A TCHÏN. Binnenland. zij haar bestaan gerechtvaardigd en baar op richters groote eer aangedaan hebben. Op de groote vraaghoe aaii 't noodige ka pitaal te komen 1 geeft bet genoemde rapport mede eenige aanwijzing. Daaruit blijkt n.l. dat o. a. de naamlooze vennootschap „het Gemeente-Crediet" te Amsterdam zich bereid heeft verklaard te onderhandelen over kapitaal- verschaffing met polderbesturen. Het komt er dus maar op aan of zij 't ook doen zou met de dorps-vereenigingeu 't - geen wij natuurlijk hier niet te beoordeelen hebben. De afdoening der opgenomen kapitalen kan plaats hebben door aflossing of door aunuiteiten. Blijkens meer gemeld rapport was „'t Gemeente- Crediet" bereid de annuiteitwat den tijd van aflossing betreft, naar den wil en de keuze van de leeners te bepalen voor 2Q jaren op 8,34%voor 25 jaren 7,42%; voor 30 jaren 6,84%; voor 35 jarén 6,46%; voor 40 jaren 63/16%; voor 50 jaren 5,86% voor 60 jaren 5,69%. Deleeuerzou bovendien eeii bedrag van 5% der leening moe ten nemen in aandeelen der vennootschap, en deze tot onderpand moeten stellen voor de richtige afdoening der aunuiteiten eventueele dividenden op die aandeelen zouden door den leener genoten worden. Om echter te kunnen optreden tot afkoop der tienden van een tieudblok zou, om te voldoen aan de wet van 12 Mei 1872, de ver onderstelde dorpsyvereenig'ing moeten wezen eigenaar van een tiendplichtig perceel" in het blok want geen ander kan de vordering in stellen dan een tiendplichtige in bet blok- Het behoeft ook. niet gezegd te worden dat de afkoop der tienden altoos nog een bezwaarlijke zaak blijft doch nu eenmaal door de wet de midde len aangewezen zijn om tot de opheffing' van den tieudenlast te geraken kan het niet dan wensehelijk zijn dat alle belanghebbenden deze zaak ter harte nemen en daarvan hun aandacht wijden. Behalve om de door ons genoemde en aller lei andere redenen, staat het vast dat de vernietiging der tienden is in bet belang' van tiendplichtige en tiendheffer beiden. Voor den tiendplichtige in onze streken o.a. ook omdat de tijd wellicht 'nabij is dat de cul tuur van meekrap die door ,'t tiendrecht maar weinig bezwaard wordt, zal vervangen moeten worden door iets anders, meer graanbouw b. v. En voor den tiendheffer, vooreerst omdat door wet van 12 Mei 1873 de soliditeit van het tiendrecht als verhandelbaar goed niet weinig beeft geleden en de tienden een onvaste kapi taalsbelegging zijn geworden omdat de tiend- plichtigen ieder oogeDblik afkoop kunnen vor deren en ten anderen omdat naar mate de landbouw meer aan de hand der chemie gaat wandelen en dus de landbouwer minder ver bonden blijft aan den wisselbouw, ook het ontduiken der tienden door den verbouw van ontiendbare of slechts gering bezwaarde gewas sen gemakkelijker zal worden. Hierdoor zullen de tienden allengs tot een minimum van opbrengst 't werkelijk; zij was koortsig en zenuwachtig. Nooit zal ik dien eigenaardigen blik vergeten, dien zij op mij wierp, toen zij mij zag. Dat was weder datzelfde tooverachtig treffende oog van vroeger; en toch lag er in de uitdruk king van dien blik, die als tot in mijn hart doordrong, niet meer dat fiere, ^mannelijke, maar iets geheel anders. Ieder kent de anecdote van dien jongeling, die om een nieuwen boog te beproeven een witte duif neerschoot en toen zoo getroffen wérd door de uitdrukking van stille doodssmart in 't oog van 't stervende diertje, dat hij zijn leven door de gedachte behield dat hij een moord, had 'gepleegd, welke gedachte hem eindelijk krankzinnig maakte door den waanzin dat hij zijn geliefde het hart doorboord had. Zulk een droevige pijnlijke uitdrukking lag er in Corr ilia's oogen toen onze blikken elkander ontmoetten. Dat was maar een oogen blik. «Wellicht zal het heden noodig zijn mannenmoed te te betoonen, beste vriendin," zeide ik half glimlachend, doch dit niet van harte, »wij hopen dat het drama spoe dig de groote wending mag nemen.en door een schoorté oplossing besloten worden. Gij stemt er immers in toe dat wij toebereidselen maken voor uw vertrek van hier om in een gelukkiger land rust en vrede te zoeken?" «Kust en vrede," antwoordde zij, «ach! waarom heb ik ze hier niet mogen vinden! Waarom hebt ook gij niet willen helpen om dat ideaal hier te bereiken. Ik had dan ook afstand^ willen doen van alle eerzuchtige vooruitzichten. Maar wat zeg ikmijn hoofd is zoo vol van allerlei zonder linge gedachten. Doch vernederen zullen 'ze mij niet, zij zal niet lachen, noch mij