AT CHIN.
en wat daar voor wil doorgaan in zich opgenomen.
Zij streeft er openlijk naar om de kerkelijke
en geloofs-kwestien in de Hamer te brengen
en van liet parlement een synode te maken.
Ben in een onbewaakt oogenblik van mis
moedigheid den beer Groen ontvallen woord „in
ons isolement ligt onze kracht" brengt zij zoo
in toepassing dat zij geen gelegenheid laat voor
bijgaan om zich afgescheiden, [losgescheurd uit
getreden van de natie te betoonen. Zij laat
zelfs niet na reeds de onnoozele kinderen te
schiften in reinen en onreinen en zondert zich
als de reinen af van de onreinen.
Zichzelven 't |zuurdeeg achtende, 't ware zuur
deeg, heeft ze thans het scheikundig proces aan
gevangen omdat zuurdeeg af te scheiden van
het meel in plaats van het daarin te laten, op
dat het eindelijk al (t meel mocht doortrekken.
Zickzelve de kurk achtende waar 't land op
drijft maakt zij die kurk los van 't in haar
oog zinkende vaderland-; misschien om de
Schadenfreude te kunnen -Smaken van het te
zien verzinken.
Zi' izelve bij uitsluiting godsdienstig achtende
stres' zij er naar om uit de staatsschool den
godsü ^stigen geest te bannen omdat zij geen
godsdic st zonder dogmatiek kan denken en om
daarna alweder Schadenfreudete smaken en
te kunnen uitroepen: „ziet de school is god
deloos I"
Ziehzelve bij uitnemendheid nationaal en Ne-
derlandseh noemende, neemt zij meer en meel
de houding aan van een Israël in Egypte, of
van een Juda aan Babels wateren gezeten en
weenende.
Ontwikkeld vast enkel onder den invloed on
zer vrijzinnige grondwet van 1848 is juist deze
constitutie aan welke zij zooveel, ja alles ver
plicht is, haar een hoekige steen des aanstoots
en een rots der ergernis geworden en spant zij
al haar krachten in om die omver te werpen.
Waar dit alles op uit zal loopen zullen we
in een laatste artikel trachten uiteen te zetten.
Blijkens een gister in den iaten avond bij liet
departement van koloniën ontvangen telegram van
den luitenant-generaal van Swieten, gedagteekend
9 dezer, gingen de expeditionaire troepen voort met
zich in de moskee (Missigit) te versterken en batterijen
aan te leggen.
Vermits de naaste familiebetrekkingen gewaarschuwd
zijn, kan thans worden bekend gemaakt, dat reeds
blijkens een regeeriug 'egram uit Oost-Indie van
26/57 December, 't welk wegens twijfel omtrent de
indentiteit van den persoon heeft moeten worden
herhaald, in Atchin aan de cholera was overleden de
gedetacheerde kapitein H. T. Mulder, en blijkens een
later telegram, aan dezelfde ziekte, de officier van
gezondheid J. E. P. Ermerins.
Omtrent de inrichting van het bestuur in Atchin
kunnen de navolgende bijzonderheden, aan Indische
bescheiden ontleend, worden medegedeeld
De Sultan wordt in het dagelijksch bestuur bijge
staan door vier gropten, mautri hari hari genoemd,
wier betrekking vau vader op zoon overgaat. De
tegenwoordige titularissen zijnlo. Tokoe Kadü
»Ik dacht het wel," zeide zij. »U is geen spion."
«Maar gij hebt toch mijn mandaat gezien," zeide ik.
zacht, en noodigde haar tevens uit tot een gesprek zonder
getuigen. «Vertrouwt gij mij?"
Wij gingen de zaal af en kwamen in het vertrek van
een der opziensters, waar we in vertrouwen konden spreken.
»Uwe aanstaande komst was mij bekend, mijnheer
zeide de directrice nu. »Wij vertrouwen u ook volkomen;
zijt gij niet een vertrouwde van mevrouw Corrilla? Meer
is er niet noodig om u de sympathie te bezorgen van de
■1200 personen, die hier binnen deze muren werkzaam zijn.
Wij zijn allen zonder onderscheid aan de heilige zaak
toegewijd. Aan Corrilla zal het slechts staan de ure van
beslissing aan te kondigen."
»De minister schijnt echter het personeel dezer inrichting
niet te vertrouwen," hernam ik, »zou zij ook vermoedens
hebben?"
