ZIERIKZEESCflE COURANT voor het arrondis- sement Zierihzee. 1873. No. 102. Woensdag 24 December. 76ste jaargang. NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD F e uilleto n. EEN CORPS BRANDBLUSSCHERS. Een reisje naar Emancipatoria, Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond, uitgezonderd op FEESTDAGEN. Prijs per drie maanden 1.Franco per post 1. Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte- en Doodberichten van 16 regels 60 cent. Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct. Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever II. LAKENMA1V. Bij deze Courant behoort een Bijvoegsel. Uithoofde van het Kerstfeest zal de Courant van Vrijdag a s. NIET verschijnen. Diegenenwelke zich met primo Januari 1874 op de ZIERIKZEESCHE COURANT abonneerenontvangen de nog verschijnende nommers van het loopende kwartaal gratis. Het is ons gebleken dat van ons artikel „Brand en Brandweer" met eenige belangstelling notitie is genomen. Wij achten het nu ook eigenaardig aan onze algemeene beschouwing nog toe te voegen de schets van een geregeld en goed georganiseerd corps brandblusschers. Er bestaan legio van die corpsen. Bij onze naaste buren, de Belgen, vindt men ze vooral berekend op 't practisclie nut; in Engeland en Amerika mengt zich de ijdelheid nog al in de zaak en doet een zekere weelderigheid en uiterlijk vertoon heerscheh, die mogelijk wel aan den dienst niet schaden, doch die veel geld kosten, vooral op den duur allerlei kunst en vliegwerk vereischen om in stand te blijven en die men zeer wel missen kan. Wij nemen thans tot grondslag onzer schets de inrichting van een corps pompiers uit een der gemeenten in den omtrek van Antwerpen. Het corps staat oiider de autoriteit van het Gemeentebestuur. Het bestaat uit officieren, sergeanten, korpo raals, pompiers en horenblazers. Allen gaan een vrijwillige verbintenis aan voor niet minder dan vijf en niet meer dan tien jaar. De officieren worden benoemd door den koning, en ook door hem ontslagen op de voordracht van het collegie van Burgemeester en Wethouders. De sergeanten, korporaals en horenblazers worden benoemd door Burgem. en Weth., op voordracht van den kommandant van 't corps. De pompiers worden aangenomen door den kommandant. Bij voorkeur worden bij 't corps aangenomen personen die bij 't leger gediend hebben, kun nen lezen en schrijven, tot de ambachtslieden der bouwkunstige vakkeu belmoren (timmer lieden, metselaars, schilders, loodgieters) of die door 't beroep dat zij uitoefenen gewoon zijn aan de behandeling van werktuigen en gereed schappen. De voorwerpen ter wapening en uitrusting, en de blusehmiddeleu en gereedschappen be lmoren toe aan de gemeente en worden aan 't corps ten gebruike en in bewaring gegeven. De kleedingstukken zijn 't eigendom der manschappen voor zoover zij door dezen zijn aangekochtslechts in bijzondere gevallen geeft het Gemeentebestuur kleeding in gebruik. In België hebben de officieren, onderofficieren en manschappen twee stellen uniform, één voor parade en één voor den dienst. Dit staat in verband met de omstandigheid dat de pompiers corpsen daar ook figureeren bij optochten en feesten en des noods ook tot politie-dienst gebruikt kunnen worden, waartoe zij ook ge wapend zijn met sabel en karabijn. Wij zien de noodzakelijkheid hiervan bij ons niet in en meenen dat een corps brandblusschers vol staan kan met een eenvoudige uniforme dienst kleding. Deze kleeding kan dan bestaan in een waterdicht linnen kiel of blouse, dito broek, hooge waterlaarzen een sterken lederen gordel, en lederen pet met twee kleppen. De onderscheidingsteekenen bestaan voor de onderofficieren en korporaals uit galons op de mouwen als bij 't leger en bovendien uit ge schilderde banden om de pet. De officieren dragen behalve de ondersehei- dingsteekenen aan 't hoofddeksel, ook een metalen halskraag of hausse-col. lu plaats van deu sabel kunnen officieren, onderofficieren en sommige manschappen aan den gordel eenig noodig stuk gereedschap dragen, zooals: kapmes, zaag, bijl, hamer, schroefsleutel, breekijzer en dergelijke. De sterkte van een corps hangt af van 't getal spuiten dat bediend moet worden, alsmede van de omstandigheid of men in de gemeente zich ook van waterwagens, bvand- stellingen en dergel. moet bedienen. Als onmisbaar voor een stel brandspuiten zuigpomp en jager vinden wij opgegeven 1 Officier, kommandant, 1 luitenant, 3 ser geanten, 2 korporaals, de korporaals zijn de pijpkouders of spuiters 4 slangleiders, 2 boren blazers, 3 lantarendragers en 24 pompiers. Een corps dat vier stel spuiten behoorlijk kan bedienen zal dus kunnen bestaan uit 160 man. Men rnerke hierbij op dat wij altoos maar 1 kommandant aannemen en de daardoor vrij vallende plaatsen aanvullen met 1 officier voor de administratie, l voor 't personeel en 1 vlagdrager tevens horenblazer om steeds den kommandant te vergezellen. Een geheel kompleet corps voor vier stel brandspuiten zal derhalve bestaan uit 1 Kommandant, 6 Luitenants, 12 sergeants, 