/ll ltlk/l lSI III COURANT.
voor het «irroiuSis-
seiuent Zierikzee.
1876. No. 50.
Zaterdag 24 Juni,
79ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Binnenland.
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN,
Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1,—
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DEE. AD VERT ENT IE N
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, (xeboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAIiEfflAN.
Zierikzee, 24 Juni. Met belangstelling hebben
we nagegaan hetgeen door eenige onzer groote bladen
naar aanleiding van de bestaande kabinets-crisis is
in 5t midden gebracht.
Inhoofdzaak stemmen die beoordeelingen vrij wel
overeen met hetgeen wij gezegd hebben in ons jongste
hoofdartikel.
Het Vaderland meent dat de crisis door het feit
der verwerping van de militiewet niet genoeg is ge
motiveerd, omdat die wet niet inhield een geheel
program van defensie, maar slechts een ondergeschikt
punt waaraan de ministers niet zooveel toelichting
hadden toegevoegd dat men over 't geen later zou
moeten gevolgd hebben had kunnen oordeelen. De
crisis is derhalve niet geprovoceerdzij is door het
ministerie zelf veroorzaakt. liet Vaderland betreurt
verder de crisis als ontijdig.
De Nieuwe Rott. Court, is ook van gevoelen dat
de crisis op dit oogenblik liever had moeten vermeden
worden, ook in 't ware belang van het kabinet. De
crisis te voorkomen stond ondertusschen niet aan de
Kamer maar aan de regeering. Deze had niet moeten
doodblijven op de militiewet als op den hoeksteen,
van het op te trekken gebouw, daar 't toch uit de
zwakke verdediging door de hee.ren Klerk en Heems
kerk bleek dat die hoeksteen evengoed berustte op
willekeurig gestelde cijfers als dit het geval kon
geacht worden te zijn met de amendementen.
De N. Rott. betreurt de crisis vooral omdat zij
gaarne dit ministerie Heemskerk eens de meest ruime
gelegenheid had willen gegeven zien om uit te maken,
zoo mogelijk voor goed, of werkelijk de heterogeene
mixtuur van partijen, als de reactionaire, de ultra-
montaansche en de christelijk—historische, de kracht
zou hebben om wezenlijk regeering te zijn, dan of
dit niet moet bewezen geacht worden slechts een
illuzie te zijn.
En nu erkent het blad wel dat dit ministerie iets heeft
gedaan, doch dat dit alleen te danken is aan de bij
zondere talenten en de groote werkkracht van cle
ministers van Binnenlandsche Zaken en- van Justitie
en niet minder aan de taktiek van den eersten om
de richting dei behandelde wetten naar de liberale
meerderheid te schikken. Aan de wezenlijk groote
zaken,» die voor een paar jaar dit ministerie op den
voorgrond stelde als juist de hoofdpunten waarop
'fc aankwam en waarop de toenmalige oppositie, die
nu sinds twee jaren regeerings-parlij is geweest,
haar blindelingsche bestrijding van de laatste liberale
regeering heeft gegrond, is ondertusschen door deze
regeering niets gedaan. De census is niet aange
roerd, de belasting-hervorming uitgebleven, en hetgeen
toen vooral de brandende kwestie was en een jaar
geleden de verkiezingen geheel en al heeft beheerscht,
de onderwijs-vraag, de gemoedsbezwaren enz., dat
pak is met geen hand of vinger aangeraakt.
Voor de N. Rott. is de crisis dan ook een ver
rassing van onaangenamen aard. Nu zij er eenmaal
is, drukt het blad er echter op dat de regeering haar
aan zich zelf te wijten heeft; de minister Heemskerk,
eenmaal van het militiewetje een principieel punt ge
maakt hebbende moest ook op alle eventualiteiten
voorbereid zijn en kan der Kamer niet kwalijk
nemen dat zij zich niet door dreigementen heeft laten
afhouden van. het uitbrengen eener afkeurende stem
over dat voorgewende principieele punt.
