wijs" ook met openhartige verklaringen liet feit geaccepteerd dat de onderwijskwestie tot een vraagstuk gemaakt of geworden is van politieleen aard. Zij steekt de lenze omhoog „voor de openbare school, en de openbare school vooruit!" Zij heeft daartoe 't recht; dat zal zij handhaven en toepassen, steunende op de beginselen der grondwet en zij schroomt niet te verkondigen dat zij ook zal werken op de verkiezingen. Trouwens de tegenstanders der openbare school zijn haar hierin reeds lang voor gegaan die hebben 't haar waarschijnlijk geleerd. Br is op de meeting en hoe kou 't an ders? ook gesproken over 't bijzonder on derwijs. Daar waren sprekers die de verhouding van 't openbaar tot het bijzonder onderwijs wilden aangewezen zien, daar waren er die 't recht van bestaan van 't bijzonder onderwijs wënschten erkend, gewaarborgd te ziendaar waren er die een oplossing der gekeele kwes tie in een alle partijen bevredigenden zin gaarne in 't verschiet wilden zien. Wij voor ons, ofschoon 't recht van bestaan van 't bij zonder onderwijs volstrekt niet betwistende, willen wel verklaren dat ons een oplossing, 'die allen bevredigt, onmogelijk voorkomt. Maar dit is ook eigenlijk buiten de kwestie. Laat ons eens een eeuw verder zijn, en dau dit punt nog eens weder ter sprake brengen 't nageslacht natuurlijk. Wij meenen in den geest van „Volksonderwijs" te spreken, wanneer wij zeggen„Volksonderwijs" strijdt voor de open bare school, zooals die krachtens de grondwet en volgens onze historische ontwikkeling' als natie zijn moet en door wijziging van de wet van '57, edoch altoos met behoud der begin selen vau die wet, zijn kan; „Volksonderwijs" strijdt dus vóór de openbare school, maar dit wil juist niet zeggen dat zij ais een vinnige bestrijder van het bijzonder ouderwijs zal op treden zij valt de bijzondere school niet aan, maar zal wel schild en wapen voeren 0111 de aanvallen op de openbare school af te slaan. Of daarvan te eeniger tijd de val van vele schijnbaar hecht en hoog opgetrokken gebouwen, doch die toch eigenlijk de goede fondamenten missen, het gevolg kan zijn Wie zal 't zeggen! Maar al ware dit zoo, de leus van „Volks onderwijs" is geenszins de vaan te planten op de puinen van de bijzondere school. Mocht liet langs natuurlijken weg blijken dat er in liet drijven voor het bijzonder onderwijs iets overdrevens is, dat de eiscben van de voor standers daarvan in een vrijen, constitutioueelen staat, die een leerzame geschiedenis achter zich heeft als de onze, voor geen vervulling vatbaar zijn, dat zal niet juist het werk wezen van „Volksonderwijs," maar 't resultaat van 't proces der oorzaken en gevolgen. Wie wind heeft gezaaid, zal storm oogsten, van welke partij hij wezen mag. Ten slotte constateeren we met genoegen dat liet getal leden der afdeeling van „Volks onderwijs" reeds zoo groot is, dat wij de zaak één of meer lampen, die uit een platten, koperen bak met een tuit bestaan en waarin een dikke walmende pit ligt, die over den rand der tuit hangt. De lampen hangen door middel van een betigei aan een ijzeren staande, die in den vloer bevestigd is. De vloer zelf is van dikke planken, behalve rond den haard, waar hij, zooals reeds bove.11 is opgemerkt, met steenen bevloerd is of uit vastgetreden klei bestaal. Soms is de vloer ook aangelegd uit kleine, veelkleurige gebak keu tegels. Uit de groote zaal geven verschillende deuren toe gang tot de slaapvertrekken, den toren en het vrouwen verblijf, welk laatste echter een afzonderlijk gebouw naast het hoofdgebouw uitmaakt. Wat de slaapvertrekken betreft, ze zijn hoogst een voudig ingericht. Een hoog houten gevaarte, soms met een schuifgordijn afgesloten, bevat het bed, dat niet altoos met veêreu gevuld is, maar meestal bestaat uit een massa min of meer kostbare pelterijen, beren vellen, schapenvachten en dergel., terwijl behalve wollen dekens, des winters nog berenvellen tot dekking .gebruikt worden, 't Gebruik van linnen lakens is bij de edelen volstrekt niet algemeen en bij den minderen man totaal onbekend. Verder vindt men in 't slaap vertrek nog een zware eiken bidbank vóór een kruis beeld, terwijl een takje gewijde palm aan een der alhier voor gevestigd kunnen houden. Moge het ledental nog meer toenemen, waaraan we niet twijfelen, en dat de natie ten slotte cle goede vruchten plukte van den boom, die zich thans ook bier beeft vertakt Binnenland. ZIERIKZEE, 