8 korporaals, 16 slangleiders, 9 horenbiazers, 12 lantarendragers en 96 pompiers. De horenblazers dienen om de meest gewone bevelen over te brengen door middel van sig nalen, waardoor noodeloos heen en weerloopen, misverstand en hinderlijk geschreeuw wordt voorkomen. Tot de onmisbare gereedschappen behooren lederen of gewast zeildoeken emmers, koorden met haken en losse koorden, groote ladders, dubbele ladders, ladders met haken, houten met kaken, lantarens, fakkels, schoppen, houw- Fantasie door W E R T H E R. LYI. »Dit moet en zal anders worden. De wakkere voorgangsters der jonge partij hebben dit gezworen zij hebben een geheim bondgenootschap gesloten om de noodzakelijke omwenteling voor te bereiden en tot stand te brengen en ik mag noch kan mij onttrekken aan medewerking tot de bereiking van dit schoóne doel. »Maar deze taak is zwaar en gevaarlijk. Krachtens onze constitutie kan alleen de algemeene volksstem de president doen vallen en om tot die algemeenheid van overtuiging te komen daartoe is noodig voorlichting der natie en vooral moet er gewerkt worden op de leden der volksvertegen woordiging. Wij zullen evenwel ons doel bereiken, wij zullen het vaderland verlossen en de vrijheid redden. »De president weet wel dat haar een onweder boven het hoofd hangt; doch omdat zij 't licht en den vooruitgang schuwt nu zij zich eenmaal geheel aan de oude partij heeft overgegeven, kan zij niet anders dan in het verborgen door allerlei slinksche streken werken om haar val te verhoeden. Zij spant natuurlijk alle krachten en hulp middelen in om de draden onzer handelingen in handen te krijgen, onze comité's te kennen en als haar dit gelukte zou zij niet terugdeinzen voor 't grofste geweld en zelfs bloedige wraak nemen. Tot nog toe is 't haar echter niet gelukt iets uit te visschen, noch bepaalde aanwijzingen te bekomen. Op mij is 't vooral gemunt; zij is persoonlijk mijn doodvijandin, doch evenzeer ben ik dat van haar. Nu wil zij u als werktuig gebruiken om iets te ontdekken en mij te kunnen doen aanklagen." Ik kon mij na dit alles gehoord te hebben niet weer houden van nogmaals over samenzwering te spreken; im mers wat was zulk een geheim genootschap dat ten doel had de omverwerping van de president, anders dan een groot komplot? Doch Corrilla was geenszins van die meening. Zij beweerde dat wanneer het mocht gelukken om door het publiek helder in te lichten van 't gevaar dat de vrijheid van den staat liep om onder te gaan in de onderdrukking, vooral wanneer men de volksvertegen woordiging kon overtuigen van de begeerte der natie om dit gevaar afgewend te zien, dat dan ook de geheele omwenteling langs grondwettigen weg door een motie van wantrouwen was tot stand te brengen. Zij was van gevoelen dat de president, als zij wezenlijk vaderlandslievend was, ook zonder bedenken zou aftreden, daar toch het landsbelang vóór de persoonlijke eerzucht gelden moest. Ik hield haar voor hoe zij veel rustiger en gelukkiger leven kon, veel meer in overeenstemming met haar roeping als vrouw, indien zij zich van alle inmenging in de toch zoo ondankbare politiek onthield. Ik betoogde dat zij door haar uitgebreide kennis, door ontwikkeld kunstgevoel, door haar teeder en verheven gemoed toch ook altoos een veel solieder fonds voor levensgeluk bezat en voor haar latid- genooten nuttig kon zijn; maar 't gelukte mij niet haar eerzuchtige neigingen te overwinnen. Ik waagde het ook om te zinspelen op den gelukstaat van een vrouw die leeft voor gade en kind en schilderde haar een aanvallig huiselijk tafereeltje, doch dit scheen slechts bittere en treurige aandoeningen bij haar op te wekken. »Wij weten nu immers dat dit alles afgedaan is?" zeide zij mistroostig en treurig. »Laat ons dit onderwerp niet weer aanroeren!" Vervolgens sprak zij nog uitvoerig over de vermoedelijke plannen van de president en haar getrouwen en zij twij felde geen oogenblik of die hadden mij dat geld gezonden om mij aan zich te verbinden. Ik gaf te kennen dat het mij weinig vleiend voorkwam zoo op een zekere geldswaarde gesteld te worden door die hooggeplaatste dames; waarop Corrilla aanmerkte dat ik mij dit niet zoo moest aantrekken daar ik toch ook wel wist hoe verleidelijk het geld is en hoe men doorgaans in de wereld met geld haast iedereen kan omkoopen. Zij herinnerde mij hoe bijna ieder volk in zijn geschiedenis tijdperken gehad heeft, dat schier allen veil waren, van de hoogsten tot de laagsten toe. »Denk aan de beroemde Romeinsche Republiek, denk aan de groote Amerikaansche Unie," zeide zij, en ik moest haar gelijk geven. »Dat geld zal ik dan teruggeven," zeide ik, »dan zal men tevens zien dat men aan mij niets heeft voor 't be oogde doel." Zij merkte evenwel zeer juist op dat dit voor 't oogen blik zeer onhandig zou zijn, daar de gevers wel zoo slim geweest waren zich geheim te houden. »Wien zoudt gij 't terugzenden?" vroeg zij. »Neen, gy moet het voorloopig houden tot dat gij zekerheid hebt

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1873 | | pagina 1