Openbare Raadsvergadering
Buitenlandsch Overzicht.
Te Nijmegen huist sinds eenige dagen een groep
mensclien, bestaande uit 2 vrouwen en 3 kinderen van
8, 5 en 7 jaar, op straat.
Te Sceaux in 't dep. Sarthe in 'Frankrijk is een
weduwe van 100 jaar overleden, nalatende twee kinderen:
een zoon van 79 en een dochter van 84 jaar.
Te Maiutz is de kerk en toren van 't St. Koch us gast
huis, alsmede het dak van dit gesticht door brand vernield.
Te Middelburg is een wisselwachter door een spoor
trein een voet afgereden.
Te Wolvega hebben eenige dronken lotelingen twee
hunner makkers zware verwondingen toegebracht.
Te Harlingen is een typhuslijder aan zijn oppassers
ontsnapt en het huis uitgeloopen; men vermoedt dat
de ongelukkige in het water geraakt is.
Te Harderwijk heeft een gepensionneerd militair zich
met een pistool voor het hoofd geschoten.
gehouden te ZIERIKZEE den 13 Februari 1878.
Voorzitter Mr. J. Mauritsz Ganderheijden, Burge
meester.
Afwezig zijn de H.H. Labrijn, van Nes van Meerkerk
en Blankert met kennisgeving en Jhr. de Jonge en
Mr. Schneiders van Greijffenswerth.
De notulen van het verhandelde in de vorige ver
gadering worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen:
'1. Vier brieven van Ged. Staten, berichtende de
goedkeuring der raadsbesluiten van 23 Januari j.l. tot
beschikking over den post voor Onv. Uitg., begrootingen
'1877 en '1878 en tot onderhandschen verkoop en
verhuring van gemeentegrond, benevens de goedkeu
ring van het Suppletoir Kohier van den Iloofdelijken
Omslag voor '1877.
Voor kennisgeving aangenomen.
2. De rekening van de Kamer van Koophandel
en Fabrieken over 1877.
Gesteld in handen van de H.H. Jhr. Mr. Boeije,
Mr. Schneiders van Greijffenswerth en Ochtman tot
onderzoek en verslag.
De mededeeling dat bij die Kamer zijn herbe
noemd tot Voorzitter de heer H. G. Mulock Houwer
en tot plaatsvervangend Voorzitter de heer C. van der
Vliet Dz., wordt voor kennisgeving aangenomen.
3. De rekening van het pensioen- en wecluwenfonds
der gemeente-beambten over '1877.
Gesteld in handen van dezelfde Commissie in wier
handen de rekening der Kamer van Koophandel is
gesteld.
4. Een adres van de Sociteit van Land- en Tuin
bouw, Hout- en Veeteelt te Dreischor, houdende ver
zoek om de in het Reglement van Politie voorkomende
bepaling, dat elk stuk hoornvee dat binnen de be
bouwde kom der gemeente wordt vervoerd, door een
volwassen persoon moet worden vastgehouden, in te
trekken. Op voorstel van Burgem. en Wetli. wordt
besloten dit te renvoyeeren naar de Commissie voor de
Strafverordeningen.
5. Een adres van de wed. A. de Bie, om kwijt
schelding van de betaling van den aanslag baars
mans in den Hoofdelijken Omslag over 1877, daar
haar man in September j.l. is overleden en zij in be
hoeftige omstandigheden verkeert.
Kwijtschelding wordt verleend voor een bedrag van
f 1,685.
6. Een verzoek van J. J. van Elsacker om ontslag als
hulponderwijzer aan de Tusschenschool wegens zijne
benoeming tot hulponderwijzer te Oosterland.
Gesteld in handen van de Plaatselijke Schoolcommissie
om advies.
Op voorstel van Burgem. en Weth. wordt besloten
1°. af te schrijven van H. 9 (0. U.) op H. 2,
afd. 2 art. 9, (voor verschillende kleine uitgaven en
verschotten) f 7,095
2°. te beschikken over den post voor Onv. Uitg.,
begrooting 1878. tot een bedrag van f 53,03, ter
betaling van gedaan timmerwerk voor afschuttingen
bij het uitgraven van zelkasch en andere daarmede
in verband staande werkzaamheden.
