Rechtszaken.
De voormalige secretaris der Amsterdamsche Kanaal
maatschappij zal van zijn vonnis niet in liooger beroep
komen.
Ongelukken, Rampen, Misdaden, enz.
Te Makkum ouder Beilen, prov. Drente, zijn vijf
huizen met de inboedels verbrand. Een man, J. Boer
geheeten, die nog iets van zijn goederen wilde redden,
is in de vlammen omgekomen.
Te Sn eek is een jongen in een sloot gestikt onder
een voer hooi dat op hem was gevallen, nadat hij van
den omvallenden wagen in de sloot was gestort.
Onder Waddinxveen zijn twee paarden door den
bliksem gedood en is een wouing afgebrand.
Dezer dagen zaten te Brussel twee knapen van 10
en 11 jaren op de bank der beschuldigden voor de
correctioneele rechtbank, wegens het maken van stoornis
in de openbare godsdienstoefening' in de kerk te Wa-
termael-Boitsford. De pastoor had zelfs een geschreven
aanklacht ingeleverd bij den procureur des konings.
In dat van stijl- en taalfouten krioelende geschrift
werden de jeugdige booswichten aanbevolen aan al de
gestrengheid der wet, daar zij niets meer of minder
hadden gedaan dan een stoel doen omvallen in
de kerk. De advokaat der beklaagden voerde o. a.
aan //Mijn jonge kliënten woonden getrouw alle gods
dienstoefeningen bij, en waarheen heeft hun dat ten
laatste gebracht? op de bank der beschuldigden".
Het publiek en de rechters konden zich niet van
lachen onthoudende pastoor bleef ernstig. De knapen
Averden vrijgesproken.
Onder Delfshaven is een tienjarig knaapje door een
vrachtwagen overreden en aan de gevolgen gestorven.
Te Rotterdam is een doofstomme knaap van 14
jaardoor een omnibus overreden. Hij werd met ver
brijzelden arm naar het ziekenhuis gebracht.
Te Kloetinge is een kind uit een rijtuig gevallen
en overreden.
In het stoomgemaal van den Prins Alexander-polder
onder Kralingsche veer is een werkman in de machine
geraakt en gedood.
Te Drunen bij Waalwijk zijn twee huizen afgebrand.
Vrijdagnacht is het buitenverblijf Roosengaard, dicht
bij Bergenopzoom, totaal afgebrand.
Onder Wageningen is Zaterdag veel te veld staande
tabak door hagelslag vernield.
Ook te Arnhem was dien dag hagelslag en is de
bliksem tweemaal in een zelfde woning geslagen,
zonder brand te veroorzaken, hoewel het huis zeer be
schadigd werd.
Te Vlaardingen sloeg Zaterdag de bliksem in den
rijstpelmolen de brand werd nog in het begin gestuit.
Het is thans reeds voor de derde maal dat men te
Roermond eenige dagen vóór de verkiezingen gecon
stateerd heeft dat een der op den publieken weg staande
Mariabeeldjes verbrijzeld is door onbekende straat
schenders. Men heeft reden om te vermoeden dat
hier een kiesmanoeuvre achter schuilt en men door de
schuld op de liberalen te werpen bij de domme me
nigte de zaak der liberalen kwaad wil doen.
Een deel van Zwitserland is door een orkaan en eene
overstrooming geteisterd. Deze laatste ontstond door
het plotselinge smelten van het ijs. Tusschen Thun
en Bern is de Aar buiten hare oevers getreden, zoo
dat een deel van laatstgenoemde stad onder water staat.
Het meer van Thun is hooger dan het sedert 1852
ooit was.
In het dorp Hornkoten, bij Ludwigslust, is in den
nacht van 20 dezer een vreeselijk onheil gebeurd:
een sterk bevolkt huis is in brand geraakt en tot den
grond vernield, 13 personen hebben daarbij het leven
verloren.
Donderdag middag is te Zweeloo een 23-jarig
jongman door den bliksem gedood.
