ZIERIKZEESCIIE COURANT. voor liet arrondis- scment Zierifezee. 1874. No. 71. Woensdag 9 September, 77ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD NA 'T CONGRES. DE k Eli Al IS Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN, Prijs per drie maanden 1,Franco per post 1, Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk eeu dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKENMAN. Het blijkt dat ook anderen en, we erkennen 't gaarne, meerbevoegden dan wij, al zeer weinig ingenomen zijn geweest met liet Brasselsehe Congres. Wat de Engelsche Spectator daar omtrent zegt is misschien nog sterker afkeurend dan 't geen wij tijdens den aanvang der zit tingen als onze meening hebben medegedeeld. Het feit der mislukking van den geheelen op zet kon echter ook op de vorming van bet oordeel dat thans daarover geveld kan worden van invloed zijn. De Spectator verblijdt zich er in dat liet congres is mislukt. Volgens dat blad is het geheele congres eigenlijk aangelegd om door 't binnensmokkelen van sommige zooge naamde door de humaniteit geeischte voorbe houdens het overwicht in geval van oorlog tcitelijk in banden te spelen aan enkele machtige potentaten. Het is immers klaar dat wanneer een kleine staat wordt aangevallen door een grooten nabuur en de kleine staat mag dan niet alle krachten van verdediging inspannen, door b.v. ook de burgers, 't zij als geregelde corpsen vrijwilligers, 't zij naar omstandigheden en zoo als hun vaderlandsch gemoed 't hun ingeeft, in den nationalen strijd te laten deelnemen, dat dan de overmacht van den grooten nabuur onfeilbaar moet beslissen, 't welk geenszins 't geval is als de kleine natie van haar recht van zelfverde diging volledig gebruik kan maken De Engelsche Economist is niet van 't ge voelen van den Spectatorten minste niet geheel. Dit blad wil niet veronderstellen dat Rusland met het voorstel van een dergelijk CoDgres zulke diepgaande geheimen bedoelingen gehad heeft. Ook de Économist echter is met de mislukking van het Congres ingenomen, omdat daardoor de neiging der groote mogendheden om aan de kleinen voor te schrijven hoe zij zich zullen mogen verdedigen is gestuit.. Wij voor ons verblijden ons in den afloop der zaak omdat nu een groot beginsel is intact gebleven en wel dit: dat de beschaving de wereld regeert en niet de politiek. Het is namel. niet te ontkennen dat de oor logen in de nieuwere tijden veel minder bloedig, vooral minder wreedaardig, minder woest en duivelachtig worden gevoerd dan in vroegere tijden. Dit is echter niet te danken aan de vorderingen in de politiek, noch aan de toene- merde perfectie van het diplomatiek verkeer maar het is de vracht van de algemeene toe neming in beschaving en zachtheid van zeden die van de volken zelf uitgegaan is. Zoo ridderlijke praatjes en groote woorden de ramp des oorlogs konden verzachten, dan hadden gewis de oorlogen van Lodewijk XIV in dit opzicht al zeer humaan moeten wezen. Lodewijk XIV was de ridderlijkheid, de grootmoedigheid zelf, hij was de beschermer der kunsten, de trouwe zoon der Kerk. Als men zijn lofrede naars -en dat zijn er honderden - gelooven wil dan was hij een half-god. Zijn legers hebben er niet minder om gewoed als wilde horden moordenaars, verkrachters, brandstichters en roovers. Die legers, 'die bij den staf dichters, schilders en schrijvers telden, brandden de Palz plat, pleegden duizend gruwelen in ons kleine landje en zijn ridderlijke ruiterij was laag ge noeg om zich te laten gebruiken voor beulen om landgenooten, onschuldige eu weerlooze protestautsche Fransclien te vervolgen als wild gedierte en over de kling te jagen. Neen, dat de mensoh in den oorlog minder beestachtig is dan wel vroeger is niet de vrucht van de fijn overlegde berekeningen der vorsten maar van den onfeilbaren invloed der bescha ving, een invloed die zich doet gevoelen ondanks de overleggingen der diplomaten. En als wij nu blij zijn dat het Brusselsche Congres mislukt is, dan is 't vooral daarom dat wij meenen dat het hoopje mannen, dat daar, tusschen twee fijne diné's, heeft zitten praten, onbevoegd was om over 't lot van mil lioenen en nog eens millioenen menschen te beschikken. Mochten de volken dit toch alge meen maar inzien Mochten zij, nog meer dan ze 't tot dusver deden, en gedurig nadrukkelijker en luider bun stem laten hooren als de mannen der politiek gaan beraadslagen over 't al of niet geradene, tijdige en voordeelige van eens een oorlog