een zeer langen staart die soms een lieele stad door sleept. Ja, we hebben reeds liet schouwspel beleefd van proeven, die, wat men ook zeggen moge, niet zonder eenige feestelijke plechtigheid werden genomen, in presentie van hooge en lage autoriteiten zoo op administratief als we tenschappelijk gebied. Wellicht heeft reeds menig fijn dineetje met de noodige toasten daaraan zijn oorsprong te danken gehad. Trou wens de zaak is die moeite wel waard. Om dan op deze stelsels te komener zijn er voornamelijk drie die in aanmerking komen en die de eer hebben genoten onder de deskun digen tot scheuring en schifting in partijen van voor- en tegenstanders, daardoor tot wrijving van denkbeelden en zoo wellicht tot benadering van 't ideaal in deze aanleiding te geven. Zoo heeft men dan het spoelstelsel, het pneu matische of Liernurstelsel en het lonnenstetsel of het stelsel der fosses mobiles. Men ziet, het ontbreekt zelfs niet aan technische termen en 't is niet te ontkennen dat de titel van iemand die zich noemt ingénieur en beoefenaar van 't systems pneumatique, eenigszins imponeert en gekleed staat in onzen goeden wetensckappe- lijken tijd. Om echter 't onderwerp niet nit te putten zullen we hier ons niet met de beide eerstge noemde stelsels bezig houden; ook omdat wij meenen te mogen zeggen dat 't spoelstelsel reeds vrij algemeen wordt verworpen en omdat het Liernurstelsei, hoe uitstekend ook, toch nog veel tegen zieh heeft en vast in kleinere plaatsen vooreerst nog wel niet uitvoerbaar is wegens de hooge kosten, terwijl 't zelfs in groote ge meenten nog een dure liefhebberij schijnt te zijn. Wij zullen ons bepalen tot bet derde stelsel, dat der fosses mobiles of tonnetjes. In het algemeen mag nog wel aangemerkt worden dat 't volmaakte nog in lange niet bereikt is, 't stads-reinigiugs-systeem der toekomst is nog achter den dikken sluier dier toekomst verborgen en wellicht pas bewaard voor latere geslachten die hun voordeel zullen gedaan hebben met onze proeven en onze domheden, zooals wij dit in zoo menig geval doen ten opzichte van onze vaderen. Hot tonnenstelsel werd reeds jaren geleden te Groningen ingevoerd, doch 't wordt daar ten opzichte van de reinheid en kieschheid zeer slecht toegepast, zoodat het wel aan de gemeentekas groote voordeelen oplevert maar bij 't publiek veel afkeuring ondervindt. Te Delft heeft men een verbeterd tonnenstelsel aangenomen en dat werkt daar uitstekend en vindt van dag tot dag meer toepassing. Bij 't tonnenstelsel vervallen de beerputten en natuurlijk ook de spruitriolen die dienden om fecaliëa uit de privaten af te voeren. Het privaat, de „beste" wordt wezenlijk een kamertje en is niet- langer de keel van een walgelijken put of van een even onaanzienlijk riool. De vloer is dicht en alleen een paar palm lager dan onder het matje; het voormuurtje der zitting wordt vervangen door een schuifbare plank; onderdo zitting wordt een tonnetje gezet dat door middel van een zinken of verglaasd ijzeren trechter zijn inhoud opneemt en nu en dan wordt verruild voor een tweede tonnetje, waarna 't eerste, geheel of ten deele gevuld, goed gesloten wordt weggehaald en vervoerd buiten de stad naar een opzettelijk aangelegde verzamelplaats waar de lediging en reiniging geschiedt. De tonnetjes zijn van eikenhout, met ijzeren beslag, goed geverfd en gesloten, en komen behoorlijk schoon bij de verwisseling weer terug. De kosten der inrichting van bet privaat met de beide tonnetjes behoeven de f 14 a f 15 niet te boven te gaan. Te Delft geschiedt die aanleg der „besten" en het in gebruik geven der tonnetjes evenals het verwisselen voor rekening der gemeente, die zelf de zaak exploiteert. Het is niet noodig de vele voordeelen die dit eenvoudige stelsel oplevert allen op te sommen. Zelfs de last die de bewoners kunnen hebben van 't gaan en komen der werklieden met het ophalen belast, kan bij een goede organisatie en voortdurend toezicht tot een minimum worden herleid, dat men zieh gaarne zal getroosten om den wille van het groote gemak en de groote reinheid. Het stelsel kan op boven kamers even goed worden toegepast als gelijk vloers. Met het oog op de gezondheid bestaat er vast geen eenvoudiger en practischer systeem. In tijden van cholera kunnen de tonnetjes uit besmette gehouwen