Buitenlandscli Overzicht. het oeraeente-bestuur aan een exemplaar van de be kende soboone buste van Tliorbecke naar 't ontwerp van Royer in gips afgegoten. Dit stuk kan'dan als een blijvende herinnering aan den man wiens naam zoo nauw verbondeu is aan de geschiedenis onzer grondwet, tevens een sieraad uitmaken van de groote zaal op liet stadhuis. Wie wil nu het initiatief nemen om aan dit denk beeld een snelle uitvoering te verzekeren? We stellen onze kolommen voor een eveutueele commissie open en willen gaarne aan de verwezenlijking van het aangegeven denkbeeld medewerken. Wij vestigen nog eens de aandacht van het kunst lievend publiek op 't aangekondigde concert van de heeren Kwast. Ezerman, Jacobs en de Jongniet twijfelende of 't talrijk gehoor dat wij den concertgevers toewenschen zal een genoegelijken avond bereid worden. We ontvingen ter inzage het eerste nomraer van de Nieuwe Vlaardingsche Courantwelke blad twee maal 's weeks zal verschijnen bij de boekdrukkers Dorsman en Ode te Vlaardingen. De N. Vlaard. Court. zal vooral locale zaken inzonderheid de visscherij be treffende behandelen. Nog werd ons toegezonden No. '1 van den nieuwen (5en) jaargang van Onze Tolk, Letterkundig Weekblad onder hoofdredactie vau Dr. G. J. Dozy. Dit degelijke critische tijdschrift is genoegzaam bekend zoodat we 't als zoodanig niet speciaal behoeven aan te bevelen. We vinden 't alleen jammer dat het veel te hoog in prijs is om aanspraak te kunnen maken op zulk een algemeene verspreiding als 't voor 't overige wel zou verdienen De Maatschappij Nederland is niet zeer gelukkig met haar schepen. Blijkens een telegram van kapitein Oort den 2 October afgezonden uit Kosseir in Egypte heeft het prachtige stoomschip Prins Hendrik den 27 September schipbreuk geleden op het Broederseiland in de Roode Zee. Het schip was op de thuisreis. De bemanning is gered. Brtelle, 3 Oct. Z. M. de koning heeft den heer H. de Jager, secretaris der hoofdcommissie voor de feestvieringen benoemd tot ridder der Orde van de Eikenkroon. Algemeen wordt dit bewijs van erkenning voor de vele bemoeiingen die de heer de Jager zich getroost heeft door de burgerij gewaardeerd. Gisteren werd het thans voltooide Geuzengesticht Wilhelmus van Nassauwen feestelijk ingewijd. Met twee extra stoombooten was een groote menigte aangekomen om aan de plechtigheid deel te nemen. Tijdens 't diner werd onder luide toejuiching aan Z. M. per telegram 't beschermheerschap over 't ge sticht opgedragen, welke opdracht door Z. M. goed gunstig werd aanvaard, waarvan hij per omg. telegram aan de vergadering kennis heeft doen geven. Te "Rotterdam is eene commissie benoemd van 32 leden, om te overleggen omtrent de wijze waarop de 25jarige regeering des konings zal worden herdacht. De 32 leden zijn dezelfde heeren, van wie de oproe ping is uitgegaan tot het houden eener. vergadering over die zaak. Het Vaderland bevat een brief uit Sint-Petersburg omtrent Piersons opstel over Russische letterkunde. Omtrent de toepassing van de censuur in dat Rijk deelt de schrijver de volgende bijzonderheden mede: //De Russische regeering is in gemoede overtuigd, dat in een groot land, waar verscheiden volksstammen hij elkander wonen, vrijheid van drukpers niet kan worden verleend. z/Zij is van meening dat woorden tot daden uit lokken, en stelt alzoo alles Wat gedrukt wordt onder haar toezicht. Keizer Nikolaas I hield ieder boek en iedere courant onder een onrechtvaardig strenge censuur, die door Alexander II zeer verzacht en gedeeltelijk opgeheven is. De voornaamste couranten in Petersburg en in Moskou kunnen thans