bespotten omdat zij mij heeft overwonnen. Gij zult mij immers niet alleen laten met die duivelin?" voor den tiendheffer warden terug gebracht en vooral zijn positie ongunstiger worden met bet oog op art. 3 der wet van 12 Mei '72, waar de afkoopsom gesteld wordt op 't twintig- voud van de jaarlijksche opbrengst, welke gemiddeld wordt over de laatste 15 jaren na aftrek der 2 hoogste en' 2 laagste jaren, zooals wij reeds hebben gezegd. In de Staats-Courant is openbaar gemaakt een lijst der gesneuvelde en gewonde officieren en minderen, bij de 2e expeditie tegen Atchin, opgemaakt naar de bij 't departement van oorlog te Batavia ingekomen opgaven tot 26 Februari 1874. De lijst bevat in T geheel 624 namen, als: gesneuveld of overleden 13 officiereu en 250 minderen gekwetst 41 officieren en 320 minderen. Onder de gekwetsten komen er velen voor met randjoe-wondeu tot opheldering voor sommige lezers zij hierbij opgemerkt dat randjoes een soort van Spaansche ruiters of voetangels zijn, gemaakt van scherp gepunte bamboes, die de inlanders de gewoonte hebben te plaatsen in den grond van de wegen, en paden of in het gras rondom hun versterkingen. Padatig 26 Februari. De stoomer Sumatra is alhier van Atchin aangekomen met 249 gewonden en zieken, waaronder kapitein OLterbein, luitenants Miseroy, Bruinsma en de Neve. Zeventien minderen stierven gedurende den overtocht. De gezondheidstoestand der troepen is niet gunstig. Nog altijd heerscht de cholera. ZI EBIKZEE, 10 April 1 8 7 4. Zierikzee, 10 April. Het blijkt dat de census verlaging nog altoos een onderwerp is waaraan het ministerie zijn aandacht blijft wijden. Naar de Arnli. Court, verneemt, ziet het er met de ingeleverde rap porten omtrent den vermoedelijken omvang der ver anderingen die ontstaan zouden tengevolge van 's ministers aangegeven getallen, niet best uit. Die stukken 'moeten weinig licht verspreiden en nog al slordig zijn opgemaakt. Zoo schijnt men niet eens gelet te hebben op de nieuwste verdeeling der kies districten nl. na de herziening van 1864 en 1869 maar de oude van 1858 te hebben gevolgd. Men vindt o. a. de gemeente Ossenisse nog onder Goes; Sint Aunaland onder Zierikzee, ofschoon de eerste plaats reeds in 1864 is gevoegd bij Middelburg en de laatste bij Goes. Middelburg, 7 April. In de eergisteren alhier gehouden jaarlijksche algemeene vergadering der Mid- delburgsche Maatschappij van stoomvaart tusschen Middelburg en Bottéi'da.n, is het dividend bepaald op 18 Een Sjarige knaap te Middelburg is thans ook overleden aan de gevolgen van het eten van de be kende leverworst. Hetzelfde vernemen wij omtrent een man te Tholen. Hoe zonderling de speling der natuur is, kan ge tuigen de heer J. B. Joosen, landbouwer in den polder het Hoogland onder Ossenisse. Onder een broed .hoenderen, hem toebehoorende, bevindt zich een kieken, dat met drie pootjes uit den engen dop de wijde wereld intrad. De overtollige poot staat juist daar waar anders de staart zich ontplooit en geeft aan liet gevederd diertje een waarlijk wonderlijke figuur. N. ML. Cé. Met bezorgdheid zag ik Charles aan en hij wenkte mij om maar niets meer te zeggen. Ik had trouwens, onvoor zichtig genoeg, mogelijk al te veel met haar gesproken. ■»Is hij nog hier?" vroeg Corrilla nu, mij half starende aanziende. Ik raadde dat zij haar kind bedoelde. Eenige minuten later bracht ik hem bij haar; liet knaapje was nog slaap dronken, want ik had hem zoo maar uit zijn bedje ge licht, wel begrijpende dat hij op dit oogenblik een persoon van veel beteekenis kon wezen. Toen Corrilla haar lieveling zag,veranderde de uitdruk king van haar gelaat geheel en al en 't scheen dat de vlaag van ijlhoofdigheid weder geweken was. Wij lieten haar alleen, ofschoon wij in de nabijheid bleven. Het kon ongeveer acht ure geweest zijn, toen de oude Tom, de knecht, mij kwam zeggen, dat er iemand beneden in de grot aan den seindraad getrokken had. Ik ging met hem mede om te onderzoeken wat die geheimzinnige bode kon .te, zeggen hebben. Wij daalden in den tunnel af en kwamen weldra voor de ijzeren deur, zonder dat de buitenstaande iets van onze komst kon gehoord hebben. Eerst nu trok Tom de staaf langzaam terug en luisterde daarop scherp naar 't geen er aan den 'anderen kant van de deur omging. «Er mocht eens verraad wezen," fluisterde hij zacht in mijn oor. Na nóg een paar seconden gewacht te hebben, tikte hij zacht op de deur. Nu werd er met een eigenaardig tikken geantwoord. »'t Is goed volk," zeide Tom