ROODE KR ZOMER-A "^T 2e Zomer-Co ADVERTENTIES „KUNST EN EER op Vrijdag 27 J R u hr- Ka chel SPOORBOOT-MAATSi BELGISCHE EN HOLLANDSCHE Sr BALANSEN en BASCULES J. DE GRAAF Cs., POSTSTRAAT, C 103/4, HOEDEN, PETTEN, HEEREN- EN KIN DER-KLEEDINC, mee/eWT-' c'eze ^an f*e 'aMlkouwer d118 ë'e_ Vruchten en Meede te Velde, MOOI- en KANTGRAS Ondertrouwd M. E. VAN DE WALL, van Brouwershaven en L. DE KATER. Zierikzee, 20 Juni 1873. Algemeene Kennisgeving Harmonie-Y ereei BIJ GUNSTIG WE in PABKLUi DES AVONDS TE 8 UUR Het BESTE UR van het CO Ml AAN GEKWETSTE EN ZIEKE te Zierikzeedoet aan de ïngezetei en Duiveland bij deze een drin zoek om o iffcen in gelei, van de soldaten, die in den oor! met Atchin ziek of gewond mochte geworden zijn. Het vertrouwt, dat de liefdadi, Eransch-Duitschen oorlog van 1870 gedaan heeft, zich vooral niet onbe Nederland zelf in een oorlog gewik groote inspanning zal kosten, en w alsnog niet te overzien is. De Heeren H. G. MULOCK 1 N. HUGENHOLTZ en Mr. Ph. hebben zich bereid verklaard de g vangst te nemen. Zierikzee, 24 Juni 1873. Namens h e De Sei P. A. J. 3 I IV LOSSX het schip MOED TROUW, schi met eene lading pnilse g' r voor rekening van MOOXENBURG] ZJEEUWSCJ De Stoomboot vaart op Wc Juli van ZIERIKZEE 's morg naar KATSCHE VEER en naar K KORTGENE te £8 u. IS terug VEER en zet alsdan te 8 u. I MIDDELBURG voort. Des namidt te S uur van MIDDELBURG, KATSCHE VEER terug' naar KOI weder naar KATSCHE VEER, or van KATSCHE VEER de reis n voort te zetten. jV.B. Door gunstige bewilliging zi worden van den in aanb'o\ te K a t s c h e Veer. ALLE SOORTEN VA Plavuizen, Puts Gipsornamenten en steeds voorhanden en worden tot co prijzen geleverd door Zierikzee. H. C. van Metselaar De alom bekende O. BECjéL JtLJtiÉ/'ÉS -worden alleen vervaardigd en zijn te bekomen bij de Pabrikanten BECKER BUDDINGH, te Arnhem. Mede èL contant verkrijgbaar bij W. VAN SCHELVEN, in Ijzerwaren op den Dam te Zierikzee. IN BERICHT DEN ONTVANGST EENER RUIME SORTERING l .oren naar hun eigen ementen kunnen oil* twaalf stoffen komen lanui. Vier yaii ,jc ggiieele aarde omgeeft, ooi in cle luejïien ze daar uit zonder onze rust W8 oe(^er na'uur overlaten. Vier anderen kom 111 genoegzame hoeveelheid in alle bouw- afen voor, zoodat ook nret deze de land- wuwer zich niet behoeft te bemoeien. De vier overigen echter zijn het waar 't op aankomt. Ze zijn kalk, potasch, phosphor en stikstof. Ook deze vier belangrijke elementen worden in cle bouwgronden aangetroffen, doch niet overal in genoegzame hoeveelheid en in de gepaste verhouding overeenkomstig de behoeften der gewassen. Hier is het derhalve de roeping' der weten schap te gemoet te komen aan de natuur en den grond des noods te voorzien van 't geen hem ontbreekt, of de verhouding der aanwe zige stoffen gunstig te maken voor de cultuur die men begeert. Zoo kunnen sommige on vruchtbare gronden reeds dadelijk in uitmun tende bouwlanden herschapen worden door er kalk in te brengen. Maar er is nog iets van ongelijk meer belang. In de ongerepte weelderige gewesten, waar de natuur haar werk onafgebroken, eeuwen door heeft voortgezet zonder dat zelfs een men- schenoog er bij was om dat werk te bewon deren, bonden een onafgebroken en onuitputtelijke vruchtbaarheid en groeikracht steeds stand terwijl in de streken waar de mensch den grond opzettelijk bebouwt al spoedig verzwakking van de groeikracht en vermindering der vruchtbaar heid vallen op to merken. Dit komt daar van daan dat in de onbewoonde oorden de aarde hare grondstoffen weder terugkrijgt, terwijl in de landbouwstreken de producten worden weg gevoerd van hun oorsprong en of niet of maar voor een klein gedeelte weder naar het bouw land terugkeeren. Het graan dat naar de markt gaat neemt een zekere hoeveelheid phosphor en stikstof mede, de peulgewassen doen 't zelfde met de in hen overheerscheude elementen, de klavers cn de lucern rooveu de kalk weg, en voor zoover nil die elementen niet weder worden teruggebracht, wordt het bouwland daar ook in letterlijken