haar meening vrij uit spreken, met dien verstande dat zij zich onthouden moeten zulke aanmerkingen te maken op de daden der Regeering, die haar in een verkeerd daglicht zouden kunnen plaatsen, dat zij volstrekt geen revo lutionaire denkbeelden mogen verkondigen en ook de leer en het gezag der Grieksche kerk moet mogen aantasten. //Worden de gestelde grenzen overschredeu, dan bekomt het blad een gemotiveerde waarschuwing, die bij vernieuwde overtredingen tot tweemaal toe herhaald wordt en dan tevens de schorsing der courant voor eenige maanden ten gevolge heeft. Bij een liberale opvatting der wet hebben de bevoorrechte bladen tamelijk veel vrijheid, maar ziet zelden wordt een gansch onschuldige uiting der gedachten door den minister aangegrepen als voorwendsel om de een of andere conrant een waarschuwing toe te dienen. //Dezelfde betrekkelijke vrijheid bestaat voor die tijdschriften, wier afleveringen een bepaalde grootte bereiken. De Regeering is namelijk vau oordeel dat alleen voor het ontwikkelde gedeelte der natie vrij heid binnen niet al te nauw beperkte grenzen ongevaar lijk is. Groote boeken nu, zoo zegt zij, zullen niet door het minder beschaafde volk en door de lieve jeugd gekocht worden en mogen dus van dc censuur bevrijd zijn. Het natuurlijk gevolg hievan is. dat alle Russische maandschriften, om de censuur te ontduiken, ontzettend veel te lezen geven, maar het is dan ook groen en rijp door elkander! z/Waar de binnenlandsche pers aan banden ligt, moet de Regeering, om consequent te zijn, ook zorgen dat er uit den vreemde geen gevaarlijke denkbeelden worden ingevoerd. Vandaar dat met behoud van eenige weinige uitzonderingen, ieder gedrukt stuk uit het buitenland komende, aan een censuur onderworpen is. Wat aanstoot geeft wordt met drukinkt onleesbaar gemaakt. Sommige boeken worden verboden, sommige couranten niet aan de inteekenaren afgeleverd. Maar deze buitenlandsche censuur is, men moet het be kennen, zeer vrijzinnig. De Regeering is zeker overtuigd dat zij, die een vreemde taal lezen, nog beschaafder zijn dan de gewone lezers van groote Russische boeken. Weken gaan voorbij, waarin bijv. de Kölnisclie Zeitungdie zich van alle hier gelezen Duitsche bladen misschien wel het meest bezondigt, on verminkt in de handen harer lezers komt. De Kladderadatsch heb ik nog nooit met een zwarte roetvlek versierd gezien." Naar wij vernemen, is de enquête, betreffende de eerste expeditie naar Atchin, afgeloopen. Alles daaromtrent wordt echter stipt geheim gehouden. Aan de leden der Commissie van onderzoek was ondereede geheimhouding opgelegd. Hbl. 's Gkavenhage, 4 Oct. Met genoegen vernemen wij dat Z. M. de koning tot Minister van Oorlog heeft benoemd den generaal-majoor A. W. P. Weitzel, chef van de tweede divisie des legers. Reeds sedert een paar weken werd deze als ver moedelijk opvolger van don graaf van Limburg Stirum genoemd en blijkbaar heeft de heer Weitzel dan ook toen de hem aangeboden portefeuille niet afgewezen, maar zich eenigen tijd van beraad voorbehouden, alvorens de zware taak, op den minister van oorlog rustende, te aanvaarden. Arnhem, 4 Oct. De verschrikkelijke zaak van A. Kaspers, arbeider te Dieren, beschuldigd van op drie verschillende tijdstippen in den loop dezes jaars zijn dochtertje, toen nog geen jaar oud, op geweldige wijze verminkt te hebben, hield cergister het Prov. Gerechts hof bezig. Het bleek uit hetgeen, hij vroeger had opgegeven (ter terechtzitting was zijn bekentenis op dit punt minder volledig), dat hij, een hekel hebbende aan dat kindje, omdat het ziekelijk was en niet groeien wilde