ZIERIKZEESCTIE COURANT
voor het arrondis- semcnt Zierikzee.
1875. No. 94. Woensdag 1 December. 78ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
P O S T E 11 LI E N.
Een Roomsch-Katholieke School.
STATEN-QENERAAL.
Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG- avond,
uitgezonderd op EEESTDAGEN,
Prijs per drie maanden 1,Eranco per post 1,-
Afzonderlijke nomraers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER AD VERTEN TIEN:
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 1oregels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever Iï. LAKE AM AN.
De ondergeteekende brengt in herinnering, dat
Nieuwspapieren en andere gedrukte Stukken,
welke worden aangetroffen in het bovenste gedeelte
der Bussen, dat uitsluitend voor Brieven en Brief
kaarten is aangewezen, met een port van XO Cents
worden bezwaard.
Be Directeur van het Postkantoor te Zienkzee,
PILAAR.
i.
Drukker dan ooit wordt er gesproken over
de aanstaande oprichting eener Roomsch-Katho-
lieke school. „Men" zeide al voor eenige jaren
dat er zulk een school komen zou; later ver
telde „men" dat de middelen al voor een aan
merkelijk deel gevonden warenthans vertelt
„men" dat de gebouwen van den gewezen lom
bard in de Koekinderstraat ziju aangekocht
met het doel om in dat pand de zoo laug ver
wachte en zoo vaak besproken school te vestigen.
Wat hiervan zij kunnen we niet verzekeren,
om de eenvoudige reden dat we alleen bij ge
ruchte al deze diugen hebben gehoord, zooals
iedereen die vast wel zal vernomen hebben.
Toch achten we 't niet ontijdig en niet on
gepast over deze zaak een enkel woord te zeggen.
Tegen de oprichting eener bijzondere school
door de Katholieke gemeente is natuurlijk op
wettigen grond niets te zeggen. Die gemeente
heeft, zoo goed als ieder ander particulier, 't
recht om een eigen school te stichten. En
wauneer we nu, zooals men dat noemt, gewone
tijden beleefden, dan zou men niet alleen niets
tegen de oprichting van zoodanige school kunnen
inbrengen op grond der wet, maar men zou de
zelfstandigheidszucht eener gemeente die zich
voor haar vermeende belangen zulke groote
offers wil getroosten tot op zekere hoogte moeten
prijzen.
Maar nu we, om bij dezelfde manier van
zeggen te blijven, geen gewone tijden beleven,
maar integendeel tijden van steeds toenemende
spanning tnsseheu de burgers van 't zelfde va
derland, en wel van spanning die enkel en alleen
't gevolg is van clericale agitatie, uitgaande
van enkelen en niet 't gevolg van de gemoe
delijke overtuiging van de massa der verschil
lende gemeenten zelf, nu verkrijgt zulk een
feit als de oprichting eener kerkelijk gekleurde
school een geheel andere gedaante. Nu is zulk
een school de vrucht' van secten-haat en zij
loopt gevaar ook niet anders dan de kweek
plaats te worden van nog scherper secten-haat.
En dat is te betreuren. Zoowel om 't algemeen
belang van 't vaderland, als om dat van de
burgers onder elkander en vooral om 't belang
van de jeugd.
Niet zonder weemoed denken we aan den tijd
van een dozijn jaren terug. Toen was ieder,
of nagenoeg, tevreden met den bestaanden
toestand, zooals die door de wet van '57 was
geregeld. Men bemerkte niets, of weinig, van
religie-haat, die, zoo ergens, dan in een kleine
plaats, waar schier ieder den anderen en zoo
't geheel moet schragen en steunen, allerver-
derfelijkst is iu zijn gevolgen. Er heersehte
veel wederzijdsche waardeeriug, een gevvenschte
harmoniesamenwerking zonder op geloofs- of
kerk-verschil te zien werd menigmaal ontwik
keld. Behoeft het nog gezegd te worden hoezeer
dit in 't algemeen belang onzer kleine afgezon
derde Zierikzeesehe maatschappij was Geen
Katholiek industrieel of winkelier die zich kan
beklagen over voorbijgaug of achteruitzetting
door zijn Protestantsche stad- en landgenooten.
Immers, had zoo iets plaats gevonden, 't be
stuur der betrekkelijk weinige Katholieken onder
de bevolking van Schouwen en Duiveland,
waar zich bun aanwezigheid slechts bepaalt tot
de gemeente Zierikzee alleen, zou een onmoge
lijkheid zijn geweest. Hadde ooit de meerderheid
onzer bevolking hier in deze beperkte en geïso
leerde streek op de Katholieke minderheid de
taktiek willen toepassen die iu zoo menige land
streek in omgekeerden zin wordt gevolgd, er
zou hier geen Katholieke minderheid kunnen
bestaan de Katholieke gemeente zou zich moeten
verstrooien en slechts enkele individus misschien
overlaten.
Met weemoed denken we aan die goede dagen
van wederzijdsche waardeeriug en harmonie
terug want zulk een goede verhouding tussclien
burgers met gelijke belangen, al verschillen ze
ook in godsdienstige overtuiging, is wensehelijk
en goed en kan niet anders dan in 't algemeen,
dat is iu ieders belang zijn.