Bij den veehouder Buysman, in de Zijpe, zijn
Donderdag morgen vijf koeien van de twaalf, die in
de weide liepen, door den bliksem getroffen en
gedood. In het arrondissement Heerenveen heeft
Donderdag op onderscheidene plaatsen een zwaar on-
weder gewoed. Te Oosterwolde sloeg de bliksem in
de dorpsschool, -onmiddellijk nadat de morgenles was
afgeloopen. Te Teroele werden 4 schapen in de weide
gedood. Te Akkrum vielen hagelsteenen, zoodat het
scheen of de velden het winterkleed hadden aange
trokken.
Een ingezetene van Amsterdam werd dezer dagen
aangenaam verrast door ontvangst van een'Spaanschen
brief, waarbij een geestelijke hem berichtte, dat een
bloedverwant, door hem in extremis bediend, den
wensch had uitgesproken zijn aanzienlijk vermogen
aan zijn neef na te latentoezending van slechts een
paar honderd gulden werd vereischl om de ko3ten
voor regeling der zaak te bestrijden. De vreugde was
echter van korten duur; bij den Spaanschen consul,
vvien om inlichtingen werd gevraagd, moest de teleur
gestelde erfgenaam vernemen, dat er voortdurend
dergelijke brieven aan diverse personen werden gericht,
met het kennelijk doel om zich, door bedriegelijke
voorgevens, gelden te doen overmaken door licht-
geloovigen, die aan de waarheid van zulke fabeltjes
geloof mochten hechten, U. D.
Buitenland.
De Oorlog in het Oosten.
Toen bij het uitbreken van den oorlog bleek dat
de Russen ook in Azië de Turken zouden aanvallen,
hebben we betoogd dat een veldtocht in Armenië
en Klein-Azië vrij doelloos was te achten, aangezien
het toch onmogelijk was langs dien weg ooit tot den
Bosporus door te dringen en, als Rusland daar grens-
verandering begeerde, deze toch verkregen kon worden
als de veldtocht aan den Donau goed afliep. De
uitkomst heeft ten volle bewezen, dat de Bussen wijs
zouden gedaan hebben met in Armenië eenvoudig
aan hun grenzen te blijven. Thans hebben ze daar
een volkomen vruchteloozen veldtocht gedaan, dui
zenden soldaten verloren, achter zich een opstand
zien ontwikkelen die hun veel last kan veroorzaken,
en in het gunstigste geval, als alles aan den Donau
hun meeloopt, zullen zij toch moeten erkennen dat hun
dubbele veldtocht slechts een halve overwinning heeft
opgeleverd.
Er blijft nu geen twijfel meer over of de Russen
zijn in Azië geslagen. Zoowel hun rechter- als hun
linkervleugel is totaal geslagen en ver achteruit ge
worpen met enorme verliezeu. Zij zullen zich zeer
gelukkig mogen achten als de generaals er nog in
slagen hun geteisterde en gedunde legercorpsen achter
Kars te hereenigen en daaruit zooal geen strijdbaar
leger, dan althans iets meer dan het jammerlijk over
schot van een gedemoraliseerd leger te vormen.
Voor de Turken is dit alles ongetwijfeld vooral
een zedelijk voordeel; want veel is er voor hen in
Azië ook al niet te winnen en de veldtocht heeft ook
hen zeker groote opofferingen van menschen gekost,
terwijl de geheele landstreek, die toch weinig opleverde,
thans woest en ledig is en de bevolking jaren noodig
zal hebben om zich te herstellen.
In het Turksche schiereiland staat de zaak der
Russen beter. Men kan aannemen dat zij thans 120000
man infanterie, kavalerie en artillerie op den Turkschen
bodem hebben, d. i. het dubbele van al wat de Turken
te Noorden van den Balkan in het veld kunnen brengen.
