ZIERIKZEESCIJE
voor het arrondis-
sement Zierikzee.
1873. No. 55.
Zaterdag 12 Juli.
76ste jaargang.
NIEUWS- en ADVERTENTIE-BLAD
Feuilleton.
A F K O IV D I G I N G.
Deze Courant verschijnt DINSDAG en VRIJDAG avond,
uitgezonderd op FEESTDAGEN.
Prijs per drie maanden 1.Franco per post ƒ1.
Afzonderlijke nommers 5 cent, met Bijblad 10 cent.
PRIJS DER AD VERTE NTI EN
Per gewonen regel 10 cent. Huwelijks-, Geboorte-
en Doodberichten van 16 regels 60 cent.
Dienstaanbiedingen van 15 regels, mits contant betaald, 25 ct.
Alle stukken, de redactie betreffende, gelieve men uiterlijk een dag voor de uitgave in te zenden aan den uitgever 11. LAliENMAtf.
Het HOOFD van liet Gemeentebestuur te Zierikzee maakt
bekenddat het kohier voor de belasting op het Personeel,
Nol 4, wijk D, van deze gemeente, dienstjaar '1873/74, den
7 dezer maand door den heer Provincialen Inspecteur der
Directe Belastingen te Middelburg executoir verklaardop
heden aan den heer Ontvanger der Directe Belastingen
alhier wordt ter hand gesteld ter invordering, en dat ieder
vèrpligt is zijn aanslag op den bij de wet bepaalden voet te
voldoen.
Zierikzee, den 9 Julij 1873.
C. J. FOKKER, Wcth. I.B.
DELFT, 8 Juli.
,Te midden van de feestdruktc vind ik in dit
morgenuur toch nog de gelegenheid een paar
woorden te pennen. Reeds Zondag vond ik de stad
getooid met vlaggen en groen en 't geen voor 't def
tige, stille Delft ook bijzonder is,- met een drukke
menigte van inwoners en vreemdelingen, die blijkbaar
al een vlaagje van feestelijke opgewondenheid weg
hadden. Gisteren zijn de versieringen nog aanmer
kelijk vermeerderd.
De Delffcsche stedeinaagd heeft moeite noch kosten
gespaard en zij heeft gewoekerd met de ingevingen
van haar goeden smaak om een passend toilet te ma
ken ten einde den edelen Hertog Karei van Gelder
bij zijn njoyeuse entree" heden middag waardiglijk te
ontvangen. Heerlijk Juli-weêr, opgefrisoht door een
flinke donderbui met stortregen, die Zondag in 't
middaguur plaats had, doet hopen dat het feest iu
dit opzicht volkomen slagen zal.
Gisteren middag te 1 ure werden de Oud-studenten
ingehaald en onder de banieren der tegenwoordige
Delftsche studenten, voorafgegaan door de muziek van
't 3e reg. Huzaren naar het feestterrein geleid. Dit
feestterrein is waarlijk prachtig, de decoratien zijn in
den trant der 1.5e eeuw, ook de bekende feesttent
van den heer Bonardt is zooveel mogelijk in dien zin
gewijzigd. De feest-commissie heeft, wat historische
getrouwheid aangaat haar taak ernstig opgevat. Zoo
zijn proclamation enz. geheel in den stijl des tijds
(1492) met Gothisehe letteren in zwart en rood ge
drukt, overal aangeplakt, en ook de officieele aan
kondiging van wege den Hertog van Gelder van zijn
bezoek aan Delft heeft plaats gehad met inachtneming
van ,alle vormen. Daartoe heeft 's Hertogen heraut
zich in plechtgewaad tot Borghemeesteren en Soepen-en
der stede van Delft begeven en zich met staatsie van
zijn opdracht gekweten.
's Avonds moest volgens het program, de ontvangst
der leden en het formeeren' der afdeelingen van het
27e land huishoud kundig Congres plaats hebben. De
opkomst was echter zoo onbeduidend gering dat er
niets van kon komen en dus de eerste samenkomst
tot Dinsdag morgen werd uitgesteld.
In den fraaien tuin achter Stads Doele had ver
volgens het feestconcert plaats, door de Rotterdamsche
kapel onder directie van den heer Hutschenruyter.
