Zeetijding van Zieriksee.
polyp in de Travailleurs de la mer van Victor Hugo
er nog vrij eenvoudig bij is. Wij laten die wonder-
historie hier volgen, doch voegen er bij dat wij de
schepping niet bijzonder kiesch vinden.
Zoo als bekend is wordt de romp van de veronge
lukte stoomboot //Schiller" door duikers onderzocht,
en is reeds menig kostbaar deel der lading op die
wijze geborgen. l)e mededeelingen der duikers aan
gaande de lijken door hen gezien, hebben aanleiding-
gegeven tot het volgende voorval. In de afgeloopen
week, meldde zich een jongmensch uit Luxemburg, Brans
Hauser genaamd, aan het station aan, vanwaar de
onderzoekingen per duiker geschieden. Hij was te
ïiauwemood van een lievige ziekte hersteld, die hem
aangetast had, ten gevolge vau den schok door het
bericht van liet vergaan van de //Schiller" veroorzaakt,
aan boord waarvan zich zijne moeder en beide zusters
bevonden hadden. Sedert hij, hoewel nog lijdend,
de bovenbedoelde raededeelingen der duikers vernam,
had hij rust noch duurhij wilde de lijken zijner
dierbaren aan den schoot der baren ontrukken. Zijn
verlangen werd ingewilligd, en 11. Zaterdag werd hem
de helmduikertoestel aangedaan en daalde hij, van
twee geoefende duikers vergezeld, in zee af. Na
twintig minuten zoekens zagen zijne medgezellen dat
hij zich naar eene donkere massa begaf, die zij niet
met juistheid konden onderscheiden. Zij volgden hem
dadelijk en bereikten hem terwijl hij alle krachten
inspande om een rotsblok te beklimmen, waaraan de
bedoelde donkere massa scheen vastgehecht, het was
het lijk van een zijner zusters. Zijne krachten begaven
hem, eer hij op de rots was, en zijne geleiders kwa
men te hulp. Ben vreeselijk schouwspel wachtte hen.
Een verbazende groote zeekrab hield den hals van
het lijk der jongste zuster tusschen zijne scharen
vastgeklemd. Hauser betwistte het overschot van het
jonge meisje aan het zeemonster, dat zich woedend
verweerde en zijn prooi niet losliet. De duikers za
gen dat de strijd hopeloos en Hauser te zwak was.
Zij gaven het sein tot ophalen en doodelijk ontdaan
naar geest en lichaam werd hij boven water gebracht.
Hij heeft het afgrijselijk schouwspel en de doorgestane
vermoeienissen niet kunnen overleven, en is nog
denzelfden avond bezweken.
In de mail-couranteu koraen nog enkele berichteu
voor omtrent den overleden moordenaar van mevrouw
van der Kouvven. Zoo meldt men o. a. dat de fuselier
Vos, van het 12e bataljon, te Batavia in garnizoen,
naar Djöcjo is opgezonden om 't lijk van Lagevman
te zien. Yos heeft gediend bij het regiment grena
diers en jagers en was te 's Hage in garnizoen tijdens
den moord op mevrouw van der Kouvven en haar
dienstmaagd gepleegd. Hij was oppasser van een
officier, die een kwartier bewoonde eenige huizen van
de woning van mevrouw van der Kouweu verwijderd.
Yos, die p. m. 18 jaren bij het regiment grenadiers
en jagers heeft gestaan, moet verklaard hebben, dat
hij geen grenadier of jager kende, die Lagerman
heette, maar wel een grenadier wiens naam was Lager,
en deze was op het tijdstip van den moord met groot
verlof, dan wel met paspoort. Hoe Lager als La geraas
dienst kon nemen voor Indië, is niet recht duidelijk.
Misschien zal dit later wel worden opgehelderd. Zooveel
is zeker, dat bij het departement van oorlog geen
moeite wordt gespaard om de zaak tot klaarheid
te brengen.
