ZIERIKZEESCHE COURANT
voor het arrondis- jdkA. sement Zieriitzee.
1876. No. 67. Woensdag 23 Augustus, 79ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Toch mogelijk nog een liberaal Kabinet.
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN,
Prijs per drie m a a 11 den 1,Franco per post 1,
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKEIVMAN.
Nog altoos duurt de kabinetscrisis voort. De
tijd van liet jaar, die, al zijn door de droogte
op vele plaatsen de komkommers al heel slecht
uitgevallen, toch nog' naar die vrucht wordt
geDoemd, de komkommertijd ook in de politiek,
heeft daar misschien wel eenige schuld aan.
Dat dit kamerjaar zal worden gesloten en een
nieuw geopend met het aanwezige demissionaire
ministerie schijnt wel niet meer te vermijden
te wezen. Nu, daardoor kunnen de sluitings
woorden en de troonrede met goed fatsoen nog
wateriger wezen dan ze gewoonlijk zijn.
De staat van zaken is ondertusschen niet
meer dezelfde van voor eenige weken, toen
het er naar uitzag alsof het ministerie Heems
kerk, in zijn geheel of met enkele wijzigingen,
zou aanblijven. Nu de heer Kappeijue bij Z. M.
is ontboden om gehoord te worden, natuurlijk
over de al- of niet mogelijkheid van een liberaal
kabinet, is de crisis een ander tijdperk inge
treden. Het is nu niet langer een kabinet dat
weg wil maar dat de Koning niet wil laten
gaan, noch ook een kabinet dat zich houdt
alsof 't wilde afstijgen, doch dit alles om des
te vaster in het zadel te gaan zitten, het
is het feit dat Z. M. de onhoudbaarheid van
het tegenwoordig bewind inziet en het roer
naar deii anderen kant zou willen omgooien.
Van den aanvang der crisis af zijn de mee
ningen omtrent de kansen der liberale partij
en de door haar aan te nemen houding verdeeld
geweest. Slechts weinigen achtten een liberaal
kabinet op dit oogenblik tijdigmenigeen hield
het voor ongeraden dat de liberale partij zich
er aan zou wagensommigen meenden haar
geen andere dan een volkomen inactieve houding
te moeten aanraden.
Daar was veel reden voor. Immers de liberale
partij, zoo meende men, had zich nog niet
hersteld in die mate als noodig was om den
kamp tegen een mogelijke, ja waarschijnlijke
coalitie te aanvaardenvan een wezenlijke re
organisatie der partij, die toch sinds lang zoo
hoog noodig was gebleken, was nog niets ge
komen. In die omstandigheden was bescheidene
onthouding het beste dat er kon toegepast
worden.
Langzamerhand evenwel is de lucht opgeklaard.
Wat de leiders der liberale partij reeds voor
jaren hadden moeten doenrevue houden en
zich aansluiten om eenzelfde banier, het heeft,
naar men verzekert, plaats gehad. Nu werd
ook meer en meer iii de groote bladen de
mogelijkheid van een liberaal kabinet ter sprake
gebracht, ofschoon er nog velen waren en
wij rekenen ons daar ook onder die de
ure nog niet gekomen achtten voor de liberale
pw'ij.
En zie, daar komt de gewichtige tijding clat
Z. M. begint te denken aan een liberaal kabinet.
Wat daaraan vooral veel gewicht bijzette
was het feit dat juist de heer Kappeijue uit
gekozen werd 0111 de eventueele samensteller
van een nieuw kabinet te zijn. Het nomen et
omen had hier zeer veel beteekenis.
In het algemeen wordt het onder de anti
liberale fracties gewoonte niet meer van liberalen
te spreken maar van radicalen, d. i. van nog
veel erger dan liberalenen wie weet niet dat
de heer Kappeijne met zijn bekend program
juist voor 't hoofd dier radicalen is gehouden.
Men zal dus kunnen vragen of de reorganisatie
der liberale partij is tot stand gebracht op den
voet van 't geen tot dusver 't radicalisme
heette, zoodat de liberale partij om weder in
gesloten linie van bataille te komen zieh vóór
uit heeft ontwikkeld en niet al replieerende op
een of ander minder radicaal geacht punt 't zij
dan Torbeckianisme of Putteanisme.
Dit behoeft echter geen vraag meer te zijn.
Nu het gebleken is dat zelfs een ministerie
Heemskerk niet anders heeft kunnen regeeren
dan in min of meer liberale richting, zeker
slechts bij de gratie der liberale oppositie, nu
kan er van een liberaal ministerie dat ook maar
één stapje achterwaarts wilde doen om vau
dat punt af des te beter te kunnen springen
geen sprake wezen. Met andere woordendurft
een kabinet uit de liberale partij de zaken van
den heer Heemskerk overnemen, dan kan het
dit moeielijk anders dan flink en beslist doen
het moet dan de qualificatie van radicalisme
zich getroosten en recht op het doel afgaan
zonder blikken of blozen.