»Zij mag doen wat zij wil; wij vreezen haar niet. Wij
vreezen ook geen onderzoek naar de zedelijkheid en het
gedrag van het personeel der fabriekzij is de beste van
het landdat weet de minister ook wel.
Kortom, zij is niet in staat eenige aanmerking te maken
op de geheele inrichting. Ik weet echter wel wat zij
voorheeft. Zij wil voorwendsels zoeken om de geheele
fabriek zoo al niet op te heffen, dan toch geheel te ver
anderen door 't dirigeerend personeel te vervangen door
haar creaturen. Zonder eenigen grond kan zij dit evenwel
niet doen, want daarvan zouden groote onaangenaamheden
en niis-chien wel oproer het gevolg zijn."
»Ik gi loof wel dat wij zonder omwegen met elkander
kunnen spieken, Mevrouw," zeide ik. «Die geheele historie
Milikoel Adril2o. Tokoe Neg Radja Moeda Setia
2). 3o. Tokoe Nanea Setia4o. Panglima Mesdjid
Raya 3), Het zijn deze vier grooten, die in December
1S72 hun vertegenwoordigers naar Riouw zonden.
De sjah-bandar van Atchin, Panglima Tibang, die
het gezantschap geleidde, kan daarbij als gemachtigde
van den Sultan worden aangemerkt.
Hooger in rang dan de mantri's hari hari, staan
de hoofden der drie districten, waarin Groot Atchin
verdeeld is. Ook hun titel gaat van vader op zoon
over. Zij worden gewoonlijk Panglima tiga sagi
genoemd, en behooren in gewichtige bestuurszaken
geraadpleegd te worden. In de afvaardiging van het
gezantschap naar Riouw schijnen zij niet gekend te
zijn geweest. De tegenwoordige titularissen zijn lo.
Tokoe Tjoet Bantah galar Sri Moeda Perkash, in de
wandeling genaamd Panglima Poelim, hoofd van de
XXII Moekim (bezuiden de kraton)2o. Tokoe
Moeda nja Bantah, hoofd vau de XXYl Moekim
(oostenlijk van de rivierTokoe nja Abas galaa Sri
Oelama, hoofd van de XXV Moekim (ten westen van
de rivier).
Onder deze districtshoofden staan mindere hoofden,
die een of meer moekim, elk een of meer kampongs
omvattende, onder hun beheer hebben. Van de bo
vengenoemde mantri's hari hari is de eerste moekim-
lioofd in de XXVI Moekim, terwijl de drie anderen
moekim-hoofden zijn in de XXV Moekim.
Van de eilanden benoorden Atchin behoort Poeloe
Way tot het gebied van de XXVI Moekim Poeloc
Bras tot dat van Tokoe Neg Radja Moeda Setia
Poeloe Nassi tot dat van Tokoe Nanta Setia.
De titel van rijksbestierder is niet inheemsch. De
bekende Habib Abdoel Rachman, die zich als zoodanig
deed gelden, had zijnen invloed aan zijne Arabische
afkomst en aan zijne pensoonlijke hoedanigheden te
danken.
r) De tegenwoordige Sultan, Mahmoed Alaiddin Yskander
Sjah, is de kleinzoon van den voorlaatsten Sultan, wiens
broeder, Alaiddin Mansjoer Sjah, hem in het bestuur op
volgde, aanvankelijk als voogd van den minderjarigen wet
tigen troonsopvolger (Radja Soleman), die echter nimmer
het bestuur in handen heeft gekregen én spoedig na de
geboorte van den tegenwoordigen Sultan is gestorven. Man
sjoer Sjah had twee zonenvader en zoons stierven in
1869 en 1870. De tegenwoordige Sultan is gehuwd met
eene dochter van den Radja van Pedir en stond in Februari
1872 op het punt om in het huwelijk te treden met eene
dochter van Tokoe Kadli Malikoel Adil.
2) Schoonzoon van den Radja van Troemon.
3) Door sommigen wordt nog een vijfde genoemdYman
Longbazah (schoonvader van den Radja van Troemon), maar
deze schijnt een zuiver persoonlijken invloed uitte oefenen.
Binnenland.
ZIERIKZEE, 16 Januari 1 8 7 4.
Zierikzee, 14 Jan. Van wege de hoofd-commissie
voor het geschenk der Zeeuwen aan Z. M. den koning
ontvangen wij de volgende mededeeling, dd. 13
dezer.