Men BEDRIEGT Het PUBLIEK
door hen een aard preparaat voor echt te
verkoopen, hetwelk men met den naam van
Quiita Laroche bestempelt. Om dit bedrog
te vermijden eische men ae hiernevenstaande
handteekening
Laroche op
den blaauwen r. yf
band, op de
witte etikette
op de twee enveloppen en op de brochure
Men eische insgelijks het Glazen maatje
dat zich op den hals der flesch bevindt.
Buitenland.
Hertzegowina.
De bladen houden zich, bij gebrek van belangrijke
tijdingen, nog steeds bezig, met allerlei beschouwingen
over den aard en de beteekenis van den uitgebroken
opstand. Voorshands is ons inzicht in deze aangele
genheid nog niet gewijzigd. De opstand breidt zich
uit, er wordt in kleine gevechten hardnekkig gestreden
maar dit alles is nog geen reden om aan 't succes
van den opstaud of aan een algemeenen oorlog te
gaan gelooven.
Voor 't overige zijn de geruchten uit de diploma
tieke wereld in de laatste dagen belangrijk genoeg.
Zoo zou 't heel wat beteekenen als 't waar was dat
de drie keizers aan Turkije hadden voorj
als bemiddelaars te komen tusschen den Sultan en
diens opgestane onderdanen, en dat Engelands gezant
te Konstantinopel zou verklaard hebben dat zijn gou
vernement den Snllan aanried naar de voorstellen dei-
drie keizers te hooren, zou van nog meer beteekenis
zijn. Maar wij houden deze beide geruchten voor
volkomen uit de lucht gegrepen.
Var. tweeën een, of de mogendheden zullen Turkije
laten doen wat het kan en wil, óf zij zullen zich in de
zaak mengen, en dan hebben wij op eens de Oostersche
kwestie in een barer gevaarlijkste phases, dan hebben
wij den Europeeschen oorlog. In 't eerste en waar
schijnlijkste geval evenwel zullen de troepen van den
Sultan den opstand dempen, al moet 't ook nog wat
bloed kosten. In 't laatste geval zullen de gevolgen
voor geheel Europa niet te berekenen, noch te over
zien zijn.
De in ons vorig buitenlaiidscli overzicht aangehaalde
Julius van "Wickede heeft een uitvoerige beschouwing
over de zaak gepubliceerd. De quintessens daarvan
is echter niets anders dan 't geen wij ook reeds zeiden,
ïi.l. dat Oostenrijk in zijn eigenbelang er niet aan
denken kan zich partij te stellen vóór den opstand.
Rusland alleen kan voor 't oogenblik de beweging
met zeker genoegen zien, omdat alles wat Turkije
verzwakt of in moeielijkheden brengt aan Rusland
aangenaam moet wezen. Op dit oogenblik evenwel
verlangt Rusland geen oorloger is te Petersburg
naar 't schijnt volstrekt niet op zoo iets gerekend.
Het gaat ook niet om de aanwezigheid van een bui
tengewoon sterke Russische legermacht in den Kau-
kasus in verband te brengen met de gebeurtenissen
ten Zuiden van den Donau.
Wat nu de berichten van 't tooneel des oorlogs
betreft, er moet in den omtrek van Mostar gevochten
zijlij de uitslag daarvan is nog onbekend. Trebinje
is nog steeds ingesloten. In Dalmatië moeten Turksche
troepen geland en naar de in opstand zijnde streek op
gemarcheerd zijn. Uit Ragusa wordt van den 20
gemeld dat Dervisch Pacha aan 't hoofd van 5 esca-
drons en 3 regimenten opgerukt was om de opstande
lingen tusschen Mostar en Kleck aan te grijpen. Ook
zouden te Ragusa 500 man gewacht worden om Tre
binje te gaan ontzetten.
Yerder heet het dat gansche scharen Serviërs, Mon-
tenegrijnen Bosniërs en zelfs Italianen op weg zijn
naar de Hertzegowina.