Het spreekt van zelf dat wij nu hier bij
't woord radicaal aan iets anders denkeu dan
aan hetgeen men aan de overzijde daarvan
gelieft te maken. Al het gelamenteer over '89
en de vernieuwing daarvan tellen we voor on
beduidend gekeuvel waarom een ernstig menscb
zich niet bekommert.
Ondertusschen is en blijft de vraag of een
liberaal ministerie op dit oogenblik kans van
slagen, ja zelfs of 't wel levensvatbaarheid
hebben zal, nog een heel ernstige vraag, waarop
elk zich wel eens goed bedenken mag. Half
slachtigheid en inconsequentie zijn de groote
kwalen, waaraan de liberale partij sinds jaren
lijdende is geweest. Van harte willen wij hopen
dat men die kwalen thans is te boven gekomen.
Doeh dit is dan ook noodig als er iets geschieden
zal. De schipperderij, waarmede b.v. de heer
Heemskerk zich nu twee jaar lang heeft weten
te handhaven, kan in geen geval door een
eventueel liberaal kabinet ook tot richtsnoer
worden genomen. Dit zou de inconsequentie
zelf zijn. En bovendien zijn de voorname punten
die onmiddellijk op de agenda van zoodanig
kabinet zouden moeten geplaatst worden van
te erustigen aard om ze er zoo maar aan te
wagen. Het onderwijs, de financiën, de defensie
haast voegden we er bij de religie dat
zijn zooveel gewichtige zaken die zoo dringend
op afdoening wachten dat een liberaal kabinet
in geen geval ze slepende zal mogen houden.
Als men zoo lang en zoo herhaaldelijk den
heer Heemskerk heeft verweten dat hij de
onderwijs-vraag niet heeft aangedurfd en met
dé clericalen heeft willeu schipperen, dan dient
men toch zelf met een plan van onderwijs-wet
gereed te zijn en den clericalen driftstroom
durven bezeilen.
Over het eerste is al zooveel gezegd dat wij
er wel over zwijgen kunnen. Het tweede is
niet minder ernstig. Men moge het treurig
vinden of niet, het ligt er nu eenmaal toe dat
de anti-liberale partijen haar formulier van
eenigheid zoeken in het clericalisme en dat
daarom een liberaal kabinet op dit oogenblik
noodwendig anti-elericaal zal moeten wezen om
eenigen zin, eenig recht van bestaan te hebben.
Inderdaad dit is een ernstig punt. Het is
geenszins onze bedoeling dat een eventueele
liberale premier nu juist een kleine Bismarck
zou moeten zijn en dat hij al met een bundeltje
Meiwetten in den zak zijn intreerede zal moeten
uitsprekendoch dit neemt niet weg dat als
werkelijk clericale banden de drie anti-liberale
partijen zullen blijven vereenigen gelijk we dit
gezien hebben bij de verkiezingen, en als op
den duur die partijen in de eerste plaats ke-
melsche althans kerkelijke belangen in 't oog
zullen blijven houden, dan ook een liberaal
ministerie zal moeten weten te handelen.
En mocht het tot een kabinet Kappeijne
komen, dan hopen wij dat dit niet den raad
door een onbekende in een dezer dagen ver
schenen brochure gegeven, n. 1. om met de
clericalen te schipperen, zal opvolgenwant
dat is zwakheid, dat leidt tot niets dan alleen
tot een snellen en onbetreurden dood van zoo
danig kabinet.
Meer en meer worden ook bij ons alle alge-
meene burgerlijke of staatsbelangen op den
achtergrond gedrongen door allerlei kerkelijke
belangen en pretentiën. Men aarzelt zelfs niet
het begrip Staat geheel weg te cijferen om
het door dat van Kerk te vervangen, dat wil
zeggen, dat elk der verschillende clericale rich
tingen zijn koren en geen ander wil malen op
den algemeenen molen, om ten slotte het ge-
heele publiek te dwingen met het van dat
meel gebakken brood zich te laten spijzigen.
En men is zelfs al zoo ver in die richting
gevorderd, dat men die almacht der kerken
en kerkjes, d. i. van het priesterdom durft
eiscben in naam der vrijheid.
Tegen dezen stroom zal het zeker wel kwaad
roeien zijn, maar als zich een liberaal kabinet
aan 't roer wil zetten dan moet het dit toch
durven of het wordt medegesleept naar de on
beduidendheid en de tweede dwaling der liberale
partij zou dan erger zijn dan de eerste.
Binnenland.
ZIERIKZEE, 22 Augustus 1 87 6.
Dezer dagen is van wege het hoofdbestuur der
M. tot N. vau 't Algemeen aan dn departementen
ter kennisneming toegezonden liet tweede gedeelte
van het Rapport: Onderzoek naar de werking der
wetten op Lager en Middelbaar Onderwijs en van
haar onderling verband.
Even als van het eerste gedeelte, verschenen in
Juli '75, geven we ook van dit tweede een beknopt
overzicht.
Na een niet overbodige herinnering dat het 1. o.
tot twaalfjarigen leeftijd gegeven wordt, waarna het
ra. o. volgt en dat er dus van z.g. uitgebreid 1. o.
in het plan der Comm. geen sprake is, wijst het
rapport op de behoeften van drieërlei aard, waaraan