te beginnen. De zonen des volks moeten zich laten verminken of doodeuwaarom zouden dan de volken 't recht niet hebben ook mee te spreken Algemeen neemt men den regel aan dat die 't meeste betaalt ook 't meest mag zeggenwelnu, in de oorlogen betaalt bet volk met het bloed zijner krachtigste zonen laat het dan ook waar 't kan krachtig zijn stem doen hooren Onverantwoordelijk is 't van het beschaafde Europa dat het voortdurend meer dan 4 milioenen gewapende mannen ter beschikking stelt van eenige weinige personen. Geen enkele nood zakelijkheid buiten en boven de macht der volken vordert dat. Laat de volken slechts willen en de afschaffing der staande legers wordt een feit, veel eerder dan menigeen denkt. Men zij toch niet blind. Sedert de uitvin ding der staande legermachten is de macht van 't goddelijk gezag der vorsten wel gedurig gedaald maar de brutale macht der wapenen te hunner beschikking staande is gedurig ge klommen. Kan dat altoos zoo duren Zal dan ten slotte elk weerbaar, laat ons zeggen, elk volwassen of als zoodanig gerekend man, voortdurend, met een geweer in de hand, gereed moeten staan om 't oogenblik te verheiden dat de heeren diplomaten, zullen gelieven te zeggendaar moet oorlog wezen, valt aan De burgerij bezwijkt onder den druk der belastingen en het meeste geld van 't budget is voor den oorlog. Kan dat altoos zoo blijven Moéten de volken er zich altoos maar bij neer leggen, dat tegen een cent die voor 't onderwijs huuner kinderen wordt gebruikt, misschien een gulden en meer wordt besteed voor kruit en lood om die kinderen als ze volwassen zijn, dood of lam te schieten De beschaving, 't zedelijke licht, heeft de rampen des oorlogs verminderd, de beschaving, 't zedelijke licht, schijne maar door, al helderder eu klaarder en 't zal een onzinnigheid worden dat nog langer zooveel millioenen vreedzame burgers kunnen gedwongen worden tot den menschenmoord onder den naam van oorlog. Wel zal de oorlog nog niet zoo spoedig ge heel onmogelijk kunnen gemaakt worden. Maal ais eenmaal door den drang der publieke opinie bij de zich noemende beschaafde volken met de zoogenaamde Christelijke te beginnen de staande legers zijn opgeruimd, dan kan alleen hij die kwaad wil nog een oorlog op touw zetten en wee dan zulk eeu aanvaller Als de volken toonen willen dat zij wezenlijk beschaving en zedelijkheid willen, dan zal zijn snoode poging wel afstuiten op een wezenlijk nationale volkswapening. Zulk een volkswape ning zou dan half en half geïmproviseerd wezen, 't is waardoch ook de aanvaller zou slechts over een geïmproviseerde legermacht kunnen beschikken. Was de volksstem wezenlijk krachtig, het volksgeweten wezenlijk wakker dan zou de volksstem deeréteerengeen cent voor den oorlogen de diplomaten moesten hun ge schillen op andere wijze zien af te handelen of zelf vechten. Maar waar dwalen wij heen, in onze Arca dische droomen Milliarden zuur gewonnen guldens zullen wellicht nog moeten verspild worden aan oorlogstuig, oorlogsschade en winst derving door den krijg millioenen menseheu- zoneu zulleu elkander nog moeten verminken eu doodeu, vóór de volken wijs genoeg zullen geworden zijn om in te zien hoe dwaas zij gisteren nog waren. Toeh zal 't daartoe komen. Een der redacteurs van den Figaro, de heer Albert Millaud heeft dezer dagen zijn reisindrukken uit Ne derland gepubliceerd en daarin, 't geen een zwak van alle buitenlanders schijnt te wezen, vooral van de Franschen getoond dat hij door een vreemd beslagen bril gezien heeft. Een ding evenwel heeft hij opgemerkt waarin wij hem waarlijk niet zonden weten tegen te spreken. Van de Rotterdarasche kermis sprekende zegt hij //Ik zsveer bij 't hoofd van Erasmus, dat ik in de slechtste voorsteden van Parijs niets gezien heb, wat met de kermis te Rotterdam gelijk staat. Men zegt dat de kermissen 't volgende jaar zullen afgeschaft worden. Des te beter. Ik zal er de Hollanders dan geluk mee wenschen." Het oordeel van den Franschman verwondert ons waarlijk niet. Immers waar ter wereld wordt kermis gehouden als te Rotterdam Waar is meer lol, waar wordt meer gehost, kortom waar vertoont zich de neiging tot het geraeene en ruwe, onzen bedaarden landaard zoo eigen, sterker dan juist te Rotterdam? En 't zijn niet alleen de Rotterdammers die zoo uit zinnig zijn als 't kermis iswie uit den vreemde daar komt bij die gelegenheid wordt ook medegesleept

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1874 | | pagina 1