F r a n k r ij k.
De zaak der Katholieke universiteiten heeft een bij
velen misschien ongewachte wending genomen. Nau
welijks toch heeft de Nationale met prijsgeving dei-
aloude rechten van de Gallikaansche kerk en niet
minder met verwaarloozing van Prankrijks staatsrecht,
liet oprichten van zoogenoemde Katholieke universi
teiten veroorloofd of de Roomsche Curie trekt langs
't aldus bloot gelegde punt binnen en matigt zich
het recht aau om in Prankrijk instellingen van hooger
ouderwijs te erkennen of niet. Zoo zal 't dus niet
de Fransche regeering zijn die de nieuwe universiteiten
wettigt en erkent, maar de Paus is de man die
Prankrijk met die instellingen zal begiftigen. Natuurlijk
zal Prankrijk betalen.
Recht klaar is 't nog niet wat men met de zooge
noemde Katholieke universiteiten eigenlijk vóór heeft.
De wetenschap dient toch wel de wetenschap te blijven,
tenzij men nu van plan is om b.v. in de geneeskunde
ook te doceeren de wonderkracht van de Lourdesbron,
in de sterrenkunde het stilstaan van de aarde en der
gelijke wetenschappelijke ketterijen. De bedoeling zal
wel zijn om de breeder en breeder uitschietende takken
van den boom der kennis eu wetenschap wat te be
snoeien, opdat de wetenschap niet meer kunne concur-
reeren tegen 't kerkgezag.
De Pransche dagbladen zijn opgevuld met beschouwin
gen over de presidents-keuzen der algemeene raden. In
drie-en-dertig departementen zijn leden van de natio
nale tot voorzitters gekozen, terwijl ook de ministers
Decazes en Dufaure ieder een presidentszetel innemen.
De anti-republikeinen hebben dusver meer reden tot
juichen dan de republikeinen. De republikeinen kunnen
alleen de balans te hunnen gunste doen overslaan,
indien zij alle gematigde Orleanisten, die zich voor-
loopig bij het fait accompli nederleggen, mederekenen.
De Bonapartisten en clericalen beschikken nog steeds
over een ontzettende macht, en hoe dikwijls men ook
in de liberale organen verkondige, dat de republiek
thans definitief is gevestigd, een zeer groot deel vau
de Pransche natie wacht slechts op het geschikte
oogenblik om Prankrijk weder tot keizerrijk te verheffen.
De houding van het ministerie is niet van dubbel-
zinigheid vrij te pleiten. Al voortgaande met de
republiek te bevestigen, droomen de ministers van
niets anders dan van de herrijzing van het keizerrijk.
De hoogere en lagere ambtenaren weten dat niets on-
gevalliger is aan de regeering. dan te groote sympathie
voor de nieu\ve republiek aan den dag te leggen. Het
ministerie betoont zich het meest welwillend voor de
Bonapartistische organen, die onbewimpeld deaanstaande
komst van Napoleon IV voorspellen; waarschu
wingen heeft het ministerie alleen over voor de
liberale organen, die aan de tegenstanders der republiek
de waarheid durven zeggen.
Engeland.
Groote ontsteltenis lieerschte verleden week in En
geland op 't vernemen van 't ontzettende gevaar dat
de koningin geloopcn heelt op een tochtje van 't eiland
Wight naar den vasten wal. De koningin bevond
zich met prins Leopold en prinses Beatrice aan boord
van 't jacht //Alberta", toen dit vaartuig in aanvaring
kwain met een particulier pleizierjacht, de //Mistletoe",
toebehoorende aan de heer Heywood. De //Mistletoe"
werd zoo geducht getroffen dat zij onmiddellijk zonk,
terwijl de //Alberta" slechts weinig schade bekwam.