De heer Ochtman brengt namens de daartoe be
noemde Commissie verslag uit, omtrent het voorstel
van Burgem. en Weth. tot wijziging der gemeente-
begrooting voor 1877. Het advies strekt tot goedkeuring.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
Het totaal van de Inkomsten en Uitgaven der be
grooting is onveranderd gebleven.
Bij monde van den heer Houwer wordt namens de
daartoe benoemde Commissie verslag uitgebracht,
omtrent de begrooting van het Burger-Weeshuis
voor 1878, strekkende tot goedkeuring in Ontvangen
Uitgaaf op f 8590.
Alzoo besloten.
Mr. Fokker heeft zich als Regent van het Wees
huis van deelname aan dit besluit onthouden.
De Voorzitter stelt namens Burgem. en Weth.
overeenkomstig de voordracht der Commissie van Fa
bricage voor, den urinebak in de St. Domusstraat bij
het Vischslop wegtebreken en aan de Zuidzijde der
St. Domusstraat tegen een pakhuis der garancine-
fabriek een open urinebak te plaatsen.
Bij de directeuren der fabriek bestaat daartegen
geen bezwaar.
De urinebak zou moeten uitloozen in een riool in
de Nieuwe Boogerdstraat en een gedeelte straatgoot
zou daartoe ook worden overdekt. De kosten van een
en ander worden geraamd op f 200,
Nadat de Weth. Mr. Moens dit voorstel had toege
licht en Jhr. Boeije eenige inlichtingen had verkregen,
wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
Jje Raad besluit op voorstel van Burgem. en Weth.
1°. tot. beschikking over den post voor Onv. Uitg,
begroot/mg 1878 tot een bedrag van f 298,ter
betaling der kosten van het maken eener kade op den
Ooetbavenrlijk, onlange in hot openbaar aanbesteed, en
borgorn. en Weth. te machtigen orn het maken
van een rijweg aldaar, waarvan de kosten geraamd
zijn op f 428,75, onderhands aan te besteden aan den
aannemer van het maken der kade.
Op eene vraag van den heer Zuurdeeg "waarom
het wenschelijk is deze aanbesteding onderhands te
doen, werd door Mr. Moens te kennen gegeven, dat
de aannemer van het maken der kade dit werk zeer
goed heeft uitgevoerd en dat indien aan hem het
maken van den rijweg werd aanbesteed, men evenzeer
gewaarborgd was .voor eene goede uitvoering, terwijl
van eene publieke aanbesteding geen voordeel te ver
wachten is, daar in den post van f 428,75 slechts
f 140,voor arbeidsloon begrepen is. Mr. Fokker
deelde daarop nog mede dat de kosten van schelpzand
lager zijn berekend dan hetgeen de gemeente in 1877
daarvoor heeft betaald.
De Voorzitter deelt mede dat de brand, dezer dagen
ontstaan in het turfmagazijn van den heer Schouten,
met behulp van den extincteur is gebluschtdat de
extincteur echter toen defect is geworden en de ge
meente er thans een ter leen heeft van den heer Bal.
Hij stelt voor dat de Raad Burgem. en Weth. zal
machtigen tot aankoop van een tweeden extincteur.
Dienovereenkomstig wordt zonder hoofdelijke stem
ming besloten.
Na omvraag sluit de Voorzitter de vergadering.
De ontsmettende en koortswerende
Eucalyptus.
Daar we onlangs een bijdrage tot de kennis van
deze merkwaardige boomsoort leverden, achten we liet
niet ondienstig als vervolg daarop thans een mede
deeling over te nemen, door zekeren I. W. It. G. in
het Utrechtsch Dagbl. gedaan, te meer daar die inzender
er op gesteld is dat zijn stukje wordt overgenomen
door andere bladen.
