ZIERiliZEESCÏIE COUMNT. voor het arrondis- sement Zierikzee. 1877. No. 49. Zaterdag 23 Juni, 80ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Binnenland. Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN, Prijs per drie maanden/ 1,Franco per post I Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DEE ADVERTENTIEN: Pér gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 et. Alle stukken, ile redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag- voor de uitgave in te zenden aan den uitgever lï. LAKMBIAN. Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel. Diegenen, die zicli niet 1°. Juli op deze Courant abonnoeren, ontvangen de vóór dien tijd verschijnende nommers gratis Zierikzee, 23 Juni. In verband met. ons hoofd artikel van Woensdag constatecren wij dat de Nieuwe Rott. Cé. blijkens haar nommer van den 19, ook van meening is dat de lijd van aftreding voor het kabinet Heemskerk nog niet gekomen is. liet driftige Vader land bepleit vol vuur den dood van het ministerie. Wij meenen dat het nog zoo ver niet is en dat het Vaderland te weinig rekening houdt met de omstan digheden. Het kabinet Heemskerk heefc veel tot stand gebrachtlaat dit niet worden vergeten. Wel ge schiedde dit alleen met en door den wil der liberale meerderheid, doch wat noodAls werkelijk de liberale partij nog niet meer kracht en eenheid bezat dan om een kabinet, dat wel vegeeren wilde en getoond heeft goed te kunnen werken, ongeveer naar haar zin te doen regeeren, dan is er voor 't oogenblik nog zoo'n dringende haast niet om alles weder te wagen wat thans behouden of herwonnen is. Wij meenen dat er een nieuwe partij-groepeeriug op til .is, doch dat thans nog geenszins de vormen daarvoor goed gesteld en goed droog zijn. Wij vreezen dat een thans ge forceerd gietsel veel kans zou hebben van mislukking, door liet springen der vormen. Uitslag der door het Dagelijksch Bestuur van het Waterschap Schouwen den 21 Juni 1877 gehoudene aanbesteding van 1°. Het maken van een walmuur op het einde der waterleiding bij de Prommelsluis tot aansluiting van de boezemkade met den binnenfrontmuur van die sluis, bij inschrijving en opbod, volgens bestek No. 51aangenomen door J. van der Linden te Zie rikzee voor f 1360. 2°. Het maken van een brug over de boezem waterleiding bij de de Jongesluis, tot vereeniging van den weg naar het Stoomgemaal met den binnenberm van den Zeedijk, bij inschrijving en opbod, volgens bestek No. 51aangenomen door C. Kappers te Brou wershaven voor f 850. 3°. Het verboogen en verzwaren van den weg tusschen het Stoomgemaal en de brug- over de boe zemwaterleiding bij de de Jongesluis, en bet verbeteren van den bestaanden oprid tusschen die brug en de kruin van den Zeedijk bij de de Jongesluis, bij inschrij ving en opbod, volgens bestek No. 51aangenomen door Hendrik Cornelis 'van den Ende te Zierikzee voor f 2400. 4°. Het maken een er omrastering voor de bewaar plaats van steenkolen op bet terrein van bet Stoom gemaal, bij inschrijving en opbod, volgens bestek No. 51aangenomen door Willem Koole te Zierikzee voor f 750. 5°. Het verdiepen en verbreeden der waterleiding langs den binnenberm van den Zee- en den Inlaagdijk, aanvangende bij de brug achter de Directiekeet en eindigende voorbij de binnensluis der eerste inlaag van Flauwers over 500 M. lengte met bet verboogen van den binnenberm over die lengte, bij inschrijving en opbod, volgens bestek No. 51 aangenomen door Jan Fondse te Zierikzee voor f 2700. Zierikzee, 22 Juni. Woensdag heeft de plechtige begrafenis van wijlen H. M. de Koningin plaats gehad, een plechtigheid waarin geheel Nederland heeft deel genomen want gewis paarden zich aan de zichtbare bewijzen van vereering