ZIEBIKZEESCHE COURANT. voor het arrondis- >«èrx. mimi Zierihzee. 1875. No. 2. Zaterdag 9 Januari, 78ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD Aan onze Lezers! Keur van Hoofdartikelen uit de Zierikzeesche Courant. EEN NIEUWE KONING. Binnenland. Deze Courant verschijnt DINSDAG- en VRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN, Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1, Afzónderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER AD VERTE N TI EN Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag» voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKEND!AN. Al diegenen die zich met het begin dezer nieuwe jaargang op de ZierikzeescJie Courant abonneeren, ontvangen even als al onze oude abonnenten, die wij gaarne een bewijs willen geven onzer erkentelijkheid voor de ontvangen sympathie, gratis als premie een boekwerkje, bestaande in een Deze verzameling.zal stukken bevatten van onderscheiden aard, ook eenige over onderwerpen den Landbouw betreffende. Het past ons allerminst over de letterkundige waarde der stukken van den tegenwoordigen redacteur een oordeel uit te spreken, doch we mochten bij herhaling zooveel blijken van goedkeuring ervaren, dat wij meenen onzen getrouwen lezers geen ondienst te zullen doen met zoodanig geschenk. Wij bevelen verder ons blad in de aandacht van het publiek met vertrouwen aan. DE REDACTEUR en DE UITGEVER. De verrassende tijding dat met de intrede van het nieuwe jaar Spanje weder eeu koning gekregen heeft, werd aanvankelijk met ge mengde gewaarwordingen vernomen. Menigeen kon een minachtend schouderophalen niet on derdrukken. Later is het gebleken dat de nieuwe koning toch werkelijk niet met zooveel weerzin werd begroet als sinds eenige jaren elke staats greep in Spanje ten deel viel. Het behoeft niet gezegd te worden dat tot deze gunstige stemming niet zoozeer politieke redeneeringen als wel geldelijke belangen aanleiding gaven. Spanje, het land dat eigenlijk 't minst de algemeene belangstelling waardig is, houdt toch in 't buitenland duizenden hoofden bezig, om dat het sinds zulk een lange reeks van jaren misbruik gemaakt heeft van het crediet en gebruik gemaakt van de speculatiezucht der geldmannen in het buitenland. In den nieuwen koning zien de belangheb benden en die zijn talrijk een uitkomst voor zich we kunnen hun daarom niet kwalijk nemen dat zij een weinig Alfonsist gaan worden al hadden ze daaraan vroeger nooit gedacht. Wij voor ons maken ons geen illuziën van de te wachten gezegende vruchten van het nieuwe koningschapwij voorzien dat alles uitloopen zal op veel teleurstelling en dat het spoedig blijken zal, wat reeds zoo dikwijls met Spanje geschied is, dat het weder een tijdvak zijner geschiedenis voor niet heeft volgeklad met veel bloed en veel ellende. Het komt ons ook voor dat Alfonsns XII door het buitenland met meer sympathie wordt bejegend dan door zijn eigen volk. 't Is waar, men heeft gevlagd en geïllumineerd, maar dat vlaggen en illumineèren geschiedde op bevel der overheid en is niet aan te merken als een uiting der volksvreugde. De officieele pers hemelt de zaken zeer hoog op, maar men moet niet vergeten dat de pers in Spanje onder strenge censuur ligt en wij dus de gevoelens der andersdenkenden niet kunnen vernemen. Toch houden wij 't er voor dat de verheffing van Alfonsus tot koning zal slagen, althans voor 't oogenblik. Eeeds. de bewustheid der natie dat zij nu zeven lange jaren van allerlei rampen heeft doorgeworsteld kan haar nn er toe brengen het hoofd in den schoot te leggen en te berusten, al ware 't slechts om eens tot herademing te komen. De ultramoutaansche pers, ook een barometer in Spaansehe zaken, is ongunstig gestemd over de verandering. Dit beteekent o. i. zeer weinig, 't Zou ons zeer verwonderen als die pers niet spoedig de bordjes ging verhangen en don Carlos losliet om voortaan haar inzetten op Alfonsus te wagen. Don Carlos is voor die heeren slechts zoolang een utiliteit als er kans bestaat om wat met hem te winnenverplaatst zich die kans naar een anderen hoek, dan laat men don Carlos verdwijnen. Er is eigenlijk weinig met bepaalden grond te voorspellen omtrent de naaste toekomst van Spanje, n.l. of het nieuwe koningschap al da delijk een vermomde priesterheerschappij zal wezen, dan wel of 't zal beginnen op liberalen voet en eerst later tot de oude traditiën zal terugkeeren. Dat dit laatste te eeniger tijd zal geschieden houden wij voor zeker't scheelt echter veel of er eerst nog eenige jaren moeten verloopen. Alfonsus noemt zich de XII; hij had zich ook de VI kunnen noemen en beter nog mis schien de I. Wellicht is deze schijnbaar on beduidende kleinigheid toch niet zonder eenige