De heer I. W. K. G. schrijft dit
//Er is in de laatste jaren meermalen sprake geweest
van den Eucalyptusals een krachtig en afdoend
middel tot zuivering van den dampkring van scha
delijke miasraen en tot wering van de in sommige
provinciën van ons vaderland zoo veelvuldig voor
komende malaria (moeras-koortsen).
//Zoo ik mij niet bedrieg, heeft onze Minister van
Binnenlandsche Zaken reeds de aandacht van het ge
neeskundig staatstoezicht op deze zoo merkwaardige
houtsoort gevestigd en houdt zich dit met onderzoe
kingen daaromtrent bezig.
//Vermoedelijk zal het echter apn slechts weinigen
bekend zijn, in hoever de Eucalyptus zich leent voor
ons klimaat, op welke wijze hij moet worden gekweekt
en waar de daarvoor benoodigde zaden zijn te verkrijgen.
z/Na herhaalde vruchtelooze pogingen, om tot de
wetenschap hiervan te komen, vernam ik, door een
toeval, dat een onzer landgenooten, de heer F. J. J.
Siingsby van kloven te Vught bij's Hertogenbosch, in
het bezit is van eenige exemplaren van den Eucalyptus
door hem zeiven gekweekt.
//Op mijn verzoek gaf de heer S. van H. mij met
de meest mogelijke bereidvaardigheid de volgende in
lichtingen, met welwillende vergunning, deze desver-
kiezende publiek te maken.
z/Zes jaren geleden, in de maand April, zaaide de
heer S. v. H. eenige korrels in een houten bakje;
zoodra het zaad was opgekomen werden de boompjes
in den vollen grond overgeplant. Gedurende het
zomerseizoen groeiden zij ruim een meter hoog en in
het najaar zagen zij er zoo frisch en krachtig uit,
dat de eigenaar meende, ze ook gedurende den winter
in den vollen grond te kunnen laten. Toen het
voorjaar kwam, bleek echter, dat al de boompjes
waren doodgevroren.
z/Na dien tijd heeft de heer S. v. H. de door hem
gekweekte boompjes in groote potten of bakken ge
plaatst, die des zomers worden buiten gezet en des
winters binnen 's huis of in de koude kast worden
bewaard, waarbij slechts ééne zorg wordt vereischfc,
namelijk dat de aarde wordt vochtig gehouden.
z/De exemplaren, die nu nog in het bezit zijn van
den heer S. v. H., zien er gezond en sterk uit en
hebben een lengte van N/2 meter; ds stam is vier
kant gevleugeld, de bladen zijn meer dan een deci
meter groot, zonder steel tegenover elkander geplaatst,
met een sterken reuk van salie.
z/De Eucalyptusof beter gezegd, de Eucalyptus
Globalus Labillis afkomstig van Australië, hij groeit
daar van 1 tot 5 meters 's jaars, terwijl hij, bij
vollen wasdom, een hoogte bereikt van meer dan
100 meters.
z/Het hout is zeer geschikt voor timmerhout; in
Australië worden vele schepen van dat hout vervaardigd.
z/Het zaad van den Eucalyptus is te bekomen bij
den heer Louis van Houtte te Gent en bij de heeren
Vilmorin Andrieux Cie. te Parijs, voor den prijs van
1,50 fr. de decagram, 10 fr. de hectogram en 80 fr.
de kilogram.
//Ik hoop, dat deze korte mededeeling vele mijner
landgenooten zal opwekken, om zich spoedig het zaad
van den Eucalyptus aan te schaffen en de proeven
tot acclimatiseering van deze voor de algemeene ge
zondheid zoo heilzame houtsoort (door den heer
Siingsby van Hoven zoo flink begonnen) met ijver
en takt voort te zetten.
z/Ter wille der zaak worden de Nederlandsche
nieuwsbladen beleefdelijk verzocht dit opstel geheel of
gedeeltelijk over te nemen.