//Heden is te Goes eene vergadering gehouden van
de hoofd-commissie voor het aandenken den koning
den 12 Mei a. s aan te bieden. De hoofd-commissie
heeft besloten, zich niet aan te sluiten aan het denkbeeld
der burgemeesters van Amsterdam enz, om alle ge
schenken tot een nationaal geschenk te vereenigen
en wel voornamelijk omdat zijdie gelden heeft
ingezameld voor een Zeeuiosch geschenk, zich niet
gerechtigd acht de haar bepaald daarvoor toevertrouwde
gelden tot een ander doel te besteden. Dit toch zou
volgens haar oordeel niet mogen geschieden zonder
raadpleging met en goedkeuring van de gevers. Doch
hieraan zijn zulke groote moeielijkheden en het verlies
brengt mij maar in moeielijke en voor mij minder aange
name verwikkelingen. Ik weet een en ander van uw om
standigheden ik vermoed ook wel dat de minister in mij
een bruikbaar spion heeft meenen te vinden, die haar de
draden in handen zou kunnen spelen van de staatkundige
vereeniging, om nu niet te zeggen samenzwering, waarin
naar 't schijnt velen hier betrokken zijn. Maar ik wenschte
liever geheel buiten die zaken te blijven. Het spreekt van
zelf dat ik niets aan de minister zal verklappen; in de
eerste plaats omdat ik niets weet wat niet iedereen zou
mogen weten en wat ook de minister wel bekend zal zijn,
en in de tweede plaats uit vriendschap voor Corrilla. Doch
ik ben een vreemdeling en al stel ik belang in uw staat
en in uw maatschappelijk leven, zoo wjl ik toch geen
werkzaam aandeel aannemen in uw politieke woelingen.
Wat mij evenwel niet duidelijk is, dat is: welke reden gij
toch hebben kunt tot zooveel ontevredenheid. Mij dunkt
een enkele blik over deze grootsche industriëele inrichting
is voldoende om te doen zien dat gij allen hier u volkomen
gelukkig en tevreden gevoelt. Gij bekleedt een aanzienlijke
betrekking; al de werksters zien er welvarend, tevreden,
opgeruimd uit; zij genieten ruime verdiensten; wat ont
breekt er aan hun toestand?"
«Ik kan niet denken," zeide zij, «dat gij zoo geheel on
wetend zijt van 't geen ons drijft. Het laat zich anders
wel in weinige woorden samenvatten: juist onze schijnbaar
zoo volmaakte positie is het die ons ongeluk uitmaakt en
van welke wij met smachtend verlangen een radicale ver
andering en verbetering te gemoet zien. Wij zijn aanhangers
van het jonge Emancipatoriade dwaasheden van de oude
stichteressen onzer republiek walgen ons. Gelooft gij dat
van een thans reeds zóó kostbaren tijd verbonden da^
alle plannen tot samenwerking met anderen hoeveel
toejuiching zij overigens mogen verdienen noodzakelijk
ter zijde moeten gesteld worhen.
Voorts is besloten dat het geschenk zal bestaan in
eenig voorwerp van goud of zilver terwijl het album
prachtig ingebonden en uitgevoerd de namen der
inschrijvers zal bevatten gerangschikt naar de gemeenten
van Zeeland.
Zierikzee, 16 Jan. Maandag avond had de gewone
Maandelijksche Vergadering plaats van het Departement
der Maatschappij van Nijverheid.
De heer S. G. Nauta van der Grijp werd bij
aclamatie tot eere-voorzitter benoemd. De heer Dr.
W. K. J. Schoor werd tot voorzitter en de heer
W. A. Ochtman tot bestuurslid gekozen.
De heer J. J. Leupen hield vervolgens een rede
over droge en natte gasmeters.
Zierikzee, 16 Jan. Meer en meer blijkt het dat
men in zake het nationaal geschenk aan Z. M. den
koning nog verre is van die overeenstemming welke
voor 't glansrijk slagen van het plan onmisbaar is.
liet denkbeeld der commissie om een geschenk in
zilver of goud te kiezen wordt van vele zijden afge
keurd. Het zal dan ook werkelijk moeielijk vallen om
in dit genre een wezenlijk koninklijk geschenk te doen
vervaardigen. De argenterie en orfèvrerie zijn ten ge
volge der tegenwoordig heerschende weelde op zulk
een hoogte dat het kiezen van een koninklijk geschenk
bijna ondoenlijk is. Immers wil men een servies in
grootschen stijl, dan zal men waarschijnlijk zich moe
ten bepalen tot argent christophle, wegens de enorme
kosten, die een inderdaad rijk servies zou vereischen.
