schappelijk eigendom wezenhet vormt als 't ware de avke des verbonds van de vereeniging. Do winsten kunnen vervolgens verdeeld wor den in verhouding van de door de leden gedane inkoopen in den winkel. Tot regeling van elks aanspraak op zijn aandeel in de winst, moeten bij eiken inkoop bons, aanwijzende het bestede bedrag worden uitgereikt. Deze bons worden elke drie maanden ingenomen en daarnaar het aandeel in de winst berekend. Behalve deze winstverdeeling kan ook nog een standvastige rente der aandeelen worden aangenomen, 't zij ter uitdeeling, 't zij om bij te schrijven tot vorming van nieuwe aandeelen. De groote voordeelen van zulke consnmtie- vereenigingen zijndirecte verbetering van het lot der arbeiders en geringe burgerlieden, door hun de gelegenheid te geven goede waren te verkrijgen voor matigen prijs; grondlegging van een kapitaal, dat hoewel aanvankelijk klein, toch voor steeds toenemenden aanwas vatbaar is; vermijding van de nadeelen van 't koopen op crediet, 't welk altoos een zekere mate van afhankelijkheid van winkelier of leverancier ten gevolge heeft; het vermijden van de tweede en derde hand, die vooral de inkoopen in het klein voor den werkman zoo schadelijk maken, en die ten gevolge hebben dat enkelen welvaart genieten ten koste van do ellende van zeer velen; een weldadige con currentie met zelfstandigs ondernemers van winkels en kleinhandelaars, geenszins een mid del om dezen er onder te werken maar toch wel een middel om schadelijk monopolie te beletten; eindelijk en vooral zelfhulp, waarop de meeste zegen rust. Het zou te wensehen zijn dat in alle plaatsen, zelfs op de dorpen, dergelijke consumtie-ver- eenigingen bestonden. A T 151 Uit berichten, van de reede van Atchin ontvangen, dd. 10 December, kan het navolgende worden mede gedeeld. Onder zeer ongunstige omstandigheden kwam de transportvloot ter reede van Atchin. De meeste sche pen waren met cholera besmet. De cholera-lijders konden niet op de ziekenschepen worden overgebracht, omdat zij deze zouden hebben besmet en voor andere zieken en later voor gewonden onbruikbaar gemaakt. Derhalve werd (zoo als reeds vroeger per telegram is vernomen) op Poeloe Nassi een cholera-hospitaal ingericht, in afwachting dat met de operatiën op de kust van Atchin een aanvang kon worden gemaakt. Gedurende de eerste dagen was echter aan eene lan ding op die kust niet te deuken, omdat het dagelijks uren lang hard regende, en het debarqueeren en bi- vouacqueeren der door de epidemie aangetaste troepen, onder den blooten hemel, op een vochtigen bodem, waar geen vuren aangehouden noch levensmiddelen gekookt konden worden, de noodlottigste gevolgen zou kunnen gehad hebben. Inmiddels klom het getal der aan cholera overleden militairen en koelies tot 180, terwijl 300 a 350 man door die ziekte en een aantal andere ziekten waren aangetast. De voorraad drinkwater raakte ten einde, en de pogingen, om dien voorraad door water van Wij spraken verder af dat wij ook elkander onvoorwaar delijk zouden helpen als de nood dit vorderde, 't welk ook voor onze eigen veiligheid noodzakelijk was. Toen ik ein delijk heenging had ons afscheid wel iets van 't scheiden van drie geheimzinnige eedgenooten en de geheimzinnigheid werd niet weinig verhoogd door de omstandigheid dat .wij geen van drieën eigenlijk recht wisten waar 't gevaar schuilde en wat er alzoo zou moeten gebeuren. Er verliepen toen eenige dagen eer ik Corrilla weder zag. Ik had mij gedurende dien tijd bezig gehouden op mijn kamer met het bestudeeren van de wetten en rechten des lands en in de stad met overal op publieke plaatsen rond te snuffelen wat er broeide en welke alzoo de onder werpen waren der publieke belangstelling. Wat dit laatste betreft ontdekte ik weinig. Wel werd er ook in de con versatie-zaal van het hotel druk gesproken over de politiek en over da maatschappelijke vraagstukken, doch iets be paalds omtrent personen en plannen kon ik niet vernemen. Het personeel van het hotel behoorde ongetwijfeld tot de omwentelings-partijik merkte dit op aan de teekens die nu en dan gewisseld werden cn die nu voor mij niet allen meer vreemd en onverstaanbaar waren. Bij het onderzoeken van de daar straks genoemde wet boeken trok inzonderheid de regeling van het erfrecht mijn aandacht. Een eigenlijk erfrecht bestaat er niet. Het persoonlijke eigendom wordt volkomen beschermd en gewaarborgd, doch alle eigendomsrecht houdt op bij den dood. Bij zijn leven kon iemand door schenking of overdracht met zijn goederen doen