Z1ERIKZEESCHE COURANT.
voor het arronis-
sement Zierihee,
1875. No. 57.
Zaterdag 24 Juli,
78ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Feuilleton.
Een bondgenoot tegen wil en dank
voor eene gewenschte zaak.
De kleine oorlogen onzer Vaderen,
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN,
Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1,-
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER AD VERTE NTIEN:
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geb oor te
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 1oregels, mits contant betaald, 25 et.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk ecu dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKENMAIV.
De Nieuwsbode van 20 Juli 1.1. gaf de vol
gende advertentie te lezen:
VERKIEZING ZIERIKZEE.
Van de vijf aftredende raadsleden kerkieze
men de vier aftredenden; niet den Heer Zuur
deeg. Men vuile dus in de vier namen der
raadsleden, die aanspraak hebben op de eer
der herkiezing en het vertrouwen hunner mede
burgers. Voor de vijfde plaats ontstaat dus
vacature en diene dan later eene nieuwe vrije
keuze te geschieden.
Namens eenige Kiezers.
De onhebbelijke anonymus, die deze adver
tentie inzond, is blijkens taal en stijl, daarge
laten zijn gebrek aan moed, niet iemand, die
eenig antwoord verdient. Duisterling uit eigen
vrije keuze is hij zeker volkomen gerechtigd
zich zeiven een attest als onbekende grootheid
uit te reiken, en niemand heeft wel lust hem
uit zijn verborgen schuilhoek te lokken. Alleen
tot zijn eigen leering zullen wij eenige onjuist
heden in deze advertentie aanwijzen.
Eerste Onjuistheid.
De steller der advertentie acht zich zeiven
natuurlijk een fatsoenlijk man. Anders toeb
zou hij zich 't recht niet aanmatigen te beoor-
deeïen wie al of niet de eer der herkiezing en
het vertrouwen der Zierikzeescke burgers ver
dient. Edoch zullen alle weidenkenden (een
ander soort dan de zoogenaamde goedgezinden
van 't Dagblad en consorten) het eens zijn
met den man des volks, die deze advertentie
als smerig kwalificeerde. Een fatsoenlijk man
nu doet geen smerige dingen.
Tweede Onjuistheid.
De steller der advertentie doet het voorkomen,
alsof hij namens eenige kiezers spreekt. Ik heb
te goed vertrouwen van het Zierikzeesehe kie
zers-personeel, om te gelooven, dat zulks waar is.
Veleu mogen onzelfstandig' zijn en op sleeptouw
zich laten nemen, tot smerige streken op dit
gebied acht ik hen niet in staat. Het mandaat
dat de steller zieh bet air geeft te hebben, is
fictief.
Derde Onjuistheid.
De steller der advertentie beweert, dat bij
het opvolgen van zijne raadgeving vacature
ontstaat, waardoor dan later een nieuwe vrije
keuze kan geschieden. Als hij dit zelf gelooft,
is hij óf oliedom óf een verwaande gek. De
keuze geschiedt bij volstrekte meerderheid. Niet
zeker aantal kiezers, maar de helft moest den
anonymus blindelings volgen om deze manoeuvre
te doen gelukken. Tot zoodanig geloof is de
steller der advertentie alleen bekwaam, als hij
dom of pedant is. Iets anders ware het, wan
neer hij niet ter laatster maar ter goeder ure
een Hinken tegen-eandidaat gesteld had met
eerlijke aanwijzing der fouten van het af
tredend lid. Nu dit niet geschiedde, kon de
opvolging van den raad, in de advertentie aan
de hand gedaan, niet leiden tot het ontstaan
eener vacature.
Ik neem hiermede van den fatsoenlijken,
bekwamen, waarheidlievenden en nederigen
anonymus afscheid. Mocht hem ooit weer de
lust bekruipen, bij de eene of andere verkiezing-
soortgelijke aardigheden uit te halen, dan kan
hij met 't gezegde zijn voordeel doen. Beter
echter ware het, indien het hem en zijne geest
verwanten in den lande voortaan onmogelijk
werd zulke ergerlijke kunsten uit te richten.
Bedroevend mag het heeten op te merken hoe
in den verkiezingstrijd en door de verschillende
verkiezingen gedurig aan 't peil der publieke
moraliteit dalende is, in dezelfde mate als de
belangstelling in het publieke leven klimt. Voor
deze gelegenheden schijnt zeker slag van men-
schen er eene eigenaardige zedelijkheid op na
te houdenwat overal elders, ook in hun oog,
als immoreel geldt, is dan en voor dit bij
zonder doel geoorloofd. Niet het minst wordt
deze ellendige hebbelijkheid gestijfd door allerlei
ongeteekende, boosaardige advertentiën en in
gezonden stukken. Slechte schutters en breeke-
beenen wagen zich dan op een terrein, dat
anders voor hen gesloten isvan strijden met
eerlijke wapenen is geen sprake meer, men
neemt desnoods hooivorken of slachtersmessen
ter hand, als het maar doel treft.