De Arnhemscjie Courant acht hel collectief verzoek
om ontslag der ministers ook niet gemotiveerd. Zij
houdt het dan ook niet voor ernstig gemeend, maar
in verband met de reeds vooraf door den Minister
van Binnenl. Zaken gedane bedreigingen, ziet zij er
n;ets meer of minder in dan een raauoeuvre de force
tegen de Kamer. //Als de Koning weigert het ont
slag aan te nemen en den ministers tracht te betoogen
dat zij moeten aanblijven, welk een onhoudbare
spanning komt er dan tussehen de Kamer en de
regeering?" Die positie zal niet vol te houden zijn.
Doch, wat erger is, door zulk een beslissing des
Konings gevolgd door het aanblijven van de ministers
zou de Tweede Kamer door den Koning tegenover
de natie in het ongelijk gesteld worden. Dit gevaar
was natuurlijk te bezweren als de tegenwoordige
oppositie gereed was om regeerings-partij te worden,
doch dit is zij helaas niet.
Komt het evenwel tot ontbinding, waartoe in het
gestelde geval de heer Heemskerk noodwendig zou
moeten besluiten, dan stemt de Am. Ct. geheel met
ons in dat er voor de kiezers eigenlijk geen criterium
te stellen is en dat de verkiezingsstrijd geheel en al
zou beheerscht worden door de gezamenlijke oude
ware en vermeende grieven der verbonden partijen.
Wij voegen hierbij, dat dit te meer zou te betreuren
zijn omdat aan die grieven de vraag zou vastgeknoopt
wordenwien geeft gij gelijk, den Koning of de
Kamer? Het springt wel in het oog dat dit te
eenemale inconstitutioneel zou zijn, doch heeft het
demissionaire kabinet zich maar eerst op het gevaar
lijke terrein gewaagd dan zal dat inconstitutioneele,
ja voor de geheele constitutie hoogst gevaarlijke gé
val niet te vermijden zijn.
Zelfs de Tijd stelt het kabinet verantwoordelijk
voor de crisis; daartoe moest het komen, meent dit
orgaan der ultramontanen, omdat het tegenwoordige
kabinet alleen heeft zoeken te regeeren naar den zin
der oppositie die in de meerderheid was. Zeer on
dubbelzinnig wijst de Tijd er op dat het ministerie
Heemskerk door de medewerking der ultramontanen,
die aanvankelijk zooveel daarvan hebben verwacht, is
ten geval gebracht omdat het die verwachtingen
heeft teleurgesteld. //Het ministerie heeft door zijn
vijanden al te veel te ontzien ook zijn vrienden ver
loren". Nu, daar kan wel iets van aan zijn.
Het UtrechtscM Dagblad betreurt mede de aan
wezigheid van de crisis, ook omdat deze door het
votum van den 16 Juni niet voldoende is verantwoord.
Het blad heeft het echter ook op de Kamer voorzien
omdat zij niet wat heeft weten te schipperen, opdat
het niet zoover kwame. De N. Rott. heeft o. i.
voldoende aangetoond dat dit in het door 't kabinet
zelf gestelde critieke geval niet anders kon zonder
de eer der Kamer te krenken en den minister voor
goed gelijk te geven in zijn taktiek van intimidatie.
Het Handelsblad, de crisis betreurende meent met
de N. Rott. en met ons dat in de gegeven omstan
digheden de militiewet onaannemelijk was.
Ten Hotte releveeren we nog de opmerking van
het Vaderland dat nu wellicht de tijd genaderd zal
zijn voor den heer de Roo om met zijn denkbeelden
eens achter de groene tafel te komen, hoewel het
daar geen heil in zien zou. We willen vertrouwen
dat de heer de Roo zoo wijs zal zijn van zich niet
op zoo roemlooze wijze te laten afstraffen voor zijn
eeuwigdurende oppositie, en we doen dit niet zoozeer
om hem zelf, als wel omdat de liberale partij niet
verdient een gevoelig échec te lijden enkel en alleen om
den wille der zeer geïsoleerde denkbeelden van den
heer de Roo over ons defensiewezen. De denkbeelden
van den heer de Roo deelen wij evenmin als het
Vaderland die deelt, en wij zijn er van overtuigd
dat de liberale partij er niet aan zou willen een
kapitalen strijd te aanvaarden met die denkbeelden
in het vaandel geschreven. Dan nog liever een
kabinet Heemskerk met een minister van oorlog de
Roo. Misschien glimlacht deze of gene over zulk
een zonderlinge combinatie. Waarom zou ze zoo
onmogelijk zijn? De heer Heemskerk heeft ons al
meer verrassingen bereid.