wat hij wilde, doch al 't geen waarover bij Poeloe Nassi aan te vullen, slaagden slechts gebrekkig, terwijl daarbij tien sloepen verloren werden. Hoezeer het steeds bleef regenen, werd nude landing onvermijdelijk. Den 6den December werd daartoe be sloten. In den avond van den 7den waren alle schepen van Poeloe Nassi op de bepaalde plaats aangekomen. Daarop vond (zoo als de telegraaf reeds vroeger gemeld heeft) de landing bij Kwala Gigheu, onder de leiding van den Generaal-majoor Verspijck, met goed gevolg plaats. De vijand was, wat den tijd en het punt van de landing betreft, blijkbaar verrast, want de tegenstand was gering. Den 9den December waren de troepen in een zeer schoone vlakte op den rechter oever der Kwala Gighen gelegerd. Het eerste doel was nu om zich van het terrein tusschen die kwala en de rivier van Atchin meester te maken. Sedert den dag der landing was het weder bijzonder gunstig geworden. De oorlogsschepen waren van de cholera vrij gebleven. Uit de achtereenvolgens bij het departement van koloniën uit Oost-Indie ontvangen regeeriugs-telegram- men blijkt, dat gedurende de tweede expeditie tegen Atchin zijn gewond geworden de volgend hoofd- en andere officieren Bij de verkenning op 25 of 26 December tot onderzoek hoe de Kraton kan worden aangevallen, en de zeer ernstige gevechten bij de groote versterkte kampong (zie het buitengewone bijvoegsel tot de Staats-Courant van 31 Dec.), de kolonel-commandant der tweede brigade Wiggers van Kerchem (licht aan het been), de luitenant Kroesen ernstig, en de eerste luitenants von Massow, Eichholtz, van den Blijk, Schweys en de officier van gezondheid van Harden- bergh, allen licht. Bij het zeer ernstige gevecht tot opsporing der voor den Kraton gelegen vlakte, op 26 December (zie hetzelfde bijvoegsel), de majoor van Lith, de kapitein Nix en de luitenants Hirschman, Wilken en Koot (laatstgenoemde gedetacheerd), allen licht. Bij de inneming der moskee (Missigit) op 6 Januari de kolonel de Roy van Zuydewijn, die, van de reserve brigade te Padang opgeroepen, in de plaats van den gewonden kolonel Wiggers van Kerchem, al comman dant der tweede brigade was opgetreden, licht aan de kuitde kapiteins der infanterie von Mauntz, Visser, van Lierde luitenant der infanterie Popelier (vau het 14de bataillon) en de luitenants der infan terie Meuleman, Hulstkamp (laatstgenoemde gedeta cheerd) en Hemmes de kapitein der artillerie Schneither en de officier van gezondheid de Wilde, allen licht; en de luitenant der infanterie Comfurius, ernstig. Bij het voortgaande versterken der moskee (Missigit) zie Staats-Courant van 15 Januari de kapitein der infanterie, Soetens* de luitenant der infanterie, gedetacheerd bij de genie, Booms en de luitenant der artillerie Broese van Groenou allen licht. Voorts is nog gebleken, dat bij de affaire tegen Pedir verwond werd de adelborst Schuilenburg. TELEGRAM. Uit een regeerings-telegram uit Atchin 18 en Pedang 21 Januari blijkt dat er na den 13en dezer niets belangrijks is voorgevallen dan de door Reuter geseinde aanval op de hoofdstelling, waarbij 1 officier en 5 minderen gedood en 11 zwaar gewond werden. De vijand is teruggedreven met een verlies van 44 dooden. De tweede helft der reserve-brigade is van Padang ontboden. De Kraton moet berend worden en dan 25 en 26 Moekim onderworpen. De Sultan heeft geen gezag, terwijl de bevolking geneigd is tot voort zetting van den oorlog. De gezondheidstoestand is beter, ofschoon er nog steeds veel regen valt. 't sterven geen beschikking gedaan is, wordt het eigendom van den staat. De staat, d. i. de gemeenschap, is eigenlijk de eenige erfgenaam. De losse goederen worden altoos dadelijk verkocht, de vaste blijven aan den staat om soms aan verdienstelijke personen geschonken te worden, of wel zij worden verpacht of verhuurd en soms ook verkocht als er zich bijzondere belanghebbenden voor opdoen. Ik wil geenszins deze vreemde orde van zaken verdedigen; alleen moet ik opkomen tegen veel bedenkingen en rede neeringen, die ik bij onze schrijvers over dat onderwerp wel heb gevonden en die zij aanvoeren om het erfrecht te verdedigen. Ik heb overvloedig gelegenheid gehad om op te merken dat een opheffing van 't erfrecht niet zulke volstrekt nood lottige gevolgen behoeft te hebben als men daar wel aan toeschrijft. Ik heb daar opgemerkt dat de zucht om vooruit te komen en rijkdom te verwerven al even sterk is als ergens elders. Maar men is er niet zoo slaafs gehecht aan het stoffelijke; stoffelijke goederen worden