Het Turksche veldleger, ongeveer 60,000 man sterk,
staat op een linie ongeveer evenwijdig met de spoorlijn
Roetschoeck-Varna, links steunende op Schoemla, rechts
op Roetschoeck. Het is zeer in het nadeel der Turken
dat een aanzienlijk deel van hun leger, ongeveer
40,000 man, in den omtrek van Nicopolis en Widdin
staande, eigenlijk afgesneden is, al zijn deze troepen
daar ook in de gelegenheid den Russen op hun rechter
vleugel en in den rug zorg te baren en in alle geval
te verplichten een corps op hen af te zenden. Het
plan der Russen schijnt dan ook te zijn, vooreerst een
40 a 50 duizend man westwaarts op te doen gaan
of te Sjistowa achter te laten, tot dat het aan de in
Roemenië naar den kant van Kalafat staande reserve
van 60000 man gelukken mag ook over den Donau te
komen. Gelukt deze beweging dan zijn de 40000
man Turken in en om Widdin totaal afgescheiden en
eigenlijk onschadelijk gemaakt, zonder nu nog in aan
merking te nemen dat een nieuwe oorlog der Serviërs
daar nog bij kan komen.
Van de voorgaande overwinning der Turkeu bij Biela
en Sjistova is natuurlijk niets naders gebleken. Evenmin
van het praatje dat de Russen alreeds Tirtova bezet
zouden hebben. Wat deze laatste plaats aangaat, het is te
veronderstellen dat het gros van het leger van prins
Nicolaas niet eens daar komen zal, maar zich dadelijk
zuid-oostwaarts zal wenden om de lijn Roetschoeck-
Varna meester te worden.
Terwijl alzoo de Turksche hoofdmacht de positie
schijnt ingenomen te hebben om Roetschoeck te dekken
en tevens den spoorweg van daar op Varna te ver
dedigen, zal zij het aan den noordoostelijken kant
binnen eenige dagen te doen hebben met de twee
Russische legercorpsen die in de Dobroedscha zijn
binnengedrongen. Deze moeten alreeds tot dicht bij
Koestendsje aan de Zwarte Zee zijn voortgetrokken
en als het hoofdleger de Turken van voren bedreigt
zullen deze troepen een ernstig gevaar in den rug
der Turken zijn. Het zal nu spoedig blijken of de
Turksche opperbevelhebber een veldslag wil aannemen,
dan wel of hij den vesting-vierhoek aan zijn lot
overlaten en naar den Balkan retireeren zal.
In Azië hebben de Russen o. i. een fout begaan
met hun krachten te veel te verspillen in al te ernstige
aanvallen tegen Batoem en Kars. Na Ardahan ten
Noorden en Bajezid ten Zuiden van Kars te hebben
genomen, hadden zij zich misschien liever moeten
bepalen lot een weinig offensieve observatie van Kars
en Batoem, vrij zeker toch dat de bezettingen dezer
vestingen deze niet zouden verlaten om in het open
veld en voor hen noodeloozen strijd te beginnen.
Nu zou het kunnen zijn dat de Russische staf zich
ook aan den Donau niet van de oude taktiek kan
losmaken. In dat geval zijn er een paar zware bele
geringen te verwachtendie van de forten van Roet
schoeck en van de vesting Silistria, wellicht nog
bovendien van Nicopolis, Widdin en Schoemla, vóór
er aan een eigenlijken aanval op Varna of de Balkan-
passen begonnen wordt.
Omtrent de leiding van liet Russische leger hoort
men verschilleude oordeelvellingen. Zoo wordt de staf
zeer geprezen, de intendance daarentegen zeer gelaakt.
De administratie moet vrij wat te wenschen overlaten.
Dit zou, als de opmerking juist was, een groote be
lemmering zijn van de snelle beweging van zulk een
groot leger naar het Zuiden. Toch vertelt men ook
dat zeer hooggeplaatste opperofficieren als hun raeening
hebben te kennen gegeven dat de oorlog nu spoedig
zal geëindigd zijn.
