Buitenlandsch Qversicht.
De Staatscourant deelt mede het besluit van den
28 November 1874, tot aanvulling van het voorloopig
tarief van havengeld voor de haven te Breskens, vastge
steld bij koninklijk besluit van den 21 September 1866.
De jaarlijksche algemeene vergadering van het Alge
meen Nederlandsch Werklieden-Verbond zal te Amster
dam plaats hebben op den 25 en 26 Dec. a.s., tevens
zal op den avond van den 25 een Coöperatief Congres
worden gehouden.
Op de agenda komen o. a. de volgende punten ter
behandeling voor:
lo. Wat kan door het A. N. W. V. worden ge
daan, ten einde te verkrijgen, dat het middelbaar
onderwijs voor de kinderen der werklieden toeganke
lijk wordt.
2o. Is 't uitvoerbaar en kan 't nuttig zijn, om de
bevolking onzer strafgevangenissen meer productief
te maken door raiddel van landontginnig binnen
Nederland.
3o. 't Is noodig en nuttig, dat de werklieden het
gebruik van sterken drank beperken of afschaffen,
wijl 't in strijd is met hun belangen en hun streven
naar stoffelijke en zedelijke welvaart.
4o. a. Langs welken weg is loonsverhooging te
verkrijgen voor de werklieden in 't algemeenb. Is
't mogelijk een standaard van het loon voor alle
vakken vast te stellen; c. Bespreking van het stelsel,
om 10 uur daags te werken.
5o. Is 't wenschelijk en mogelijk, dat er uit de
werklieden één stem opga tot opheffing der banken
van leening en dergelijke inrichtingen.
De zittingen zullen worden gehouden in het Gebouw
van het Amsterdamscke Werkmansbond.
De grondslagen, waarop de Haagsche Vereeni-
ging voor lijkenverbranding toetreding vraagt, zijnde
volgende
1. Het doel der vereeniging is: a. bij de wetge
vende macht te gelegener tijd aan te dringen op
zoodanige wijziging van de wet op het begraven, dat
ook het verbranden van lijken worde toegelatenb.
juiste begrippen te helpen verspreiden omtrent het
begraven en verbranden van lijken; c. kapitaal te
vormen tot het helpen oprichten van lijk-ovens, zoo
dra de onder a. bedoelde vrijheid zal zijn verkregen.
2. De vereeniging laat hare leden geheel vrij om,
wanneer de genoemde vrijheid zal zijn verkregen,
daarvan al of niet gebruik te maken.
Zoodra zich honderd deelhebbers hebben aangemeld,
worden zij door de bovengenoemde heeren tot eene
constitueerende vergadering bijeen geroepen, die te
's Gravenhage zal worden gehouden.
De Hooge Baad heeft het beroep in cassatie verwor
pen, door L. E. J. Scheurleer en J. Wolff aangeteekend
tegen het arrest van het hof in Overijsel, waarbij zij
naar de openbare terechtzitting voor crimineele zaken van
bovengenoemd hof zijn verwezen. jP. O. Ct.
Te Leiden heeft een dochter haar moeder, met
welke zij twistte, een stoot toegebracht waardoor de
oude vrouw viel en een wonde aan het hoofd bekwam
waaraan zij twee dagen later is overleden.
Voor eenigen tijd was een te Nieuw-Appelscha wo
nend arbeider in de prov. Groningen werkzaam, zijn
vrouw met een kind van 2 jaar achterlatende. Onlangs
werd midden in den nacht onverwachts op het venster
der woning geklopt, terwijl een onbekende stem riep:
//Klaasje sta op, je man wordt aanstonds dood op een
kruiwagen tTiuis gebracht." De vrouw is hiervan zóó
hevig geschrikt, dat zij na een paar weken aan zenuw
lijden is gestorven.