Wat daaraan te doen? Menigeen beweert,
dat de redactiën van couranten hij machte zijn
dit kwaad te keeren. Wanneer men hen zoekt
te bewegen geene advertentiën over verkiezingen
ongeteekend op te nemen, of ten minste geene
advertentiën, waariu iets persoonlijk kwetsends
voorkomt, dan zou men te dien opzichte veel
zoo niet alles gewonnen hebben. Die raad is
goed, maar mag zij uitvoerbaar heeten Vele
couranten zijn handelsartikelen in de handen
van heeren uitgevershet is wat veel gevergd
een beroep op hunne consciëntie te doen, waarbij
de beurs schade moet lijden. Zoolang de pu
blieke opinie hen niet op andere wijze dwingt,
is het moeilijk te eischen van speculative uit
gevers eene zoo winstgevende operatie uit
vrije keuze te laten varen. Er is een ander
middel, misschien niet zoo snelwerkend, zeker
niet zoo radicaal, dat op den duur echter en
langzamerhand afdoende resultaten zal geven.
Het is dit: een ieder zorge zooveel in zijn
vermogen is, dat de publieke zaak publiek
behandeld wordt, m. a. w. men trachte alomme
in den lande kiezersvereenigingen in het leven
te roepen en in het leven te houden. Ik denk
natuurlijk in de eerste plaats aan de wensche-
lijkheid van zoodanige vereeniging in de
stad onzer inwoning. Hoe fel ook bestreden
of met sehij u-argumenten en uit geheime,
soms zeer zelfzuchtige, bij-oogmerken tegen
gehouden, thans is een kiezersvereeniging in
Een bijdrage tot de geschiedenis van
BROUWERSHAVEN en ZIERIKZEE.
VI.
26 April 1632.
Geproponeerd bij de Burgem. Carst Jans alzoo de
vacantie vanis geëxpireerd of het niet noodig
is twee personen te commiteren na den Hage om de
zaken litespendent voor den Hove vau Holland te
prosequeren tegen die van Zzee en dezelve te vervol
gen te uiteinde toe is 't mogelijk, alzoo de Heeren
pensionarissen van Steden in Holland gecommiteerd
om met eenige raatsheeren van t Hof provintiaal op
deze zaken te letten, rapport aan de Staten van
Holland hebben gedaan, waarop favorable resolutie
voor deze Stadt aldaar gevallen zijn, waarop geresol
veerd is Ja. en zijn ten einde voorz. gecommitteert
Cornelis Anthonisse en Gerbrandt de Jonge.
3 Mei 1632.
Rapport gedaan bij de Heeren Cornelis Anthonisse
en Gerbraut de Jonge van haar gebesoigneerd in den
Hage namelijk dat zy alsnoch in deze Stadszaken
niets hebben konnen verrigten om redenen die t Hof
aan hen heeft te kennen gegeven, en hier in t lange
verhaald, ende is daarop goed gevonden deze zaken
vorders alsnog te laten berusten tot na de eerstko
mende vergadering Yau de Heeren Staten van Zeeland.
25 Oct. 1632.
Voorts alzoo men verstaet dat die van Zzee in de
Staten van Zeeland wederom hebben gevigeert ende
voortgebragt de zake van de dwangmarkt ende dat
zij meenen hierin iets te vvege te brengen tot nadeel
van deze Stadt werdt gevraagd wes men nu vorders
hierin zal doen en of men mette executie van de
aireede verkrege executoriaal noch langer zal post-
poneren of niet. is geresolveert dat men mette exe
cutie zal voortgaan en ten principale en expres doen
vervolgen, om me daarna dezelve mede ter executie
te brengen, waartoe gecommitteerd is de Seor. Fannius
met last om met een bekwaam deurwaarder te spreken
en alles te bevorderen.
7 Nov. 1632.
Rapport gedaan bij den Secr. Fannius van zijne
gebesoigneerde in den Hage waaronder ook
ten andere dat hij hoewel daartoe niet directelijk
gelast, aleer hij volgens de voorgaande resolutie
en zijn last de aireede verkrege executorialen zoude
doen exploiteren, daarover heeft gesproken zoo wel
mette selve advocaten als mette Heer President en
eenige raatsheeren van t Hof van Holland ook mede
met andere polityke Heeren dewelke alle te zamen
goed vonden dezelve executoiren noch voor eenen
kleinen tijd op te houden om verscheide reden hier
in het lange verteld, dat mede de executoiren verjaart
wezende en dezelve moesten worden vernieuwd, twelk
zoo hij ze hadde doen verzoeken in deze gelegenheid
ligtelijk zoude zijn verhinderd geweest, zoo hadde hij
goed gevonden dezelve Raad te volgen ende deze
zaake op te houden tot nader advys en order van
dit Collegie.
ten derde dat hij mede heeft gebragt de sententie
gewezen in de zaak van de dwangmarkt.
en is alles wel aangenomen.