De N. Midd. Ct. betreurt ook de crisis en meent
dat het ministerie zich minder gevoelig had moeten
betoonen daar 't hier toch geen eigenlijk politieke
kwestie gold. Het blad hoopt inlussehen dat de
ministers zullen aanblijven.
Zierikzee, 23 Juni. Gisteren avond ontlastte zich
boven de stad en de omstreken een zwaar en lang
durig onweder, vergezeld van hagelbuien en slagregen.
De regen vervulde in een langgevoelde behoefte.
Onder de gemeente Haamstede is omstreeks 7 ure
de bliksem geslagen iu het verleden jaar nieuw ge
bouwde woonhuis van M. Kloet Overbeke. Brand
werd niet veroorzaakt, doch het gebouw wel zwaar
beschadigd.
Eergisteren avond heeft in de R. Kath. kerk alhier
een gasontploffing plaats gehad, die gelukkig geen
ernstige gevolgen heeft gehad.
Door de rechtbank te Middelburg is uitspraak ge
daan in de bekende zaak van de Phoenix. De eiseh
tot schadevergoeding is aan schipper de Bruin toege
wezen en de gezagvoerder van de Phoenix veroordeeld
in alle kosten van het proces.
Te Middelburg is tot lid van den gemeenteraad
gekozen de heer J. J. v. d. Harst Az. met 191 stem
men. Jhr. Mr. E. P. Schorer verkreeg 171 stemmen.
ï)e heer W. P.. A. Schmoutziguer chef van het locaalsta-
tion te Vlissingen is tegen 1 Augustus overgeplaatst
naar het Station te Middelburg.
Benoemd tot ontvanger der registratie en domeinen
te Kortgene de heer G. D. L. Graafland, surnumerair;
te Sittard de heer P. v. d. .Mark thans te Kortgene.
Aangaande liet Zondag op den Zeeuwschen spoor
weg voorgevallen ongeluk verneemt men dat te Krab-
bendijke door het springen van een wissel de achterste
wagens van den trein die te 11.15 te Middelburg
moest aankomem uit het spoor gevlogen zijn, waar
door de weg eenigzins beschadigd is en tijdelijk op
onthoud plaats had. Persoonlijk letsel heeft niemand
er bij bekomen.
Z. M. heeft benoemd tot lid van den Hoogen Raad
der Nederlanden Mr. A. A. de Pinto, raad-adviseur
bij het ministerie van Justitie. Een Israëliet dus
benoemd in het hoogste rechterlijk collegie van het
land. Hoe gunstig steekt dit af bij 't geen men b.v.
in Duitschland ziet, waar de prolestantsche orthodoxie
zich zelfs ergert aan het toelaten van Israëlitische
kinderen op de openbare scholen. Intusschen ziet
men al weder hoe onder de Israëliten specialiteiten
te vinden zijn op nagenoeg elk gebied. Wie weet
vinden we onder hen niet nog den rechten man voor
Minister van Oorlog, naar wien al zoo lang te ver
geefs is gezocht.
I)e Min. van Binnenl. Zaken brengt ter kennis
van belanghebbenden, dat het vaarwater in de rivier
de Nieuwe Maas te Rotterdam, ter plaatse van de
spoorwegbrug, met 1 Juli gesloten zal zijn voor de
schepen, die zich van boven du stad naar beneden,
of omgekeerd, begeven; alle deze kunnen hun weg
nemen door de Koningshaven op Feijenoord.
Volgens het nieuwe algemeene reglement op den
dienst der staatsspoorwegen zullen in het vervolg ook
vrouwelijke beambten bij dien dienst kunnen geplaatst
worden en wel als telegrafisten en als uitgeefsters van
plaatskaartjes.