eu hulde, die zoovele duizenden, als de uitvaart bijwoonden, der geliefde doode brachten, ook de stille gedachte der honderdduizenden die daarbij niet konden tegenwoordig zijn. Wij zullen geen verhaal geven van den geheelen loop der lijkplechligheid. We veronderstellen dat deze. den lezers wel reeds uit de groole bladen bekend zal zijn. Alleen willen we er op wijzen dat de droefheid en deelneming van het geheele volk algemeen was en dat de vreemdeling, die op den 20 Juni de residentie of het stille Delft bezocht, niet heeft behoeven te vragen of Neerlands gestorven Koningin ook geliefd is geweest bij haar leven, en in aandenken zal blijven, nu zij van baar volk is weggenomen de vreemdeling zal kunnen getuigen dat in Nederland een teere band vorst en volk omstrengelt en dat vooral de onverge telijke Sofia een machtige schakel in die keten geweest is en blijven zal. De treffendste momenten der geheele plechtigheid zijn geweest het uitdragen van het Koninklijk lijk uit het Huis ten Bosch en liet laatste afscheid dei- vorstelijke familie vaniiaar geliefde doode in het eer waardige kerkgebouw te Delft, waar zooveel andere groote dooden dier familie slapen. Toen de ure van den aanvang der plechtigheid ge komen was, stond de lijkkist in de welbekende grootsclie Oranjezaal onder den indrukwekkende» koepel, waardoor de Junizon een stroom van licht nedergooü op de zwarte behangselen en draperieën. De keurbende der 24 militairen en zeelieden, oude krijgers, de meesten dragers der Willemsorde en allen de borst getooid met de bewijzen van trouwen dienst, droegen de kist liet paleis uit, de trappen af en naar den lijkwagen, terwijl de Prinsessen en een schare van hoogaanzien lijke vrouwen onder het storten van oprechte tranen de uitvaart op liet bordes vai.i liet paleis bijwoonden. Onder liet gelui van al de klokken der residentie, het bulderen van de kanonnen, de tonen eener indruk wekkende muziek trok de lange stoet langzaam door liet boscli stadwaarts en door de stad naar Delft. Overal, van liet Huis ten Bosch af, had zich een tal - looze menigte belangstellenden langs wegen, straten en pleinen geschaard om den lijkstoet te zien voorbij trekken. Overal bij het voorbijgaan van den lijkwagen en de rijtuigen der Koninklijke familie, ontblootten alle mannelijke toeschouwers eerbiedig liet hoofd en in veler oogen welden tranen van aandoening op. Te ongeveer één ure was de droeve tocht volbracht en het Koninklijke lijk voor den grafkelder aangekomen. Nadat in eerbiedige stilte de baar bij den geopenden grafkelder was nedergezet en allen hun plaatsen hadden ingenomen, hield de oudste der Herv. predikanten van Delft, ds. G. Moolenkamp, een korte doch indruk wekkende rede tot Z. M. den Koning. Zij luidde aldus Geëerbiedigde Koning Met diepen weemoed staan wij aan deze plaats. Het graf is ontsloten, waarin bet stof bewaard wordt van zoo velen, op wien het voor- en nageslacht roem draagt. Het is geopend voor het stoffelijk overblijfsel der waardige Vorstin, welke het vaderland nu acht en twintig jaren als onze Koningin met een dankbaar hart eerde. Hoeveel goeds mocht Zij hier stichten. Door God met edele gaven begiftigd bij Hare hooge waardigheid met liefde bezield was Zij sieraad van het Koninklijk Huis, voor hulpbehoevenden tot troost en steun, voor ont wikkelden tot aanmoediging en opwekking, voor velen ten zegen. Met reden betreurt de natie Haar verlies. Maar wij slaan hier de blikken naar boven, tot Hem die alle dingen naar zijnen raad leidt en wien ook Zij door het evangelie van Christus als onzen God en Vader erkende en beleed en wij zegenen Hare nagedachtenis met de bede, dat Zij ook hierdoor tot ons nog spreke, nadat zij gestorven