voldoen.
Het door Burgem. en Weth. ontworpen besluit tot, b«
doelden verkoop wordt daarop onveranderd vastgesteld
2°. twee brieven als voren, berichtende de goedkeur)
der raadsbesluiten van '13 Februari 1.1. tot het doen v
betalingen uit den post voor Onvoorziene Uitgaven, begró
tingen '1877 en 1878. i
Voor kennisgeving aangenomen. i.
Op voorstel van Burgem. en Weth. wordt overeenkom ff
het advies der Plaatselijke Schoolcommissie eervol ontsll
verleend aan J. J. van Elsacker als hulponderwijzer aan
Tusschenschool, en zulks met ingang van 1 April a. s,
zooveel vroeger als zijn opvolger in dienst kan treden.f
De Voorzitter deelde mede, dat reeds eene oproeping
sollicitanten is geschied en dat zich voor die bctrekV
hebben aangemeld, de hulponderwijzers W. A. Knijper BA'
te Zierikzec en L. van der Have te Brouwershaven.
De Voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een schr
van de Diakenen der Hervormde Gemeente alhier, w;
zij berichten voornemens te zijn binnenkort een niéi
gesticht te bouwen op de plaats waar liet tegenwoordi'
staat, doch dat zij alvorens daartoe te kunnen overg.
eene lokaliteit behoeven om de verpleegden tijdens
aanbouw te huisvesten.
Zij verzoeken daarom, dat de Gemeente hun gedurc;
den aanbouw van een nieuw gesticht in gebruik
afstaan het gebouw vroeger gebruikt als teekensely
staande bij de Nieuwe Kerk, met een gedeelte van
daarachterhggend erf, met vergunning daaraan de nood.
veranderingen of bijbouw te mogen doen, doch onder vc
plichting dat de perceelen door hen in den vorigen toesta;
zullen wovden opgelevevd, zijnde zij voorts bereid, aan
tegenwoordige bewoonsters, de juffrouwen Ribbe, eene 1
hoorlijke woning te verschaffen.
De verzoekers merken in hun verzoek nog op, dat 1
ook voor de Gemeente zelve van niet gering belang is 1
verzoek toe te staan, '1°. omdat daardoor te spoediger c
beter verblijf aan haar eigen bestedelingen zal worden' j
geven en in de 2e en voornaamste plaats, omdat Diakei:
tot den aanbouw overgaande en zich tijdelijk met f
kleiner gebouw dan bedoelde lokaliteit moetende behelp
genoodzaakt zouden zijn door gemis aan ruimte aan
bestedelingen der Gemeente de verpleging op te zegg
dat zeker eene groote verlegenheid zou veroorzaken.
De Voorzitter stelt namens Burgem. en Weth. voor,
verzoek te stellen in handen van liet Dagelijksch Besti
om prae-advies.
Jhr. Boeije, lid van het Collegie van Diakenen, zou w|
schen dat de Raad in dit geval van den gewonen re
afweek en besloot tot dadelijke behandeling, daar de zS
urgent is.
De Voorz. zegt dat Burgem. en Weth. wel wc
dat eene spoedige afdoening gewenseht is, doch datl
met de verzoekers eerst een lokaal onderzoek in liet 1
langde gebouw wensehen te doen, ten einde meen"
vaste gegevens omtrent hun verzoek te verkrijgen en i£
hen daaromtrent in overleg te treden. Hoe eerder DiakeB
daartoe bereid zijn hoe heter.
Jhr. Boeije vraagt of er dan bezwaar zou zijn dat-
Raad het verzoek toestond onder bepalingen door Burgem
Weth. nader in overleg met de verzoekers vast te stel ;l
De Voorzitter zegt, dat er zich omstandigheden kun*
voordoen die een dergelijk besluit minder wenschelijk mal
waarop de heer Zuurdeeg vraagt, of Jhr. Boeije deugdeM
gronden heeft, die de dadelijke behandeling wensclv
maken, liet plan om het gesticht te verbouwen is r(
zoolang aanhangig geweest, dat men wanhoopte dat
ooit uitgevoerd zou worden. Zijn er nu geen deugdel
gronden voor zooveel spoed, dan wenscht spreker
van den gewonen regel af te wijken.
De Voorzitter kan Jhr. Boeije verzekeren dat Burgei
Weth. elk oogenblik bereid zijn met de verzoekers het
eischte onderzoek te doen. Is dit afgeloopen dan kad
zaak spoedig worden beëindigd.
Mr. Moens zegt, dat het hier geldt de beschikking I
een eigendom der Gemeente, n.l. om dit voor onbepaaH
tijd in gebruik af te staan en om daaraan verthnmcriiB
en veranderingen te doenhet verzoek heeft dus
uitgebreide strekking.
Nu meent Spr. dat Burgem. en Weth. toch eerst b
toelichting van het verzoek behooren te verkrijgen en
in het gebouw een onderzoek dienen in te stellen.
De zaak acht hij niet zoo urgent, dat de hehahdi
van het verzoek niet eenige dagen kan worden uitges
te meer daar het plan van de verbouwing van het "-est
reeds zoolang aanhangig is. Als Burgem. en Weth. o
hoogte zijn zal het verzoek zoo spoedig mogelijk in be
deling komen.
Jhr. Boeije heeft volstrekt niet getwijfeld aan de we
lendheid van het Dagelijksch Bestuur om een spoedige
handeling te bevorderen, doch hij meende dat het te
gevergd zou zijn als er voor deze zaak alleen eene v§|
dering werd belegd, hij achtte dit lastig en móeiefijk