en omdat het nu en dan aanleiding gaf tot verschil tussehen hem en zijn vrouw, het voornemen had opgevat het uit den weg te ruimen. De advocaat- generaal eischte schuldigverklaring van den beschul digde en zijn veroordeeling tot vijftien jaren tucht huisstraf, Mr. K. M. G. De Meijer, als verdediger aan Kasper toegevoegd, bestreed het bewijs van den voorbedachten rade en de qualificatie. Het Hof be paalde de uitspraak in deze zaak op 9 October. In een onzer jongste overzichten gaven we te kennen dat we een zekere mate vau achting koesterden voor den graaf van Chambord, le bon et saint ILenri V in hope, omdat wij in hem zagen een man uit een stuk, een hornme principe. We weten waarlijk niet of we nu niet gedwongen zullen worden van deze schatting een tamelijk rabat te laten vallen, een groot rabat zelfs want wanneer iemand die zichzelf geheel vrij willig en ongeroepen poseert en homme principe, er toe komt om toetegeven aan loven en bieden, wat blijft er dan van hem over Hij loopt gevaar al spoedig gelijk gesteld te worden met den traditioneeien liomme- poisson van de kermis, die gedurende de uren der voorstelling bewonderd wordt als een merkwaardig phetiomeen, doch na 't sluiten van de kast zichzelf herleidt tot een zeer gewoon kermissujet. Om der wille van 't decorum zouden we wel hebben gewenscht c' t Chambord gebleven was wie hij heeft voorgegeven te zijn, een man uit eeu stuk, zonder blikken of blozen zijn onhoudbare traditie aanhangende. Dat hij nu, ziende dat hij de krachten der ultramon- taansche arbeiders in den Eranschen wijngaard had overschat, zich zou laten gebruiken als een voorwerp dat men wat wil fatsoeneeren en bijwerken tot 't naar den zin mag zijn, slaat niet gekleed. Dat Chambord de witte vaan of de heilige orifiamme van Jeanne d'Arc hoog opheft en verklaart inet die vaan in de hand te willen sterven voor 't goede Frankrijk, vinden we in den grond wel een dwaas en te eenemale ver ouderd figuur doch we kunnen er vrede mee hebben omdat 't volkomen onschadelijk ismaar wanneer die zelfde man later er ook toe mocht willen overgaan om in plaats van de lelievaan, de driekleur der revolutie en van Lodi, van Arcoli, ook van Waterloo en van Sedan aan zijn lans te knoopen, dan weten we waarlijk niet wat we van hem denken moeten. Ondertusschen laat zich de geheele zaak zeer wel verklaren. Indien werkelijk Chambord is 't geen wat wij in hem zien een werktuig in de hand der ultra- ïnontaansche reactie, dan kunnen wij 't begrijpen hoe hij tot concession te brengen zal zijn en wellicht spoedig tot de laagte van een ordinair kroon-pretehdeut zal afdalen. Concessiën geven om later weer terug te nemen, se retirer pour mieux sauter is iets wat niet zoo geheel buiten de ultrainontaansche taktiek ligt. Of evenwel op deze wijze de zaak der reactie in 't tegen woordige Frankrijk niet zichzelve zeer zal benadeelen is een andere vraag. Wij herhalen het en we kunnen het niet genoeg op den voorgrond stellen, 't Frankrijk van 1873, is niet meer ultramontaansch ware 't dit wel of zelfs slechts ten halve, dan zou de witte vaan al lang te Parijs op de puinen der Tuileriecn en te Versailles op 't kasteel van Lodewijk XIV wapperen. Frankrijk verkeert in een phase van overgang, dit is niet te ontkennen, maar aan te nemen dat er thans een intrigue mogelijk is waardoor al wat sedert 1789 is voorgevallen en geleerd kan uitgeschrapt worden, achten we onzinnig. Dat het spoedig tot een oplossing van de crisis komen zal schijnt aan geen twijfel onderhevig te zijn. De jongste tijdingen uit Frankrijk doen groote gebeur tenissen vermoeden. Na de