J. W. K. G
Blijkens een opmerking van prof. Kauwenhoff kan
de Eucalyptus hier te lande in den kouden grond
niet overwinteren en schijnt dus het nut van dat
gewas als ontsmettingsmiddel van onze moerassige
streken niet groot te zijn. Te Utrecht in den Hortus
Botanicus zijn exemplaren van Euc. te zien.
Ofschoon voor 't oogenblik de Europeesclie vrede
wel niet dreigt verbroken te zullen worden en het hoogst
waarschijnlijk is dat Engeland ondanks al het geschreeuw
in zijn schulp zal kruipen, zoo zijn toch de omstan
digheden ernstig genoeg. Dit is klaar dat Rus
land, na zijn vijand overwonnen te hebben, zich
niet op zijn beurt wil onderwerpen aan de draaierij
van de Engelsche staatslieden. Het zal niet toelaten
dat Engeland, na veel kwaad gestookt te hebben,
misschien nog met de beste brokken van den buit
zou gaan strijken, ti.l. prestige als No. 1 van de
mogendheden en als rechthebber b.v. op den kanaalweg
naar Indië. Wie zal Rusland hierin ongelijk geven?
Toen lord Beaconsfield dreigde dal hij de Engelsche
vloot de Dardenellen door en naar Konstantinopel
zou zenden, had prins Gortschakoff volkomen gelijk
met te dreigen dat hij dan Konstantinopel zou laten
bezettenalles natuurlijk tot bescherming van de
Christenen aldaar.
Maar de Sultan heeft zelf geweigerd aan de En
gelsche vloot een en tree—biljet te geven. En dat aan
zijn beschermers, die liera een jaar lang op hoop hebben
doen leven dat zij hem helpen zoudenWaarlijk al
is er nu ook al geen rechtstreeksche sprake van een
ot- en defensief verbond tusschen den Sultan en den
Czaar, na al het gebeurde en na al de onthullingen
zou het nog eer te verklaren zijn dat de Sultan zich
met Oostersche grootmoedigheid in de armen van zijn
doodvijand, zijn overwinnaar wierp, dan dat hij zich
nog langer door den Engelschen bluf liet om den tuin
leiden en ten verderve voeren.
De Porte moet ook de oorlogsschepen van andere
mogendheden, b.v. Oostenrijk, geweigerd hebben door
de Dardenellen te stevenen. Plet komt ons voor dat
die weigering wel niet zal geschied zijn, omdat hoogst
waarschijnlijk de aanvrage ook niet gedaan is.
I11 de Britsche arsenalen is men thans druk aan
't overwerken om schepen uit te rusten. Dit zal wel
zoo zijn. De partij van lord Beaconsfield moet althans
die genoegdoening hebben.
Wat men echter met die schepen als zij gereed
zijn, zal uitvoeren, is een andere vraag. De geheele
Engelsche vloot naar de Grieksche wateren zenden?
Dit zou al weinig meer te boteekenen hebben dan het
tegenwoordige eskader aldaar beduidt of uitvoert, en
het zou vrij wat meer kosten. Een landingsleger kan
Engeland aan de vloot niet medegeven. Een klein
expeditie-corps zou belachelijk zijn en volstrekt niets
kunnen uitrichtenhet zou zelfs geen moreelen indruk
kunnen maken.
We achten het geenszins onmogelijk dat, als de
storm van opgewondenheid der Engelsche natie wat
tot bedaren zal gekomen zijn, het Kabinet Beacons
field zijn dagen gemakkelijk zal kunnen gaan tellen.
Zoo zou 't gansch niet onmogelijk wezen dat de
liberalen voor de zes millioen pond liet bewind hadden
gekocht.
De Grieken hebben hun leger weder teruggetrokken
van het Turksche grondgebied. Komraoundouros heeft
in de Kamer gezegd dat nu de mogendheden aan
Griekenland de verzekering hebben gegeven dat zijn
belangen niet zouden voorbijgezien worden, het leger
weder was ingerukt, en hiermede heeft de Kamer
genoegen genomen.