26 Februari 1875. Gaarne ruimen we een plaats in aan het volgende ons van geachte zijde medegedeelde stuk. Zondag avond 1.1. trad de Heer Wiersma, zendeling te Itatahan in de Miuahasa van Menado, die wegens smartelijke huiselijke omstandigheden tijdelijk in het vaderland vertoeft, voor onze gemeente op. In kunste- looze taal schetste hij zijn werkzaamheid op maat- schhapelijk en op godsdienstig gebied. Welk een genot was liet de overtuiging te erlangen dat de inboorling, zoo meuigmaal aan de willekeur van ambtenaren ten prooi, in den zendeling een vriend vindt, die zich zijn lot aantrekt, en wegens zijn onafhankelijke positie meuigmaal als zijn beschermer kan optreden Toch volmondig erkende hij dat het zwaartepunt zijner werkzaamheid ligt in de godsdienstige ontwikkeling van het volk. Zegevierend werd het bezwaar weerlegd //waarom dien menschen hun gods dienst niet gelaten, waarin zij nu eenmaal gelukkig zijn?" Wiersma had de godsdienstplechtigheden van den Alfoer van nabij gadegeslagen, en getracht daarin iets verheffends of veredelends te vinden het was hem niet gelukt. Een akelig bijgeloof, dat geen den minsten heiligenden invloed op het leven oefende, ziedaar alles Zijn streven is er op gericht hun een werkdadig Christendom mede te deelen. Van welke methode hij zich daarbij bedient? Hij meent dat men hierbij niet systematisch te werk kan gaan in dien iets in zijn arbeid stelselmatig kan heeten, het is het streven om door verhalen de heerlijke waarheden des Christendoms onder de bevolking dier onbeschaaf- den te brengen. Uitnemend dunkt ons de methode, steeds in de Minahasa gevolgd, om zich te omringen van jongens en meisjes, die geheel in den huiselijken kring van den zendeling opgenomen, door dagelijkschen omgang zijn invloed ondergaan, en later hetzij als onderwijzers, hetzij als werklieden, maar in ieder geval als pioniers der beschaving tot hun kring wederkeeren. Jammer dat die onderwijzer-s zich met de karige be zoldiging van 5 per maand moeten tevreden stellen. Na afloop der toespraak in de kerk had een samen komst plaats, waarvan het alleen te betreuren was, dat zij niet door nog meerderen werd bijgewoond. Belangrijk waren de mededeelingen, naar aanleiding van onderscheidene tot hém gerichte vragen, ook hier door den zendeling gedaan. Natuur en waarheid hebben we in dezen edelen mail te zien gekregeu. Warme liefde voor het Chris tendom en door en door gezonde opvoedkundige beginselen gaan bij deze opvatting van het Zendings werk heerlijk gepaard. Och, mochten alle vooroordeelen tegen dien schoonen arbeid wijken 1 ZiEitiKZEE, 26 Eebr. Gisteren heeft de aanbesteding plaats gehad van eenige werken ten behoeve van het Waterschap van Schouwen, als 1°. het verdeelen en venverken van grond voortgekomen uit de drie in het perceel poldergrond op het noordoosteinde der inlaag van Koudekerke gegraven slooten, hebbende een ge zamenlijke lengte van 615 M. Aannemer van dit perceel is geworden Willem Tuijnman te Serooskerke, laagste inschrijver, voor 83. 2°. het graven van 280 M. sloot en het verwerken van grond in het bedstijlen is vastgestoken. Langs den wand staan eenige zware met ijzer of koper beslagen kisten. De kinderen slapen in een soort van bakken of troggen op onderstel, zoodat die dingen wel wat op oud-Hol- landsche wiegen gelijken. In 't vrouwenverblijf vindt men al zeer weinig van 't geen tegenwoordig 't boudoir eener adellijke dame meubelt en siert. Langs den wand staan één of twee massieve eiken- of notenhouten linnenkasten, de trots van de vrouw des huizes, 't Spinnewiel wordt er niet gemist. Er is .ook een zetel en verscheidene lage zitbankjes staan daar omheen. Bij den hoogen adel ziet men ook een toilettafel met metalen soms zilveren spiegel, en in de laden van dit meubelstuk vinden we allicht eenig reukwerk, wat haarnaalden en sieraden. Doch eigenlijk past het ons niet dit alles zoo te door snuffelen in de negende eeuw mocht zelfs geen mannen voet, dan die van den heer des huizes, dit heiligdom betreden. Dat de fijnere vrouwelijke bezigheden niet onbekend zijn, kunnen we daaraan zien, dat er behalve allerlei naaiwerk, ook een borduurraam aanwezig is waarop een inderdaad fraai werk in bruine of roode wolle, zijde en gouddraad onderhanden is. Het vlas, dat de vrouwen zelf spinnen, wordt ook op de hoeve geweven in het weef huis dat onder toezicht van de edel vrouwe