Gebroeders Guttmann te Weenen zijn bekend we
gens hun rijkdom en weldadigheid. Die heeren zijn
eigenaars o. a. van kolenmijnen in de omstreken van
Javarno in West-Galicië. Het bestuur eenev kleine
gemeente in de nabijheid, vroeg dien heeren om 2000
centenaars (een centenaar is 100 kilo) kolen tegen
verminderden prijs, voor de armen dier plaats. De
heeren Guttman antwoorddeu daarop: //Wij zijn niet
gewoon onze prijzen te verminderen, maar verklaren
ons bereid voor uwe armen 1000 centenaars voor den
gewonen prijs en 1000 centenaars kosteloos te leveren."
Den volgenden dag kregen gebroeders G. de vol
gende missieveWelEd. Heeren Na u dank gezegd
te hebben voor uwe gunstige beschikking verzoeken
wij de toezending der 1000 centenaren die wij niet
behoeven te betalen. Indien wij ze noodig hebben
zullen wij de andere later bestellen."
De heeren G. hebben 1000 centenaars gratis ver
zonden en beleefd om meerdere begunstiging verzocht.
Op een procureursrekening te A. vond iemand den
volgende post: Ik ben 's nachts wakker geworden
en heb aan uwe zaak gedacht, f 1,30.
Wenden wij voor ditmaal eens den blik naar onzen
zuidelijken nabuur, 't gelukkige Belgie. Gelukkig P
Ja, in menig opzicht; in andere opzichten ook te
beklagen. Het heeft zeker eenig opzien gebaard dat
in de afgeloopen week het garnizoen van Brussel in
de kazernes is geconsigneerd geworden, 't Eerste ge
rucht meldde dat dit geschied was met het oog op
te verwachten ongeregeldheden onder de werklieden
in de kolenbassins. Later is de waarheid gebleken.
De Internationale is weder aan het werk naar den
uiterlijken schijn tot dusver alleen de roode of de
zwarte er wellicht ook bedektelijk de hand in heeft
blijkt niet. Maandag heeft de internationale in het
locaal Univers een meeting gehouden. Daar waren
ongeveer 200 personen aanwezig, en het bureel bestond
uit hoofden der Internationale. Men heeft gloeiende
redevoeringen gehouden vooral met het doel om een
algemeen protest uittelokken tegen de politieke uit
zettingen. Sommigen wilden daartoe een volksoploop
op touw zetten, anderen wilden bij wijze van mani
festatie, als er weer iemand werd uitgezet dezen met
het gezang der Marseillaise begeleiden tot buiten de
grenzen der gemeente. Eindelijk besloot men zich
te bepalen tot een behoorlijk gesteld schriftelijk protest
dat ingediend zal worden bij den minister van justitie.
Ondertusschen is de staat der gemoederen onder
de blousemannen er niet beter op geworden. Den
volgenden avond werd een meeting gehouden in de
zaal Navalozimu. Daar heerschte veel opgewondenheid.
De sprekers waren voor 't meerendeel Eranschen uit
Parijs. Hun manier was overigens vrij onhandig
zij dreven den spot met Belgie en zijn staatsinstellin
gen, verheerlijkten de commune van 1871, voorspelden
haar herleving, kortom zij waren zeer onpractisch.
Een Brusselsch werkman stond op om de eer van
zijn land op te houden en de Belgische constitutie te
verdedigen hij werd door de schreeuwers overstemd.
Gelukkig bleef de rust tot dusver bewaard. Men
was evenwel ook niet gerust over de stemming van
het gepeupel in sommige andere steden van Belgie.
In een ander opzicht is hetgeen er in Belgie omgaat
ook merkwaardig. Dat landje is het toevluchtsoord
vau allerlei volkje, zwart en rood vooral 't zwarte
element is er zeer sterk vertegenwoordigd. Zoo wordt
omtrent de Carlistische comités het volgende gemeld.