afgezonderd en ontsmet worden. Dit is o. a. een groot voordeel der fosses mobiles boven 't système pneumatique en boven liet spoelstelsel. De weggevoerde stoffen worden ter plaatse daartoe bestemd, buiten de stad en zoo afgelegen mogelijk, vermengd met straatvuil, asch en keu kenafval, en zoo verkrijgt men een mest die onder den weiklinkenden naain van compost reeds in vele streken zich een welverdiende reputatie heeft verworven, en die te Groningen voor ongeveer f 4, te Delft tot nog toe voor iets minder per kub. Meter te bekomen is. Wij Lopen dat ouze lezers hier ter stede niet blind zullen zijn voor 't voordeel en geoiak dat dit Delftsche tonnenstelsel oplevert en dat ook hier veel voor gezondheid en openbare kieschheid schadelijke gewoouteu zou kunnen doen ophouden. UIT INDIE. Het ontslag- van den Gouv.-Gener. Loudon heeft in Indie veel sensatie verwekt en vooral in de pers een ongunstige beoordeeling gevonden. Algemeen wordt als hoofdzakelijke aanleiding tot het gebeurde aangemerkt de geheel veranderde verhouding van den opperlandvoogd in Indie tot het kabinet in Nederland, ten gevolge van de versnelde communicatie tusschen Nederland en Indie. Beeds lang heeft men in Indie voorzien dat, was maar eenmaal de telegrafische ver binding van Batavia met den Haag een feit, ook de Gouv.-Gener. vroeg of laat zou moeten worden een marionet die met behulp van den draad uit 's Iiage zou bewogen wordenen, zegt men, wat voorzien werd heeft thans werkelijk plaats. Een zelfstandig landvoogd in Indie is voortaan ondenkbaar. Voor den plaatsbekleeder des Konings in Indie is voortaan geen andere rol weggelegd dan dien van correspon dent van den Minister van Koloniën, welke laatste op zijn beurt weder afhankelijk is vail den wind die in de Tweede Kamer waaiL Men rekent het den heer Loudon als een eer toe dat hij niet de rol van ledeman heeft willen spelen. Voor 't overige schijnt men van den nieuwen landvoogd, den heer van Lansberge, goede verwach tingen te koesteren. Wij vinden dit nog al inconsequent met 't voor gaande, en kunnen ons als dat beweerde gegrond is de positie van den lieer van Lansberge niet benij denswaardig en zijn erkende goede talenten niet als veel vruchtbelovend voorstellen. De jongste officicele berichten uit Atchin, in de Javasche Cb. verschenen, bevestigen de particuliere, waarvan in ons vorig mail-overzicht melding werd gemaakt. De overstrooming is hinderlijk geweest, maar heeft geen eigenlijk gezegde verwoestingen aangericht. In den gezondheidstoestand is sedert eenige verbetering gekomen. Wat hec politieke en het militaire betreft, bleef de stand van zaken onveranderd, doch men koestert de verwachting, dat de door kolonel Pel aangevraagde versterking den strijd tot een beslissing brengen zal. De bedoelde regeerings-berichten luiden als volgt Van den 10 Dec. wordt getelegrafeerd De Hoe- loebalangs willen Toeankoe Daud Sultan maken en rekenen daarvoor op de hulp van onderliooriglieden. Imam Tonom is aangekomen met 300 man hulptroepen. Het stoomschip //Watergeus" is met een controleur naar de westkust vertrokken om een ultimatum over te brengen aan de weerspannige staatjes. De //Watergeus" is den 16 terug gekomen, doch de uitslag der zending was weinig bevredigend. De gezondheidstoestand was voortdurend ongunstig; den 10 Dec. waren 1100 lijders in behandeling. Deu 17 was de gezondheidstoestand iets beterendde over strooming had eer goed gedaan dan kwaad te dezen opzichte; de oostmoesson was ingetreden. Uit Atchin moet aan Z. E. den Gouverneur-Generaal een anonieme brief geschreven zijn, waarin onze toe stand zeer donker wordt voorgesteld, daar noch de genie, noch de intendance, noch de geneeskundige dienst voor hun taak opgewassen zouden zijn. Die brief moet voorts in zulk een vorm gesteld zijn, dat Z. E. de Gouv.