Maar die dagen zijn voorbij gegaan. Daar
zijn vreemde agenten der confessioneele agita-
teurs hier gekomen om de hoofden warm te
maken en de zaden van den partijgeest der
secten te zaaien in den kring der burgerij.
Vreemde predikers zijn hier gekomen om de
ouders op te zetten tegen de scholen, waar zij
tot. dusver hun kinderen hadden heengezonden
en die zij ook doorgaans hadden geprezen.
Daaruit is de zoogenoemde Christelijke school
voortgekomen. Ook die school had ongetwijfeld
op grond der wet recht van bestaan. Of ze
iu een wezenlijke, en niet ingebeelde of kunst
matig opgewekte behoefte voorzag is een an
dere vraag. Zooveel is zeker dat zij al spoedig
tot zekeren bloei kwam. Trouwens dat kan niet
anders. Behalve degenen voor wie zij als
seeteschool de vervulling eener behoefte scheen,
zonden ook andereu om allerlei redenen hun
kinderen naar de nieuwe school. Het nieuwe
trekt in den beginne altoos en 't is dus zeer
verklaarbaar dat de gezameulijke ontevredenen
van allerlei aard een contingent van al de be
staande scholen leverden aan de bijzondere school.
Ook, en dit is merkwaardig, Katholieken zonden
hun kinderen naar die school. Zoo werd deze
door den loop der omstandigheden feitelijk een
zeer gemengde school waarin schier nog meer"
dan in elke openbare school op zich zelf, alle
variatiën van kerkgenootschappen en maatschap
pelijke standen vertegenwoordigd waren.
Zoo werd ook feitelijk 't bewijs geleverd van
de weinig ernstig dringende behoefte aan eeu
zuiver confessioneele school. Immers, 't publiek
zelf maakte er door toevoer uit alle richtingen
een gemengde school van
En zoo werd ook tegelijk de bijzondere school
verplicht om een Christendom boven geloofs-
verdeeldheid in zich te openbaren en aan de
jeugd in te prenten, óf zij moest te eeniger
tijd noodzakelijk de vreemde elementen weder
uitwerpen en dus de begonnen scheuring doen
voortzetten door anderen in nieuwe richting.
Wij maken 't der bijzondere school niet tot een
verwijt dat zij dit laatste schijnt gedaan te
hebben. Integendeel, dat verdient den lof der
consequentie, en dat zelfs onvermijdelijk noodig
om den wille van de waarheid, die zj meent
voor te staan. Immers, we herhalen 't, door
in naam en krachtens haar statuten een con
fessioneele school te heeten, terwijl ze toch fei
telijk door de zeer gemengde herkomst barer
jeugdige bezoekers een gemengde school is ge
weest tot dusver, zou zij met iederen dag langer
van haar bestaan als zoodanig ook een vernieuwd
protest tegen haar eigen raison d' étre hebben
gegeven. Waar zou men dan immers op den
duur moeten blijven met de bewering dat de
openbare school niet in staat zou zijn om aan
de jeugd een voldoende algemeen godsdienstige
opvoeding te geven, wanneer zij, de bijzondere
school, dat vraagstuk oplost en de uitvoer
baarheid van zulk een algemeen voldoende
godsdienstige opleiding bewijst
Maar zulk een confessioneele school met zulk
een gemengde bevolking is op den duur onbe
staanbaar; de uitkomst schijnt dat nu reeds
te bewjzen.
En er is voor ons wel eenige grond om aan
te nemen, 't geen we van onderscheidene wel-
meenende Katholieken reeds vernomen hebben,
eenigzins in den vorm vau een verontschuldi
ging: Ware er hier geen confessioneele school
opgericht, wij zouden aan geen Katholieke school
denkennu moeten we wel.
In hoever we nu hier met een leeken-gevoelen
te doen hebben dat minder juist uitdrukt wat
eigenlijk meer bijzonder de mannen drijft die
de draden van 't spel in handen hebben, laten
we aan zijn plaats. Genoeg, de gemoedelijke
Katholieken schijnen iu de meening te verkeeren
dat zj door den overdreven kerkeljken ijver
der Protestanten geprovoceerd zijn en gedrongen
worden om ook een eigen kerkelijk gekleurde
school te hebben.
Wij voor ons zijn 't hiermede niet eens.
Doch daarover een andermaal.
TWEEDE KAMER.
Het gewichtigste dat van 't gteii door de Tweede
Kamer in de afgeloopeu week is verhandeld, valt te
reveleereu is een schier eindeloos debat over de be
kende Rotlerdamsche-Rijnspoor-aansIuitings-kwestie.
Een merkwaardig contrast levert de Tweede Kamer
in dit geval met de Eerste. In de Eerste Kamer
waren de leden 't vrij spoedig eens en spraken zij
met verpletterende meerderheid een al zeer duidelijk
geformuleerd afkeurend votum uit over de regeering,
met name over de beide Ministers die 's Lands belang
in deze zaak niet voldoende hadden behartigd.
Als men naleest wat er alzoo in de Tweede Kamer
gepraat is over deze zaak, dan moet men schier twij
felen of die Kamer wel een opinie over de zaak in
kwestie heeft. Immers de commissie van rapporteurs