Bij deze ramp zijn ongelukkig ook menschenlevens
verloren gegaan. De stuurman van de //Mistletoe"
en een dame van het daaraan boord zijnde gezelschap
zijn verdronken, terwijl de kapitein later aan de ge
volgen der bekomen verwondingen is overleden. De
lieer Heywood werd mede zwaar gewond.
Van de Londensche werklieden is 't plan uitgegaan
om bij een der dokken een standbeeld op te richten
voor den heer Plimsoll. Men is reeds met de inschrijvin
gen aangevangen.
Engeland heeft opnieuw een zedelijke nederlaag
geleden, Mac Malion heeft in de kwestie van het be
zit van de Delagou-baai ten nadeele van Engeland
beslist. Dit is voor de derde maal, dat Engeland
door de internationale arbitrage in het ongelijk wordt
gesteld. Eerst in de Alabama-kwestie door het Ge-
neefsche scheidsgerecht. Daarna besliste de Duitsche
Keizer te hunnen nadeele in de kwestie van St. Juan,
en thans heeft Mac Malion Portugal het bezit van de
Delagou-baai toegekend. Engeland zal zich die laatste
uitspraak misschien wel het meest getroosten en ook
ditmaal buigen voor de uitspraak van den onpartijdigen
scheidsrechter. In Engeland wint het stelsel van arbritage
te zeer veld, dan dat liet zich op dit gebied door
nederlagen zou laten afschrikken.
R uslancl.
Plet opvoer dat in den Kaukasus is uitgebroken
heeft zijn aanleiding in de invoering der belasting
op den brandewijn. Nu maken de boeren in den Kau
kasus, ^evenals de Iersclie boeren, hun eigen brande
wijn en het is dien lieden maar niet aan 't verstand
te brengen dat zij van den eigengemaakte» sterken
drank toch belasting rnoeteu betalen. Rusland heelt
echter omstreeks 150,000 man troepen in de Kauka-
sische provincie, zoodat de opstand weldra onderdrukt
zal zijn.
Duitschland.
In vele steden van Duitschland worden toebereidselen
gemaakt tot viering van het Sedan-feest. Te Brankfort
heeft liet stedelijk bestuur tot de inwoners openlijk
de uitnoodigiiig gericht, om, in navolging der voor
naamste steden des Duitschen Rijks, den 2 September
jaarlijks feestelijk te vieren.
Oostenrijk
De Wiener Abendpost meldt dat de vorst van
Montenegro, ter gelegenheid van den verjaardag van
deu keizer vau Oostenrijk, een telegram van geluk -
wensching heeft gezonden aan graaf Andrassy, waarin
hij in hartelijde bewoordingen den keizer zijn onwan
kelbare genegenheid en diepgevoelde dankbaarheid
voor de veelvuldige besvijzen van welwillendheid,
welke hij voortdurend mocht ontvangen, betuigt.
Daarop heeft Andrassy geantwoord dat de keizer hem
had opgedragen den vorst mede te deelen, dat Z. M.
diep getroffen was door de jegens hem geuite gevoelens
en dat hij de oprechtste wensehen koesterde voor het
bestendig geluk van den vorst van Montenegro.
Iv erknieuw s.
Naar wij vernemen zal het 50jarig bestaan der
tegenwoordige Israëlitische synagoge in de Meelstraat
alhier op den 3 September a.s. feestelijk worden
herdacht.
Beroepen te Oost-Kapelle, ds. C. L. Laan te Leer
broek en Middelkoop; te Middelburg ds. P. Bartstra
te Klundert.
Aangenomen 't beroep naar de Clir. Ger. Gem. te
Niezijl (Groningen) door deu kand. P. M. Ochtman.
BINNENGEKOMEN:
22 Aug. Clara, H. Kruse, Philadelphia, Rotterdam.
Elizabeth Mary Ann, James Plilp, Jarlston,
Dordrecht.
UITGEZEILD:
23 Aug. Ann Williams, William Moyse, Zierikzee,
Middels Brow.