mislukte groote sprongen der ultra's van de reactie is men aan 't afdingen gegaan en thans niet het gewijzigde program gereed, een program voor een zoogenaamde gematigde monarchie. Aan de keten der stadiën is daardoor een nieuwe schalm toegevoegd en men heeft nu naar tijdsorde radicale .republiek, na 4 Sept. '70 conservatieve republiek na den val van Gambettaultramontaansche reactionaire republiek, na 25 Mei '73, gematigd ultramentaansch ciericale monar chie Later kan en zal 't //gematigd" zeer geleidelijk wegvallen, als 'fc liberale beginsel geheel dood wil gaan. Het bovengemelde gewijzigde program, waartoe naar men zegt ook Chambord zich zou hebben laten vinden, en dat door de leiders der rechterzijde en van het rechter-centrura is opgesteld, luidt als volgtweder instelling van 't koningschap instelling van< 't con stitutioneel parlementair gouvernementherziening dei- kieswet; aanneming der driekleurige vlag met toevoeging van de leliën in de witte baan onmidellijke benoeming van een luitenant-generaal voor het koninkrijk. Deze vijf punten wil men terstond na de bijeenkomst der Nationale Vergadering aan de orde stellen en de reactie rekent op een meerderheid van 100 stemmen. Zeer ter snede bracht een dagblad hier de anecdote in herinnering van dien gefailleerden koopman die zich bij den rechter-commissaris verantwoordde met de be tuiging dat hij zich rijk had //gerekend" doch arm //geteld." Men meent dat de rekening op die 100 stemmen nog zoo zeker niet is. Inmiddels wordt er door de republikeinen, gestreefd naar innige aansluiting- van alle anti-monarchale fractiën onder de leiding van den heer Thiers, die ook reeds te Parijs is teruggekeerd en wien nog altoos de beluigingeu van een enorme populariteit ten deele vallen. De Bonapartisten hebben gepoogd zich bij deze liberale unie aan te sluiten, doch moeten afgewezen zijn en nu druk intrigueeren om 'L heen te sturen naar een plebiscit. Dit idee is waarlijk ook echt Bonapartistisch doch zou in de gegeven om standigheden wel eens tot uitkomsten kunnen voeren die al even teleurstellend waren voor de Bonapartisten als voor de republikeinen. Er is een brief van Thiers openbaar gemaakt, waarin hij zegt niet naar Nancy te zuilen gaan, ten einde geen aanleiding tot nieuwe lastertaal noch toe onrust in den lande te geven. Hij keurt voorts met nadruk de handelingen af van een partij die, zonder mandaat, zonder macht, bij het afzijn van de Nationale Vergadering over het lot van Frankrijk wil beslissen zonder het land te raadplegen. Het is plicht de republiek, die alleen alle partijen vereenigen kan, de beginseleu van 1789, de driekleurige vlag en de vrijheid waarvan zij het zinnebeeld is te verdedigen. Ten slotte beveelt hij aan met gematigdheid te handelen en alles te vermijden wat onrust zou kunnen verwekken. l)e zoo onverwachts opgekomen en afgekondigde verdeeling des legers in 18 leger-corpsen met de aan gewezen generaals als bevelhebbers raeenen wij dat met de aanstaande gebeurtenissen in direct verband staat. Het leger van Versailles, dat alleen grooter is dan al de overige hier en daar verspreide troepen- afdeelingeu samen, wordt daardoor ontbonden. Zoo berooft de reactie zich wel van een eventueel te ge bruiken legermacht rondom Versailles, maar tevens wordt ook aan dit leger de gelegenheid benomen zich voor een tegenomwenteling onder Thiers of een ander hoofd der republikeinen te laten aanwenden en mogelijk is dit juist wel 't geen't tegenwoordige gouvernement met de ontbinding van dat leger beoogt.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1873 | | pagina 3