is. Sire! De God aller ontferming vertrooste U. Hij sterke U door Zijne kracht om het vaderland zoo nog te zegenen, dat Gij hierdoor bereid wordt ook voor eene hoogere Kroon, dan welke de aarde U bieden kon. Zijne goedertierenheid bemoedige Uwe geliefde Zonen en geve Hun in dankbaar aandenken den invloed van het beeld der ontslapene te toonen. Zij verheffe al de Uwen, ook bij het klimmen der jaren, om Haar gemis gelaten te dragen. Zijn geest beziele U en ben en ons allen, opdat het ons bij alles, in leven en in sterven wèl zij. Heer onze Godja, hoor onze bede, dat wij door het geloof in Christus U zoo ter eere leven, dat wij onze dooden U toevertrouwen, en bereid zijn, als eens de jongste ure ook voor ons slaat. Amen. Nu volgde een aandoenlijk tooneel dat gewis op allen die het bijwoonden een onuitwisbaren indruk heeft gemaakt. De Koning omhelsde zijn zonen, dezen, inzonderheid Prins Alexander, smolten weg in tranen. Prins Alexander kuste het deksel van de kist voor deze in het gewelf werd nem'gelaten en toen dit ge schied was daalden beide broeders, alsook Prins Hen drik en de Hertog van Saksen-Weimar nog in den kelder af om der geliefde doode een laatsten afscheids groet te brengen. Terecht merkt een ooggetuige op: //het was in deze heilige oogenblikken niet meer de Koningin die door haar volk werd begraven j het was de moeder die haar kinderen schreiend aan haar graf achterliet^. Koningin Sofia ruste in vrede! Haar nagedachtenis zal blijven leven onder het Nederlandsche Volk! De Iiaagsche correspondent der Gron. Ct. deelt mede, dat H. M. de Koningin hare beide zoons tot universeele erfgenamen heeft benoemd van haar ver mogen, nadat daarvan een som, pl. m. twee millioen bedragende, zal zijn afgezonderd voor liefdadige doel einden en pensioenen, die met nog andere uitkeeringen zullen geschieden door de commissie van beheer, die daartoe benoemd is. Zierikzee, 22 Juni. Gisteren avond ontlastte zich in onze provincie een vrij zwaar on weder dat ook over deze gemeente dreef, vergezeld van enkele don derslagen en een verkwikkende regenbui. Niet lang na het on weder werd brand waargenomen in een zuidoostelijke richting, doch ver weg. Naar wij ver nemen is het huis van den burgemeester van Kloetinge, staande op dat dorp, door den bliksem getroffen en afgebrand. In de Zoraer-vergadering der Provinciale Staten van Zeeland zullen o. a. behandeld worden. Mededeeling omtrent het gebruik der provinciale toelage van f 2000, ter bevordering van het school gaan en meer getrouw schoolbezoek op de openbare en bijzondere lagere scholen. Mededeeling omtrent de regeling van den stoom- bootdienst op de Wesler-Schelde. Voorstel omtrent het verzoek van de gemeente besturen van Staven isse, St. Annaland, St Maartensdijk en. Schevpenisse, tot aanleg van een steiger in de gemeente Stavenisse, met oen adres van de Kamer van koophandel en fabrieken te Zierikzee, tot onder steuning van het verzoek. Voorstel omtrent het adres van den directeur der Zeeuwsche Spoorboot-maatschappij, om ontheffing van de verplichting tot het aanleggen aan den steiger le Wolfaartsdijk. De benoeming van vier leden der Gedeputeerde Staten, ten gevolge der aftreding van de heeren mr. J. C. R. van der Bilt,, mr. G. A. Fokker, J. P, I. Buteux en mr. N. J. C. Suouck Hurgronje. De benoeming van een lid der Staten, bedoeld bij art. 89 der provinciale wet. De benoeming van een lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, ten gevolge der periodieke af treding' van den lieer mr. C. J, Pické. Mej. Merkus, wier verschijning in Servië een jaar geleden opzien baarde, bevindt zich thans bij familie te Batavia.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1877 | | pagina 1