-Generaal het noodig heeft geoordeeld, een commissie van onderzoek te benoemen. De opzichter 3e klasse bij de burgerl. en openb. werken O. Elenbaas is verplaatst van Kediri naar Teruate. Binnenland. ZIEBIKZEE, 2 Februari 1 87 5. Zierikzee. Bij de op heden plaats gehad hebbende verkiezing voor twee leden van den Gemeenteraad is gebleken dat door 2-68 kiezers is deelgenomen aan de verkiezing. De uitslag deelen wij morgen aan onze lezers per bulletin mede. Zierikzee. De opvoering van 't tooneelspel uDon Gesar de Bazan" door de Bederijkerskamer //Buysch" op Vrijdagavond jl. werd door een ongemeen groot aantal leden met hun dames bijgewoond. De Con certzaal was zoo vol als wij maar zelden hebben gezien en ook nu weder bleek dat deze zaal veel te klein is en niet voldoende voor een bloeiende vereeniging als tegenwoordig de Bederijkerskamer is. De voorstelling genoot grooten bijval en het verdient gezegd te worden dat vooral de hoofdrollen don Cesar de Bazan, don José de Santarem en de koning van Spanje zeer verdienstelijk werden afgespeeld. Voor 't overige heeft het stuk zelf onder de coupeering der vrouwenrollen nog al geleden. Er komen monologen in die veel te lang zijn en de taak der ver to oners zwaar maken, daar 't publiek vooral van actie houdt en zich ongaarne wil inspannen om een lange alleen spraak te volgen. Zonder er de werkende leden van //Buysch" een verwijt van te maken, want 't gebrek dat wij bedoelen is algemeen, meenen wij toch de bedenking niet terug te moeten houden of 't zware drama wel op den weg van rederijkers ligt en of ook de kunst niet meer gediend zou zijn met kleine, pittige stukken, afgewisseld door een of ander reciet De voorstelling, ten bate der algemeene armen, Maandagavond gegeven, heeft mede veel deelneming ondervonden. Wij verblijden ons daarin, zoowel omdat //Buysch" algemeene belangstelling verdient, als om het doel. De muziek trok ook bij deze uitvoeringen zeer de aandacht eu menig woord van lof hebben wij opgevangen wij voegen daar gaarne onzen lof bij. De Harmonie droeg niet weinig bij om 't genoegen der avonden te verhoogen. De voordracht voor de vervulling der vacature van een rechtersplaats in de arr. rechtbank te Botterdam is samengesteld als volgt: 1°. Mr. L. H. de Sitter, rechter te Sneek2°. Mr. P. A. J. Bouvin, kanton rechter te Zierikzee; 3°. Mr. W. H.'s Jakob, vechter- plaatsvervanger te Botterdam. Volgens den Nieuwsbode en enkele andere bladen moet Jhr. van Albada de Haan Hettema, Nederlander te Brussel woonachtig, voornemens zijn concessie aan te vragen voor den aanleg en de exploitatie van een tramway (paardenspoor) van Brouwershaven over Zon- nemaire, Noordgouwc, Zierikzee en Nieuwerkerk naar Zijpe. Men herinnert zich dat wij reeds een goed eind gevorderd zijn met de concessie voor den spoor weg Brouwershaven-Zevenbergen, zoodat we nu al twee spoorwegen in het verschiet hebben. Zierikzee 2 Eebr. Tusschen eenige groote bladen is een pennestrijd ontstaan over de vraag of er in 1866 en 1870 Pruisische legerafdeelingen op onze grenzen gestaan hebben, met bevel om op 't eerste sein daartoe ons land binnen te rukken en Amsterdam te bezettenen of toen niet onze onafhankelijkheid, althans onze onzijdigheid in groot gevaar heeft verkeerd. Gelijk doorgaans bij dergelijke twistpunten geschiedt meent het eene blad //uit betrouwbare bron" juist het tegenovergestelde zeker te weten van hetgeen het andere blad even zeker en uit minstens even goede bron zegt te weten. Ons komt de vraag zelf tamelijk onnoozel voor. Er kan toch niets vreemds in gelegen zijn dat Pruisen zijn grenzen dekte, ook naar onzen kant al was het met ons volstrekt niet in moeielijkheden gewikkeld. Het zou eerder vreemd geweest zijn als Pruisen dat niet gedaan had. Dat er dus 30,000 man aan de grenzen zijn samengetrokken geweest beteekent op zich zelf niets. Van meer beteekenis is de vraag in hoever Pruisen toen, en vooral in '70, eenig gewicht hechtte aan de openbare meening hier te lande. En dan kan 't niet worden ontkend dat er, inzonderheid in zekere kringen, een wel wat al te veel geprononceerde sympathie voor Frankrijk viel waar te nemen, een sympathie, die op wantrouwen tegen Pruisen berustte en voor't overige alleen te verklaren is uit het gebrek aan inzicht in de toestanden zoo als zij werkelijk waren eu door de uitkomst bewezen werden dat zij geweest zijn. Betrekkelijk weinigen hier te lande doorzagen den waren staat van zaken en nog kleiner was 't getal van lien die den afloop voorzagen en berekenden. Wij kunnen op ons blad terug wijzen om te herinneren dat wij onder de laatsfcen behoorden. De groote menigte echter zag de zaak geheel anders in en waande het

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1875 | | pagina 2