Burgerlijke Stand te Zieriksee.
suiker, suikergoed, koffij, thee, chocolade, specerijen,
boter, melk, wijn, bier, azijn, limonade, ingelegde
vruchten, spuitwater, enz. op hunne vervalsching, zal
het bureau zich ook onledig houden met het onderzoek
van huishoudelijke voorwerpen, kleedingstoffen of andere
van schadelijkheid verdachte zaken, gordijnen, behang
selpapieren, kunstbloemen, vaatwerk, enz., op kleur
stoffen of andere nadeelige bestanddeelen.
Voor ieder onderzoek zal eene billijke schadever
goeding in rekening gebracht worden. De prijs van
dit onderzoek kan bezwaarlijk te voren onder juiste
cijfers gebracht worden, daar hij zich bij iedere analyse
geheel zal moeten regelen naar het verbruik van tijd,
van reageermiddelen, verschotten, enz. Kwalitatieve,
zoo scheikundige als microscopische bepalingen zullen
echter zelden den prijs van 1 per monster te boven
gaan en hoogstens tot f 5 kunnen klimmen. Iedere
kwantitatieve bepaling zal in den regel ƒ2,50 kosten.
Het bureau treedt in werking 1 Maart 1875.
De monsters gelieve men franco toe te zenden aan
den secretaris, dr. J. P. Berdenis van Berlekom.
In de Staats-Courant van 4 Maart is opgenomen
een staat van nalatenschappen, die in den loop van
het jaar 1873, tengevolge van het overlijden van
manschappen, behoord hebbende tot de koninklijke
Nederlandsche marine, zijn opengevallen, en, als niet
opgeëischt door de erfgenamen, in bewaring bij het
departement van marine en bij het korps mariniers
zijn gebleven.
Als in Zeeland geboren komen daarop voor.- M.
Kosten, uit Dreischor, en J. van der Kreeke, uit
Wolfaartsdijk, beiden marinier le klasse; A. Lippens,
uit Overslag, marinier 2e klasse; A. Louwerct, uit
Groede, matroos 3e klasseE. Yerberkmoes, uit Zuid-
dorpe, marinier 2e klasse, en A. P. Hoogstrate, uit
Driewegen, matroos le klasse.
Z, M. heeft goedgevonden, tot belooning der sche
pelingen van de Kon. Ned. marine, die zich hebben
onderscheiden in den oorlog met het rijk van Atchin,
tusschen 26 April 1874 en 22 Augustus d. a. v.a.
te benoemen tot ridder der Militaire Willemsorde,
4e klasse, den adelborst le kb M. Smits, en b. bij
afzonderlijke dagorders, zoo in Indië als in Nederland,
eervol te doen vermeldenden adelborst le kl. W.
H. Hofstede; den bootsman E. Luttenberg; den ma
chinist-leerling le kb A. C. Tönjes; den kwartierm.
T. A. Krijger; den raatroos le kl. J. N. van Zwam
en den vuurstoker 3de kb H. E. M. Braakensiek.
Men leest in de LocomotiefEen bijvoegsel van
de Javasche Courant van Vrijdag 15 dezer bevat een
staat van boedels, welke reeds meer dan het derde
eener eeuw onder beheer zijn geweest van de "Wees
kamer te Batavia. In dien staat komen o. a. twee
boedels voor, die van H. E. L. Meizenberg en M.
Poelman, die een geldswaarde vertegenwoordigen van
0,005, zegge een halve cent. Daar de in den staat
vermelde bedragen bestaan uit het oorspronkelijk door
de overledenen nagelaten kapitaal, plus den sedert
gekweekten samengestelden interest, zoo is de vraag
hoe groot is liet kapitaal geweest dat na S3 jaren op
samengestelden interest tegen 5% slechts een halve
cent bedraagt
Bij het departement van koloniën is het bericht
ontvangen, dat de 2de luitenant J. A. J. T. E. Esser,
die blijkens berichten in Eebruari jl. bij eene verken
ning in Atchin gewond werd, aan de gevolgen van
die verwonding overleden is.
Een bij de Kegeering ontvangen telegram uit Indië
van den 25 Eebruari bevat een bericht van generaal-
majoor Pel, dat de cholera te Atchin verminderde.
Amsterdam, 6 Maart. Heden middag liep hier
aan de beurs het gerucht dat de //Voorwaarts" van
de Maatschappij Nederland een ongeluk was over
komen. Bij de directie van de Maatschappij is daarvan
echter niets bekend. Waarschijnlijk hebben wij ook
hier weder te doen met een boosaardig gerucht, zooals
er reeds meer zijn verspreid.
Buitenland.
Engeland.
In het Engelsche Lagerhuis is de kwestie der
vrouwen-emancipatie wederom ter sprake gekomen.
Door den Schotschen afgevaardigde Cowper-Terniple is
voorgesteld aan de Schotsche hoogescholen het recht
te geven, ook aan vrouwen academische graden te
verleenen. Na eene levendige discussie is het voorstel
verworpen, en wel met 194 tegen 154 stemmen. De
heeren Eorster, John Bright en Stassfeld stemden voor
het voorstel.