zin van beroofd, het verzwakt, levert al minder en slechter producten en is eindelijk uitgeput. Zoo kwam de talentvolle spreker, na een veel uitvoeriger en grondiger uiteenzetting van zaken dan wij hier nu kunnen geven, tot bet hoofdpunt van de liedendaagscbe landbouw wetenschap de bemesting. Bemesting kan slechts dien naam verdienen wanneer daardoor aan den grond die elementen worden bijgezet, die er aan ontbreken of waa neer door haar diegenen worden vervangen, welke door wegvoering der oogsten aan den akker worden ontroofd. Bij den mest komt het dus aan op de bestanddeelen die zij bevat, en het is klaar dat de mest moet beantwoorden aan den aard van den grond en van de ver bouwde gewassen. Het vetste land. toch, waar aan genoegzaam kalkgehalte ontbreekt om b.v. klaver of lucern te telenwordt voor die cultuur geen graad beter al voedt men het nog meer met overvloed van mest. Juist kalk moet bijgebracht worden en al 't andere is onge vraagde waar, is weelde en ballast. Aanhou dende graanbouw ontrooft phosphor en stikstof, derhalve moet de mest voor de graanstreken deze elementen vooral bevatten. En in 't al gemeen moet de mest, zooals wij gezegd hebben, juist die stoffen op den akker brengen, die door 't rooven van den oogst zijn weggenomen. Deze stoffen keeren ten deele van zelf terug met den stalmest, omdat zij, na in het dierlijk organisme hun werk verricht te hebben, met de uitwerpselen en het stroo en anderen afval op de mestvaalt komen en van daar weder naar den akker worden gevoerd. Doch dit geschiedt slechts ten deele en van den oogst, bestaande in fabrieks-grondstoffen, zooals sui kerbieten, meekrap, cichorei en dergel,, beeft deze terugkeer geheel niet plaats. De suiker biet neemt groote hoeveelheden potasch mede naar de fabriek en meestal keert de pulpe niet naar den akker terug, zoodat ten laatste de grond de elementen niet meer bevat voor den bouw van suikerpeën of suikerbieten onmisbaar. Er dient dus op den aard vau den mest ten nauwste gelet te worden, 't Gehalte daarvan moet worden onderzocht en overeenkomstig de behoeften van den akker zijn. Bovendien gaat ook een groot deel voedende kracht uit den mest verloren door uitlooging en vervluchtiging, of dit verlies heeft reeds plaats voor nog de mest stoffen den mestput bereiken. Eigenlijk is het dan ook onmogelijk alles op den gewonen mest te laten aankomen, hoewel deze in veel op zichten de grondslag van alle goede bemesting uitmaakt. De scheikunde komt den landbouw te hulp en levert die stoffen, welke verloren gegaan zijn bij hot verbruik der producten of rechtstreeks teruggehouden worden van den akker, door den fabrikant die zich eigenlijk om den landbouw zelf weinig bekommert. Zoo is men gekomen tot den kunstmest. Het woord kunstmest is een woord van groo- ten naam in den nieuweren landbouw. Zeer te pas wees de heer Oorten er op hoe de kwak zalverij en de gewetenlóoze industrie van sommi gen zich van dit woord hebben meester gemaakt. Allerlei fabrikaten onder de vreemdst klinkende namen worden den landbouwer aangepreekt en als middelen aangeprezen, krachtig als Hollo- way-pillen en Haarlemmer-olie, tegen alle kwalen en zwakheden van den bouwgrond. Daaronder loopt veel bedrog. Immers de landbouwer is geen scheikundige, hij kan evenmin zijn grond als den hem aangeboden mest nauw keurig, d. i. scheikundig, onderzoeken. De spreker leerde ons dan ook instellingen kennen verkoopen JEEN PAKTIJ mitsgaders EEN PARTIJ Breeder bij de uitgezette biljetten vermeld. 0. De oprechte waarde eener kostelooze aktie is 7 franken 50 centiemen, aangezien, om er eene te bekomen, mén 15 nummers aan 50 centiemen moet nemen. (4). Deze premie bestaat in een schilderstuk ter waarde van 80 franken. (5). De weldadigheid, het afbeeldsel van den koning of van de koningin der Belgen. (G). 2 centiemen voor België, en voor Holland 1°. 4, 2°. 12 en 3°. 24 centiemen. Sn el persdrukkerij vau H. Lakenman te Zierikzee.

Krantenbank Zeeland

Zierikzeesche Courant | 1873 | | pagina 6