En kan men nu, terwijl Engelsche Lords een conti-
neutale geldjoden zich serviezen van zilver met dia
manten bezet laten vervaardigen, aan den koning een
servies in argent christophle aanbieden
Het denkbeeld om een groot landgoed aan te koopen
hebben we reeds vroeger afgekeurd. Wij vinden dit
in 't geheel geen gelukkkige gedachte. Z. M. heeft
zijn prachtige lustslot //het Loo" en zal er geen tweede
bij begeeren. De veelheid der vorstelijke lustverblijven
is geen smaak meer. Men denke aan Dieren, Biljoen,
Bronbeek, Nieuwburg, Honselaarsdijk enz.
Slechts het idee van een koninklijk paleis te Ara
sterdam kan ons toelachen. Het Handelsblad staat
dit ook voor. Wel is ook voor zulk een geschenk
vast geen geld genoeg bij elkander gebrachtdoch er
is wel iets op te vinden. Wanneer de Staten Gene
raal de som voteeren die noodig is om het gebouw
zelf te stichten en de contributien, voor het geschenk
bijeengebracht, worden aangewend om het paleis te
meubeleeren en gereed te maken voor 't gebruik, sdan
wordt het geheel, in dubbelen zin een nationaal geschenk,
terwijl tevens in een erkende behoefte voorzien wordt.
Ook de loop dien de kindergeschenk-gesehiedenis
neemt wil ons niet bevallen. Nu is weder het denk
beeld opgeworpen om voor dat geld een of andere
stichting voor onderwijzers in het leven te roepen en
die dan aan den koning op te dragen. Zoo zou men
b. v. een involiedenhuis voor minimumlijders kunnen
maken. Is zoo iets nu een gepast geschenk voor een
koning op zijn zilveren feest P
Als 't maar te doen is om idees op te werpen, dan
zouden we ook wel iets voor kunnen stellen, b. v.
een groep van twee Nederlandsche kinderen 't ééne
met de fakkel der verlichting in de rechter hand en
de wet van '57 in de linker 't andere met die wet
verscheurd onder de voeten en een blinddoek voor de
oogen. Doch dit is nu maar kortswijl. Gaarne zouden
die honderden jonge meisjes en vrouwen, die hier en elders
haar leven slijten in de fabrieken, zich gelukkig gevoelen
in haar lot? Wat de stoffelijke eischen des levens: voedsel,
kleeding en woning aangaat, ontbreekt haar nietsdoch
daarmede is aan al de voorwaarden voor een gelukkig
leven, overeenkomende met den aanleg en de bestemming
der vrouw, niet voldaan.
«Daar is een tijd geweest, en uit de geschiedenis van
uw land zult gij dien ook wel kennen, dat het een uitkomst
geacht werd voor de vrouw als zij in staat gesteld werd
met handenarbeid haar levensonderhoud te vinden; 't was
toen een treurige tijd en een akelig uiterste waartoe men
verzonken was. Wij nu begeeren een ander levenslot. Onze
positie moet geheel gewijzigd worden. Daartoe is een
maatschappelijke en politieke omwenteling onvermijdelijk
en die wil onze partij voorbereiden. Veel is daarvoor reeds
gedaan, vooral door de edele vrouw, die wij zoo gaarne
aan 't hoofd van onzen staat zouden zien, gelijk zij aan
't hoofd staat van onze beweging. Weldra zal de tijd
gekomen zijn dat de meerderheid van de natie dit alles
begrijpt en dan is er maar één zet noodig om aan den
staat een andere gedaante te geven."
«Als ik dus goed zie, dan is 't o. a. ook uw bedoeling
het huisgezin weder op te bouwen, ook het huwelijk weder
in te stellen en de emancipatie der mannen tot stand te
brengen?"
«Ten deele ja. Het huisgezin is inderdaad één der punten
van ons program; ook 't huwelijk, de monogamie, doch
wel te verstaan het vrije huwelijkde wederzijds geheel
vrije overeenkomst.
Wordt vervolgd).