beteekenis. Met den naam van Alfonsus XII aan te nemen heeft hij den voorrang toegekend aan de oude Castillische Koningsliniedaarin komt Alfonsus XI voor van 13121350 en deze linie eindigt met Isabella I, die van 14741504 regeerde, en die door haar huwe lijk met Ferdinand II van Arragon de beide kronen op één hoofd bracht, 't geen later met Karei I (V) geschiedde. Onder de koningen van Arragon komen er ook voor met den naam Alfonsus. Alfonsns V overleed in 1458. Evenals nu zijn moeder zich Isabella II be titelde naar Isabella I van Castillië, zoo noemt zich Alfonsus op grond der zelfde traditie ook de XII. Als wij Spanje's geschiedenis raadplegen, dan vinden wij onder de lange reeks onbe duidende of wel bepaald zeer slechte vorsten die dat land sedert de negende eeuw gehad heeft er slechts één die zich heeft trachten te onttrekken aan het noodlot van ongeluksvogel van zijn land te zijn. Dat is Karei III ge weest (1759—1788). In de nieuwere tijden is het er waarlijk niet beter op geworden. Spanje heeft in deze eeuw nog geen gelukkig oogenblik gehad. Zal Al fonsus XII 't beter maken dan de anderen van zijn onheilaanbrengend ras Wij mogen des noods aannemen dat hij 't zal willen^ maar of hij 't zal kunnen is een andere vraag. Wat wij gelezen hebben van zijn op voeding, die in beslist liberalen geest is geweest en zelfs na de uitdrijving van Isabella nog onder den invloed stond van mannen als Cas- telar, terwijl 's prinsen leermeester Morpby van het Theresianum te Weenen een vriend van Castelar was, dit geeft ons grond dat hij op dit oogenblik wel oprecht zal zijn als hij be tuigt in heslist liberalen geest te willen regeeren. Maar wij meenen dat een beslist liberaal ko ningschap in Spanje vooreerst een totale onmo gelijkheid is. Amadeus heeft het beproefd en hij is heengegaan dat men om in Spanje liberaal koning' te zijn ook tegelijk een onverbiddelijk streng tiran moet wezen en op een gulpje burgerbloed meer of minder niet zien moet. Wij zouden zelfs zeggen dat de Spaansehe natie vooreerst nog geen liberaal koning waard is en dien ook wel niet zal vinden in Alfon sns XII als deze maar eerst zieh een weinig geörienteerd heeft. Maar dan doet zich een andere vraag voor, n.l. deze: zal Alfonsus XII zich, getrouw aan de overleveringen van zijn geslacht, aan de geestelijkheid overgeven, of nietWij vreezen wij vreezen. Nochtans zijn er die er moed op hebben, en in alle geval willen we hopen dat er, vóór die donkere dagen zullen gekomen zijn, nog iets door Alfonsus XII kan worden gedaan om met fatsoen van de onbetaalde coupons af te komen die hij ook heeft aanvaard met de kroon, al heeft hij dat ook niet met zoovele woorden gezegd. ZIERIKZEE, 8 Januari 187 5. Zierikzee, 8 Jan. Zooals bekend is, bestaat er te dezer plaatse sinds ruiin een jaar een vereeniging, die zich ten doel stelt de opluistering van de open bare godsdienstoefeningen en de verbetering van liet kerkgezang in de Ned. Iierv. Gemeente. Bij herhaling- hebben welgeslaagde uitvoeringen van het Kerkelijk Koor, aanvankelijk onder de leiding van den lieer Kwast, later onder die van den heer Ezermau, het bewijs geleverd dat lust en samenwerking in dit op zicht zeer veel goeds kunnen tot stand brengen. Wij achten het een verblijdend teeken des tijds, gewis pleitende voor kunst- en godsdienstzin, dat het Ker kelijk Koor thans in een staat van bloei verkeert. Dit gunstige verschijnsel is evenwel, we durven 't zonder geringschatting zeggen, natuurlijker wijze nog meer 't gevolg van den goeden wil dan van de uitstekende talenten der leden van het Koor. Het Koor beschikt over eenige zeer te waardeeren krach ten, doch telt daarbij ook veel ongeoefenden of min begaafden in zijn reien. Dit is eigenlijk iets dat van zelf spreekt en alreeds op te maken is uit liet bekende doel van het Koorverbetering van het kerkgezang. Als de gemeente een talrijk koor van bekwame zangers kon uitleveren, dan was het doel der vereeniging eigenlijk al bereikt en haar streveu overtollig. Om nu in dit gebrek te voorzien heeft, blijkens een annonce in ons vorig nomraer, liet bestuur van het Koor het plan ontworpen een cursus te stichten om jonge lieden van 1216jarigen leeftijd en ook min geoefende leden der vereeniging op methodische wijze in het koraalgezang te oefenen. Het is op deze uitnemend nuttige zaak dat wij bij deze met nadruk de aandacht der gemeenteleden vestigen. Naar wij vernemen zal de contributie, te heffen tot be strijding van onvermijdelijke kosten, zeer gering zijn en laat zicli van het onderwijs zelf, met het oog op de bekwaamheid der heeren die zich daarmede zullen belasten, goede vrucht verwachten.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1875 | | pagina 1