ZIERlkZEESCHE COURANT.
voor liet arrondis-
semeit Zierikiee.
1877. No. 40. Woensdag* 28 Mei.
80ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
BERICHT!
Hoe staat het met onze Staatspartijen?
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VEIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN,
Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1,-
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PEIJS DEE ADVEETENTIEN:
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 1oregels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zeilden aan den uitgever 11. LAKEA'MASI.
Als antwoord op de vele aanvragen om
Ex. van de Zierikzeesche Courant ter verdere
kennismaking, deelen wij belangstellenden
mede, dat aan ieder die zulks verlangt
tot 1°. Juli Gratis-Ex. aan ons Bureau
verkrijgbaar zijndiegenen dan ook die
zich met 1°. Juli op deze Courant abon-
neeren ontvangen al de voor 1°. Juli ver
schijnende nommers gratis.
Verder deelen wij vooral aan het adver-
teerend publiek mede dat na 1°. Juli elk
abonné aanspraak heeft op 't gratis plaatsen
eener advertentie ter grootte in eens van
20 regels of tweemaal ter grootte van 10
regels. Terwijl voor belanghebbenden, die
een groot gebruik maken van adverteeren,
abonnementen tegen lager tarief kunnen
genomen worden.
Vertrouwende hiermede 't nemen van
een abonnement op of 't plaatsen van
advertentiën in de Zierikzeesche Courant,
zoo gemakkelijk en billijk mogelijk gesteld
te hebben, bevelen we onze Courant in de
zoo zeer gewenschte ondersteuning van
alle weldenkende lezers aan.
Uitgever en Redactie.
IV.
(Slot).
We zeiden in het derde stuk van dit artikel
„de clericale partij die aanstaande is."
Door niet weinigen wordt het feitelijk bestaan
eener clericale partij in ons land ontkend. Het
moet worden toegegeven dat in een Staat als
Nederland waar de grootste helft der inwoners
Protestant is en de kleinste helft Katholiek, terwijl
verder de Protestanten nog onderverdeeld zijn
in verschillende kerkgenootschappen, 't welk
ook eenigszins bij de Katholieken het geval is,
en er eindelijk nog een groot aantal Israëlieten
zijn met volmaakt gelijke burgerrechten als de
anderen, dat in zulk eeu Staat vau een homogene
clericale partij wel geen sprake kan ziju; te
minder dewijl de Protestantsche kerk geen
eigenlijken clerus kent. Maar daarmede is het
niet bestaan nog niet uitgemaakt van een over
vloed van grondstoffen eigenaardig geschikt om
al is 't maar tijdelijk een machtige
partij te vormen bij wie kerkelijke drijfveereu
alles beheerschen en die men als zoodanig wel
degelijk een clericale partij kan noemen.
De clericale partij, die wij zich meer en meer
zien samenpakken als een onheilspellende onweers
wolk, zal in hoofdzaak bestaan ui,t twee elementen,
een Protestautsch en een Katholiek. Wij willen
hiermede niet zeggen dat er ineensmelting van
Protestanten en Katholieken op til is; het is
ongelukkigerwijze thans verder daar van daan
dan ooit. Wij bedoelen dit: in de Protestantsche
kerk is een krachtige geest van reactie werk
zaam. Tengevolge van een stelselmatig uit de
eigenaardige inrichting der Ned. Protestantsche
gemeenten voortgekomen achteruitgang in we
zenlijke ontwikkeling op godsdienstig gebied, is
van lieverlede het gronddenkbeeld van het Pro
testantisme vrijheid van onderzoek en het gezag
van het gezond verstand bij dat onderzoek,
naar den achtergrond gesehoven of zelfs geheel
losgelaten. Van daar de reactie tegen de in
de jongste halve eeuw krachtig opgekomen
nieuwere denkbeelden, en tegen de kritiek op
godsdienstig gebied. Nu openbaart die reactie
zich in twee richtingener zijn er die terug
willen naar een veronderstelde, doch wezenlijk
zeer betwistbare dusgenoemde oude en onver-
valschte Protestantsche belijdenis, en er zijn er
die zich zoo iets eenvoudig gedicht hebben om
er zich mede op te sluiten in eigen afgezon
derden kring. Maar wanneer nu aan dit streven
een vorm gegeven wordt dan komt men on
gevoelig te land juist in die corporaties, die
eigenlijk niets anders zijn dan eeu Protestantsche
clerus met al de pretentiën die ooit eenige clerus
heeft gehad.