Aan de leden van den Cercle Catholique in de ver
schillende steden van Belgie worden circulaires rond
gedeeld, omsloten in gelen omslag. Aan 't hoofd
der circulaire staat//Oeuvres Carlistes, Comité cen
tral, secretariat rue de Luxembourg, 40."
Het stuk luidt verder aldus
z/God, Koning en Vaderland.
//De vrienden van het Carlisme zullen met voldoening
vernemen, dat het Carlistische centraal-comité een
photografische reproductie heeft doen vervaardigen van
het laatste, volmaakt gelijkend portret, dat van Carlos
verschenen is en waarvan men zegt dat het 't beste
is dat ooit heeft bestaan.
//Dit portret zal verkocht worden ten behoeve van
de helaas talrijke gewonden, welke nauwelijks in de
ambulances kunnen worden opgenomen.
z/Wij twijfelen niet of de katholieken zullen in
menigte op die goede werken inschrijven, en allen zullen
van de hun aangeboden gelegenheid gebruik maken
om in het bezit te komen van het portret van den
man, die sterk door zijn recht, strijdt voor de heilige
en rechtvaardige zaak der legitimiteit, onder de plooien
der vaan van het katholicisme welke hij krachtig om
hoog houdt.
z/Alls katholieken zullen aan het portret van don
Carlos de plaats willen geven, welke daaraan toekomt
onder de groote mannen dezer eeuw.
z/De heer G. Lebrocquy, letterkundige en lid van
ons comité, heeft voor Belgie het eenig depot van de
photograpfiën van Z. M. Karei VII, enz.
//Ontvang enz.
//Voor het centraal comité.
Edmond De Gra.nd By, Graaf D'Alcantaea.,
Secrs. Penningmr. President.
//NB. Alle inschrijvers voor 50 francs ten behoeve
van de Carlistische réfugiés en gewonden zullen een
albumportret van don Carlos als premie ontvangen."
In deze NB. wordt dus de eigenlijke handel bloot
gelegd, en men moet erkennen dat de portretten niet
goedkoop zijn.
Met reden mag men, met den Belgischen bericht
gever van deze knoeierijen, vragen of de Belgische
regeering dergelijke practijken mag toelaten P Het
comité toch heeft openlijk ten doel een opstand te
ondersteunen tegen een regeering die door de Belgische
regeering erkend is.
Er valt nog iets uit Belgie te vermelden, een
curiositeit die ook voor ons Nederlanders eenige
waarde heeft. Een beambte aan een der Belgische
ministeriën had een handel opgezet in vreemde deco-
ratien. Onder anderen had hij indertijd ook aange
nomen een bestelling van den heer B. een groot
industrieel uit Maastricht en dezen beloofd hem de
orde van het groot-officierskruis van Nikliar Iftihan
van Tunis te zullen leveren voor de som van 15000
francs. De ridderorde werd ook werkelijk geleverd en
de oude heer B. kon er zijn borst mede sieren als
groot-industrieel. Maar de Brusselsche tusschenpersoon
droeg de 15000 fr. niet over aan de principalen te
Tunishij behield er 8000 van voor zich. Hierop
heeft de heer B. (de zoon) een vordering tegen hem
ingesteld en zoo is de zaak aan den dag gekomen.
Eindelijk is de langverwachte boodschap van president
Mac-Mahon aan de Nationale Vergadering verschenen
en wel den 3 Dec. Men heeft dus den jour nefaste
den beruchten 2 Dec. laten voorbijgaan.
Het stuk vangt aan met een overzicht van den
toestand in Frankrijk. De president beijvert zich
nauwgezet zijne taak te vervullen ter bevestiging van
den vrede en tot handhaving der orde. Geene ver
wikkelingen met het buitenland belemmeren het werk
der reorganisaties. De eerbiediging der tractaten geeft
dagelijks meer vertrouwen op onze betrekkingen met
de mogendheden. Deze zijn allen van vriendschappe-
lijken en vredelievenden aard. De economische toe
stand van het land is aanmerkelijk verbeterd. De
oogst is buitengewoon ruim. De industrie heeft hare
vroegere bedrijvigheid hervat.