De Roemeensche bladen laten zich hoe langer hoe
heftiger uit tegen de annexatie van Bessarabien door
Rusland. Zij herinneren, dat Roemenië aan Rusland
groote diensten heeft bewezen, dat de Keizer, toen
hij na de nederlagen van Plevna gevaar liep, te Bjela
gevangen genomen te worden, de hulp van Roemenië
ingeroepen heeft, om niet genoodzaakt te zijn over
den Donau terug te gaan. Ofschoon de bladen de
pietentiën van Rusland afkeuren, nemen zij tegenover
den Czaar een eerbiedigen toon in acht. Zij roemen
zijn rechtvaardigheid en eerlijkheid en weigeren te
gelooven, dat hij zulk een flagrante schending der
April-conferentie zal toelaten.
De Fransche Kamer is aan de behandeling der be
grooting begonnen. Er is bij die gelegenheid een
zeer belangrijke rede gehouden door den afgevaardigde
Lamy over de Fransche vloot. De heer Lamy be
toogde dat Frankrijk de eerste mogendheid is geweest,
die pantsertschepen in zee bracht en dat toch op dit
oogenblik de Fransche zeemacht geenszins in dien
staat is, waarin ze kon en moest wezen, en dat
de Fransche marine niet op de hoogte van den tijd
is. De begrooting voor marine werd aangenomen.
De regeering heeft een vvets-ontwerp ingediend,
waarbij de toelagen werden vastgesteld van den Pre
sident der Republiek en de Ministers voor representatie
geld bij gelegenheid der aanstaande tentoonstelling.
Volgens dat ontwerp zou den President 600,000 frs.
worden toegekend, aan de Ministers van Binneuland-
sclie Zaken en van Landbouw en Koophandel ieder
200,000 frs. en aan elk der overige Ministers 100,000 frs.
De corporatie van geestelijke broeders die de grot
van Lourdes exploiteert, heeft in haar jaarverslag
ernstig geklaagd over de schade die de affaire ge
leden heeft van den 16 Mei. In het verslag slaaf
0. a. dat in 1876 behalve de ontzettende menigte dien
bij het kroningsfeest naar de grot kwamen, ook ijke
groote pelgrimstochten hebben plaats gehad, ter\\?de
in 1877 maar 68 pelgrimstochten gekomen zijn. DiV
ook deze affaire heeft de coup van 16 Mei gedruki.
Mag men een correspondentie uit Spanje in df
Kölln. Zeit. gelooven, dan zijn de Carlisten in dat
land weder aan het woelen, vooral in de provincie
Valencia. Don Carlos is uit Engeland weder te Parijs
aangekomen, waar hij een onderhoud met Isabella heeft
gehad. Wat deze ridder der verwoesting met de
moeder des Konings van Spanje te verhandelen heeft,
weet men natuurlijk niet. Het zal wel het heil van
Spanje ten doel hebben, dat kan men wel denken, en hoe
een don Carlos dat opvat is bekend genoeg.
De Zwitsersche Slendenraad heeft een voorstel aan
genomen, strekkende om aan den Bondsraad voor te
stellen een belasting te heffen op den sterken drank
en den tabak, alsmede een belasting op de bankbil
jetten. Dat dit laatste voorstel ook aangenomen is
pleit niet bijzonder voor de beschroomdheid der Zwit
sersche bewindslieden. Een belasting op de bankbiljetten
is toch in den grond niets anders dan een feitelijke
verlaging der munt, een muntvervalsching, die door
de eenvoudigste regelen der économie wordt veroor
deeld en die lijnrecht in strijd is met de regelen van
het mijn en dijn.
14 Febr.
Heden schemert het den waarnemer van de Oostersche
verwikkelingen weder voor de oogen. Een uitvoerig
telegram meldt dat Engeland zijn vloot niet de Darde
nellen zal laten invaren, omdat te Konstantinopel
alles rustig is en de Porte zelf protesteert tegen de
komst van een eskader, met het oog op de bedreiging