Bij de Katholieken vau Nederland heeft de
clerus nagenoeg drie eeuwen lang weinig te
beteekenen gehad. Het Katholicisme stond
na de Unie van Utrecht (1579) bij ons te lande
steeds achter bij het Protestantisme. Dat vloeide
voort uit de historische feiten, al was 't ook
in theorie niet rechtvaardig. Eerst na 1848 is
aan de achterstelling van de Katholieken bij
de Protestanten een einde gekomen, evenzeer
als aan de onderdrukking der minderheden onder
de Protestanten door de meerderheid-
Wij zullen de laatste zijn om in deze de
politiek van Thorbeeke te laken. In beginsel
was zij goed. Dat de uitslag niet is meegevallen
is minder aan Thorbeeke te wijten, als aan
dieper liggende oorzaken en overal op gvoote
schaal werkzame invloeden. Feitelijk is bij ons
de emancipatie der Katholieken hetzelfde ge
weest als hun overlevering aan de macht van
het ultramontanisme, hetwelk aan onze in som
mige opzichten wel wat naïeve liberale grondwet
een ontegenzeggelijk veel te licht en te onbe-
bednidend tegenwicht heeft gevonden, om er
niet een balanceerpartij mede te durven beginnen.
Trouwens ditzelfde verschijnsel heeft zich in
andere Staten in nog sterker mate geopenbaard
en daar reeds onderscheidene stelsels van spe
ciale wetten noodig gemaakt. Wij zijn zoover
nog niet, doch 't zou vreemd zijn, als de logica
der feiten ons niet binnen kort zoover bracht.
Sedert het ultramontanisme alom openlijk
zoowel als in het verborgen is opgetreden, wordt
het meer en meer een onjuistheid te spreken
van Nederlaudscke Katholieken of Katholieke
Nederlanders, evenmin als meer sprake is van
een Gallicaansche kerk. Voor zoover we 't
Katholicisme handelend waarnemen is het ui-
tramontaanseh en niet anders. En men mag
vragen, nietwaar treedt het ultramontanisme
bij ons dan handelend op maar veelmeer waar
doet het dit niet
Inderdaad men moet blind zijn om niet op
te merken hoe het ultramontanisme ten onzent
in verrassend korten tijd zulke enorme pro
portion heeft aangenomen als waarvan in '48
zelfs nog niet gedroomd is.
Wanneer zoowel de Protestantsche reactie in
confessioueele en orthodoxe richting, als het
ultramontanisme van zijn kant zich enkel bleven
bewegen binnen zuiver kerkelijk terrein, dan
zou er geeu ernstig gevaar ziju voor den Staat
als zoodanig. Men behoefde dan nog niet per
se te duchten een algeheel verval van waren
nationalen zin en een oplossing van de bewust
heid Nederlanders te zijn in den fanatieken waan
van te zijn öf onderdanen van een vreemden
en nog wel een onterfden monarch, óf najagers
van de hersenschim van een zuiver oud-gere
formeerd, oud-Holland. Thans is dit wel te
duchten en het treurige voorspel er van laat
zich alreeeds aan een en ander waarnemen.
Is 't reeds een betreurenswaardig verschijnsel
dat zieh uit allerlei heterogene elementen een
groote samenspanning heeft gevormd die zich
uit als anti-liberalismeongelijk veel bedroe-
vender is het dat ook de onderling hemelsbreed
van elkander verwijderde clericale groepen een
neiging naar verbroedering vertoonen, die bij
de stembus, en waar niet helaas! zich telkens
openbaart.
Vermoedelijk zullen we binnen eenige weken
weder het walgelijke schouwspel zien vertoonen
dat Rome met Genève en Dord een rondedans
om de stembus doen, gelijk dit reeds meer
malen gezien is.
Uit die tijdelijke en plaatselijke, telkens voor
een bijzonder geval ontworpen monster-verbroe
deringen, dreigt allengs een meer op algemeeue
grondslagen gevestigde en georganiseerde ge
meenschap te zullen voortkomeu, waarvan de
gevolgen voorshands nog niet te berekenen 7.ijn.
Voorloopig geldt het nog slechts ten onder
brenging van het liberalisme. Het liberalisme,
dat juist aan die thans zoo stoute clericale
groepeu de vrijheid ter ontwikkeling bezorgd
heeft, moet nu door ziju eigen verwende gun
stelingen worden onttroond en vernietigd. Wat
in de Fransche strijdbladen openlijk door de
ultramontanen is gezegd: „wij viridieeeren de
vrijheid niet omdat wij voor de vrijheid zijn,
het tegendeel is waar, maar wij eischen haar
voor ons, om, als wij eens de macht in handen
hebben, haar (de vrijheid) aan onze tegenstanders
te ontnemen", dat wordt bij ons in stilte even
zeer geleeraard en ook in practijk gebracht.
En dat dit werkelijk zoo is, duiden we den
clevicalen niet ten kwade, het is overeenkomstig
de natuur van het elericalisme en in zoover
den goeden lieden, de groote menigte, niet
kwalijk te nemen. De leiders en menners
hebben grooter verantwoordelijkheid; doch het
is dan ook hoofdzakelijk met dezen dat de
liberale partij behoort rekening te houden. En
dan is het de vraag maar of de groote liberale
kern der Nederlaudscke natie het zoover zal
laten komen dat een monsterverbond als boven
bedoeld, het naar den hartader kan steken
Zoover is het gelukkig nog niet gekomen.
Evenzeer als zorgeloosheid te laken is, is ook
overmaat van ongerustheid af te keuren.
Er ziju inderdaad bemoedigende verschijnselen