Hel voorstel werd vooral bestreden door den heer
Beresford-PIope, die tot de vergadering de vraag
richtte of het niet veel beter was eene enkele Elorence
Nightingale of eene enkele Mary Stanley te bezitten
dan een onbeperkt aantal vrouwelijke doctoren, die
met moeite haren weg zouden moeten zoeken tusschen
hare mannelijke collega's door. Het voorstel werd
met warmte ondersteund door den bekenden afgevaar
digde Eoebuck, die verklaarde, dat aan het voorstel
alleen het stelsel van uitsluiting ten grond lag.
In The Academy van 27 Eebr. j.l. komt een schrijven
voor, waaruit blijkt, dat de Senaat der Universiteit
te Oxford eerst ten gevolge van het bericht, in The
Academy van 20 Eebr. door prof. Mahaffy omtrent de
feestviering te Leiden gegeven, op de ontvangen uit-
noodiging opmerkzaam is geworden. Bij onderzoek
is gebleken, dat de uitnoodiging in de tweede week
van December bezorgd is bij den vice-kanselier der
Universiteit, dr. Sewell, die op dat tijdstip ernstig
ziek was. Dientengevolge is toen de brief overhandigd
aan den secretaris van den Senaat, die verzuimd heeft
daarvan mededeeling te doen, zoodat men te Oxford
van de feestviering eerst kennis heeft bekomen, nadat
zij voorbij was. De vice-kanselier heeft een officieëlen
brief van verontschuldiging aan den Leidschen Senaat
gericht, en de secretaris, door wiens verzuim de Univer
siteit in deze ongelegenheid gebracht is, zal uit zijn
betrekking ontslagen worden.
Duitschland.
In den Pruisischen Landdag is ingediend het wets
ontwerp tot intrekking van de door den staat verleende
ondersteuning aan roomsch-katholieke bisdommen en
geestelijken; het ontwerp bestaat uit vijftien artikelen
de uitbetaling van wege den staat zal volgens art. 2
weder volgen, wanneer de thans fungeerende bis
schoppen of bisdombestuurders schriftelijk de verklaring
geven, dat zij zich aan de wetten van den staat on
derwerpen. Deze bepaling geldt voor het geheele
bisdomop de individueele verklaring van geestelijken
ten opzichte van gehoorzaamheid aan de staatswet
volgt betaling. Wordt de schriftelijke verklaring van
gehoorzaamheid aan de wet herroepen of in strijd
daarmede gehandeld, dan wordt de geestelijke volgens
art. 11 van zijn ambt ontzet; het verrichten van
geestelijk werk wordt aan hen, die ontzet zijn, ge
straft met eene boete tot 300 mark. Men verwacht
algemeen, dat het ontwerp in de bestaande omstan
digheden door den Landdag met groote meerderheid
zal worden aangenomen.
Van Bismarcks aftreden is volgens berichten uit
Berlijn geen sprake meer; men zegt, dat het plan is
opgegeven terstond na het bekend worden van de
encycliek; wanneer er oorlog is, krijgt geen officier
verlof.
Oostenrijk- tl o n g a r ij e.
De heer Ofenheim dankt in de Weener bladen voor
de talrijke hartelijke bewijzen van innige deelneming,
hem tijdens zijn proces betoond. Vele onafhankelijke
bladen beschouwen de vrijspraak van dezen bankier
als het teeken van het moreel bankroet der Oosten-
rijksche maatschappij.
S p a n j e.
De Carlislen blijven onvermoeid aan het werk om
nieuwe krijgsplannen te volvoeren. Te Estella heeft
don Carlos zich meer ruimte gegeven door twee vij
andelijke bataillons, die het dorp Mendigorria bezet
hielden, van daar te verdrijven. De aanval op Bilbao
moet slechts eene krijgslist geweest zijn om Lorna te
verzwakken, ten einde beter offensief te werk te kunnen
gaan in Guipuzcoa tegen de troepen van Ilernani te
San Sebastian. De Alfonsisten hebben tegen deze
bewegingen niets kunnen uitrichten dan eenige batte
rijen te vestigen te Puenta la Eeina die de Carlisten
een mijl ver verdreven hebben, terwijl de nieuwe op
perbevelhebber van het noorderleger de posities op
den berg van Esquinza heeft geïnspecteerd.
De versterkingen, die de regeeringstroepen op het
veroverde terrein aanleggen, naderen hare voltooiing:
de Monte Esquinza is geheel in een citadel herschapen
ook de batterij bij Puenta la Eeina is gereed en van
daar uit beschiet men reeds de Carlisten, die op een
uur afstands staan. Generaal Quesada heeft Tafalla
verlaten en inspecteert de nieuwe fortificatiën, die
zich, wanneer alles gereed is, over eene lengte van
dertig mijlen zullen uitstrekken.
Ingezonden Stukken.
Het is ons aangenaam thans iets meer te kunnen me-
dedeelen aangaande de te Goes bestaaude plannen tot
oprichting van een ambachtsschool. Met dankzegging
aan den geëerden inzender geven we gaarne een
plaats aan 't onderstaande stuk. Eed.