nu, «en zelfs een naamge noot -van mij, 't is de man die u hier gebracht heeft." Uit Botterdam wordt gemeld dat aldaar het kro ningsfeest zal gevierd worden op den 21 Mei en dat PI. PI. M. M. de Koning en de Koningin het zullen bijwonen. De Tweede Kamer is opgeroepen tot hervatting barer werkzaamheden tegen Dinsdag 14 April des namiddags 3 ure. De rechtbank te Arasterdam heeft beslist, dat. een huurder op grond wan wanbetaling der huurpenningen tot ontruiming der woning kan werden gedwongen, ook al is voor die gelden borgtocht gesteld en de borg door den verhuurder nog niet aangesproken. Z. M. de Koning heeft den kolonel J. C. J. Kem- pees, kommandanfc van het instruetie-bataillon, eervol van zijn tegenwoordig bevel ontheven, en'hem op zijn verzoek, in afwachting van nadere beschikking, op non-activiteit gesteld onder dankbetuiging voor de vele en gewichtige diensten door liern tot dusver be wezen Een bericht uit Kampen meldt echter dat de kolonel na een langdurige ongesteld in den morgen van den 8 dezer is overleden. Zijn dood is een groot verlies voor 't leger. De Minister van Binnenlandsche Zaken brengt ter algemeene kennis, dat, volgens bij hem ingekomen ambtsberichten, in de week van 29 Maart tot 4 April jl. aan Aziatische cholera zijn overleden te Botterdam 1, te Utrecht 1, totaal 2 personen. Men verneemt dat Z. M. de Keizer aller Bussen op zijne reis naar Engeland eenige dageu in de resi dentie zal vertoeven. Plet huis in 'fc Bosch zal dan voor den keizer,in gereedheid worden gebracht en hij zou ook den 12 Mei het kroningsfeest te Amsterdam gaan bijwonen. Z. M. heeft aan den heer G. Selenka, op verzoek, eervol ontslag verleend als hoogl. in de faculteit der wis- en -natuurkunde aan -de hoogesch. te Leiden. De heer Dunkier, kapitein-directeur der stafmuziek van liet rege'ment grenadiers en jagers, heeft bij ge legenheid van het aanstaande krooningsfeest van Z. M. eene militaire feest/tuide gecomponeerd, welke ta lentvolle toonkunstenaar den Vorst heeft opgedragen, wien het behaagd heeft haar welwillend te aanvaarden. Naar het TJ. D. verneemt, zullen er in- de forten bij Utrecht artillerie-magazijnen gebouwd worden ten einde aldaar voortdurend een voorraad materieel voorhanden te kunnen hebben. De kosten daarvan zijn op ruim f 40,000 begroot. Naar men verneemt zal voortaan het aardapelschillen in de kazernen, waarvan de soldatèn meestal een grooten afkeer hadden, door vrouwen geschieden. Volgens- de Ocean van Brest verkeert het eiland St. Pielena, dat eertijds zoo bloeiend was en tot an kerplaats diende voor alle schepen, die zich naar Indië begaven, in een staat van diep verval. Het kanaal van Suez doodt zijn handel, de bevolking is van 8000 tot op 4000 geslonken en neemt voor een groot deel de wijk naar de Kaap de Goede Hoop, terwijl de meeste huizen een vervallen aauzien vertoonen. Snel wisselde hij nog de overige seinen en opende toen de deur. 't Was zooals hij gezegd had. Aan de teerlucht her kende ik den zeeman en aan de stem ook mijn gids. Hij bracht een brief van de kapitein en terwijl wij na de deur zorgvuldig gesloten te hebben, ons snel naar boven begaven, vertelde de man nog hoeveel moeite hij gehad had om ongemerkt tot hier te komen. De brief, dien Tom medegebracht had, was aan Corrilla gericht; doch zij gaf mij een wenk om hem maar te ope nen en te lezen. Hij bevatte gewichtige tijdingen. Niet lang na dat ik de kapitein en luitenant Lina had verlaten was er een officier der blauwen gekomen met een bevel van de president om of met de Stella onmiddellijk te ver trekken naar zee öf het schip,aan de werf te brengen en ter beschikking der regeering te stellen. De kapitein had op dien eisch beleefd doch zeer bepaald geantwoord dat zij van dergelijk bevel niets begreep en zich voorloopig zou houden aan de orders van haar patrones, daar do Stella particulier eigendom en er geen staat van beleg afgekondigd was. De officier had daarop in'vertrouwen medegedeeld dat het gouvernement de Stella, die zwaar gewapend was, niet vertrouwde en vermoedde dat het schip in dienst van de geheime samenzweerders stond. Daarop was zij vertrokken, doch later weder teruggekomen met nog stelliger bevelen en het bericht er bij dat al de hoofden der beweging, dat waren dus de «zeven," in han den van de president waren gevallen en 't derhalve ver standig zou zijn van de kapitein zich te onderwerpen aan de wettelijke macht. Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1874 | | pagina 2