staat. perceel poldergrond aan de noordzijde van den Groe nenweg, kadastraal bekend sectie C. no. 283., gemeente Ellemeet. Hiervan is aannemer geworden Izak van de Panne te Duivendijke, zijnde mede de laagste in schrijver voor 5-19. De eerste opvoeringen van Multatuli's //Vorsten school" te Rotterdam door het tooneelgezelschap onder directie van de heeren Le Gras, Van Zuylen en Haspels zijn thans vastgesteld op Dinsdag 2 en Donderdag 4 Maart a. s. Zooals men weet, zal de rol van //Louise" vervuld worden door Mej. Mina Krüseman en die van //Hannah" door mej. Elize Baart. Ter wille van deze opvoering heeft de auteur het derde bedrijf eenigszins bekort en ter wille der scènerie ook hier en daar nog eenige wijzigingen aangebracht. Over den excentrieken correspondent van de Times die zulk een vermakelijk verslag gaf van de Leidsche feesten, worden in het Leidsch Dagblad de volgende bijzonderheden medegedeeld De goede heer Horace St. John heeft een zestal dagen doorgebracht in hotel de la Poste te Leiden, Men verhaalt, dat hij daarvan een half uur heeft besteed, om zich in hoogst zonderlingen staat door de stad te laten geleiden, en den overigen tijd zich meer heeft bezig gehouden met //Skiedam" dan met Leiden en het 300-jarig bestaan zijner hoogeschool. Thuis komende, begreep echter de heer Horace St. John, dat hij met dat alles nog een bagatel had over 't hoofd gezien, en schreef het volgende briefje aan mr. Le Propriétaire van het hotel, dat hij in Leiden bezocht heeft Sydenham Park S. E. London, Eebr. 14th 1875. Cher Monsieur, Voulez-vous avoir la bonté et la politesse, si vous pouvez, de m'envoyer par la poste u'n numéro dn soir, contenant les noms des professeurs, qui out requ le diplome MerCredi dernier. J'eu serais tres obligé et je vous reraercierais bien, etc. Horace St. John. Het gebruik van Schiedammer vocht was voor den //occasional correspondent," die weinig at, maar des te meer dronk, niet voldoende; hij ging te bed met een flesch rum. De man was tevens correspondent van nog een blad, waarschijnlijk van The Standard en van een geïllustreerd journaalhij ontving te Leiden tijdens de feesten het bagatel van vijfmaal een bankuoot van 5 pond sterling. Nijkerk, 21 Februari, Pleden arriveerden alhier uit Arnhem de rechter-commissarris, de subst.-ofïicier van justitie en de subst.-griffier, vergezeld van een geneesheer, ten einde een onderzoek in te stellen naar de oorzaak van het overlijden van zekeren PI. v. D., buitengewoon rijksveldwachter, wiens' dood volgens gerucht het gevolg zon zijn van ondergane mishandeling. Uit de lijkschouwing is gebleken, dat de scbedel gekneusd is. Onderscheiden personen zijn gehoord, doch het onderzoek heeft vooralsnog geen gevolg op geleverd. Sneek, 21 Februari. De stoomboot van hier op Akkrum heeft met de passagiers een nacht op het Sueekermeer doorgebracht. Zij is tengevolge van de strenge vorst in het ijs bekneld geraakt. De passa giers ziju den volgenden morgen met eenige moeite aan wal gebracht. Van hier is hulp gezonden, en de boot is thans te Akkrum teruggekomen. Naar buiten getreden kunnen we nu liet groote aantal van afzonderlijke getimmerten opnemen, die alle tot de adellijke hoeve behooren en haar omgeven. Wij kunnen dan ook tevens zien hoe geleidelijk uit zulk een nederzetting van een enkele edele familie van landbouwers metdertijd een dorp kan ontstaan. Werkelijk hebben we hier in deze hoeve met haar aanhoorigheden de kern van een toekomstig dorp voor ons en vele dorpen, ja zelfs sommige steden hebben dergelijken oorsprong gehad. Hier, aan 't vrouwenverblijf grenzende, is het waschhuis, waarin de vrouwelijke dienstbaren druk aan den arbeid zijn. Daarnaast zien we het kookhuis of de //kokene" waar de spijzen gereed gemaakt worden een groot vuur brandt midden op den vloer in den aschkolkketels en potten hangen er boven aan dwarsijzersook 't braadspit er voor wordt door twee ijzeren staanders gedragen, 't Is er wel wat rookerig en de kok ziet er eerder uit als een cycloop dan als een moderne in blinkend witte plunje gestoken kok, doch de geur van 't gebraad is anders uitlokkend genoeg. Een ander gebouw, hier dicht bij, is het spekhuis, een soort van provisie-magazijn, waar behalve spek nog een groote voorraad gedroogde, gezouten of in gemaakte grondstoffen voor de keuken bewaard wordt. Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1875 | | pagina 2