Thans wordt ook van Turksche zijde bericht dat
er veel troepen uit het Westen zullen weggenomen
worden om ze bij de reserve voor Konstantinopel
te brengen. Alleen de vestingen, forten en posten
in Albanië, de Herzegowina en Bosnië zullen bezet
blijven en zijn op nieuw geproviandeerd. Slechts
een klein corps zou te velde gesloten worden en
al de overige troepen naar het hoofdleger worden
overgevoerd. Dit transport zal geschieden van Skoetori
over zee naar Thessaloniki en Konstantinopel.
Montenegro zou dus een weinig verpoozing krijgen,
welke 't arme landje wel noodig heeft. Zijn de
berichten daaromtrent niet zeer overdreven, dan moet
een derde der mannelijke bevolking van de Zwarte
bergen gedood of gewond zijn.
JEngeland.
Aan de Times wordt 1 Juli uit Calcutta gemeld,
dat de belangstelling in den oorlog onder de moliame-
danen in ludië dagelijks toeneemt. 'In de meeste
groote steden wordt geld bijeengebracht en men zegt,
dat vrouwen zelfs haar sieraden afstaan. Iti de mos
keeën worden openbare gebeden voor den sultan gedaan.
Geschriften, voornamelijk uit Mekka afkomstig, zijn
in omloop, waarin op de samenwerking van alle
mohamedanen tegen Rusland wordt aangedrongen,
maar zij schijnen geen vijandige strekking tegen het
Engelsche gouvernement of tegen de christenen in het
algemeen te hebben.
Italië.
Onlangs is te Rome het proces begonnen, waartoe
het testament van kardinaal Antonelli aanleiding heeft
gegeven. Gravin Lauretta Larabertini bestrijdt, als
natuurlijke dochter van den kardinaal, de wettigheid
van het testament en maakt aanspraak op de nalaten
schap. Zij verlangt, dat drie getuigen de vroed
vrouw, de oudste knecht van den kardinaal en de
aartspriester Vendetti zullen gehoord worden, om
dat zij reeds zoo oud zijn, dat zij licht spoedig kunnen
sterven. Daarover zal in de volgende week uitspraak
worden gedaan. De advokaten der familie Antonelli
ontkennen, dat de gravin een natuurlijke dochter van
den kardinaal is, maar zij is bereid het bewijs der
waarheid te leveren. In een aan de rechters
overgelegde memorie wordt beweerd, dat Anto-
nietta Ballerini, die voor haar moeder doorging,
haar moeder niet was. Interessante bijzonderheden
worden medegedeeld over de intieme betrekkingen,
waarin de kardinaal tot eene aanzienlijke vreemde dame,
de ware moeder van gravin Larabertini, en tot een
signora Marconi stond. De vreemde dame, die gehuwd
is, maar thans vau haar man gescheiden leeft, zou
den 21 Oct. 1855 ten huize van de vroedvrouw
Gervasi bevallen zijn. De kardinaal bleef, zoo lang
hij leefde voor het kind zorgen en een uitgebreide
briefwisseling tusschen die twee is bij de memorie
gevoegd. De laatste brief der gravin is gedateerd
6 Nov. 1876. Twee zeer bekwame advokaten, Signor
Galliani en Signor Tajani, staan de gravin ter zijde.
z/De ontsteltenis op het Yatikaan is groot (zegt de
berichtgever), daar de paus eerst onlangs van de zaak
gehoord heeft, nadat kardinaal Simeoni te vergeefs
beproefde de gebroeders Antonelli tot eene schikking
te bewegen.
De Temps verneemt, dat de toestand van den paus
niet zoo erg is, als sommige telegrammen het voor
stellen hij is zwak en lijdt daardoor aan flauwten,
maar over het algemeen is zijn toestand niet onrust
barend. Zijne geueesheeren raden hem aan, de baden
te gebruiken, maar hij wil het Yatikaan niet verlaten.