veel meer als ondergeschikte zaken beschouwd; men jaagt 't bezit niet zoo na om 't bezit, maar meer met het oog op den dienst, 't genot, 't gemak dat men er van kan trekken. Men is werkelijk losser van 't stoffelijke en geniet er toch veel meer levensgeluk van. Armoede schijnt daar onbekend, diefstal uiterst zeldzaam te zijn. Daarentegen is 't publiek eigendom ongemeen groot en uitgebreid en de belangstelling in het algemeen welzijn veel levendiger en degelijker dan ergens in eenigen staat van Europa. Het individueele en huiselijke leven schijnt armer aan genot, 't maatschappelijk leven is daarentegen oneindig Binnenland. ZIERIKZEE, 23 Januari 1 8 7 4. Zierikzee, 22 Jan. 1874. Zijn wij wel ingelicht dan circuleert een inteekenlijsfc om hier het beroemde Elorentijner Quartet eene Soiree te doen geven. Deze zal plaats hebben den 7 Februari e. k. Is er véél noodig om onze stad- en landgenooten aan te moedigen in te teekenen P De Soiree van 1873 zal nog allen heugen en is het dus overbodig op een druk bezoek en een volle Concertzaal aan te dringen. Namen van Mendelssohn, Hayd'n en Sehumann vermogen meer dan onze woorden. Zierikzee, 22 Jan. Als een ongehoord voorbeeld van buitengewoon vroege ontwikkeling in deze maand Januari mag vermeld worden, dat heden aan de hoogere burgerschool alhier een nest met jonge spreeu wen is uitgekomen. In den vroegen ochtend had men een geweldig geschreeuw en beweging gehoord onder eene vlucht spreeuwen op het dak van een der school gebouwen. Iets later werd op de binnenplaats naast den muur van dat gebouw een pas uitgekomen vogeltje gevonden, met nog een deel der schaal van 't ei er aan hangende, en bovendien nog eene ledige schaal van een ander spreeuwenei. Het verbazende getjilp der oude spreeuwen in den vroegen morgen was zeker de uiting der groote blijdschap, waarmede door dat hemelsche heirleger deze ongekende gebeurtenis werd verkondigd en begroet, of wel het krijgsgeschreeuw van een nijdig gevecht, waarvan de nedergevallen e nieuweling het slachtoffer werd. (Ingez.) Zierikzee, 22 Jan. Het is bekend dat de prov. Zeeland zich heeft afgezonderd van het overige gedeelte des lands ten opzichte van het geschenk aan Z. M. deu koning. De goede stad Veere heeft zich op hare beurt weder afgescheiden van de provincie en zal een eigen geschenk aan den koninklijken jubilaris aanbieden. Men zegt dat dit zal bestaan in een album met dc potretten der Veersche burgerijer moet zelfs al een pliotograaf aan het werk zijn om diegenen der Veersche ingezetenen die nog geen eigen portret bezitten te onderwerpen aan de operatie vau geportretteerd te worden. Het Handelsblad spot om deze zaak met de Verenaars en noemt hen Abderieten. Zoo erg is 't nu toch niet. Maar als men voor het nationaal ge schenk eens een portret-album had gekozen dan zou men toch een curieus geheel kunnen verkrijgen. Het album zou dan ongeveer 31/2 millioen portretten moeten bevatten. Neemt men nu aan een album formaat van 12 portretten per pagina of 24 per blad en stelt men hieruit boekdeelen samen van 100 bladen (dat is al vrij dik) dan zou men een portretten-bibliotheek verkrijgen van 1459 deelen. Het denkbeeld der Verenaars is dus wel niet voor algemeenen opgang vatbaar, 't zou wat al te grotesk wezen. We laten nu nog daar 't geval dat Z. M. iu zijn ledige ureu die portretten-galerij zou willen doorbladeren. Zierikzee, 22 Jan. De uitslag der stemming te Gouda is geweest dat Dr. A. Kuyper is gekozen met 1504 stemmen, terwijl Mr. H. C. Verniers van der Loeff 1252 geldige steramen heeft bekomen. Er waren uitgebracht 2752 geldige stemmen. Vooral na het tot stand komen van het gelegenheids-verbond tusschen Standaard en Tijd kan deze uitkomst nie mand verwonderen. De Standaard zal nu zijn hoofdredacteur, de Am- sterdamsche gemeente haar herder en leeraar verliezen, terwijl de Tweede Kamer weder een theologant rijker veel meer ontwikkeld dan in Europa, 't Kleine huisgezin is onbekend 't groote is alles. Het werd mij ook duidelijk hoe verbazend groot de macht en invloed van de hooge overheidspersonen daar te lande moet zijn. Ofschoon de vormen geheel democratisch zijn, zoo bezitten de overheden daar toch een werkelijke macht als geen Oostersch despoot ooit heeft gekend, omdat haar zulk een groote rijkdom ten dienste staat en de telkens voorkomende gelegenheid om over groote bezittingen te beschikken aan de overheden een invloed geeft die al vermogend schijnt. Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1874 | | pagina 2