Onverantwoordelijk vond ik het dat er nagenoeg
niemand was om de heerlijke muziek van de beroemde
kapel te bewonderen. Aan de zeer bezwarende con
ditiën die gesteld waren om toegang tot den tuin te
erlangen, schrijf ik. het toe dat de heer Hntschenruyter
de treurige taak te vervullen kreeg om de talenten
van zijn corps ten beste te geven voor stoelen en
banken. Dat was jammerheerlijke muziek, een prach
tige tuin, schitterende en smaakvolle verlichting met
duizende lampions, een liefelijke zomeravond, zie! slechts
't publiek ontbrak om alles tot een schoon geheel te
maken.
Nochtans belette mij deze teleurstelling niet om
toch de muziek te genieten. Ik wenschte wei dat de
heer Hutschenruyter, als hij den 24sten dezer ons
Zierikzeesche zomerfeest komt opluisteren, alsdan de
meeste nommers maar gaf van 't programma van gis
teren avond. Vooral wensch ik den Zierikzeenaars
toe 't genot van Solo voor clarinetvan de ouverture
La pie voleusevan de fantaisie sur la Traoiata
verder voor de aanhangers der Oftenbachsche muziek
't souvenir de la Lelie Helène, kortom, alles was zoo
schoon, zoo rein, dat ik hun 't geheele concert wel
zou toewenschen, gewis zou Hutschenruyter op een
talrijker en dankbaarder gehoor kunnen rekenen, dan
in den tuin van Stads Doele te Delft.
DELFT, Q Juli.
Gisteren werd de gemaskerde optocht gehouden,
voorstellende den intocht van Karei van Egmont,
Hertog van Gelre, Graaf van Zutfen, binnen Arnhem
in 1492. Na al wat we in den laatsten tijd van
maskeraden en optochten gezien hebben, worden we
onwillekeurig veeleischend en moeielijk te voldoen.
Doch dit moet gezegd worden dat de joyeuse entree
van Karei van Gelder zoo glorieuzelijk, zoo smaakvol
georganiseerd en zoo historisch getrouw uitgevoerd
is geworden, dat er maar één stem op ging onder
het duizendtallig publiek over de pracht en schoon
heid van het geheel. Groot was de stoet niet, slechts
155 personen inet de anonymi medegerekend, maar
de verschillende costumes, harnachementen en wapenen
waren keurig net, velen er van zelfs ietwat overdreven
rijk en prachtig. Dit kan vooral gezegd worden
van de figuur des Hertogs, daar vast de eigen per
soon vati Karei van Egmont in 1492 niet met meer
luister kan getooid geweest zijn. In de tweede en
derde plaats moeten vermeld worden de figuren van
Vincent, Graaf van Menrs, Robert van Aremberg,
Graaf de la Marck, Antoine de Rambonuet (zeer
eigenaardig nu ook door een heer Rambonnet voor
gesteld), en verder een groole stoet van edelen en
ridders in rijke en prachtige costumes.
Men zag in den trein ook een allegorische voor
stelling der Geldersche steden, bestaande in een tri
omfwagen, waarop door zeven maagden de steden
van Gelderland en Zutphen werden vertegenwoordigd,
terwijl de wagen omstuwd werd door de banierdragers
der stedenalsmede een model van een kanon op
affuit en met bespanning, geheel in den stijl der
15e eeuw, en eeti strijdwagen inec al zijn toebeliooren
en aan vals- en verdedigingswapenen.
Wij kunnen van den geheelen stoet geen omstan
dige beschrijving leveren en moeten dit aan de
groote bladen overlaten. Het geheel was schoon en
door uitstekende orde en regel liet dit gedeelte der
feestviering niets te wenschen over.
's Avonds werd een algemeene illuminatie ontsto
ken; hiervan maakte vooral de gasiJlurainatie op de
Begijnhofsbrug een schoon effect. N,u werd de op
tocht bij fakkellicht nog eens herhaald en hiermede
ging een groot deel van den nacht om.
Het schoonste weder begunstigde de feestelijkheden.