De regeering tracht op de begrooting voor 1875
het evenwicht tusschen ontvangsten en uitgaven te
herstellen. Zij tracht tevens het finantieel beheer te
hervormen. Op zijne reis door de departementen
heeft de president mogen ontwaren, dat de liefde tot
orde toeneemt bij erkenning van de behoefte aan vrede
en veiligheid. Hij verlangt dat eene, door de Natio
nale Vergadering als onmisbaar erkende organisatie
aan het gezag de kracht zal geven, welke het noodig
heeft. Terwijl het laiul nog steeds in beroering wordt
gebracht door de verbreiding van de meest verderfe
lijke leerstellingen, wordt de vergadering verzocht den
geregelden loop van zaken bij het bestuur te verzekeren,
door het, als een verstaudigen maatregel van voorzorg,
de geregelde uitoefening der openbare macht te waar
borgen.
z/lk hoop" zoo sprak de president //dat
tusschen u eensgezindheid zal bestaan omtrent de
ernstige vraagstukken, welke gij zult gaan behandelen.
z/Ik onttrek mij niet aan de verantwoordelijkheid,
voor zoover deze op mij rust. Ik wil u nu terstond
zeggen, hoe ik mijne plichten begrijp.
z/Ik heb het gezag aanvaard, niet om de oogmerken
van eene of andere partij te begunstigen. Ik heb
slechts dit doelte arbeiden aan nationale verdediging,
aan het herstel der natie. Om mij daarbij te helpen,
roep ik tot mij alle mannen van goeden wil, allen,
bij wie persoonlijke voorliefde buigt voor de noodza
kelijkheid van den tegenwoordigeu tijd. Den 20sten
Nov. van het vorige jaar hebt gij mij voor zeven jaren
het uitvoerend gezag toevertrouwd in het belang van
vrede en orde. Datzelfde belang maakt het mij ten
plicht, deze plaats tot den laatsten dag in te nemen
met onverstoorbare standvastigheid en nauwgezetten
eerbied voor de wetten."
Deze boodschap is niet alleen merkwaardig om
hetgeen zij bevat, maar ook om hetgeen zij verzwijgt.
Men vindt er niet in, wat vele hadden verwacht, eene
zinsnede, waarbij de spoedige opheffing 'van den staat
van beleg werd voorgespiegeld. Men vindt er niet
in eene specialisering van de coiistitutioneele wetten,
maar slechts eene algemeene erkenning van de onmis
baarheid eener krachtige organisatie. De beraadsla
gingen in de Nationale Vergadering zullen wel spoedig
de regeering in de noodzakelijkheid brengen meerdere
ophelderingen te geven.
De verdeeldheid tusschen linker- en rechtercentrum
is de groote klip, welke Mac-Mahon en zijn tegen
woordig ministerie hebben om te zeilen. Dat zij nog
niets is verminderd, bleek vooral bij de verkiezingen
voor het bureau der Nationale, waarbij de hertog d'
Audifïret-Pasquier, de onlangs afgetreden voorzitter
en een van de invloedrijkste leden van het rechter
centrum, eer3t bij tweede stemming tot vice-president
der kamer is gekozen. Iiij heeft niet meer dan 267
stemmen op zich vereenigd, terwijl de heer Martel,
van het linker-centrum met 422 stemmen werd ver
kozen. Deze gedeeltelijke nederlaag van den heer d'
Audilfret wordt toegeschreven aan de houdiug van
de uiterste rechterzijde, terwijl de Bonapartisten zeker
niet op hunnen verklaarden tegenstander hebben ge
sterad, bovendien vertegenwoordigt de hertog, gelijk
bekend is eene fractie van het rechter-centrum, die