AMBACHTSSCHOOL.
De bijeenkomst waarvan in uw vorig nummer werd
melding gemaakt en welke ten doel had de bespreking
van een plan tot oprichting eener practische Ambachts
school binnen deze gemeente, heeft plaats gehad. Een
kort verslag van deze bijeenkomst zal zeer zeker
welkom zijn aan diegenen uwer lezers, die het met
het onderwijs en het lot van den handwerksman wel
meenen en tot haar ontwikkeling willen mede werken.
De oproeping geschiedde door de heeren A. W.
van Campen, 1. F. Ochtman, B. de Koning, A. en
W. de Beste, P. Buitendijk en W. J. van de Weert,
van welk zevental de vier iaalsten ambachtsbazen zijn.
Door een 4-01al ingezetenen werd daaraan gehoor gegeven
en achtereenvolgens werden te sprake gebracht de
navolgende drie stellingen
I. Het oprichten van een Ambachtsschool is, ge
lijk overal zoo ook te Goes, wenschelijk;
II. De oprichting van zulk een school is ook te
Goes mogelijk; en
III. Het middel om zulk een instelling in het
leven te werpen is een tot dat doel op te richten
vereeniging.
Tot zeer belangrijke discussiën gaven deze stellin
gen aanleiding, en bepaal ik mij met het oog op het
bescheiden gebruik maken van de beschikbare ruimte
in uw blad, tot de gronddenkbeelden die de ontwerpers
geleid hebben tot de voorstelling van het bedoelde
plan.
Van vele zijden gaan en blijven voortdurend stemmen
opgaan om loonsverhooging. In vele gevallen is deze
vraag billijk, maar in vele anderen wordt deze niet
opgewogen door een evenredige bekwaamheid van den
arbeider. De ontwikkeling van den handwerksman,
niet alleen pracfcisch maar ook theoretisch is het
hoofddoel van de Ambachtsschoolte gelijk met de
hand moet het verstand geoefend worden en de
werkman moet meer worden dau een zaag-, schaaf-,
boor- of andere machine, zooals er, helaas, nog al
te veel zijn.
Om hieraan te gemoet te komen, hebben de ont
werpers voorgesteld een dergelijke inrichting in het
leven te roepen, aanvankelijk op kleine schaal, en als
leerlingen uitsluitend diegenen toe te laten die de
Burgeravondschool bezoeken.
Op plaatsen waar een burgeravondschool bestaat en
waar dus de Ambachtsschool in aansluiting aan eerst
genoemde inrichting van het theoretisch onderwijs
wordt ontheven kan deze met betrekkelijk geringe
kosten worden in stand gehouden.
Als voorbeeld daarvan kan dienen dergelijke in
richting te Groningen, waarvan in het Deceinber-
nommer 1874 van de Economist een beredeneerd
vesslag voorkomt, dat der lezing overwaardig is.
De te stichten ambachtsschool zoude voorwerpen
vervaardigen uitsluitend voor ambachtsbazen, terwijl
deze zich gaarne verbinden om de inrichting door
alle hun ten dienste staande middelen zooveel moge
lijk te steunen en te bevorderen.
De benoodigde gelden zullen gevonden worden uit
jaarlijksche contributiën, vrijwillige giften en subsi-
dieën door verschillende corporaties en besturen te
verleenen, en de opbrengst van den verkoop der
vervaardigde voorwerpen. De Ambachtsschool zou
zich aanvankelijk bepaleu bij de bewerking van het
hout, om bij genoegzame deelneming en sympathie,
zich later tot andere vakken uit te strekken. De
ontwerpers hebben gemeend juist dit vak te moeten
voorstellen omdat uit een statistiek van dr. Steyn Parvé
gebleken was dat van de c.a. 2700 leerlingen die de
Burgeravondschool bezochten niet minder dan 1200
zich op genoemd vak toelegden.
Meer andere punten werden breedvoerig in de ge-
dachtenwisseling behandeld en eindelijk de voorloopige
commissie verzocht om ontwerp-statuten te maken die
in een volgende bijeenkomst nader zouden besproken
worden om daarna een definitief bestuur te benoemen
dat zich met de verdere uitvoering der zaak zon
belasten
Goes, Maart 1875. X.
Kerli- en Sclioolnieuws.
Beroepen te Vlissingen ds. E. J. Magendans, tc
Slijk Ewijk.
Toezegging van beroep naar Eetranchement is ge
daan aan ds. S. G. Geerfcsma Beckering te Kleverskerke.
Bedankt voor Oosterland door den kand. P. G.
Datema.
Van 26 Eebr. tot en met 5 Maart 1875.
Geboren:
Eene dochter van D. Buselaar en B. C. Buskop.
Eene dochter van E. Appels en M. C. Eombouts.
Gehuwd:
C. Warendorff, jm. en A. Hodde, jd.
Overleden:
D. Steendijk, oud circa 46 j., vrouw van J. van Dammo.
B. C. Was, oud 65 j., ongeh. d.
H, J. Eekelaar, oud 5 j., d.