Duizenden wareu van ver en nabij toegestroomd,
zoodat het //Stille Delft" dezen dag vooral alles be
halve stil was. Wat men al zoo zag en hoorde op
Een reisje
Fantasie
naar Emancipatoria,
door WERTHER.
XI.
Wat nu de opleiding der keukenjongens en koks
maats betreft, deze had alleen ten doel mannen te
vormen en af te richten tot handige kookmachines,
maar de ziel, de leidende gedachte iler keuken bleef
altoos huizen waar zij behoort, in 't brein der vrouw.
Ik heb verbaasd gestaan over de handigheid die de
yerstgevorrlerde kweekelingen der school ten toon
spreidden bij de practische oefeningen, doch zij leerden
alles slechts werktuigelijk en zonder zich rekenschap
te kunnen geven van het waarom; hun bekwaamheid
bestond in het stipt nauwkeurig verstaan en opvolgen
der wenken, bevelen en aanwijzingen die hun door
de directrice of leeraressen gegeven werden. Dit scheen
trouwens voor het voldoen aan hun bestemming vol
komen genoeg te zijn, daar zij toch nooit zelfstandig
behoefden op te treden. Ondertussehen gevoelde ik
toch volstrekt geen lust mij onder de culinaire stu
denten te laten inschrijven.
Ik bleef nog al lang bij de directrice praten;
's avonds kwam haar zuster, de machinist van de
Utopia, ook nog even kijken en zij was 't die mij
vervolgens den weg wees naar een goed hotel.
Hotels waren er veel in de stad en dat waar ik
mijn intrek nam was een zeer fraai gelegen gebouw
aan een met prachtige boomen beplant plein. Daar
het nog te vroeg was om naar bed te gaanging ik
in de leeskamer 't nieuws eens nasnuffelen. Ik bemerkte
dat onder de daar aanwezige dames nog al sensatie
was te weeg gebracht door het bericht dat er voor-
loopig vrede gesloten was met Amazonia; er werd
zeer verschillend over geoordeeld. Ik merkte onder
andere een dame op die zeer verbolgen scheen op 't
gouvernement, niet. wegens het vrede maken, maar
wegens den oorlog. Zij bleek lid te zijn van 't wet
gevend lichaam en stelde zich voor, de regeering eens
kras te interpelleeren over de aanleiding tot dien oorlog,
dien zij geheel ongemotiveerd en onverantwoordelijk
noemde. Het scheen mij toe dat er in den kleinen
kring der gasten van 't hotel ook al twee scherp
tegenover elkander staande partijen waren. Verder
vernam ik nog dat wij de Xantippe al heel aardig
hadden toegetakeld met ons enkele schot. Verbeeldt
u, luitenant Lina had den duizendponder zoo juist
gericht dat de kogel precies in de monding van 't
kanon der Xantippe was terecht gekomen en daar
gesprongen. De uitwerking was geducht]'geweest
de geheele schiettoren was vernield en eeti groot
deel van 't schip zwaar beschadigd. Gelukkig was
er niemand van den vijand gedood of gewond ge
raakt. Dit scheen zelfs de Emancipatorianen pleizier
te doen, en dat was wel te verklaren daar zij in hun
oorlogen er hoofdzakelijk op uit waren den vijand
zooveel mogelijk materieele schade toe te brengenals
er iemand werd gedood of gewond^dan was 't bij
ongeluk. Men ging van 't beginsel uit dat men
elkander wel ontwapenen en overwinnen kan zonder te
dooden of armen en beenen af te schieten. Zoo mikten
ze b. v. bij belegeringen van steden vooral op de
magazijnen van proviand en wapenen, ook op de
ambulances en hospitalen (op de gebouwen n. 1., niet
op de zieken) ook op particuliere huizen, doch niet
op de bewoners. Vielen er nu soms toch dooden of
gewonden dan was dit enkel bij ongeluk. Ik liet niet
na iu deze omstandigheid de goede vruchten op te
merken van 'tgeen de Duitschers en Franschen in
den oorlog van 1870 en '71 reeds in dit opzicht
gedaan hadden.
Onder de telegrafische berichten uit het vaderland
trof mij inzonderheid de tijding dat de aanvraag om
concessie voor 't aanleggen van een spoorweg, Brou
wershavenZevenbergen in overweging was genomen